Richtlijn Basale Reanimatie Volwassenen

Casus Zeer ongebruikelijk abces in kauwspier van 26-jarige man na verstandskiesextractie

In januari 2011 zijn de richtlijnen voor reanimatie gewijzigd. Een overzicht van de wijzigingen én een stappenplan voor basale reanimatie.

In de nieuwe richtlijnen is gekozen voor de term “circulatiestilstand” in plaats van “hartstilstand”. Dit is een betere omschrijving van de gebeurtenis waarvoor reanimatie noodzakelijk is: hartstilstand leidt altijd tot circulatiestilstand. Niet elke circulatiestilstand hoeft op een hartstilstand te berusten, terwijl reanimatie toch noodzakelijk is.

Veranderingen in de richtlijnen van de basale reanimatie van volwassenen en het gebruik van de AED

  • Bellen van het alarmnummer 112 gebeurt bij voorkeur met de mobiele telefoon.
  • De nadruk ligt op borstcompressies van goede kwaliteit die minimaal worden onderbroken.
  • Borstcompressies dienen tenminste 5 cm diep te zijn.
  • De frequentie van de borstcompressies is tenminste 100/minuut.
  • Gebruik van de AED is een integraal onderdeel van de basale reanimatie door leekhulpverleners.
  • Doorgaan met borstcompressies tijdens het aanbrengen van de elektroden van de AED.
  • Standaard AED’s mogen ook worden gebruikt voor het defibrilleren van baby’s en kinderen als er voor hen geen aangepaste AED voorhanden is.
  • Een kleine aanpassing van de stabiele zijligging ter voorkoming van druk op de onderliggende arm.

Volgorde van handelen bij de basale reanimatie van volwassenen en het gebruik van de AED

1. Zorg ervoor dat het slachtoffer, de omstanders en uzelf veilig zijn.

2. Kijk of het slachtoffer reageert

Schud voorzichtig aan zijn schouders en vraag (luid): “Gaat het?”

3a. Als het slachtoffer wel reageert

Laat het slachtoffer in de houding waarin u hem aantreft, mits er verder geen gevaar dreigt
Probeer te achterhalen wat er aan de hand is en zorg zo nodig voor hulp
Controleer hem regelmatig

3b. Als het slachtoffer niet reageert

Roep om hulp
Draai het slachtoffer op zijn rug en maak de luchtweg vrij met de hoofdkantel-kinlift methode:
–– Plaats één hand op zijn voorhoofd en duw voorzichtig het hoofd achterover
–– Maak vervolgens de ademweg vrij door twee vingertoppen onder de punt van de kin te plaatsen en deze omhoog te tillen

4. Houd de luchtweg open en kijk, luister en voel maximaal 10 seconden naar normale ademhaling

  • Kijk of de borstkas omhoog komt
  • Luister ter hoogte van mond en neus of u ademhaling hoort
  • Voel met uw wang of er luchtstroom is
  • Stel vast of de ademhaling normaal, niet normaal of afwezig is

NB: Het kan voorkomen dat het slachtoffer in de eerste paar minuten na het ontstaan van de circulatiestilstand amper ademhaalt of af en toe een trage, happende adembeweging maakt: dit is de zogenaamde ‘agonale ademhaling’. Dit is geen normale ademhaling. Bij twijfel handelt u zoals bij niet-normale ademhaling.

5a. Als het slachtoffer wel normaal ademt

  • Leg hem in de stabiele zijligging
  • Laat bellen of bel zelf het alarmnummer 112 en vraag om een ambulance
  • Controleer elke minuut of de ademhaling normaal blijft

5b. Als het slachtoffer niet ademt of niet normaal ademt, of u twijfelt

  • Vraag een omstander een ambulance te bellen via 112 en vraag om een AED te brengen, indien beschikbaar
  • Als u alleen bent, belt u zelf 112; gebruik bij voorkeur uw mobiele telefoon
  • Alleen als een AED binnen uw bereik is, pakt u de AED. Laat het slachtoffer zo nodig even alleen.

Start borstcompressies als volgt:

  • Kniel naast het slachtoffer ter hoogte van de bovenarm
  • Plaats de hiel van één hand op het midden van de borstkas
  • Plaats de hiel van uw andere hand bovenop de eerste
  • Haak de vingers van beide handen in elkaarZorg ervoor dat u geen directe druk uitoefent op de ribben, de onderste punt van het borstbeen of de bovenbuik
    – Positioneer uzelf loodrecht op de borstkas, en duw deze met gestrekte armen tenminste 5 centimeter in, maar niet meer dan 6 centimeter
    – Laat na elke borstcompressie de borstkas geheel omhoog komen zonder het contact er mee te verliezen
    – Herhaal de handeling met een frequentie van tenminste 100 per minuut; maar niet meer dan 120 per minuut.
    – Het indrukken en omhoog laten komen van de borstkas moet even lang duren.

6a. Combineer borstcompressies met mond-op-mondbeademingen

  • Maak na 30 borstcompressies de luchtweg vrij met de hoofdkantel-kinlift methode
  • Knijp de neus van het slachtoffer dicht met twee vingers van de hand die op zijn voorhoofd rust
  • Houd de kin omhoog en zorg dat de mond iets open blijft
  • Neem zelf een normale ademteug, plaats uw lippen om de mond van het slachtoffer en zorg voor een luchtdichte afsluiting
  • Blaas rustig in gedurende 1 seconde als bij een normale ademhaling
  • Als u ziet dat de borstkas omhoog komt, dan heeft u een effectieve beademing gegeven
  • Haal uw mond van die van het slachtoffer en kijk of de borstkas weer naar beneden gaat
  • Geef op dezelfde wijze de tweede beademing
  • De twee beademingen mogen in totaal niet meer dan 5 seconden duren
  • Plaats direct uw handen weer in het midden van de borstkas en geef 30 borstcompressies
  • Ga door met borstcompressies en beademingen in de verhouding 30:2
  • Onderbreek de reanimatie niet, behalve als het slachtoffer (goed) bij bewustzijn komt: hij beweegt, opent zijn ogen en begint normaal te ademen

Als de borstkas niet omhoog komt bij een beademing

  • Inspecteer de mond van het slachtoffer en verwijder zichtbare luchtwegbelemmering
  • Beoordeel of u de hoofdkantel-kinlift methode goed uitvoert
  • Geef niet meer dan 2 beademingen per keer en ga onmiddellijk door met 30 borstcompressies
  • Als een tweede hulpverlener aanwezig is, wissel dan elke 2 minuten om vermoeidheid te voorkomen
  • Onderbreek bij het wisselen de borstcompressies zo kort mogelijk

6b. Basale reanimatie zonder beademing

Als u geen beademingen kunt of wilt geven, geef dan alleen borstcompressies – continu – met een frequentie van tenminste 100 per minuut, maar niet meer dan 120 per minuut.

Waarom wordt ventilatie toch onderwezen? Als je het leert ben je niet verplicht het te doen.
Als je het niet leert ben je niet in staat om het te doen

7. Zodra de AED er is

  • Zet de AED aan: sommige AED’s starten automatisch na het openen van het deksel
  • Bevestig de elektroden op de ontblote borstkas, terwijl de borstcompressies doorgaan (bij een tweede hulpverlener)
  • Voer de gesproken/visuele opdrachten ogenblikkelijk uit
  • Zorg ervoor dat niemand het slachtoffer aanraakt als de AED het hartritme analyseert

8a. De AED geeft wel een schokopdracht

  • Zorg dat niemand het slachtoffer aanraakt
  • Druk op de schokknop als de AED dit zegt, een volautomatische AED geeft de schok zelf
  • Volg de gesproken/visuele opdrachten van de AED altijd direct op
    Start dus direct met borstcompressies

8b. De AED geeft geen schokopdracht
Volg de gesproken/visuele opdrachten van de AED direct op en start met borstcompressies.

9. Ga door met reanimatie totdat:

  • Professionele zorgverleners de reanimatie overnemen of
  • Het slachtoffer bij bewustzijn komt: hij beweegt, opent zijn ogen en begint normaal te ademen of
  • U uitgeput bent

De veiligheid van de hulpverlener
De veiligheid van de hulpverlener en het slachtoffer staat voorop. Barrièremiddelen bij de mond-op-mondbeademing, zoals bepaalde filters of beschermende maskers met een éénrichtingsventiel, zijn in een laboratorium onderzocht. Deze barrièremiddelen kunnen de overdracht van bacteriën voorkómen. Er is (nog) geen onderzoek gedaan naar de effectiviteit van die barrièremiddelen in de praktijk. Maar omdat het risico van ziekteoverdracht zeer laag is, lijkt het redelijk om te starten met beademing zonder barrièremiddel.

Het vaststellen van een circulatiestilstand
Het voelen naar pulsaties, zowel door leekhulpverleners als door professionele zorgverleners, is geen accurate wijze om de circulatiestilstand vast te stellen. De circulatiestilstand wordt uitsluitend vastgesteld aan de hand van twee criteria:

– Het slachtoffer reageert niet, èn
– Het slachtoffer ademt niet normaal of de ademhaling is afwezig.

Meldkamercentralisten worden getraind om een protocol “vermoeden hartstilstand” te starten, op basis van bovengenoemde criteria.

De niet-reanimeren verklaring
Een niet-reanimerenverklaring kan door een persoon worden opgesteld en als deze aan een aantal eisen voldoet (handgeschreven, ondertekend, van een geboortedatum en van de datum van ondertekening voorzien) mag worden aangenomen dat deze de wens van de betrokkene weergeeft. De Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE) verstrekt sinds najaar 2007 een niet-reanimerenpenning. Deze penning, gedragen aan een halskettinkje, is voorzien van een pasfoto, de naam, de geboortedatum en de handtekening van de eigenaar. Deze penning heeft dezelfde betekenis als een wilsverklaring op papier en dient gerespecteerd te worden.

Door:
Ellie Barends-Scholten, instructeur Eerste Hulp, instructeur Lotus, docent-Instructeur NODE,
E-mail: instructeur@eerstehulponderwijs.nl, eerstehulponderwijs.nl

Lees meer over: Kennis, Richtlijnen