Tandletsel: Opvang van de patiënt en eerste hulp

Tandletsel

Elke tandarts krijgt patiënten met tandletsel in de praktijk. Het gaat vooral om kinderen. ‘Doe ik het wel goed?’ Er is vaak nog koudwatervrees bij tandartsen, merkt Jacques Baart.

Verslag van zijn lezing waarin hij de stappen geeft bij de opvang van trauma patiënten.

 Epidemiologie tandletsel

  • 000 kinderen per jaar van 6-16 jaar
  • 25% van alle kinderen tot en met 12 jaar
  • 4-8 kinderen per praktijk per jaar

Trauma melkgebit
Tandletsel in het melkgebit komt evenveel voor bij jongens als bij meisjes.

  • 30% van de kinderen van 5 jaar is slachtoffer van dentaal trauma
  • Trauma kan ook invloed hebben op de blijvende dentitie

Intrusie, het in de kaak verplaatsen van een tand, komt het meeste voor en kan leiden tot schade aan het blijvende gebit (25%). Gevolgen van een trauma kunnen leiden tot verstoring van glazuuropbouw, het stoppen van de wortelafvorming of het draaien van de tandkiem.

Afwijkingen van het blijvende gebit ten gevolge van trauma melkgebit:

  • Turner-tand
  • Kroondilaceratie
  • Odontotoom en mesiodens
  • Worteldilaceratie

Bij een ontsteking aan de wortelpunt van een melkincisief, zal de behandeling bestaan uit extractie.

Hoe ga je ermee om als een kind trauma heeft?
Tandletsel is vaak een van de eerste keren dat een kind de tandarts bezoekt. Het is daarom belangrijk om erg zorgvuldig te werk te gaan en het trauma niet te bagatelliseren. U kunt veel goed werk doen en in veel gevallen komt het weer goed. Baart gaf als tip om na de behandeling een dapperheidsdiploma mee te geven.

Trauma blijvende tanden
20 tot 30% van de 18-jarigen heeft een dentaal trauma, waarvan een derde met ernstige consequenties. Er is een piek in incidentie van dentaalletsel bij kinderen van 8 tot 14 jaar. Als een kind eenmaal dentaalletsel heeft, is de kans daarna vijf keer hoger op nieuw letsel.

Bij de blijvende tanden komt tandletsel bij jongens twee keer zoveel voor als bij meisjes.

Is er sprake van een overjet van meer dan 8 mm, dan is de kans op dentaalletsel 50 tot 60%.

Bij 8% van de mensen tandletsel is er ook sprake van hersenletsel. Het is daarom bij tandletsel erg belangrijk om te checken of er ook aanwijzingen zijn voor hersenletsel. Geschat wordt dat bij 3 tot 10% van de kinderen met tandletsel sprake is van kindermishandeling, inclusief verwaarlozing.

Eerste opvang
Het eerste wat je als tandarts doet jij trauma is het ABCDE-onderzoek:

  • Airway
  • Breathing
  • Circulation
  • Disability
  • Exposure
  • Secondary Survey

Eerste opvang stap-voor-stap direct na aangezichtstrauma

  • De eerste opvang is gericht op de vrije luchtweg, ademhaling, circulatie en hersenfunctie.
  • Check aanwijzingen voor hersenletsel: gaat het goed met het kind?, weet het z’n naam en welke dag het vandaag is? Vraag ook: waar woon je?
  • Vraag: Wat is er gebeurd? Wat merkte je het eerst? Wie waren bij het ongeval betrokken?
  • Wat doet het meeste pijn en waar?
  • Daarna gaat het pas over de tanden en kiezen. Stel dan vragen als:
    ‘’Mag ik even kijken?? Ik doe verder niks.’’
    ‘’Doe eens open, doe eens dicht.’’ Om te kijken of er nog stoornissen zijn in occlusie en articulatie.
  • Controleer of er nog stukjes tand in de lip zitten.
  • Dan kun je zeggen: ‘’het valt gelukkig reuze mee’’. Dit is in zijn algemeenheid terecht, maar er zijn uitzonderingen:
    • Avulsie langer dan half uur.
    • Intrusieluxatie 5/6mm dan chirurgie anders afwachten.

Slechtste prognoses
Deze twee diagnoses hebben de slechtste prognose voor de getroffen tand:

  • Tandfoto, eventueel 2 (verschillende richtingen) of OPG.
  • Weke delen röntgenfoto (1/3 exposure tijd).
  • Lichtfoto’s, ook voor juridische/financiële redenen.
  • Antibiotica is meestal niet geïndiceerd.
  • Tetanusprofylaxe?
    – Laatste vaccinatie <1 jaar geleden : geen profylaxe
    – Laatste vaccinatie tussen 1 en 10 jaar: booster 0.5ml TFT im
    – Laatste vaccinatie > 10 jaar: 2 keer booster 0.5 ml TFT im +250 IE MATIG im

Vervolg

  • Na 1 week controle (inclusief beide ouders)
  • Bespreek daarna pas wat de vooruitzichten zijn, de vervolgbehandeling, verzekering, aansprakelijkheid. Het is beter om dit nog niet allemaal bij het eerste bezoek te bespreken, adviseert Baart.

 

Jacques Baart studeerde tandheelkunde in Nijmegen en specialiseerde tot kaakchirurg in Amsterdam. Vanaf 1979 is hij als specialist verbonden aan de afdeling Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurgie VUmc en aan ACTA te Amsterdam. Hij is chef de clinique, chef de policlinique, werkplekmanager, docent aan ACTA en bij de opleiding tot MKA chirurgen in het VUmc. In de patiëntenzorg richt hij zich vrijwel uitsluitend op kaakchirurgie bij kinderen. Hij schreef 4 studieboeken en is (mede) auteur van 140 wetenschappelijke artikelen. Hij vervulde vele bestuurlijke functies: voorzitter van de sectie specialisten KNMT, voorzitter van de Ned. Ver. MKA, voorzitter van de WTA en lid van het bestuur van de NVT.

Verslag door Joanne de Roos, tandarts, voor dental INFO van de lezing van Jacques Baart tijdens het congres Tandletsel van Bureau Kalker.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Kindertandheelkunde, Thema A-Z