Tandarts maakt bezoek leuker met muziekboor

Een tandarts in Indonesië maakte een muziekboor om angst voor de vaak gevreesde tandartsboor te voorkomen. Dhanni Gustiana in Central Java verving het zoemende geluid van de boor door muziek uit een MP3-speler. Patiënten kunnen nu hun eigen muziek kiezen tijdens de behandeling. Dit schrijft Dentistry IQ.

‘Ook de kinderen zijn niet meer bang. Ik doe een speelgoedfiguurtje op de boor en vertel hen dat dit figuurtje hun tanden schoonmaakt’, zegt Gustiana.

Bekijk de video


Lees meer over: Communicatie, Ondernemen, Pijn | Angst, Thema A-Z

Patiënten tevreden met hun tandarts

Bijna 97% van de patiënten is tevreden over hun tandarts. Tandartsen krijgen een gemiddeld rapportcijfer van 7,9. Dat blijkt uit het onderzoek ‘Gezondheid en zorg in cijfers 2012’ van het Centraal Bureau voor de Statiek (CBS). In het rapport doet het CBS verslag van nieuwe cijfers of interessante ontwikkelingen in de statistieken over gezondheid en zorg.

Bron:
NMT

Lees meer over: Ondernemen

Onderzoek: Welke factoren bepalen patiënttevredenheid bij restauratie?

Persoonlijke interactie tussen tandarts en patiënt beïnvloedt het beeld van de patiënt over de vaardigheden en geleverde kwaliteit van restauraties door de tandarts. Dit blijkt uit onderzoek van Dental Practice-Based Research Network (DPBRN) gepubliceerd in de Journal of the America Dental Association (September 2012, Vol. 143:9, pp. 1002-1010).

De onderzoekers van de University of Florida College of Dentistry zagen naast de persoonlijke interactie meer aspecten die zorgen voor patiënttevredenheid, namelijk:

  • Het niveau van comfort ervaren door de patiënt tijdens de behandeling
  • Ervaringen met gevoeligheid van de behandelde kies na de behandeling

Onderzoek
Ruim 5.000 patiënten vulden de vragenlijst in. De resultaten werden in drie gebieden verdeeld:
1. Persoonlijke relatie – comfort
2. Materiaal keuze
3. Zintuigelijke factoren

Hoogste patiënttevredenheid
Patiënttevredenheid was het hoogst bij patiënten:

  • Van tandartsen in kleine praktijken
  • Waarvan restauraties werden hersteld in plaats van vervangen
  • Waarvan tanden werden behandeld, in plaats van kiezen

Bekijk het onderzoek van de Journal of the Amercan Dental Association

Lees meer over: Communicatie, Kennis, Ondernemen, Onderzoek

Overzicht van bevoegdheidsbeperkingen openbaar in BIG-register

Sinds 1 juli van dit jaar worden fouten van zorgverleners openbaar vermeld in het BIG-register. Dit overzicht is via de homepage van de BIG-register website te bekijken.

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving
NVM in overleg met VWS over levering tandbleekproducten mondhygiënisten

NVM in overleg met VWS over levering tandbleekproducten mondhygiënisten

Vanaf 1 november 2012 mogen tandbleekproducten met meer dan 0,1% H2O2 en maximaal 6% H2O2 alleen nog verkocht worden aan tandartsen en niet meer aan mondhygiënisten. Deze beperking vloeit voort uit de Europese Richtlijn 2011/84/EU waarin wordt gesteld dat deze tandbleekproducten alleen nog geleverd mogen worden aan ‘dental practitioners as defined under Directive 2005/36/EC’.

Beroepsgroep
In de Richtlijn 2005/36/EC worden mondhygiënisten niet als beroepsgroep genoemd: in veel Europese landen bestaat het beroep van mondhygiënist namelijk niet. Ook in het overleg met de Keuringsdienst van Waren kwam naar voren dat de mondhygiënist niet als rechtmatige gebruiker van deze producten kon worden aangemerkt. De NVM is nu in overleg met het Ministerie van VWS om de mondhygiënist wel als rechtmatig ontvanger van tandbleekproducten aan te merken. Conform artikel 34 van de Nederlandse Wet BIG heeft de mondhygiënist namelijk wel een wettelijke status.

Tandbleekproducten met meer dan 6% H202
Tandbleekproducten met meer dan 6% H202 – of een carbamideperoxide gehalte van meer dan 16,6% –  mogen volgens de Europese Richtlijn vanaf 1 november 2012 niet meer geleverd worden aan zowel tandartsen als mondygiënisten.

Bron:
VGT
NVM

 

 

Lees meer over: Cosmetische tandheelkunde, Ondernemen, Thema A-Z, Wet- en regelgeving
justice

Verschil in uitspraken 30%-regeling voor tandartsen

De rechtbank Haarlem en Arnhem oordelen verschillend over het in aanmerking komen voor de 30%-regeling van een buitenlandse tandarts, meldt PleinPlus.

30%-regeling
Werkgevers kunnen gebruik maken van de 30%-regeling voor buitenlandse werknemers die over specifieke, schaarse, deskundigheid beschikken. Hierbij krijgt de werknemer een belastingvrije vergoeding van 30% van het salaris.

Verschillende oordelen
De rechtbank in Arnhem oordeelde in augustus 2012 dat de deskundigheid van een tandarts niet zeldzaam is en daarmee niet voor deze 30%-regeling in aanmerking komt. De rechtbank in Haarlem oordeelde op 25 mei 2012 – echter pas gepubliceerd op 29 augustus – geheel tegenovergesteld: de buitenlandse tandarts mocht wél gebruik maken van de 30%-regeling. De rechtbank gaf als argument aan dat de ongeveer 180 tandartsen die jaarlijks uit het buitenland komen, erop wijzen dat er schaarste heerst onder tandartsen in Nederland.

Bron:
PleinPlus

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving
relatie-patient

Onderzoek: Patiënten willen overleggen met hun tandarts

20% van de Engelse patiënten staat open voor niet-spoedeisende tandartsbehandelingen alhoewel zij weinig weten over de mogelijke behandelingen. Dit blijkt uit onderzoek van de British Dental Trade Association (BDTA).

Meer overleg
Het onderzoek werd uitgevoerd door het Engelse onderzoeksbureau Bray Leino onder 1.500 mensen. De resultaten gaven aan dat patiënten het erg op prijs stellen als zij meer met hun tandarts kunnen overleggen over mogelijke behandelingen en de voor- en nadelen hiervan. Zo kunnen zij beter geïnformeerd een keuze maken voor een behandeling.

Veel vertrouwen eigen tandarts
Het onderzoek bevestigd dat patiënten zeer veel vertrouwen in hun eigen tandarts hebben, zelfs meer dan in hun huisarts. 88% van de deelnemers aan het onderzoek gaf aan tevreden te zijn, 47% was zeer tevreden en 42% tamelijk tevreden over de service van hun tandarts.

Mond-tot-mond reclame
Het merendeel van de patiënten gaf aan dat zij hun tandarts vonden via mond-tot-mond reclame. Tweederde gaf aan dat zij bij het zoeken van een tandarts afgaan op aanbevelingen van familie en vrienden.

Lees meer over: Communicatie, Kennis, Ondernemen, Onderzoek
Wat te doen bij no-show en betalingsachterstand?

Wat te doen bij no-show en betalingsachterstand?

In het kader van de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) heeft een patiënt recht op behandeling. Maar wat als uw patiënt regelmatig niet verschijnt en z’n rekening niet betaalt?

Het kan wel eens voorkomen dat een patiënt later komt dan de geplande afspraak of geheel niet verschijnt (no-show). Ook kan het betalingsgedrag niet volgens afspraak verlopen. Maar wat als het uit de hand loopt en uw patiënt regelmatig niet op komt dagen en/of niet betaalt? In het kader van de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) heeft een patiënt wel recht op behandeling.

Huisregels
Als zorgverlener heeft u de plicht om uw patiënt te wijzen op de consequenties van het niet nakomen van de gemaakte afspraken. Dit kunt u doen door het opstellen van huisregels van uw praktijk en uw patiënt hierover duidelijk te informeren. Bijvoorbeeld via uw website en/of door deze mee te geven bij de eerste inschrijving.

Procedure
Als uw patiënt herhaaldelijk afwijkt van de huisregels, dient u hem er schriftelijk op te wijzen dat er sancties zullen volgen indien hij nogmaals niet conform de huisregels handelt. Een voorwaarde hiervoor is wel dat u een nauwkeurig dossier heeft opgebouwd met alle feiten omtrent de bezoek- en betaalhistorie.

Consequenties
Afhankelijk van de aard en frequentie van het in gebreke blijven van de patiënt kunnen de consequenties zijn:

  • De praktijk brengt een bedrag in rekening bij de patiënt conform de huisregels van de praktijk. De hoogte van de boete laat
    men vaak samenhangen met de geplande behandeling, zodat de gederfde opbrengst enigszins gecompenseerd wordt door de boete.
  • Indien de patiënt een zodanige historie heeft opgebouwd van betalingsachterstanden en no-show, kan de praktijk ervoor kiezen om de behandelovereenkomst met de patiënt te beëindigen. De patiënt stelt eigenlijk de praktijk niet in staat om hem te behandelen. De praktijk moet wel aantoonbaar de patiënt herhaaldelijk gewezen hebben op de mogelijke beëindiging van de patiënt-zorgverlenerrelatie.

Klacht
Indien de patiënt niet akkoord gaat met de procedure van de praktijk, heeft de patiënt het recht om een klacht in te dienen op grond van de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector (WKCZ). Dit houdt in dat de patiënt in de eerste instantie een verhelderend gesprek aanvraagt bij z’n zorgverlener. De brancheverenigingen en beroepsorganisatie in de tandheelkundige sector hebben een eigen onafhankelijk meldpunt waar patiënten terecht kunnen indien ze er met hun zorgverlener niet uitkomen. Het meldpunt behandelt een klacht conform de WKCZ. Voor de tandartsenpraktijk kan de patiënt terecht bij het Tandheelkundig Informatiepunt (TIP). Patiënten van een mondhygiënepraktijk kunnen hun klacht melden bij de Landelijke Klachtencommissie Paramedici Eerste Lijn (KCP).

Bij behandeling van de klacht wordt gerefereerd aan de praktijkregels van de tandheelkundige praktijk die golden op het moment van het indienen van de klacht. Indien de klachtenregeling van de praktijk verandert, is het daarom raadzaam om de oude versie te archiveren.

Feiten en bewijzen
Uit het bovenstaande blijkt dat feiten en bewijzen zeer belangrijk zijn. Een goed registratie- en documentenbeheersysteem kan de praktijk daarbij helpen. Heeft u al eens nagedacht over een kwaliteitsmanagementsysteem? Een kwaliteitsmanagementsysteem werkt op basis van registratie en documentatie en biedt daarmee een goede tool voor onder meer klachtenmanagement binnen uw tandheelkundige praktijk.

Door:
Petra van der Zwan, Invert Innovatie Management, www.invert-innovatie.nl

Lees meer over: Communicatie, Ondernemen

Welke maatregelen heeft u genomen tegen legionellabesmetting?

In veel praktijken ontbreken legionella beheersplannen en wordt de kwaliteit van het water niet gemeten, terwijl dit wel verplicht is. Wat kunt u doen om legionellabesmetting te voorkomen?

De kwaliteit van het leidingwater is altijd een actueel punt in tandartspraktijken. Zo overleed begin 2011 een
82-jarige Italiaanse vrouw aan de gevolgen van een legionella infectie die zij opliep bij de tandarts. Een ander voorbeeld is de legionellabacterie die is aangetroffen in de waterleiding van het UMCG. Het opstarten van uw praktijk na de vakantie is ook zo’n moment dat u aan legionella zult denken. Maar wat is eigenlijk de waterkwaliteit in uw praktijk? En voldoet u wel aan de gestelde eisen uit de Drinkwaterwet?

Wat is legionella?
Legionellabacteriën leven in kleine aantallen in de bodem en in (drink)water. De bacterie vormt een probleem als deze kan uitgroeien tot grote aantallen. Dit is vooral het geval in water met een temperatuur tussen 25 en 55 graden Celsius, in water dat stilstaat en als er een slijmlaag (biofilm) en voedingsstoffen in een watersysteem aanwezig zijn.

De kans op een legionellabesmetting is ook aanwezig in uw praktijk, zoals blijkt uit de volgende voorbeelden die voor veel tandartspraktijken herkenbaar zijn en grote risico’s met zich meebrengen:

  • Buiten bedrijf (dus stilstaand water) tijdens vakantie.
  • Doorlevering van legionella vanuit een voorgeschakeld watersysteem (bijvoorbeeld in een bedrijfsverzamelgebouw).
  • Keerkleppen die niet van het juiste type beveiliging zijn voor de toepassing die erachter zit, of nog nooit zijn gecontroleerd.
  • UV systemen in behandelstoelen die altijd onnodig aan staan (en bij stilstand van water voor opwarming zorgen).

Wat moet u doen?
In de WIP-richtlijn (paragraaf 9.3.1 en 9.3.2) worden twee beheersmaatregelen genoemd, namelijk de aanwezigheid van antiretractiekleppen en het doorspoelen van leidingen. Hier wordt in praktijken veelal aan voldaan. Wat echter niet is benoemd in de WIP-richtlijn en waar praktijken maar zelden aan voldoen, is dat de praktijkeigenaar op basis van de Drinkwaterwet verplicht is om maatregelen te treffen om voor deugdelijk leidingwater te zorgen. Mijn ervaring is dat praktijkeigenaren niet op de hoogte zijn van de risico’s binnen hun watersysteem en van de kwaliteit van hun leidingwater.

Ik adviseer praktijken dan ook:

1. Een legionella beheersplan op te laten stellen – door een BRL6010 gecertificeerd bedrijf -, bestaande uit:
a. Een risico inventarisatie
b. Een risicoanalyse
c. Het opstellen van beheersinstructies
d. Het maken van een logboek

2. Dit beheersplan toe te passen, wat onder meer betekent:
a. Halfjaarlijks watermonsters te laten nemen om de waterkwaliteit vast te stellen
b. Jaarlijks de keerkleppen te laten testen

Met de risico inventarisatie wordt uw gehele drinkwatersysteem vanaf de watermeter tot aan de tappunten in kaart gebracht en beoordeeld op risicofactoren. Voor de continuïteit en het aantoonbaar maken van de beheersmaatregelen wordt tevens een logboek bijgeleverd. Daarmee voldoet u aan de gestelde eisen uit de Drinkwaterwet en heeft u de legionella risico’s voor uw praktijk in de greep.

Door: Sjoerd Kuiken-Kuiken Praktijkmanagement.

Kuiken Praktijkmanagement toetst, adviseert en begeleidt praktijken op het gebied van kwaliteitsystemen, wet- en regelgeving, organisatie en klantgerichte zorg.

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving

NPCF: Sterkere positie patiënt nodig bij medische fout

De bewijslast moet omgedraaid worden en procedures moeten binnen twee jaar afgerond zijn, op last van een boete voor het ziekenhuis. Dat zegt Wilna Wind, directeur van de patiëntenorganisatie NPCF over de versterking van de positie van patiënten in het geval van medische fouten.

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving

NPCF Zorgzine: Praten met je dokter

In tien minuten een goed gesprek voeren met uw patiënt is een hele kunst. Toch vormt dat gesprek de basis voor ingrijpende beslissingen.

Harde feiten
Het Zorgzine geeft als harde feiten over de arts-patiënt-communicatie aan:

  • De Nederlander stelt zijn arts gemiddeld nog geen vier vragen per consult, zo blijkt uit onderzoek van het NIVEL.
  • Uit onze meldactie Patiëntveiligheid blijkt dat patiënten gebrekkige communicatie als een van de belangrijkste oorzaken van onveilige zorg zien.
  • Patiëntgerichte communicatie leidt tot grotere tevredenheid onder patiënten.
  • De meeste patiënten (70%) willen actief betrokken worden bij het nemen van medische beslissingen. Het levert meer tevredenheid en een betere kwaliteit van leven op, en draagt bij aan een betere arts-patiëntrelatie

Bekijk het NPCF Zorgzine over praten met je dokter.



Lees meer over: Communicatie, Ondernemen

Independer vergelijkt nu ook tandartsen

Independer.nl vergelijkt sinds kort ook tandartsen. Op hun website vindt de consumenten het volledige aanbod van alle tandartspraktijken in Nederland, reviews van consumenten en informatie per tandartspraktijk.

Bekijk de tandartsvergelijkingspagina van Independer.nl

Lees meer over: Communicatie, Ondernemen

Direct linken naar uw BIG-registratie

De website van het BIG register is vernieuwd en biedt nieuwe functionaliteiten. U kunt nu vanaf uw eigen website rechtstreeks linken naar uw eigen BIG-registratie. Hierbij kunt u de banner van het register gebruiken voor extra herkenbaarheid. De banners zijn er in het wit en groen in verschillende maten. Bekijk de banners op de website van het BIG-register.

Met ingang van 1 juli jl. zijn ook de boete, berisping en het bevoegdheidsbeperkend bevel van de Inspectie voor de Gezondheidszorg zichtbaar. Dit naar aanleiding van de uitbreiding van openbaarmaking van tuchtmaatregelen in het BIG register. Ook wordt de ontzegging van het recht om wederom in het register te worden ingeschreven’ voortaan gepubliceerd.

Lees meer over: Communicatie, Ondernemen

Marketing tip: Wachtkamer activiteitenboek

Hoe vermaakt uw patiënt zich in de wachtkamer? Wijsman en Koster Tandartsen uit Apeldoorn maakten een Tandarts Activiteiten Boek om nieuwe patiënten in de wachtkamer te vermaken. Bekijk hier het Activiteiten Boek


Lees meer over: Communicatie, Ondernemen

Welk btw-tarief geldt bij transacties of betalingen rond 1 oktober?

Op 1 oktober 2012 wordt het algemene btw-tarief verhoogd van 19% naar 21%. Het lage btw-tarief blijft 6%.

Welk tarief geldt bij transacties of betalingen rond deze datum?



Roerende zaken

  • Het moment van levering van roerende zaken (apparatuur of andere inrichting) bepaalt het btw-tarief dat van toepassing is.
  • Bij levering van een roerende zaak vóór 1 oktober 2012 die na die datum wordt gefactureerd, geldt het btw-tarief van 19%.
  • Als gedeeltelijk is vooruitbetaald voor een goed waarvan de levering na 30 september 2012 zal plaatsvinden, geldt uiteindelijk over de hele prijs het nieuwe btw-tarief van 21%.
  • Voor doorlopende prestaties die zijn aangevangen vóór 1 oktober 2012 en doorlopen na 30 september 2012, geldt alleen het nieuwe tarief van 21% voor het deel van de prestatie dat plaatsvindt na 30 september 2012. Hierbij kunt u denken aan het verlenen van licenties of leveranties in gedeelten.

Essentieel is dus de datum van levering, niet de datum van het aangaan van de verplichting of de datum van facturatie.

Onroerende zaken

  • Vanwege het maatschappelijke belang dat met de bouw van onroerende zaken gemoeid is, is net zoals in het verleden een overgangsrecht opgenomen voor de levering van onroerende zaken waarbij de vergoeding in termijnen vervalt. In het overgangsrecht is geregeld dat niet over de volledige prijs het nieuwe btw-tarief van 21% geldt, maar alleen over de termijnen die vervallen na 30 september 2012.
  • Een onderdeel van een bouwovereenkomst waarbij in termijnen wordt betaald, kan het inrichten van een tandartspraktijk zijn. In die situatie loopt de inrichting of verbouwing gewoon mee in de overeenkomst, waarbij de termijnen die zijn verschuldigd vóór 1 oktober 2012 nog onder het 19%-tarief vallen.
  • Daarnaast geldt de overgangsregeling ook voor apart overeengekomen verbouwingen waarbij de vergoeding vervalt in termijnen naarmate de verbouwing vordert. Dit geldt niet voor diensten bestaande in het verrichten van onderhouds- of herstelwerkzaamheden. Dit zijn werkzaamheden die (vrijwel) uitsluitend gericht zijn op de instandhouding van de zaak, zoals het vervangen van kozijnen of dakgoten en het vernieuwen van dakbedekking. Van verbouwing is slechts sprake, als de werkzaamheden gericht zijn op een verandering van de inrichting, de aard of de omvang van de zaak.

Bron:
VGT

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Belastingrente vervangt heffingsrente

Volgend jaar gaat de regeling belastingrente in. De Belastingdienst rekent dan niet meer met heffingsrente, maar met belastingrente. Belangrijker is echter dat er alleen nog rente wordt vergoed, als een aanslag te laat wordt opgelegd. Het welbekende ‘sparen bij de Belastingdienst’ heeft dus weinig zin meer.

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Tandartsen zijn niet schaars genoeg voor 30%-regeling

Bedrijven die tandartsen aantrekken uit het buitenland, kunnen op het loon van deze ingekomen werknemers in beginsel de 30%-regeling niet toepassen. Volgens de fiscus en Rechtbank Arnhem heeft Nederland inmiddels voldoende tandartsen uit het buitenland gehaald, zodat tandartsen niet meer schaars zijn. Lees het hele artikel bij Taxence

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Dierenarts mag boekverlies op verbouwing niet aftrekken

Hof Amsterdam heeft onlangs beslist dat een dierenarts ten onrechte een boekverlies op verbouwing in aftrek heeft gebracht bij de beëindiging van zijn dierenartspraktijk. Dit meldt Pleinplus.

De dierenarts en zijn partner zijn eigenaar van een pand waarin de praktijk van de dierenarts gevestigd is. In 2001 is het pand verbouwd en in juli 2002 verkoopt de dierenarts zijn praktijk aan een derde die de praktijkruimte huurt. Het pand werd door de dierenarts altijd als privévermogen gezien. Het boekverlies op de verbouwing van € 278.989 bracht de dierenarts bij de aangifte over 2002 in aftrek. 

Oordeel Hof Amsterdam 
Hof Amsterdam oordeelt dat de dierenarts ten onrechte een boekverlies op verbouwing in aftrek heeft gebracht omdat het pand tot het privévermogen behoort. Alle verbouwingskosten moeten in dit geval als privéuitgaven gezien worden. Dit zou anders zijn indien de uitgaven betrekking hebben op specifiek voor de onderneming bestemde onderdelen.

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving

Lichte stijging verzuim in de tandheelkundige praktijk

In 20011 lag het verzuim in de tandheelkundige branche op 3,5 procent. Dit is een lichte stijging: in 2010 bedroeg dit 3,3%, aldus de NMT in het Nederlands Tandartsenblad. Deze stijging wordt veroorzaakt door de duur van het verzuim.

Ook buiten de tandheelkundige branche is er een lichte stijging: het landelijk gemiddelde komt uit op ca 4 %. Het aantal keer dat iemand zich ziek meldt, de meldingsfrequentie, is wel gelijk gebleven.

Het verzuim wordt merendeels veroorzaakt door fysieke aandoeningen. Daarnaast is er relatief veel verzuim door zwangerschap, wat verklaard kan worden door het grote aantal vrouwen werkzaam in de tandheelkunde.


Lees meer over: Ondernemen, Personeel
Secundaire arbeidsvoorwaarden steeds belangrijker in salarisonderhandelingen

Secundaire arbeidsvoorwaarden steeds belangrijker in salarisonderhandelingen

Bij het belonen van werknemers leggen de Westerse landen de nadruk op salaris en bonus, terwijl ontwikkelingslanden en nieuwe economieën verhoudingsgewijs een veel groter aandeel van het totale arbeidsvoorwaardenpakket aan secundaire arbeidsvoorwaarden besteden (gezondheidszorg, arbeidsongeschiktheids- en leaseregelingen, pensioenen, opleidingsmogelijkheden, mobiele telefoons voor persoonlijk gebruik). Op de ranglijst van secundaire arbeidsvoorwaarden als percentage van het totale arbeidspakket, staat Nederland op de 36e positie. Dit blijkt uit onderzoek van Hay Group, de studie vergelijkt het gemiddelde loon van meer dan 12 miljoen werknemers binnen 16.500 organisaties verspreid over 58 landen.

Secundaire arbeidsvoorwaarden op maat
Elke leeftijdsgroep heeft zijn eigen specifieke behoeften op het gebied van secundaire arbeidsvoorwaarden. Zo is jong talent nauwelijks bezig met pensioen en is de groep tussen de 30 en 40 jaar gebaat bij regelingen als ouderschapsverlof. Beter inspelen op specifieke wensen van de werknemer kan zorgen voor meer tevredenheid en daarmee tot het behoud van talent. Juist in deze onzekere tijd zou de werkgever er alles aan moeten doen om zijn totaalaanbod aan arbeidsvoorwaarden in te zetten als concurrentievoordeel op de arbeidsmarkt.

Inzicht in opbouw leidt tot waardering
De bijdrage van werkgevers aan de pensioenregeling van werknemers kan van 20% tot 35% variëren van het salaris. Uit onderzoek blijkt dat werknemers slecht op de hoogte zijn van de hoeveelheid geld die de werkgever voor hen betaalt. Terwijl tegelijkertijd is het inzicht in de opbouw en de waarde van het pakket aan secundaire arbeidsvoorwaarden bepalend voor de mate van tevredenheid onder werknemers.

Lees meer over: Ondernemen, Personeel