Wijziging wetgeving tandbleekproducten

Vanaf 1 november 2012 mogen tandbleekproducten met meer dan 0,1% tot maximaal 6% h2o2* alleen door tandartsen verkocht worden. Tandartsen mogen deze producten pas meegeven aan de patiënt voor thuisgebruik als de behandeling in de praktijk is gestart. Mondverzorgingsproducten met een h2o2 gehalte of afgifte tot 0,1% blijven beschikbaar voor directe directe verkoop aan de consument. Dentale ondernemingen mogen vanaf deze datum geen tandbleekproducten met meer dan 6% h2o2 verkopen aan tandartsen.

* 6% h2o2 staat gelijk aan 18% carbamideperoxide

Richtlijn
In september 2011 heeft de Raad van de Europese Unie de Richtlijn 2011/84/EU uitvaardigd waarin deze wijzigingen zijn opgenomen. Deze wijzigingsrichtlijn gaat specifiek over tandbleekmiddelen en past de oorspronkelijke Richtlijn 76/768/EEG inzake cosmetische producten aan. De Richtlijn gaat op 1 november 2012 van kracht en is geïmplementeerd in de
Warenwetregels nadere cosmetisch producten.

Voor alle EU-landen
De discussie over tandbleekmiddelen met hogere concentraties waterstofperoxides die in het ene EU-land als ‘medisch hulpmiddel’ en in een ander EU-land als ‘cosmetisch product’ verkocht werden, of juist verboden waren, komt hiermee definitief tot een einde. Alle lidstaten van de Europese Unie moeten uiterlijk 30 oktober 2012 aan deze Richtlijn voldoen.

Bron:
E. Kolsteeg, VGT


Lees meer over: Cosmetische tandheelkunde, Ondernemen, Thema A-Z, Wet- en regelgeving

Vlaamse tandtechnieker krijgt in beroep boete voor bleachen

Het hof van beroep in Antwerpen heeft tandtechnicus Filip M. (40) uit Zwalm veroordeeld tot 2.750 euro boete met uitstel, omdat hij gedurende twee jaar verkleurde tanden weer witter had gemaakt. Zijn tandtechnisch labo in Zwijndrecht kreeg dezelfde boete, maar dan effectief. In eerste aanleg waren beide nog vrijgesproken.

Aanklacht
Het Verbond der Vlaamse Tandartsen had in 2008 klacht tegen Filip M. ingediend, omdat bleachen een tandheelkundige ingreep is die enkel door tandartsen mag worden uitgevoerd. Filip M. had bovendien reclame gemaakt voor het bleachen, wat verboden is. Op 30 juli 2008 volgde er een huiszoeking bij de beklaagde waarbij al zijn materiaal in beslag werd genomen. Hij bekende dat hij sinds april 2006 tanden bleekte, maar zijn advocaat voerde aan dat het om een oppervlakkige ingreep ging waarvoor geen diploma tandheelkunde vereist is. Je kan het ook zelf thuis doen of in een schoonheidssalon. In eerste aanleg werden beide beklaagden vrijgesproken, maar het hof van beroep zag dat anders. Het stelde dat het product dat Filip M. gebruikt had, een hoog percentage waterstofperoxide bevat, waardoor het bleachen niet zonder risico was. In de bijsluiter stond bovendien dat het uitsluitend door of onder toezicht van een tandarts gebruikt mocht worden. Het hof verklaarde de 30.126 euro die hij met bleachen verdiend had, verbeurd, alsook het in beslag genomen materiaal. Filip M. moet het Verbond der Vlaamse Tandartsen 1 euro schadevergoeding betalen.

Bron:
Knack.be


 

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving
Aan welke eisen moeten handschoenen voldoen?

Aan welke eisen moeten handschoenen voldoen?

De nationale NEN expertgroep adviseert gebruikers om extra aandacht te besteden aan eisen uit de normen serie NEN EN 455. De De nationale NEN expertgroep adviseert gebruikers van handschoenen om extra aandacht te besteden aan eisen uit de normen serie NEN EN 455. De serie beschrijft aan welke eisen handschoenen zouden moeten voldoen.

Bescherming tegen risico’s
Correct gebruik en het kiezen van de juiste handschoen is essentieel voor de bescherming tegen risico’s van de gebruiker en patiënt. Een handschoen voor eenmalig gebruik kan in twee categorieën worden ingedeeld. Als medisch hulpmiddel en als persoonlijk beschermingsmiddel.

Het artikel ‘Medische onderzoekshandschoenen, weet wat je aanschaft en gebruikt!’ gaat in op de fysieke eigenschappen, Acceptable Quality Level, allergie en houdbaarheid van handschoenen.

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving

Tuchtrecht als kwaliteitskenmerk

De NVM gaat het intern tuchtrecht invoeren voor mondhygiënisten. Wat is tuchtrecht precies en wat zijn de voor- en nadelen hiervan?

Aanleiding
Minister Schippers vindt de mondhygiënist een zorgprofessional en wil haar meer bevoegdheden geven. Dit maakte ze in maart duidelijk met een kamerbrief: “De inzet van de mondhygiënisten-nieuwe stijl past in mijn prioriteiten van de juiste zorgverlener op de juiste plaats. Deze mondzorgprofessionals gaan in de naaste toekomst een belangrijk deel van de preventieve en de licht curatieve mondzorg op zich nemen. Ook zie ik in deze nieuwe professional een zorgverlener die bij uitstek geschikt is om kinderen en jeugdigen te behandelen. Om deze redenen wil ik de ingeslagen weg van de taakherschikking in de mondzorg verder voortzetten en uitbreiden. Zo wil ik nagaan of het deskundigheidsgebied van de mondhygiënist kan worden uitgebreid met de bevoegdheid om zelfstandig röntgenfoto’s te maken. Dit moet leiden tot een betere benutting van de voorhanden capaciteit en een verhoging van de kwaliteit.”

Blij
Corrie Jongbloed, voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Mondhygiënisten, is erg blij met de overweging van de minister mondhygiënisten zelfstandig röntgenfoto’s te laten maken. Nu heeft de mondhygiënist al een functionele zelfstandigheid voor het maken van röntgenfoto’s en anesthesie. Dit houdt in dat er altijd een opdracht nodig is van een arts. “Opdracht voor voorbehouden handeling is een belemmering voor de mondhygiënist”, aldus Jongbloed. Als de mondhygiënist hiervoor een zelfstandige bevoegdheid krijgt, is die opdracht niet meer nodig. Jongbloed verwacht dat het nog wel een paar jaar zal duren voordat het zo ver is. Tot die tijd is het belangrijk dat de minister vertrouwen houdt in de beroepsgroep.

Vertrouwen
“Als u meer verantwoordelijkheden wilt hebben, dan heeft u daar een extra kwaliteitsborging voor nodig”, zei Wolter Brands tijdens de Algemene Ledenvergadering van de NVM. “En dit kan in de vorm van tuchtrecht”. Om vertrouwen te houden moet de mondhygiënist namelijk wel kwaliteit leveren, deze inzichtelijk maken en verantwoordelijkheid durven afleggen. Het vertrouwen van de minister en de burger krijgt men niet vanzelf, die moeten de mondhygiënisten verdienen. Mede daarom zijn er objectieve maatstaven bedacht, zoals de 18 kwaliteitsindicatoren.
Deze zijn door Zichtbare Zorg (ZiZo) gemaakt en worden nog doorontwikkeld. Belangrijke onderdelen zijn de patiëntenervaringen en visitatie. Deze indicatoren moeten inzichtelijk worden voor het publiek. Transparantie van de kwaliteit schept vertrouwen in de beroepsgroep. “Als de individuele mondhygiënist meer vertrouwen wil krijgen, dan moet men zorgen dat de gehele beroepsgroep vertrouwen wint”, overtuigde Brands. “Reclame maken en met modder gooien naar andere mondzorgverleners is niet het juiste middel. Tuchtrecht echter wel.”

Voordelen
“Tuchtrecht gooit rotte appels eruit en dit werkt ook als waarschuwing. Het geeft duidelijke criteria over wat wel en niet kan”, legde Brands uit. Tuchtrecht zal nooit een schadevergoeding opleggen. Het is niet individueel maar gericht op het publiekelijk vertrouwen in de mondhygiënist.

Wettelijk tuchtrecht
Het wettelijk tuchtrecht heeft een aantal nadelen. Bij de consument leeft, ten onrechte, het bezwaar dat beroepsgenoten elkaar de hand boven het hoofd houden. Voor tandheelkundig zorgverleners is het daarnaast erg vervelend als de zaak lang duurt. De procedure is voor hen onbekend en de gevolgen zijn fors. Een ander nadeel is het openbare karakter: de beschuldigde wordt gauw aan de schandpaal genageld. Ook al wordt iemand niet schuldig bevonden, toch wordt er in de media vaak op een vervelende manier over de kwestie geschreven. Sommige klachten worden bovendien veel te serieus genomen. Brands noemde een voorbeeld van een patiënt die klaagde omdat hij nietjes zou niezen nadat het boortje was afgebroken. En een ander voorbeeld van een man die aangaf dat z’n tandarts afluisterapparatuur in zijn oor had geplaatst.

Intern tuchtrecht
Bij het opstellen van verenigingstuchtrecht – ook wel intern tuchtrecht genoemd – kan rekening worden gehouden met de nadelen van het wettelijk tuchtrecht. Intern tuchtrecht kan er namelijk voor zorgen dat:

  • Futiliteiten niet tot een zitting komen;
  • De zitting niet openbaar hoeft te zijn;
  • Er minder ingrijpende gevolgen zijn, dus bijvoorbeeld geen titelafname of iets dergelijks.

Brands verwacht dat een intern tuchtrechtorgaan het niet druk zal krijgen. “Over het algemeen zijn er erg weinig officiële klachten over mondhygiënisten”, gaf hij aan.

Verslag door Lieneke Steverink-Jorna voor dental INFO, tijdens de Algemene Ledenvergadering van de NVM op 13 april 2012.

Mr. dr. Wolter Brands is tandarts, plaatsvervangend rechter aan de rechtbank in Utrecht en cursusdocent in het postacademisch onderwijs. Brands is gepromoveerd in het gezondheidsrecht. Op zijn naam staan talrijke nationale en internationale lezingen en publicaties over het raakvlak van het gezondheidsrecht en de dagelijkse tandheelkundige praktijk.

Mei 2012

 

Lees meer over: Ondernemen, Tuchtrecht, Wet- en regelgeving

Twitter-tweets niet te bestempelen als zakelijke contacten concurrentiebeding

In veel arbeidsovereenkomsten zijn relatie-, geheimhoudings- en/of concurrentiebedingen opgenomen. Het Hof oordeelde dat twitterberichten geen overtreding van het relatiebeding opleveren maar dit wil dat niet zeggen dat dit voor alle situaties geldt.
Voorzichtheid blijft dus geboden.

Social media
Doordat steeds meer mensen en bedrijven maken gebruik van social media, zoals Facebook, Hyves, LinkedIn en Twitter, neemt de kans toe dat ex-werknemers (bedoeld of onbedoeld) een relatiebeding overtreden, met alle gevolgen van dien. Zo bepaalde het Hof Amsterdam dat het via Hyves benaderen van oud-collega’s om eens te komen praten over een overstap in strijd was met het relatiebeding/ronselbeding. Dat beding bepaalde dat het de ex-werknemer niet was toegestaan om actief te werven onder medewerkers van de oude werkgever. Ook de rechtbank Arnhem oordeelde recent dat het via LinkedIn contact hebben met een relatie van de ex-werkgever eveneens een overtreding van het relatiebeding oplevert.

Procedure Hof Den Haag
Onlangs werd aan Hof Den Haag de vraag voorgelegd of twitterberichten (tweets) konden worden gezien als het ‘onderhouden van zakelijke contacten’ en er dus sprake was van een overtreding van het relatiebeding. Het Hof komt tot de voorlopige conclusie dat dit niet zo is. Het Hof overweegt hierbij dat bij Twitter, anders dan bij Hyves, Facebook en LinkedIn, geen persoonlijke uitnodiging en acceptatie nodig is en dat het ‘volgen’ een eenzijdige actie vanuit de volger is.

Feiten
Bij zijn indiensttreding is de werknemer met de werkgever een relatie-, geheimhoudings- en concurrentiebeding overeengekomen. Op grond van dit concurrentiebeding is het de werknemer niet toegestaan om binnen 12 maanden na beëindiging van het dienstverband een gelijksoortige functie te bekleden bij een concurrent van werkgever of vanuit een eigen onderneming, binnen een straal van 45 km van het kantooradres van werkgever. Op overtreding van het concurrentiebeding staat een boete van € 30.000.

Concurrentiebeding
In 2011 heeft werknemer zijn arbeidsovereenkomst met werkgever opgezegd en wil hij in dienst treden bij een concurrent die is gevestigd op ongeveer 38 km afstand van het kantooradres van de werkgever. Voor de werknemer in dienst treedt bij de concurrent vordert hij schorsing van het concurrentiebeding. De kantonrechter heeft de vordering tot schorsing toegewezen.

In hoger beroep overweegt het Hof dat een werkgever in beginsel alle rechten heeft om zich, ter bescherming van zijn bedrijfsdebiet, te beroepen op de gelding van een met een werknemer overeengekomen concurrentiebeding. Dit is anders als in verhouding tot het te beschermen belang van de werkgever, de werknemer door dat concurrentiebeding onbillijk wordt benadeeld.

Het belang van werkgever bij volledige handhaving van het concurrentiebeding is duidelijk: de werkgever wenst zijn bedrijfsdebiet te beschermen. Het belang van de werknemer is in dit geval gelegen in de mogelijkheid zich te verbeteren en te ontwikkelen, zowel op het financiële als ook op het vakinhoudelijke vlak.
De werknemer voerde daartoe onder meer aan dat het aanvangssalaris bij zijn nieuwe werkgever 37% hoger ligt dan het laatstverdiende salaris bij de werkgever, hij aanspraak maakt op veel ruimere emolumenten (zoals extra vakantiedagen, een onkostenvergoeding, een betere pensioenregeling en bonusregeling, korting op verzekeringen, een leasevergoeding en betere studiefaciliteiten) én dat de doorgroeimogelijkheden op het vakinhoudelijke vlak, gelet op de grotere omvang en bredere oriëntatie op de wereldmarkt van zijn nieuwe werkgever, groter zijn.

Belang werkgever wijkt voor belang werknemer
Het Hof komt tot het voorlopige oordeel dat het belang van de werknemer om bij zijn nieuwe werkgever werkzaam te zijn zo groot is, dat het belang van de ex-werkgever daarvoor moet wijken. Bij zijn oordeel houdt het Hof ook rekening met het feit dat het overeengekomen relatiebeding en het geheimhoudingsbeding wel van kracht blijven. Door onverkort aan het concurrentiebeding vast te houden wordt de werknemer te ernstig benadeeld, aldus het Hof. Het Hof geeft daarbij aan zich te realiseren dat het relatiebeding en het geheimhoudingsbeding, niet die bescherming bieden die het handhaven van het concurrentiebeding met zich meebrengt, maar het Hof schat vooralsnog in dat die bedingen de ex-werkgever afdoende beschermen.

Twitter en relatiebeding
De werkgever stelt echter er geen vertrouwen in te hebben dat de werknemer het relatie- en geheimhoudingsbeding na zal leven en verwijst daarbij naar verschillende twitterberichten van de werknemer. Uit die berichten blijkt dat de werknemer voor zijn nieuwe werkgever op zoek is naar zzp’ers op het gebied van ‘finance’.

Volgens het Hof begeeft de werknemer zich met die berichten met betrekking tot het nakomen van het relatiebeding mogelijk op glad ijs, maar vooralsnog is het Hof van oordeel dat met die berichten nog geen sprake is van het ‘onderhouden van zakelijke contacten’ zoals door het relatiebeding verboden. Ook niet als men hierbij zogenaamde ‘volgers’ betrekt. Het volgen op Twitter is een eenzijdige actie vanuit de volger en niet specifiek geïnitieerd vanuit de eigenaar van het gevolgde twitteraccount. Een uitnodiging daarvoor en een acceptatie daarvan zijn niet nodig, zoals wel het geval is bij de persoonlijke accounts op Facebook of LinkedIn.

Conclusie
Voor werknemers blijft het dus oppassen met social media. Het accepteren van een connectie of een vriendschapsverzoek kan al (onbedoeld) een overtreding van het relatiebeding betekenen. Dit zal uiteraard mede afhangen van de formulering van het beding. Hoewel het Hof in bovenstaande procedure tot het voorlopige oordeel komt, dat de twitterberichten geen overtreding van het relatiebeding opleveren, wil dat niet zeggen dat dit voor alle situaties geldt. Voorzichtigheid blijft dus geboden!

Werkgevers zullen bij het formuleren van geheimhoudings- en relatiebedingen rekening moeten houden met het toenemende gebruik van social media. Ook kan het zinvol zijn met het oog op mogelijke overtredingen van het relatiebeding af en toe eens een kijkje te nemen op de diverse social media.

Bron:
Flynth

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving, ZZP-er

Initiatiefnota Tweede Kamer voor strafbaar stellen acquisitiefraude

De Tweede Kamer heeft een initiatiefnota geschreven om binnenkort acquisitiefraude strafbaar te stellen. Hierdoor kunnen malafide bedrijven, die andere bedrijven en organisaties bestoken met spookfacturen, worden aangepakt.

Steunpunt Acquisitiefraude
Het bedrijfsleven lijdt jaarlijks 400 miljoen euro schade door spookfacturen en andere vormen van acquisitiefraude. Het aantal klachten van ondernemers dat Steunpunt Acquisitiefraude binnenkrijgt stijgt de laatste tijd explosief. Ondernemers worden misleid en uitgelokt om te betalen voor iets dat ze niet willen. VNO-NCW en MKB-Nederland werken samen met het steunpunt acquisitiefraude. Zij adviseren altijd melding te maken bij het Steunpunt Acquisitiefraude als zij fraude of oplichting vermoeden.

Fraudeurs openbaar
De Tweede Kamer wil reclameverkopers verbieden om ondernemers te werven voor gidsen of telefoonboeken, zonder dat expliciet duidelijk is dat het aanbod tegen betaling is. Fraudeurs mogen straks aan de schandpaal genageld worden door openbaarmaking op internet. Daarnaast wordt ook de positie van het slachtoffer verbeterd door hen de mogelijkheid te geven schadevergoeding te vorderen.

VNO-NCW en MKB-Nederland zijn blij dat het probleem nu op de politieke agenda is gezet. De ondernemersorganisaties hopen dat alle andere partijen zich zullen aansluiten bij dit initiatief. Dan kan deze problematiek worden aangepakt en de economische schade terug worden gedrongen.


Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving

Fiscale regels gezamenlijke kosten

U bent zelfstandig praktijkhoudend tandarts en gebruikt bedrijfsmiddelen samen met een collega die ook zelfstandig is.
U heeft geen maatschap. Hoe mag u de kosten verdelen van de fiscus?

Wanneer u als zelfstandig praktijkhoudend tandarts bedrijfsmiddelen samen met een collega gebruikt, maar niet samenwerkt door middel van een maatschap, deelt u vaak de gezamenlijke kosten. Een dergelijke situatie wordt aangeduid als gezamenlijkheid.

Kostenverdeelovereenkomst
Om de onderlinge verrekening van deze kosten buiten de sfeer van de BTW te houden, wordt de wijze van verrekening vaak geregeld in een kostenverdeelovereenkomst. De fiscus stelt eisen aan de in deze overeenkomst opgenomen verdeelsleutels. Deze moeten uitgaan van vaste verhoudingen en mogen niet variabel zijn.

Geen wijzigingen
Eénmaal afgesproken verdeelsleutels mogen niet worden gewijzigd gedurende de hele periode dat de gezamenlijkheid bestaat. Het is niet mogelijk om veranderingen, bijvoorbeeld het toerekenen van een groter aandeel in de kosten in verband met een toename van het aantal gewerkte dagen, door te voeren. Het is ook niet mogelijk om de verdeelsleutels voor een bepaalde termijn af te spreken, om na het verstrijken van deze periode de afspraken te herzien tussen dezelfde partijen.

Alle aanpassingen leiden naar oordeel van de Belastingdienst tot een beëindiging van de gezamenlijkheid en het ontstaan van belaste leveringen voor de BTW. Bij een toe- of uittreding van een deelnemer in zo’n gezamenlijkheid ontstaat een nieuwe situatie en is een herziening van de afspraken wel toegestaan.

Bron:
NMT


Lees meer over: Financieel, Ondernemen, Wet- en regelgeving
weigeren - accepteren

Artsen mogen zorg weigeren aan agressieve patiënten

‘Artsen hebben in beginsel een zorgplicht, maar zijn niet verplicht om in alle situaties een patiënt te helpen.’ Zo reageerde KNMG-voorzitter Arie Kruseman in het Radio 1 Journaal op het actieplan ‘Veilig werken in de zorg’. Minister Schippers vindt dat hulpverleners hulp mogen weigeren aan gewelddadige patiënten. Elke zorgsector daarin moet zelf aangeven wat acceptabel is.

Bron:
KNMG

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving

Auteursrechten voor achtergrondmuziek bij tandarts in België

De Belgische auteursrechtenvereniging Sabam heft auteursrechten voor achtergrondmuziek in de wachtkamer van de tandarts in België. Sabam heft geen auteursrechten voor achtergrondmuziek in tandartspraktijken. “Maar in de wachtzaal doen we dat wel, want dat is een openbare plaats”, zegt Jérôme Van Win, in reactie op de uitspraak van het Europees Hof in een Italiaanse zaak.

Europese Hof
Het Europese Hof oordeelde dat tandartsen geen auteursrechten moeten betalen voor de achtergrondmuziek die in hun particuliere praktijk te horen valt. Uit het arrest en de eerdere conclusie van de advocaat-generaal van het Hof kan volgens een bron bij het Hof echter opgemaakt worden dat de Europese rechters daarmee ook de wachtzaal bedoelen. “De patiënten van een tandarts gaan uitsluitend voor tandverzorging naar een tandartspraktijk en daarbij is een uitzending van fonogrammen geen aan tandverzorging inherent aspect. Zij horen toevallig en buiten hun wil bepaalde fonogrammen, afhankelijk van hun aankomsttijdstip in de praktijk en hun wachttijd alsook van de aard van de behandeling. In deze omstandigheden kan niet worden verondersteld dat de normale kring van patiënten van een tandarts ontvankelijk is voor de betrokken uitzending”, stelt punt 98 van het arrest. Het Hof oordeelde donderdag ook dat hoteluitbaters wel auteursrechten moeten betalen voor de radio’s en tv’s in hun kamers. Sabam heft nu al auteursrechten voor hoteluitbaters. Op dat vlak verandert de uitspraak dus niets.

Bron:
Knack.be

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving
Apps - social media

Amerikaanse artsen bestraft voor misbruik social media

Medische tuchtcolleges in Amerika leggen harde straffen op aan artsen die social media verkeerd gebruiken. Dat blijkt uit een studie in de Journal of the American Medical Association. Voor het onderzoek zijn 48 directeuren van de 68 tuchtcolleges in Amerika ondervraagd.

Bron:
Zorgvisie

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving
zzp

Zzp’er krijgt gelijk Hoge Raad conflict arbeidsongeschiktheid met opdrachtgever

De werkgeversorganisaties vinden het “prematuur” om grote gevolgen te verbinden aan een uitspraak van de Hoge Raad over de verantwoordelijkheid van bedrijven voor zzp’ers die zij inhuren.

Doorbraak
Aanleiding was een slepend geschil tussen een werkgever en een zzp’er die arbeidsongeschikt is geworden. De advocaat van de zelfstandige in kwestie noemt de uitspraak van de Hoge Raad een doorbraak,

Eigen verantwoordelijkheid
VNO-NCW en MKB-Nederland willen daar niets van weten. Ze zeggen dat zzp’ers een eigen verantwoordelijkheid hebben. “Die eigen verantwoordelijkheid geld ook op het terrein van gezond en veilig werken.”

Het hoogste rechtscollege stelt dat bedrijven in sommige gevallen een zorgplicht hebben voor zelfstandige arbeidskrachten die bijvoorbeeld arbeidsongeschikt worden. Dat betekent dat bedrijven aansprakelijk kunnen worden gesteld.

Invalide door bedrijfsongeval
De uitspraak gaat over een zzp’er die in 2005 door een bedrijfsongeval invalide was geworden. Hij had geen arbeidsongeschiktheidsverzekering en claimde een schadevergoeding. Het bedrijf wees dat af, omdat de man geen vast dienstverband had. Het bedrijf werd in jarenlange procedures steeds in het gelijk gesteld, maar de Hoge Raad denkt er anders over dan de lagere rechters.

De Hoge Raad leidt uit de wet af dat de zorgplicht van bedrijven voor zzp’ers niet anders is dan voor gewone werknemers. Er is “geen goede grond” om kleine zelfstandigen anders te behandelen, stelt het rechtscollege. “Temeer daar zij niet altijd over een behoorlijke verzekering beschikken tegen bedrijfsongevallen.”

Zorgplicht
Advocaat Stefan Sagel van de invalide zzp’er zegt dat een rechter nu moet onderzoeken of het bedrijf aan zijn zorgplicht heeft voldaan. “Als dat niet zo is, kan mijn cliënt schadevergoeding eisen. Het gaat dan om smartegeld voor het verliezen van zijn been en voor inkomensschade, doordat hij niet meer kan werken.”

De uitspraak geldt volgens Evert Verhulp, hoogleraar arbeidsrecht aan de Universiteit van Amsterdam, voor lang niet alle 800.000 zelfstandige arbeidskrachten. “Het gaat vooral om zzp’ers die in in feite net zo functioneren als een gewone werknemer, zoals bouwvakkers die langdurig voor één opdrachtgever werken.”

Bron:
MKBned.nl

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving, ZZP-er
Tuchtrecht

De Uitspraak: Mag een kaakchirurg na een consult op tafel slaan en de patiënt aan de arm trekken?

Mag een kaakchirurg na een consult zijn stem verheffen, op tafel slaan en de patiënt aan de arm wegtrekken? Een patiënte klaagt bij het tuchtcollege over een kaakchirurg. Zij vindt dat hij wreed met haar omging en haar mishandelde. Wat is het oordeel? Het tuchtcollege vindt schreeuwen onnodig en onprofessioneel. Het trekken aan de arm is een ongewenste, hardhandige handtastelijkheid bij een patiënt. De klacht mishandeling is gegrond.

Lees het hele artikel

Bron:
NRC

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving
Tuchtrecht

Tuchtmaatregelen tegen artsen openbaar

Minister van Volksgezondheid Edith Schippers schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat medici die op de zwarte lijst staan straks vindbaar zijn in het BIG-register. Voor patiënten is het hierdoor inzichtelijk welke artsen, apothekers of fysiotherapeuten hun vak niet meer mogen uitoefenen of geschorst zijn.

Lees het hele artikel

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving
Tijd, klok, wekker

Urencriterium voor zelfstandigenaftrek wordt afgeschaft

Goed nieuws voor zelfstandigen. Het urencriterium voor de zelfstandigenaftrek wordt op termijn afgeschaft. Dat kan vooral voor startende, kleine en deeltijdondernemers een voordeel betekenen.

Urencriterium en zelfstandigenaftrek
Een ondernemer voor de inkomstenbelasting kan in aanmerking komen voor bepaalde fiscale voordelen, zoals de zelfstandigenaftrek, de startersaftrek en de meewerkaftrek. Voorwaarde is dat u voldoet aan het urencriterium ofwel: u moet op jaarbasis meer dan 1225 uur in uw onderneming steken.

Voor veel kleinere ondernemers is die grens lang niet altijd haalbaar, bijvoorbeeld voor degenen die er een deeltijdbaan naast hebben. Daarnaast is vaak ook de bijhorende administratie – alle gewerkte uren moeten worden bijgehouden – een flinke last.

Omzetcriterium
GroenLinks diende daarom een motie in om voor de zelfstandigenaftrek het urencriterium af te schaffen en te vervangen door een omzetcriterium met een glijdende schaal. Dat zou bijvoorbeeld kunnen betekenen dat een ondernemer recht heeft op de volledige zelfstandigenaftrek bij een omzet boven de € 10.000 en de helft daarvan bij een omzet tot € 5.000.

De zelfstandigenaftrek gaat nu nog op basis van de winst: het bedrag dat mag worden afgetrokken, neemt af naarmate er meer winst wordt gemaakt.

Niet eerder dan 2013
De motie is weliswaar aangenomen, maar pas begin 2012 volgt er een uitgewerkt voorstel waaruit moet blijken wanneer het criterium vervalt en hoe dit precies wordt ingevuld. Tot die tijd zal het dus nodig zijn om voldoende uren aan de onderneming te besteden en deze zorgvuldig te administreren.

Bron:
ING

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving
vakantiegeld

Letselschadeadvocaat: Veel te weinig smartengeld bij medische missers

Slachtoffers van medische missers krijgen moeilijk gelijk, stelt letselschadeadvocaat Rob Vermeeren. Bovendien is het regelen van smartengeld een extra lijdensweg. Procedures tegen ziekenhuizen of artsen zijn zo lang en slopend dat de meeste betrokkenen er maar van afzien.

Minister Schippers (Volksgezondheid) erkent dat de afhandeling van medische missers te wensen overlaat en werkt aan een nieuwe wet, die de cliëntenrechten moet versterken. Ze ontving woensdag een boek vol medische missers, die de Consumentenbond de afgelopen maanden verzameld heeft. Er kwamen in totaal 1900 klachten binnen, verspreid over tien jaar.

Voorbeelden
Iedereen kent wel voorbeelden van iemand die door een medische fout langdurig buitenspel is komen te staan. Zoals de verpleegster die in haar eigen ziekenhuis, door een haar bekende chirurg, aan de verkeerde kant van haar voet geopereerd werd.

Schadevergoeding
In dit geval is de fout en de aansprakelijkheid duidelijk, al zal er nog lang over schadevergoeding en smartengeld gediscussieerd worden. Heeft ze recht op 10.000 euro, of het dubbele? En wat als ze haar beroep als operatieassistent waarbij je veel moet staan, helemaal niet meer kan uitoefenen?

Volgens letselschadeadvocaat mr. Rob Vermeeren, bij velen bekend van het televisieprogramma Medische Missers, neemt het aantal claims over medische behandelingen schrikbarend toe.

Veel medische missers
”Die vormen inmiddels 30 procent van onze praktijk, naast die voor verkeers- en bedrijfsongevallen. Dat percentage lag een tiental jaren geleden op vijf. Het kan natuurlijk zijn dat mensen de weg naar de advocaat beter weten te vinden dan vroeger. Maar het is toch ook mijn overtuiging dat er heel veel medische missers zijn. Wat wij krijgen is het topje van de ijsberg.”

Kwade reuk
Vermeeren heeft zich gespecialiseerd als letselschadeadvocaat, die in Nederland nog een beetje in een kwade reuk staan. Niet alleen omdat ze zouden ‘profiteren van het leed van anderen’, maar ook omdat er veel kaf onder het koren is.

Dat zijn volgens hem de zogenaamde juridische bureaus, die volgens het principe van no cure no pay (geen baat geen kosten) werken. Advocaten mogen op deze basis niet werken. No cure no pay klinkt aantrekkelijk, want slachtoffers denken al snel: het kost me niks en ik ga er toch wat van over houden.

Makkelijke zaken
Vermeeren: ”Maar in de praktijk nemen deze mensen natuurlijk alleen de makkelijke zaken aan, die ze zeker winnen. Ze stoppen 20 procent van de schadevergoeding in hun zak en sturen de aansprakelijke verzekeraar vervolgens ook nog een keer de rekening. Ze zijn in veel gevallen niet eens jurist, maar hebben bijvoorbeeld bij een rechtsbijstandverzekeraar gewerkt en denken dat kunstje als zelfstandige ook wel te kunnen.”

Vermeeren maakt met zijn kantoor deel uit van een netwerk van 120 letselschadespecialisten over het hele land, die aangesloten zijn bij de Stichting Keurmerk Letselschade.

Claims
Dat het aantal mensen met medische claims stijgt, betekent nog niet dat de weg naar een schadevergoeding gemakkelijk is. Vermeeren: ”Kijk nou eens naar de getallen: 50.000 patiëntcontacten per dag en bijna 70.000 slachtoffers, waarvan er 1000 tot 1500 bij het medisch tuchtcollege terecht komen,” rekent Vermeeren voor.

“In totaal worden er misschien 100 mensen per jaar in het gelijk gesteld. Daarnaast stoppen heel veel mensen na een ongegronde klacht bij de klachtencommissies van de ziekenhuizen. Die zullen de mensen echt niet zeggen: zoek het maar hogerop, uw zaak is toch misschien kansrijk.”

Betalen
Maar het traject dat slachtoffers bij de erkende letselschadeadvocaat moeten volgen, is ook niet gemakkelijk. Mensen met een salaris boven de 33.000 euro komen niet in aanmerking voor gefinancierde rechtshulp van de overheid en moeten de advocaatkosten grotendeels zelf betalen.

Vermeeren: ”Wie eist bewijst, zo simpel ligt het. Het zijn vaak zaken van een lange adem. Eerst moet je de dossiers krijgen, dat duurt al enkele maanden, dan volgt er een adviestraject, ontstaat er discussie, moeten er onafhankelijke deskundigen benoemd worden, die schrijven weer rapporten en vervolgens komt de vraag op tafel of er geprocedeerd moet worden.”

Te laag
Hij vind dat de bedragen voor smartengeld in Nederland veel te laag zijn. Heel anders dan in de Verenigde Staten.

”Dat speelt ook een rol”, zegt Vermeeren. ”Iemand bij wie hier het verkeerde been afgezet wordt, krijgt een bedrag van 30.000 euro aan smartengeld, bij een dwarslaesie een bedrag van 150.000 euro als er een schuldige is. Dat geld staat natuurlijk niet in relatie tot het leed, maar heel veel risico lopen door kosten te maken om je recht te halen, ligt dan ook moeilijk.”

Bron:
NU.nl

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving
rechter

Verzoek tandarts tegen invoering vrije prijzen in mondzorg afgewezen

Een tandarts uit Amstelveen maakte bezwaar tegen de prestatiebeschrijving van de NZa die dit vervolgens ongegrond verklaarde. Tegen dat besluit heeft de tandarts beroep ingesteld bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven: de voorzieningenrechter heeft het verzoek afgewezen.

In verband met het experiment vrije prijsvorming in de mondzorg heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) op 8 september 2011 een prestatiebeschrijvingbeschikking vastgesteld. Daarin zijn de prestaties beschreven die met ingang van 1 januari 2012 in rekening mogen worden gebracht door tandartsen, orthodontisten, mondhygiënisten en tandprothetici. Het experiment betreft het vrijgeven van de prijzen voor mondzorg voor een periode van 3 jaar.

Beroep bij Collega van Beroep voor het bedrijfsleven
Een tandarts uit Amstelveen heeft tegen deze prestatiebeschrijvingbeschikking bezwaar gemaakt. De NZa heeft het bezwaar bij besluit van 8 december 2011 ongegrond verklaard. Tegen dat besluit heeft de tandarts beroep ingesteld bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven.

Afgewezen
De tandarts heeft voorts de voorzieningenrechter van het College verzocht om de prestatiebeschrijvingbeschikking te vernietigen, of de ingangsdatum daarvan uit te stellen. De voorzieningenrechter heeft dat verzoek afgewezen. De voorzieningenrechter heeft daartoe overwogen dat de door de tandarts geformuleerde bezwaren tegen de invoering van de vrije prijzen niet van zodanig gewicht zijn dat deze aanleiding behoren te zijn voor uitstel van de invoering van de vrije prijzen in de mondzorg. De bezwaren richten zich met name tegen de administratieve rompslomp die het werken met all-in-tarieven en de daarop te geven kortingen veroorzaakt en tegen de investeringen die de tandarts in verband hiermee moet doen, terwijl niet vaststaat dat het experiment een vervolg krijgt.

Tegenover het belang van verzoeker om uitstel te krijgen van de invoering van het experiment staat het belang van NZa om het experiment, waarvan de voorbereiding in een vergevorderd stadium verkeert, door te zetten.

Van kennelijke onrechtmatigheid van het besluit van 8 december 2011 is naar voorlopig oordeel evenmin sprake.

Bron:
Rechtennieuws

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving
Ziek - ziekenhuis- verzuim

Verzuim: dubbel ongemak

Als werkgever heeft u een grote verantwoordelijkheid voor uw zieke werknemers. Op het niet nakomen van allerlei wettelijke regels staat zelfs een boete. Een overzicht waarmee u te maken kunt krijgen bij verzuim.

Een zieke werknemer betekent in feite dubbel ongemak voor u: het werk van de zieke blijft liggen en de kosten lopen door. U heeft namelijk sowieso een loondoorbetalingsverplichting.

U moet minimaal 70 procent van het loon gedurende twee jaar doorbetalen als uw medewerker ziek wordt. Hier kan in de bedrijfstak-cao of in de arbeidsovereenkomst van af worden geweken in positieve zin (voor de medewerker). Bijvoorbeeld dat u het eerste jaar het volledige loon doorbetaalt.
Tijdens het zwangerschapsverlof van uw werkneemster betaalt u ook het loon door, maar u kunt dit vergoed krijgen met de zwangerschapsuitkering op grond van de Wet arbeid en zorg.

U mag de loondoorbetaling staken als:

  • de ziekte is ontstaan door opzet van de medewerker
  • de zieke medewerker vervangende arbeid weigert
  • de zieke medewerker niet meewerkt aan zijn re-integratie

Verzuimverzekering
Ook verzuim is te verzekeren. U kunt ervoor kiezen om het loon eerst een bepaalde periode voor eigen rekening door te betalen. Na die periode neemt de verzekeraar het over. Dit wordt de conventionele verzekering genoemd.

Een andere mogelijkheid is de stop-loss-verzekering. U kiest er dan voor om eerst voor een bepaald bedrag (eigen behoud) het loon zelf te betalen. Komt de uitbetaling boven dit bedrag, dan neemt de verzekeraar de betaling over.

Verder kunt u ervoor kiezen werkgeverskosten mee te verzekeren. U heeft namelijk niet alleen de loonkosten. U maakt ook extra kosten door bijvoorbeeld andere mensen in te huren of eigen medewerkers extra in te zetten. Veel verzekeraars bieden ook allerlei aanvullende diensten bij een verzuimverzekering, zoals arbopakketten, hulp bij re-integratie en preventie.

Verzuim voorkomen
Een griepje is natuurlijk nooit uit te sluiten, maar uit onderzoek blijkt wel dat ontspannen en uitgeruste mensen minder last hebben van een zwakke gezondheid. Ze zijn energieker, werken harder en verzuimen niet of nauwelijks. De meningen over wat het belangrijkst is om mensen gezond en uitgerust te krijgen zijn verdeeld. En uiteraard heeft u als werkgever niet overal invloed op.

Factoren die invloed hebben op een ontspannen geest zijn onder meer een goede werkomgeving, een inspirerende werksfeer en een niet te zware arbeidsbelasting. Verder spelen er zaken als een voldoende uitdaging in het werk en natuurlijk de levensstijl van de werknemer (drinken/roken/overgewicht/onvoldoende bewegen)

Beleid
Met een goed verzuimbeleid kunt u inzicht krijgen in de verzuimproblemen binnen uw onderneming. Gaat het om lang of kort verzuim? Zijn het steeds dezelfde medewerkers? Gaat het om steeds dezelfde klachten?

Het is daarbij van belang de mogelijke oorzaken van alle klachten in kaart te brengen, zodat u preventieve maatregelen kunt treffen. U kunt hiervoor de verzuimgegevens van de afgelopen jaren gebruiken. Het uiteindelijke doel van het verzuimbeleid is om het ziekteverzuim te voorkomen en ook de duur van het verzuim te beperken.

Verplichtingen
In de Wet verbetering poortwachter is vastgelegd dat u in de eerste twee jaar van ziekte alle mogelijkheden moet aanwenden om een zieke medewerker terug op de werkvloer te krijgen. Als u dit niet doet, dan kan het UWV u beboeten met een extra
periode loondoorbetalingsverplichting.

Bron:
Businesscompleet

 

Lees meer over: Ondernemen, Personeel, Wet- en regelgeving
contract - brief

Hoe dient u een aanvraag ontslagvergunning in?

In tijden van economische crisis vallen er helaas ontslagen. Het UWV WERKbedrijf heeft aangegeven dat het aantal ontslagaanvragen fors is toegenomen.

Als u als werkgever de arbeidsovereenkomst met uw werknemer wilt opzeggen, dan dient u daarvoor toestemming te vragen bij het UWV.

Redenen ontslag
Behoudens uitzonderingen* heeft u toestemming nodig van het UWV als u de arbeidsovereenkomst wilt opzeggen met uw werknemer.
Het UWV kan u toestemming geven voor het ontslag vanwege bedrijfseconomische redenen, onvoldoende functioneren of onbehoorlijk gedrag van de werknemer, organisatorische redenen, verstoorde arbeidsrelatie of vanwege het feit dat uw werknemer meer dan twee jaar ziek is en er geen uitzicht is op herstel.

Bedrijfseconomische redenen
Als u uw werknemer wilt ontslaan wegens bedrijfseconomische redenen of organisatorische redenen, dan moet u daarvoor aan kunnen tonen dat er een financiële noodzaak is voor het ontslag. U moet aantonen dat de functie van de werknemer door het ontslag komt te vervallen en er geen andere passende functie is voor de werknemer.

Ook dient u de regels voor het bepalen van de ontslagvolgorde in acht te houden. Dit wordt het afspiegelbeginsel genoemd. Dit houdt kort gezegd in dat werknemers met dezelfde functie worden ingedeeld in leeftijdscategorieën.

Per leeftijdscategorie komt de werknemer met het kortste dienstverband het eerste voor ontslag in aanmerking.

Procedure
U dient de aanvraag voor een ontslagvergunning in bij het UWV. Het UWV stuurt vervolgens een brief naar uw werknemer, waarin staat dat uw werknemer binnen een bepaalde termijn kan reageren op het verzoek om de arbeidsovereenkomst te beëindigen.
Als de werknemer het verweerschrift heeft ingediend, beoordeelt het UWV de situatie en beslist dan of er toestemming wordt verleend voor het ontslag.

Opzegtermijn en opzegverbod
Als u de arbeidsovereenkomst opzegt dan dient u een opzegtermijn in acht te nemen. Als daarover niets is geregeld in de arbeidsovereenkomst of CAO, dan gelden de wettelijke opzegtermijnen.

Let er ook op dat u de arbeidsovereenkomst niet kunt opzeggen als er een opzegverbod geldt. Van een opzegverbod is bijvoorbeeld sprake gedurende de eerste twee jaar van ziekte van uw werknemer, tijdens zwangerschap en zwangerschapsverlof (tot zes weken na het verlof) en gedurende het lidmaatschap van de ondernemingsraad.

* Er is geen toestemming nodig bij een geldig ontslag op staande voet, tijdens de proeftijd en als de opzegging plaatsvindt als gevolg van een faillissement of toepassing van de schuldsanering natuurlijke personen.

Bron:
Businesscompleet

 

Lees meer over: Ondernemen, Personeel, Wet- en regelgeving
telefoon

Kunt u smartphones en iPads loonheffingenvrij vergoeden?

Wanneer zijn een iPad en een smartphone communicatiemiddelen en wanneer niet? De regels voor het verstrekken of vergoeden door werkgevers zijn niet eenvoudig.
Staatssecretaris Weekers van Financiën heeft daarom uitgelegd wanneer er sprake is van een (mobiel) communicatiemiddel en wanneer van een computer.

Werkgevers mogen een telefoon loonheffingenvrij vergoeden als hun werknemers het toestel meer dan 10 procent zakelijk gebruiken. Computers zijn vrij bij 90 procent zakelijk gebruik. Veel smartphones hebben bijna dezelfde functies als een computer, maar blijven toch onder de communicatiemiddelen vallen.

Hier is sprake van als:

  • het apparaat de uiterlijke kenmerken heeft van een mobiele telefoon;
  • het een toestel is waarbij communicatie centraal staat;
  • het beeldscherm niet groter is dan 7 inch (17,78 cm);

Dit ligt vast in het loonheffingenbesluit van 5 juli 2011.

Let op: groter scherm
Als u uw werknemers een apparaat met een groter scherm vergoedt of verstrekt, dan kunnen zij het mogelijk gebruiken als computer, ook al is het een communicatiemiddel. U zult dan aannemelijk moeten maken waarom het toch geen computer is en de soepelere fiscale regels voor telefonie zouden moeten gelden.

iPad en pocket-pc
Er is nog een aantal zaken, bijvoorbeeld een navigatiesysteem, een iPad en een pocket-pc, waarover onduidelijkheid kan bestaan over de geldende regeling. Omdat bij deze apparaten bellen, sms’en en e-mailen niet centraal staan, vallen zij onder de computerregeling en mag u deze toestellen alleen vrij verstrekken of de kosten hiervan vrij vergoeden als het zakelijk gebruik meer dan 90 procent is.

Werkkostenregeling
Binnen de werkkostenregeling gelden dezelfde percentages voor zakelijk gebruik van communicatiemiddelen en computers. Stelt u ze ter beschikking, dan geldt een nihilwaardering. Er moet dan wel sprake zijn van een gebruik op de werkplek. Vergoedt u ze, dan zijn ze altijd belast. U kunt ze dan natuurlijk wel in de vrije ruimte laten vallen, zodat deze voor de werknemer onbelast zijn.

Tip
U kunt hier het loonheffingenbesluit inzien.

Bron:
HRpraktijk

 

Lees meer over: Communicatie, Financieel, Ondernemen, Wet- en regelgeving
BTW

BTW-tips voor auto van de zaak

Als u een auto van de zaak hebt, kunt u de BTW op autokosten in principe volledig aftrekken. Aan het einde van het boekjaar moet u echter wel een BTW-correctie aangeven voor het privégebruik van de auto. De regels met betrekking tot de BTW-correctie zijn sinds 1 juli veranderd. Tegen de oude regels kunt u in bezwaar gaan, waardoor mogelijk een lagere BTW-correctie voor u van toepassing is.

Uitspraak rechtbank
Aanleiding voor verandering van de regels is een uitspraak van de rechtbank Haarlem. Onder het oude regime was de BTW-correctie voor milieuzuinige auto’s aanzienlijk lager dan voor niet-zuinige auto’s. Hoe lager de BTW-correctie, hoe minder BTW u hoeft af te dragen. De rechtbank heeft geoordeeld dat er bij het vaststellen van de BTW-correctie voor privégebruik van een auto geen onderscheid gemaakt mag worden tussen een milieuzuinige en een milieu-onzuinige auto. Ook ondernemers met een niet-zuinige auto kunnen daarom volgens de rechter een beroep doen op de lagere BTW-correctie. De Belastingdienst is in hoger beroep gegaan tegen deze uitspraak.

Omdat het niet zeker is of de Belastingdienst het hoger beroep zal winnen en deze uitspraak grote financiële gevolgen heeft voor de schatkist, is de BTW-correctie sinds 1 juli 2011 losgekoppeld van de bijtelling die geldt voor de inkomsten- of loonbelasting. Hierdoor kan er toch BTW-heffing over het privégebruik van de auto blijven plaatsvinden.

Nieuwe regels
De nieuwe regels die per 1 juli 2011 gelden houden het volgende in:

  • Er wordt geen verschil meer gemaakt tussen werknemers en ondernemers
  • De BTW op autokosten kan in beginsel volledig worden afgetrokken
  • U moet over het werkelijk privégebruik 19 procent BTW gaan betalen
  • Woon-werkverkeer is ook privé (anders dan voor de IB-bijtelling)
  • U kunt het werkelijke privégebruik berekenen door een kilometeradministratie bij te houden, maar u mag ook een vast percentage per jaar berekenen. Voor de BTW-heffing over het privégebruik gaat u dan uit van 2,7 procent van de catalogusprijs (inclusief BTW en BPM) van de auto.
  • Er zullen door de overheid nog maatregelen worden getroffen om te voorkomen dat de BTW-heffing over het privégebruik kan worden gefrustreerd door lage vergoedingen voor het privégebruik in rekening te brengen.

Bezwaar
In de laatste btw-aangifte van 2011 moet u twee regelingen toepassen. De oude regeling tot 1 juli en de nieuwe regeling vanaf 1 juli. Zoals hierboven vermeld maakt de oude regeling onderscheid tussen zuinige en niet-zuinige auto’s, wat volgens de rechtbank Haarlem niet mag.

Als u werkgever bent, kunt u gebruik maken van deze uitspraak en in bezwaar gaan tegen uw eigen aangifte die betrekking heeft op de eerste helft van 2011. In deze aangifte moet u immers de oude regeling toepassen. Door het indienen van het bezwaar maakt u kans op toepassing van het meest gunstige correctiepercentage, wat in het beste geval voor u betekent dat een correctiepercentage van nul (!) procent moet worden toegepast.

Niet alleen als werkgever kunt u in bezwaar gaan tegen uw eigen aangifte, ook voor ondernemers bestaan bezwaarschriftmogelijkheden.

Bron:
Businesscompleet.nl

Lees meer over: Financieel, Ondernemen, Wet- en regelgeving