Meer kans voor vrouwen op droge socket?

Meer kans voor vrouwen op droge socket?

Vrouwen zouden meer risico lopen op het ontwikkelen van droge socket na het trekken van tanden, aldus een nieuwe studie van het Journal of the American Dental Association. Het risico werd nog hoger bevonden bij vrouwen die gebruik maken van hormonale anticonceptie.

Oestrogeen
Droge socket, ook bekend als alveolaire ostitis (AO), ontstaat nadat een tand is getrokken en er geen of weinig bloedstolling ontstaat in de holte. Het is niet zeker waardoor dit wel of niet gebeurt, maar mogelijk is dat oestrogeen hierbij een rol speelt. In het onderzoek werd een risicobeoordeling en gevoeligheid analyse gemaakt van AO. De uitkomsten toonden aan dat vrouwen een grotere vatbaarheid voor AO hebben. De rol van oestrogeen blijft hierbij onduidelijk.

Hormonale anticonceptie
De onderzoekers vroegen zich af of er een correlatie zou bestaan tussen hormonale anticonceptie en risico voor het ontwikkelen van droge socket. Daarom werden dit en overige factoren geanalyseerd. Hierbij werd gekeken naar alle vrouwen, alle mannen, wel- en niet-rokers en naar het wel of niet gebruiken van hormonale anticonceptiva bij vrouwen.

Roken groot effect
13,9 procent van de vrouwen die gebruik maakten van hormonale anticonceptie middelen ontwikkelden AO, tegenover 7,5 procent bij de vrouwen die dit niet deden. Rokers kregen het in 10,5 procent van de gevallen, terwijl 7,5 procent van de niet-rokers dit kregen. Over het algemeen ontwikkelden 8,8 procent van de vrouwen AO. Bij 6,3 procent van de mannen was dit het geval. Roken bleek hierbij de grootste risico factor.

Verder onderzoek
Bienek en Filiben, de onderzoekers, hopen dat toekomstige studies ook verschillende types anticonceptiemiddel mee gaan nemen in hun onderzoek, en hierbij ook gaan kijken of vrouwen wel of niet menstrueren. Dit is van belang omdat er veel verschillende soorten anticonceptie bestaan en de formules hiervan blijven ontwikkelen. Meer onderzoek zou kunnen helpen om te kijken welk soort anticonceptie het best past bij wie, en wat voor bijwerkingen de substanties in dit middel wel of niet zouden kunnen hebben.

Bron:
Journal of the American Dental Association

 

Lees meer over: Onderzoek, Restaureren, Thema A-Z
parodontitis

60% meer kans op hart- en vaatziekte bij parodontitis

Nicky Beukers heeft als eerste in Nederland een grootschalig onderzoek gedaan naar de relatie tussen parodontitis en hart- en vaatziekten. In andere landen werd dit al eerder onderzocht.

Onderzoek onder 60.000 patiënten
Beukers, tandarts-parodontoloog aan het ACTA, onderzocht de gegevens van ruim 60.000 patiënten van ACTA en studeerde hiermee cum laude af in de parodontologie. Zij concludeert dat de kans dat iemand een hart- en vaatziekte heeft zestig procent groter is als deze patiënt ook parodontitis heeft. Dit geldt ook als andere invloeden zoals hoge bloeddruk en een verhoogd cholesterol worden meegenomen.  Zij stelt: “Het is nog niet duidelijk of de tandvleesontsteking zélf daadwerkelijk zorgt voor een hogere kans op hart- en vaatziekten, maar er zijn wel allerlei plausibele verklaringen.” De onderzoeksresultaten zijn gepubliceerd in de Journal of Epidemiology & Community Health.

Wat is eerst?
In een vervolgstudie gaat Beukers onderzoeken wat eerst is: parodontitis of hart- en vaatziekte. Zodra de resultaten van dit onderzoek beschikbaar zijn kan met meer zekerheid worden aangegeven of parodontitis een oorzaak is van hart- en vaatziekten.

Bron:
ACTA en Journal of Epidemiology & Community Health

Lees meer over: Kennis, Onderzoek, Parodontologie, Thema A-Z
botvervanger met groeifactoren

Nieuwe botvervanger met groeifactoren

Dongyun Wang van ACTA ontwikkelde voor haar promotieonderzoek een nieuwe botvervanger. Het materiaal kan groeifactoren uitscheiden en hiermee botherstel stimuleren, naast het functioneren als dragermateriaal waarop een laag is aangebracht van bijvoorbeeld calcium of fosfaat (scaffold).

Bij het botherstel wordt op de plaats van het defecte bot eerst een scaffold gemaakt. Daarna doen groeifactoren uit hun bloed het werk waarbij botvormende cellen worden aangetrokken om nieuw bot aan te maken. Het bot is dus niet alleen een botvervanger maar is ook een dragermateriaal.

Vervolgstudie
Het nieuwe materiaal kan in de toekomst misschien gebruikt worden in combinatie met kankergeneesmiddelen bij behandeling van botdefecten door kanker. In een vervolgstudie wordt hiernaar gekeken.

Promotie
Wang verdedigt haar proefschrift Osteoinductive and antibacterial biomaterials for bone tissue engineering op 21 september aan de Vrije Universiteit.

Promotorprof. dr. Daniel Wismeijer en de copromotor: dr. Yuelian Liu (beiden Orale Implantologie, ACTA)

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Bacteriën

Bacteriën in de mond verhogen risico op alvleesklierkanker

Veranderingen in de bacteriën in de mond van een persoon zouden mogelijk het risico op alvleesklierkanker verhogen. Dit blijkt uit nieuw wetenschappelijk onderzoek gepresenteerd op een bijeenkomst van de American Association for Cancer Research (AACR).

Onderzoek
De onderzoekers vergeleken de microbiota in de mond van 361 Amerikaanse mannen en vrouwen met alvleesklierkanker met monsters van 371 mensen die deze ziekte niet hebben. De deelnemers zijn tien jaar gevolgd.

Bacteriën
Uit de resultaten blijkt dat de bacteriën P. gingivalis en A. actinomycetemcomitans in verband staan met alvleesklierkanker. Patiënten met P. gingivalis hebben 59% meer risico op alvleesklierkanker dan patiënten zonder deze bacterie. Hetzelfde geldt voor patiënten met A. actinomycetemcomitans die minstens 50% verhoogde kans hebben op alvleesklierkanker. In eerder onderzoek is aangetoond dat beide typen bacteriën in verband staan met parodontitis .

Conclusie
Volgens de onderzoekers is dit het eerste bewijs dat specifieke veranderingen in de microbiota in de mond een mogelijk risicofactor is voor alvleesklierkanker. Zij hopen dat verder onderzoek meer inzicht kan bieden in risicofactoren en mogelijke behandelingen van dit kankersoort

Bron: NYO School of Medicine 

 

Lees meer over: Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Onderzoek, Thema A-Z

Plastic fles heeft invloed op gebitsontwikkeling

Niet alleen de inhoud maar ook een plastic fles of verpakking zelf blijkt slecht voor het gebit. Dit komt door de chemische stoffen Bisfenol A (die gebruikt wordt bij de productie van plastic) en vinclozolin (een schimmelbestrijdingsmiddel). Uit recent onderzoek blijkt dat deze chemische stoffen samen de ontwikkeling van het gebit bij kinderen beïnvloeden.

BPA en hypomineralisatie
Bisphenol A (BPA) zit in sommige soorten plastic flessen en soms ook aan de binnenkant van blikjes of gecoate kartonnen verpakkingen. BPA kan vanuit plastic voedselverpakkingen in het voedsel komen. Het is al langer bekend dat BPA schadelijk is voor het tandglazuur en hypomineralisatie veroorzaakt. Hypomineralisatie leidt tot een grotere kans op gaatjes en een grotere gevoeligheid van het gebit. Deze aandoening treft ongeveer 18% van de 6- tot 8-jarigen.

Onderzoek
Voor het huidig onderzoek hebben de onderzoekers van het Franse Nationale Instituut voor Gezondheid en Medisch Onderzoek ratten een dagelijkse dosis BPA gegeven in combinatie met vinclozolin (schimmelbestrijdingsmiddel). Deze dosis komt overeen met de hoeveelheid waar de mens dagelijks mee in contact komt. Uit het onderzoek blijkt dat de combinatie van BPA en vinclozin zorgt voor verandering in de genexpressie die invloed heeft op de mineralisatie van het tandglazuur.

Verbod
Het gebruik van BPA wordt door de Europese wetgeving streng gereguleerd. In Europa geldt al een verbod op de import en verkoop van babyflesjes die BPA bevatten.

Bron:
sciencedaily.com

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
antibiotische profylaxe

Overeenkomst orthopeden en tandartsen over richtlijn antibiotica

Na jaren van discussie hebben orthopeden en tandartsen nu samen een richtlijn opgesteld wat betreft het toedienen van antibiotica bij patiënten met een gewrichtsprothese. De belangrijkste boodschap die hieruit voorkomt is dat patiënten met gewrichtsprothese en een tandheelkundige ingreep ondergaan geen antibiotische profylaxe toegediend hoeven te krijgen om een infectie aan de prothese te voorkomen.

Onenigheid
Vele onenigheid bestond al jaren over het wel of niet toedienen van antibiotica. Dat de bestaande adviezen verschillende richtingen op wezen hielp hier niet bij. Om die reden drong Geert Walenkamp, hoogleraar orthopedie, aan bij de Nederlandse Orthopaedische Vereniging aan op een nieuwe richtlijn, die gefocust zou moeten zijn op antibioticaprofylaxe bij tandheelkundige ingrepen voor mensen met een gewrichtsprothese. Die richtlijn is nu inderdaad opgesteld, met de duidelijke boodschap dat de antibiotica beter niet kan worden toegediend.

Onderzoek
Deze conclusie werd niet zomaar genomen. Uit enkele observationele studies bleek dat antibiotica wel degelijk positieve effecten teweeg brengt in een aantal gevallen. Dit was echter niet het enige wat meetelt, aangezien dit weinig uitsluitsel gaf over dat antibiotica niet juist zinloos zou kunnen zijn. Zo is het onwaarschijnlijk dat er zo’n groot aantal bacteriën in de bloedbaan komt dat dit een infectie zou kunnen gaan vormen.

Verlaagde weerstand
Ook bij patiënten met een verlaagde weerstand is antibiotica niet per se noodzakelijk. De relatie tussen een lage immuniteit en het ontstaan van infecties is namelijk heel onduidelijk. Daarom geldt ook hier dat maar beter niet toegediend kan worden.

Gezondheid gebit zeer belangrijk
Of een tandheelkundige ingreep te doen voor het plaatsen van een prothese slim is, is een andere vraag. Dat er een verband is tussen gebit en de gezondheid in zijn algemeenheid is zeker, maar hoe dit verband precies in elkaar zit is niet zeker. Het is in elk geval belangrijk om mensen te blijven wijzen op het belang van een goede mondhygiëne en regelmatige controles.

Bron:
Medisch Contact  &
Richtlijn

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Te hoge dosering opioïden voorgeschreven na tandextractie

Te hoge dosering opioïden voorgeschreven na tandextractie

Amerikaanse tandartsen schrijven vaak een hoge dosering opioïden voor na een tandextractie. Dit blijkt uit een nieuw onderzoek gepubliceerd in de Journal of the American Medical Association.

Regelmatig voorgeschreven
Uit studies blijkt dat tandartsen regelmatig opioïden voorschrijven na een tandextractie, ondanks dat is aangetoond dat een combinatie van steroïde medicijnen en paracetamol effectiever is voor pijnbestrijding.

Onderzoek
Voor het onderzoek zijn data geanalyseerd van ruim 2.5 miljoen Amerikaanse patiënten die tussen 2000 en 2010 een tandextractie hebben gehad. De onderzoekers keken hoe vaak en hoeveel opioïden worden voorgeschreven in een week. Tevens werd geanalyseerd welke soort opioïde wordt voorgeschreven.

Resultaten
Patiënten van 14 tot 17 jaar krijgen het vaakst opioïden voorgeschreven (61%), gevolgd door patiënten in de leeftijdscategorie van 18 tot 24 jaar (52%). De gemiddelde leeftijd van een patiënt die opioïde voorgeschreven krijgt is 24,9 jaar, en meer dan 60% van de patiënten is vrouw. De meest voorgeschreven opioïde is hydrocodon (78%), gevolgd door oxycodon (15,4%), propoxyfeen (3,5%) en codeïne (1,6%).

Verminderen
Het onderzoek suggereert dat tandartsen vaak een te hoge dosering opioïde voorschrijven op basis van de verwachte pijnintensiteit en duur. Tandartsen en organisaties in de Verenigde Staten zijn al jaren bezig om overmatig gebruik van opioïden te verminderen en misbruik te voorkomen. Zo probeert men de laagst mogelijke effectieve dosering voor te schrijven om de risico’s op overdosering te verkleinen.

Bron:
jama.jamanetwork.com

Lees meer over: Kennis, Onderzoek

Onvoldoende bewijs verband mondgezondheid en cognitieve achteruitgang

Diverse onderzoeken laten een verband zien tussen mondgezondheid en cognitieve achteruitgang. Onderzoekers analyseerden 56 onderzoeken op dit gebied en concluderen dat er momenteel onvoldoende bewijs is voor het verband tussen mondgezondheid en cognitie.

Het onderzoek is gepubliceerd in de Journal of the American Geriatrics Society.

Cognitieve stoornissen en dementie
Dementie is de ziekte van de 21e eeuw. Dit is te verklaren door de vergrijzing, de prevalentie stijgt met de leeftijd. Veel ouderen met cognitieve stoornissen of dementie hebben een slechte mondgezondheid.

Onderzoek
De onderzoekers willen weten of er een verband is tussen de mondgezondheid en cognitief functioneren bij ouderen. Het team heeft 56 onderzoeken geanalyseerd die gepubliceerd waren in de periode 1993-2013 met behulp van cross-sectionele data en longitudinale gegevens. Een deel van de geanalyseerde onderzoeken keek naar het effect van mondgezondheid op de cognitieve status.

Tegenstrijdig
De resultaten suggereren dat het aantal tanden, cariës en de aanwezigheid van parodontitis het risico op cognitieve achteruitgang of dementie kan verhogen. Sommige studies hebben echter geen verband vastgesteld. Tevens zijn de bevindingen op basis van het aantal tanden of cariës tegenstrijdig. Er is ook beperkt bewijs van een verband tussen parodontale aandoeningen en cognitieve achteruitgang.

Onvoldoende bewijs
Het team concludeert dat er momenteel onvoldoende bewijs is om te zeggen dat er een oorzakelijk verband is tussen mondgezondheid en cognitieve achteruitgang. Bovendien zijn er ook veel andere factoren die samenhangen met slechte cognitieve functie, zoals diabetes en hart- en vaatziekten. Er is daarom meer onderzoek nodig om een verband vast te stellen.

Bron:
eu.wiley.com

 

Lees meer over: Kennis, Onderzoek

Mondkanker in de top 10 van meest voorkomende vorm van kanker bij mannen

Mondkanker is nu een van de tien meest voorkomende vorm van kanker bij mannen. Dit blijkt uit een Engels onderzoek van Cancer Research UK. Bekijk ook de video en toolkit voor de instructie voor check op mondkanker.

Onderzoek
Uit de laatste gegevens van 2012 blijkt dat er in het Verenigd Koninkrijk ongeveer twee keer zoveel mannen (4900) dan vrouwen (2400) zijn gediagnosticeerd met mondkanker. Jaarlijks sterven er ongeveer 2300 mensen aan mondkanker in het Verenigd Koninkrijk. Het is de vijftiende meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen.

Oorzaak
Door de combinatie van tabak, alcohol en het humaan papillomavirus (HPV) is het aantal mondkanker-patiënten in de afgelopen tien jaar met een derde toegenomen. Bij negen van de tien patiënten staat de ziekte in verband met de leefstijl en andere risicofactoren. Het is dus van belang dat mensen weten hoe zij het risico op kanker kunnen verminderen.

Toolkit
Daarnaast is het essentieel dat tandartsen, mondhygiënisten en huisartsen tekenen en symptomen van de ziekte in een vroeg stadium ontdekken. Als de mondkanker in een vroeg stadium ontdekt wordt, is de overlevingskans aanzienlijk groter. Daarom heeft de Cancer Research UK een nieuwe toolkit ontwikkeld voor tandartsen, mondhygiënisten en huisartsen om hen te helpen bij het diagnosticeren van de ziekte. De toolkit bevat beelden en omschrijvingen van de symptomen en biedt handvatten hoe tandartsen en huisartsen de patiënt moeten doorverwijzen voor verder onderzoek.

Bekijk de instructievideo voor check op mondkanker door mondzorgprofessionals.

De toolkit voor mondzorgprofessionals kunt u hier vinden.

Bron:
Cancer Research UK

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Tandvleesaandoening verhoogt risico op slokdarmkanker

Tandvleesaandoening verhoogt risico op slokdarmkanker

Uit nieuw onderzoek is gebleken dat Porphyromonas gingivalis, de bacterie achter tandvleesaandoeningen, wel eens een risicofactor zou kunnen zijn voor het ontstaan van slokdarmkanker. Dit bleek uit onderzoek van wetenschappers van de Amerikaanse University of Louisville en de Chinese Henan University of Science and Technology.

Slokdarmkanker
In de Verenigde Staten wordt jaarlijks bij zo’n 15.000 mensen slokdarmkanker geconstateerd. Bekende risicofactoren voor deze vorm van kanker zijn blootstelling aan chemische stoffen, diëten, erfelijkheid en leeftijd, net als bij vele andere kankers. Verder is deze soort moeilijk om te diagnosticeren in vroege fases, waardoor bij velen de kanker zich snel ontwikkelt en slechte prognoses oplevert.

Onderzoek
Bij deze studie werden 100 patiënten met slokdarmkanker en 30 mensen zonder bestudeerd. Er werden drie verschillende types slokdarm weefsel bestudeerd: weefsel met kanker, weefsel van kankerpatiënt maar zonder kanker en ‘normaal’ weefsel.

Weefsels
Opvallend was dat in 61% van de kankerweefsels P. gingivalis werd gevonden, terwijl dit maar bij 12% van de weefsels zonder kanker, maar van kankerpatiënten, het geval was. In de ‘normale’ weefsels werd helemaal geen tekenen van deze bacterie gevonden. Ook werd bevonden dat de niveaus van P. gingivalis gelijk opliepen naarmate de kankercel uitzaaiingen toonde of groter werd.

Bestrijding tandvleesaandoeningen als bestrijding slokdarmkanker
Deze bevindingen kunnen dienen als direct resultaat voor het feit dat tandvleesaandoeningen het ontstaan van slokdarmkanker zou kunnen stimuleren, maar ook dat het tegengaan van de tandvleesaandoeningen de aantallen van gevallen met slokdarmkanker zou kunnen verminderen. Verdere studie is benodigd om dit te kunnen bevestigen.

Bron: BioMed Central

Lees meer over: Kennis, Onderzoek

Donkere verkleuring door amalgaam heeft geen invloed op de hechting van composiet

Hechting van composiet aan dentine wordt niet negatief beïnvloed door de donkere verkleuring door metalen uit amalgaam. Dit blijkt zowel uit laboratoriumproeven als onderzoek in de mond van patiënten: het promotieonderzoek van Hans Scholtanus.
De combinatie van tin en zink, die voorkomt in amalgaam, repareert of stabiliseert mogelijk het door cariës veranderde tandweefsel. Hans Scholtanus van het ACTA verdedigt zijn proefschrift op 14 april 2016 aan de Universiteit van Amsterdam.

Amalgaam steeds minder gebruikt
Wereldwijd wordt amalgaam steeds minder vaak gebruikt. In Nederland worden tandartsen in opleiding er zelfs niet meer in opgeleid. In plaats daarvan wordt gebruik gemaakt van composiet. Als een oude amalgaamvulling moet worden vervangen, gebeurt dat dus meestal met composiet.
Gaaf tandweefsel
Scholtanus voerde voor zijn onderzoek verschillende hechtproeven uit. Daaruit bleek dat ontkalkt tandweefsel zich minder goed hecht aan composiet dan aan gaaf tandweefsel. Het tandweefsel neemt door de ontkalking eerder metalen in zich op, zoals dat bijvoorbeeld gebeurt bij het ontstaan van gaatjes (cariës). Maar tandweefsel dat door metalen uit amalgaam is verkleurd, laat geen verschil zien in hechtsterkte in vergelijking met gaaf tandweefsel. Hij onderzocht verschillende patiënten met grote composietvullingen, die waren geplaatst nadat oud amalgaam was verwijderd. De vullingen bleken goed te functioneren en er traden geen problemen op die te wijten zijn aan onvoldoende hechting.

Bron: ACTA

Lees meer over: Kennis, Onderzoek, Restaureren, Thema A-Z

Herpesvirus mogelijk te behandelen met eiwitremmer

Een koortslip is een infectie van de huid, meestal op of rond de lippen. Een koortslip wordt veroorzaakt door het herpes simplex virus. Onderzoekers van de University North Carolina School of Medicine hebben nu ontdekt hoe het herpesvirus precies wordt geactiveerd op cellulair niveau.

Herpes simplex virus
Ongeveer 80 procent van de Nederlandse bevolking draagt het herpes simplex virus (HSV). Er zijn twee soorten van het HSV: type 1, meestal de verwekker van een koortslip en oogontstekingen en type 2, meestal de oorzaak van herpesinfecties rond de geslachtsorganen. Als iemand eenmaal besmet is met het virus, komt degene er nooit meer vanaf. Het herpesvirus kan geactiveerd worden door onder andere verminderde weerstand, stress of ziekte.

Eiwit JNK
Eerdere studies hebben aangetoond dat het eiwit JNK in verband staat met het stress. In het huidig onderzoek zijn muizen geïnfecteerd met het HSV. Zij kregen hierna een stresshormoon toegediend, waardoor de vorming van het JNK eiwit wordt getriggerd en zo dus ook het HSV wordt geactiveerd. Zo was het onderzoeksteam in staat om het specifiek cellulair eiwit-traject van JNK te bestuderen die betrokken is bij de virale reactivatie van HSV. Op deze manier vonden de onderzoekers een geschikte remmer om de vorming van het eiwit JNK te blokkeren en daarmee de activatie van het HSV.

Vervolgonderzoek
De volgende stap is om te kijken of hetzelfde cellulair traject van het eiwit ook essentieel blijkt te zijn voor de activatie van het HSV bij de mens en of en mogelijke behandeling voor de ziekte effectief is.

Bron:
news.unchealthcare.org

Lees meer over: Kennis, Onderzoek

Direct plaatsen van een implantaat leidt tot goede korte termijn resultaten

Een implantaat dat direct in de extractie-alveole wordt geplaatst met direct een tijdelijke restauratie toont geen significant verschil ten opzichte van een implantaat dat direct is geplaatst zonder tijdelijke restauratie bij botdefecten. Er zijn dus minder chirurgische handelingen nodig voor een goed eindresultaat in de esthetische zone. Dit blijkt uit het proefschrift van Kirsten W. Slagter aan de Rijksuniversiteit Groningen dat zij op 6 april verdedigt in het UMCG.

Onderzoek
In een gerandomiseerd onderzoek werden 80 patiënten geïncludeerd met een niet te behouden gebitselement in de esthetische zone van de bovenkaak in de periode van 1 januari 2010 tot en met mei 2012. Deze patiënten werden verder onderverdeeld in 4 groepen van 20. Zo konden de verschillende behandelmodaliteiten ten opzichte van elkaar worden onderzocht. Eén jaar na het direct plaatsen van implantaten is de behandelresultaat geëvalueerd. Er is gekeken naar het overlevingspercentrage van de implantaten, veranderingen in de harde en zachte peri-implantaire weefsels rond het implantaat, een objectieve beoordeling van het esthetische resultaat en de beoordeling van de patiënt zelf.

Kortetermijnresultaten
De belangrijkste conclusie is dat het direct plaatsen van een implantaat na het trekken van een tand leidt tot uitstekende kortetermijnresultaten (1 jaar). Of deze techniek ook op lange termijn tot goede resultaten leidt moet nog worden onderzocht.

Bron: rug.nl

Lees meer over: Kennis, Onderzoek

In de toekomst gaatjes verhelpen met een pil?

Onderzoekers van de University of Florida hebben bacteriën ontdekt die tandbederf kunnen helpen voorkomen.

A12
In tijdschrijft Applied and Environmental Microbiology werd vermeld dat een groep onderzoekers een nieuw type bacteriën heeft ontdekt. Deze bacteriënsoort gaat onder andere Streptococcus mutans te lijf, en bestrijdt zo gaatjes in de mond. De nieuwe bacterie wordt A12 genoemd.

Onderzoek
Volgens de onderzoekers is A12 zowel in staat om gaatjes te veroorzaken, vernietigen en om hun veroorzakers te neutraliseren. Voor het onderzoeken hiervan werd tandplak van verschillende mensen verzameld en geanalyseerd en getest op meer dan 2000 bacteriën. Hieruit bleek dat deze ene bacteriënsoort dus positief resultaat toonde.

Preventie of bestrijding gaatjes
In de toekomst kan de vondst van deze bacterie een belangrijke bijdrage gaan leveren aan de preventie of bestrijding van gaatjes, door de mogelijkheden om de bacterie te verwerken in bijvoorbeeld probiotica.

Bron: Applied and Environmental Microbiology

Lees meer over: Kennis, Onderzoek

Water drinken tegen slechte adem

Nieuw onderzoek beweert dat elke dag beginnen met een glas water een goede manier is om slechte adem te weren.

60% minder bacteriën
Het Nederlandse onderzoek, dat werd gepubliceerd in het International Journal of Dental Hygiene, heeft aangetoond dat je dag beginnen met het drinken van of spoelen met een glas water tot wel 60% van de bacteriën die bijdragen aan een slechte adem kan verwijderen.
De studie werd uitgevoerd door E. van der Sluijs, D.E. Slot, E.W.P. Bakker en G.A. van der Weijden.

Geen uitsluitsel
De studie heeft aangetoond dat water drinken kan helpen, wat helaas niet betekent dat dit een slechte adem ook echt kan bannen. Michaela ONeill, voorzitter van de British Society of Dental Hygiene and Therapy zegt: “Een glas water elke ochtend spoelt de bacteriën die een slechte adem veroorzaken weg, maar dat betekent niet dat dit gelijk alle problemen oplost.” ONeill legt ook uit dat een effectieve mondverzorgingsroutine vooral van groot belang is.

Bron: The International Journal of Dental Hygiëne 

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Kennis, Onderzoek, Thema A-Z
snoepen-kinderen

Suiker van groot belang bij ontstaan gaatjes

Suiker van groot belang bij ontstaan gaatjes
Onderzoekers van de internationale en Amerikaanse Association for Dental Research (IADR en AADR) willen opnieuw benadrukken dat suiker wel degelijk van groot belang is bij het ontstaan van gaatjes. Het idee van het meespelen van meerdere factoren en het gebrek aan suiker-gerelateerd beleid bekritiseren zij hiermee.

Onderschatting belang suikers
In een van de twee artikelen stellen de onderzoekers dat de hoofdoorzaak van gaatjes wel degelijk suiker is, wat zij concluderen aan de hand van verschillende klinische studies. In het tweede artikel wordt gesproken over hoe het huidige gezondheidsbeleid hier niet genoeg op inspeelt, en wat er in dit beleid zou moeten veranderen. “Het belang van suikers als oorzaak van gaatjes wordt onderschat en is niet aanwezig in preventieve strategieën. Dit is ondanks het overduidelijke bewijs dat suiker van immens belang is bij de wereldwijde gaatjes-epidemie,” aldus een van de studenten.

Geen multifactoriële oorzaak
In de artikelen wordt benadrukt dat er weinig sprake is van een multifactoriële oorzaak. Suikers zijn zeer bepalend, terwijl andere factoren maar weinig effect blijken te hebben op de vorming van gaatjes. Met suikers worden zowel toegevoegde suikers, als natuurlijke suikers in bijvoorbeeld honing en sap bedoeld. Bewijs haalden de studenten uit onderzoek, dat bewijst dat er een causale relatie bestaat tussen suikers en gaatjes en dat het ontstaan van gaatjes toeneemt naarmate men ouder wordt, wat aangeeft dat het innemen van suikers levenslang effect heeft.

Bewijs
Hoewel het bewijs allemaal behoorlijk duidelijk is, geven de onderzoekers aan dat het lastig is om echt uitsluitend bewijs te kunnen geven, aangezien het bijna onmogelijk is om single-blind, of zelfs double-blind, onderzoek te doen. Daarnaast maakt onder andere de suiker industrie het heel lastig om daadwerkelijke gedragsverandering in gang te zetten, aangezien de industrie blijft ontkennen dat haar product schadelijk is.

Huidig beleid
Het huidige beleid focust op gebruik van fluoride, om de wortels te beschermen tegen de suikers. De focus leggen op het verminderen van gebruik van suikers blijkt nog te lastig. Wat vooruitgang wordt wel geboekt, met behulp van de World Health Organization. Deze hebben namelijk richtlijnen opgesteld, waarin wordt genoemd om maximaal 10 procent suikers per dag in te nemen.

Noodzakelijke verbeteringen
Volgens de onderzoekers, Meyer en Lee, zou nog veel meer kunnen worden gedaan, zoals het minder toegankelijk maken van producten met veel suikers en alle nadelen van suikers benadrukken bij de consumenten. Daarnaast vragen de onderzoekers de wetenschappelijke wereld voor hulp. Zij denken dat als er maar genoeg onderzoek komt, en daarmee bewijs, een verandering realistischer zal zijn.

Bron: Journal of Dental Research

Lees meer over: Kennis, Onderzoek

Zoete dranken verhogen kans op hartfalen bij mannen

Nieuw onderzoek bevestigt dat het drinken van gezoete dranken leidt tot een verhoogd risico op hartfalen. Met name bij het nuttigen van twee of meer glazen per dag blijkt een bijzonder hoog risico op te treden.

23% meer kans op hartfalen
Naast een hoger gewicht, brengen zoete (fris)dranken ook een hoger risico op tandbederf en diabetes. Nu blijkt dat deze dranken ook een negatieve invloed hebben op het hart, aldus onderzoekers in het British Medical Journal. Dit bleek uit onderzoek onder 42.000 Zweedse mannen, over een periode van meer dan tien jaar. Resultaten lieten zien dat mannen die meer dan twee gezoete dranken per dag consumeerden, een verhoogde kans van 23 procent hebben op hartfalen.

Bron: British Medical Journal




Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Tandbederf door mond ademen

Tandbederf door mond ademen

Onderzoek van de University of Otago heeft aangetoond dat ademen door je mond terwijl je slaapt het kans op tandbederf vergroot, aangezien op deze manier de tanden worden blootgesteld aan een hogere zuurgraad.

Zuurgraad
Een hoge zuurgraad staat bekend om het versnellen van het ontstaan van tandbederf, omdat hierdoor het beschermende glazuurlaagje sneller wordt afgebroken. Om te onderzoeken of dit ook het geval is tijdens het slapen, lieten onderzoekers tien vrijwilligers slapen met een klipje op hun neus, waardoor zij geforceerd door hun mond moesten ademen.

Uitkomst
Vervolgens werden de pH niveaus getest en vergeleken met de niveaus van zonder klipje. Bij degenen die door de neus ademden werd een pH niveau van 7 gevonden, wat niet de basis is, maar ook zeker niet zuur. Bij hen die gedwongen werden om door hun mond te ademen werd echter een pH niveau gevonden van 6,6, betekenend licht zuur, tot zeer zuur, en zelfs soms een pH niveau van 3,6.

Mond ademen meer risico
Zodra het pH niveau daalt tot onder de 5,5 begint het glazuur delen van zijn werking te verliezen, aldus hoofdonderzoekster Joanne Choi. “De pH niveaus werden gedurende de tijd steeds lager bij alle deelnemers van het onderzoek, maar daalden sneller bij degenen die door hun mond ademden. Dit is een belangrijke conclusie.”
Met dit onderzoek kan de aanname worden bevestigd dat het ademen door de mond van invloed kan zijn bij het ontstaan van gebitsproblemen, zoals glazuurerosie en gaatjes.

Bron:
Journal of Oral Rehabilitation

Lees meer over: Kennis, Onderzoek

Diabetes patiënten hebben meer tandverlies

Uit een Amerikaanse studie is gebleken dat mensen met diabetes twee keer zoveel tanden verliezen als mensen zonder diabetes. Vooral bij diabetes patiënten met een donkere huidskleur werden hoge getallen van tandverlies bevonden.

Paradontitis
Deze uitkomst is niet heel verrassend, aangezien mensen met diabetes vaker parodontitis hebben. Onderzoek heeft aangetoond dat niet alleen de helft van de Amerikaanse volwassenen parodontitis heeft, maar ook dat dit getal nog hoger ligt bij diabetes patiënten. Parodontitis leidt weer tot grote kansen op tand uitval, wat het niet raar maakt dat diabetes patiënten vaker tanden verliezen dan anderen.

Onderzoek
Gezien deze relatie tussen diabetes en parodontitis, besloten onderzoekers de aantallen tandverlies te onderzoeken bij zowel mensen met als zonder diabetes. Er werd data verzameld van negen verschillende enquêtes over nationale gezondheid en voeding in Amerika, daterend van 1971 tot 2012. Zo werden gegevens verzameld over 37,607 mensen van 25 jaar en ouder.

Meer tandverlies diabetespatiënten
Er werd gevonden dat iedereen meer tanden verloor naar mate men ouder werd, maar dat diabetes patiënten zo’n vier tanden meer verloren. Door de jaren heen is men over het algemeen wel veel minder tanden gaan verliezen dan voorheen. Waar in 1971 bij mensen zonder diabetes gemiddeld 12 tanden in hun leven verloren, en mensen met diabetes 19, was dit slechts 4 tanden zonder diabetes en 8 tanden met diabetes in 2011.

Verschil in verlies tussen verschillende afkomsten
Ook werd er gekeken naar de afkomst van de mensen. De etnische groepen waarvan voldoende data beschikbaar was waren donkere Amerikanen zonder diabetes, bij wie het aantal verloren tanden naarmate ze ouder werden het snelst exponentieel vorderde. Donkere Amerikanen met diabetes verloren het meeste aantal tanden, en Mexicaanse Amerikanen het minste aantal tanden.

Bron:
DrBicuspid

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
wortelkanaalbehandeling

Verdoving niet altijd voldoende bij een wortelkanaalbehandeling

Voor een succesvolle verdoving bij een wortelkanaalbehandeling is het belangrijk dat eerst wordt onderzocht hoeveel pijn de patiënt daadwerkelijk heeft, omdat een standaarddosering niet altijd voldoende is. Dit blijkt volgens een onderzoek gepubliceerd in het tijdschrift Aesthesia Progress.

Onderzoek
Tandartsen gebruiken voor een wortelkanaalbehandeling lokale verdoving, maar soms is dit niet genoeg als de patiënt voor de behandeling veel pijn ervaart. 177 volwassenen hebben deelgenomen aan het onderzoek. Deze patiënten hadden een lichte, matige of ernstige kiespijn in de onderkaak. Voor de wortelkanaalbehandeling kregen zij allemaal een standaarddosering anesthesie. Het bleek dat 33% van de patiënten met een matig pijn niveau geen, of een beetje pijn ervoeren tijdens de behandeling. Echter had maar 16% van patiënten met ernstige pijn de behandeling als pijnloos ervaren.

Invloed
Het pijn niveau voor de behandeling zou dus invloed kunnen hebben op de succesvolle werking van de anesthesie. Het lijkt erop dat hoe hoger het pijn niveau van de patiënt vóór de behandeling, hoe lager de pijndrempel is tijdens de operatie. Volgens de onderzoekers zouden de patiënten met ernstige pijn daarom twee verdoving injecties moeten krijgen. Leeftijd en geslacht zouden geen invloed hebben op de werking van het verdovingsmiddel.

Bron:
Anesthesiaprogress.org

Lees meer over: Kennis, Onderzoek