Regels gebruikelijk loon dga aangescherpt per 1 januari 2015
Dga’s moeten hun loon in 2015 toetsen aan strengere regels om te beoordelen of hun loon wel gebruikelijk is. Zo wordt de speelruimte waarbinnen u uw loon mag vaststellen, verkleind.
Dga’s moeten hun loon in 2015 toetsen aan strengere regels om te beoordelen of hun loon wel gebruikelijk is. Zo wordt de speelruimte waarbinnen u uw loon mag vaststellen, verkleind. Deze zogenoemde doelmatigheidsmarge wordt verlaagd van 30% naar 25%. De marge mag alleen worden toegepast bij een loon boven 44.000. De Belastingdienst krijgt het gemakkelijker bij de vaststelling of het loon gebruikelijk is: het loon van de dga moet worden vergeleken met het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking, niet meer met een soortgelijke dienstbetrekking.
Vanaf 2015 moet u als dga een loon ontvangen ter hoogte van het hoogste van de volgende bedragen:
- 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking;
- het hoogste loon van de overige werknemers van de BV of daarmee verbonden vennootschappen (lichamen);
- 44.000.
Uw loon mag ook met de strengere regels lager worden gesteld, maar u moet dit dan wel aannemelijk kunnen maken.
Gebruikelijk loonafspraak
Heeft u een loon uit uw BV dat hoger is dan het standaardbedrag van 44.000 en heeft u daarover een afspraak gemaakt met de Belastingdienst? Die bestaande en nog lopende afspraak vervalt per 1 januari 2015. Indien gewenst kunt u met de Belastinginspecteur een nieuwe afspraak maken over de hoogte van uw gebruikelijk loon. Er geldt een praktische regeling zolang de Belastingdienst geen contact heeft opgenomen voor een nieuwe gebruikelijk loonafspraak, of tot het verlopen van de geldigheidsduur van de oorspronkelijke gebruikelijk loonafspraak. U mag dan uitgaan van een loon ter grootte van 75/70e van het loon uit 2014. Dat betekent in feite dat u de gebruikelijk loonafspraak zoals eerder gemaakt continueert, met inachtneming van de kleinere doelmatigheidsmarge per 1 januari 2015. De feiten en omstandigheden moeten dan wel gelijk blijven. De salarisverhoging van 75/70e is echter niet verplicht. Kiest u ervoor die verhoging niet toe te passen, houd er dan rekening mee dat de inspecteur u gaat vragen om de hoogte van uw loon alsnog te onderbouwen.
Tip
Voorkom discussie over het gebruikelijk loon. Stel als dga een marktconform loon vast en laat bij twijfel de Belastingdienst zich daarmee akkoord verklaren.
Verruimde betalingstermijn voor de belastingaanslag 2014
Ontvangt u dit jaar een aanslag inkomstenbelasting over 2014 met een te betalen bedrag? Dan heeft u ruim vijf maanden de tijd om dit bedrag aan de Belastingdienst te betalen. Bovenop de standaard betalingstermijn van zes weken krijgt u namelijk nog eens automatisch vier maanden extra de tijd.
Tegemoetkoming betaling inkomstenbelasting
Voor veel mensen zal de aanslag inkomstenbelasting 2014 dit jaar hoger uitvallen dan verwacht. Dat komt vooral omdat de Belastingdienst de afbouw van de inkomensafhankelijke (heffings)kortingen niet op tijd heeft kunnen verwerken in de systemen. Ook werkgevers hebben hierdoor niet voldoende rekening kunnen houden met enkele fiscale wijzigingen. Veel mensen worden dan ook dit jaar geconfronteerd met een bijbetaling. Hierover is veel ophef ontstaan. Daarom is er nu een tegemoetkoming in de vorm van langer uitstel van betaling.
Langere betalingstermijn inkomstenbelasting
Voor iedereen die een te betalen aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen 2014 krijgt, geldt automatisch een langere betalingstermijn. Daarbij gaat het niet alleen om het bijbetalingsbedrag, maar om het gehele bedrag van de aanslag. De langere betalingstermijn is vier maanden en komt bovenop de standaard betalingstermijn van zes weken. Gedurende deze periode hoeft geen invorderingsrente te worden betaald. Dat geldt niet voor eventueel te betalen belastingrente.
Tip
Ontvangt u naast een aanslag inkomstenbelasting 2014 ook een aanslag zorgverzekeringswet (ZVW) dan geldt de langere betalingstermijn ook voor deze aanslag.
Dagtekening aanslag inkomstenbelasting
De verruimde betalingstermijn geldt voor te betalen belastingaanslagen over 2014 met een dagtekening die ligt tussen 1 mei 2015 en 30 juni 2016. Ontvangt u een te betalen aanslag inkomstenbelasting 2014 met een dagtekening na 30 juni 2016, dan geldt weer de reguliere betalingstermijn van zes weken.
Let op
Zorg ervoor dat u binnen de verruimde periode betaalt. Betaalt u namelijk niet binnen de verlengde termijn, dan bent u alsnog invorderingsrente verschuldigd vanaf de datum waarop de standaard betalingstermijn van zes weken is verstreken.
Afzonderlijke brief
Gezien de automatische verwerking is het voor de Belastingdienst niet mogelijk om de betalingstermijn op de aanslag zelf aan te passen. Op uw aanslag inkomstenbelasting 2014 staat dus de gebruikelijke betalingstermijn van zes weken. Om verwarring te voorkomen stuurt de Belastingdienst een afzonderlijke brief waarin staat dat er voor u een langere betalingstermijn geldt.
Getrouwd op huwelijksvoorwaarden? Vergeet niet te verrekenen!
Veel (aanstaande) echtgenoten vinden het redelijk de vermogensgroei tijdens hun huwelijk eerlijk te delen. Huwelijksvoorwaarden bevatten daarom vaak een verrekenbeding. Naast de finale verrekening bestaat ook de periodieke verrekening. Voldoet u hier niet aan? Dat kan tot gevolg hebben dat een soort gemeenschap van goederen ontstaat. En dat kan verstrekkende gevolgen hebben.
Bij finale verrekening wordt bij het einde van het huwelijk door overlijden afgerekend, alsof er in gemeenschap van goederen was getrouwd. Soms geldt die afspraak zelfs bij echtscheiding. Periodieke verrekening houdt in dat de echtgenoten jaarlijks bij helften verdelen wat over is gebleven van de inkomsten na aftrek van de huishoudelijke kosten. Buiten de verrekening blijft vermogen dat vóór het huwelijk is opgebouwd of dat is ontvangen uit bijvoorbeeld een erfenis of een schenking. Dit systeem is in veel huwelijksvoorwaarden vastgelegd: het wordt als eerlijk en redelijk ervaren. Maar dan moet er wel jaarlijks worden verrekend. Waarschijnlijk is dat niet uw favoriete bezigheid. En als uw adviseur het elk jaar moet doen, kost het geld.
Wat gebeurt er als u niet verrekent?
Niet verrekenen kan verstrekkende gevolgen hebben. In de wet is namelijk een regeling opgenomen voor het geval het huwelijk eindigt en er tijdens dat huwelijk nooit conform de huwelijksvoorwaarden is verrekend. De wet redeneert dan: het hele vermogen bij het einde van het huwelijk is ontstaan uit inkomen dat verrekend had moeten worden. Dat heeft tot gevolg dat de (ex-)echtgenoten in beginsel ieder recht hebben op de helft van het hele vermogen, inclusief de waarde van ondernemingsvermogen! Er is eigenlijk een soort gemeenschap van goederen ontstaan.
Wordt de soep echt zo heet gegeten?
Natuurlijk is er ruimte om het wettelijk vermoeden te ontkrachten. Degene die daar het meest belang bij heeft, zal dan wel moeten bewijzen dat het vermogen niet of niet helemaal is ontstaan uit te verrekenen inkomen. Het valt echter niet altijd mee voldoende bewijs te leveren. Als het tot procederen komt, gebeurt dat weer met alle narigheid en kosten van dien. In dat licht is jaarlijks verrekenen een must.
Huwelijksvoorwaarden aanpassen
Er zijn alternatieven voor de jaarlijkse verrekening. Eén daarvan is dat u de jaarlijkse verrekenplicht in de huwelijksvoorwaarden laat vervangen door de plicht de vermogensgroei tijdens het huwelijk pas bij het einde van het huwelijk te verrekenen. Soms zijn de redenen waarom destijds de huwelijksvoorwaarden zijn gemaakt, niet meer aanwezig. In zon geval kan de oplossing liggen in het opheffen van de huwelijksvoorwaarden. Wellicht zijn er in uw specifieke situatie nog andere mogelijkheden.
Door: mr. Serge Bodde RB, senior belastingadviseur bij Alfa Accountants en Adviseurs
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!