Aangepast wetsvoorstel verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers naar Raad van State

zzp

Het kabinet heeft een herzien wetsvoorstel voor een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) voor zelfstandig ondernemers ter advies voorgelegd aan de Raad van State. De oorspronkelijke plannen stuitten op kritiek van uitvoeringsinstanties UWV en Belastingdienst, maar volgens demissionair minister Mariëlle Paul (Sociale Zaken, VVD) zijn hun belangrijkste zorgen na aanpassingen weggenomen.

Lagere premie en langere wachttijd

In het nieuwe voorstel betalen zelfstandigen 5,4% van hun winst als premie, dit is een verlaging ten opzichte van de eerder voorgestelde 6,5%. Bij arbeidsongeschiktheid, bijvoorbeeld door ziekte, ontvangen zij een uitkering tot maximaal het niveau van het minimumloon. De wachttijd voordat een uitkering ingaat, wordt verlengd van één naar twee jaar. Dit sluit aan bij de bestaande regeling voor werknemers (WIA).

Voordelen voor uitvoering en kosten

Volgens Paul verbetert de langere wachttijd de uitvoerbaarheid van de regeling. De Belastingdienst kan dan vaker gebruikmaken van definitieve inkomensgegevens, waardoor het risico op terugvorderingen kleiner wordt. Bovendien dalen hierdoor de kosten voor zzp’ers.

Belang van financiële buffer

Omdat de wachttijd twee jaar bedraagt, zullen ondernemers in die periode zelf in hun inkomen moeten voorzien. De minister adviseert zelfstandigen daarom een financiële buffer op te bouwen naast de verplichte premieafdracht.

Keuze voor private verzekering blijft

Zelfstandigen behouden de mogelijkheid om te kiezen voor een private arbeidsongeschiktheidsverzekering in plaats van de basisverzekering. Op dit moment is echter circa driekwart van de zzp’ers niet verzekerd. Vaak vinden zij een particuliere AOV te kostbaar of komen zij door leeftijd of gezondheid niet in aanmerking.

Bron:
Rijksoverheid.nl

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Wat is je functie?

Lees meer over: Ondernemen, ZZP-er