‘Je gebit is soms meer bepalend voor de kwaliteit van leven dan je bloeddruk of cholesterolgehalte’
Eén op de vijf volwassenen in Nederland, bijna drie miljoen mensen, draagt een (gedeeltelijk) kunstgebit. Op vrijdag 23 mei zijn de Kennisagenda Tandprothetiek en de vernieuwde de Zorgstandaard Tandprothetische Zorg gepresenteerd. Die moeten leiden tot nóg betere zorg. De documenten werden gelanceerd tijdens het jubileumcongres van de Nederlandse Organisatie van Tandprothetici (ONT) in Amersfoort, waar de vooraanstaande wetenschappers Marcel Levi en Erik Scherder het belang hiervan onderstreepten.
Nieuw onderzoek
De tandprotheticus is dé specialist voor kunstgebitten en andere voorzieningen die uit de mond zijn te nemen. De beroepsgroep streeft voortdurend naar verbetering. De Kennisagenda Tandprothetiek inspireert op het vlak van onderzoek. Het is een lijst met onderwerpen voor toekomstig onderzoek op het gebied van tandprothetische zorg. Het document is opgesteld door de ONT en SNTI (Stichting Nederlands Tandprothetisch Instituut), in samenwerking met het lectoraat Innovaties in de Preventieve Zorg van de Hogeschool Utrecht.
Samenwerking met tandartsen en mondhygiënisten
De Zorgstandaard Tandprothetische Zorg heeft als doel dat tandprothetici, tandartsen en mondhygiënisten de zorg voor de patiënt nog beter op elkaar afstemmen. Het uitgangspunt: bij welke zorg is iemand op welk moment het meest gebaat? Bij de totstandkoming van de Zorgstandaard heeft de ONT samengewerkt met de beroepsverenigingen van tandartsen en mondhygiënisten: KNMT en NVM-mondhygiënisten.
Onbezorgd lachen en eten
De plusminus 500 tandprothetici in ons land hebben een onmisbare rol. Dankzij hen kunnen mensen onbezorgd lachen en eten. De wetenschappers Marcel Levi en Erik Scherder hebben dit onderstreept tijdens het congres.
Internist Levi: ‘Bij kwaliteit van leven wordt vaak gedacht aan zaken als bloeddruk of cholesterolgehalte. Maar soms is het gebit meer bepalend. Kan iemand eten zonder pijn en ander ongemak? Kan iemand vol vertrouwen sociale contacten hebben?’ Neuropsycholoog Scherder: ‘Ons kauwvermogen heeft een positieve invloed op bijvoorbeeld het geheugen en concentratievermogen.’