Onderzoek: Goed je best doen is niet genoeg voor schone tanden

Onderzoek Goed je best doen is niet genoeg voor schone tanden

Kinderen en volwassenen poetsen hun tanden meestal meerdere keren per dag. Maar de tanden zijn zelden écht schoon. Hoe komt het dat de netheid veel te wensen overlaat, zelfs na het tandenpoetsen? En hoe kan de mondgezondheid van de bevolking op lange termijn verbeterd worden?

Dat onderzocht prof. dr. Renate Deinzer met haar team van het Instituut voor Medische Psychologie van de Justus Liebig Universiteit in Giessen (JLU) in samenwerking met tandheelkundige Dr. Jutta Margraf-Stiksrud jarenlang. Het team publiceerde hier onlangs twee studies over.

Tandpoetsgedrag van kinderen en ouders geobserveerd

In beide onderzoeken laten de wetenschappers zien dat enkel de goede wil van mensen helaas niet genoeg is. Voorkennis, goede communicatie en motoriek zijn noodzakelijk voor correct tandenpoetsen.

Om vast te leggen hoe kinderen, jongeren en volwassenen hun tanden poetsen als ze hun best doen, werden ouders en hun kroost uitgenodigd op het Instituut voor Medische Psychologie van JLU. Daar werd hun tandpoetsgedrag geobserveerd.

Het team onderzoekers was vooral geïnteresseerd in de mate waarin het feitelijke poetsgedrag overeenkwam met wat kinderen in Duitsland wordt geleerd: Besteed speciale aandacht aan de binnenste tandoppervlakken, reinig de binnenoppervlakken met verticale bewegingen en de buitenoppervlakken met cirkelvormige bewegingen. Schrobbewegingen mogen alleen worden gereserveerd voor de kauwvlakken.

Tegenvallende resultaten

Noch de kinderen, noch de jongeren waren in staat om deze vereisten adequaat te implementeren. Het team van Medische Psychologie constateerde keer op keer typische fouten: de binnenoppervlakken werden te lang niet schoongemaakt en de kinderen schrobden vaak ook de binnen- en buitenoppervlakken.

De ouders waren niet beter in het poetsen van hun tanden. Ook ouders borstelden hun binnenoppervlakken te kort en schrobden vaak, in plaats van cirkelvormige of verticale bewegingen. Ook wat betreft de reinheid na het poetsen, vielen de resultaten tegen.

Het doel zou moeten zijn om tanden te krijgen die zo tandplakvrij mogelijk zijn. Slechts 30 procent van de meetpunten op het tandvlees was schoon na het poetsen. Daarentegen was op meer dan tweederde van de plaatsen nog plaque te vinden. Deze resultaten zijn in lijn met eerdere onderzoeken van het team.

Fundamentele problemen

De bevindingen wijzen op fundamentele problemen bij het aanleren van succesvol mondhygiënegedrag. Het zijn met name de ouders die kinderen leren hun tanden te poetsen en hen daarbij controleren en ondersteunen.

Volgens de Duitse Federale Vereniging van Kindertandartsen (BUKIZ) is deze ondersteuning nodig tot ver in de basisschoolleeftijd. “Maar als de ouders zelf niet precies weten hoe ze hun tanden moeten poetsen”, vraagt ​​prof. Deinzer zich af, “hoe moeten ze hun kinderen dan op de juiste manier lesgeven?”

Volgens prof. Deinzer is naast les in de kleuterklas, ook les aan volwassenen nodig om hun mondhygiëne te optimaliseren. Zo kunnen ze hun kinderen ondersteunen bij het leren van een goede mondhygiëne en zich tegelijkertijd beter beschermen tegen tand- en tandvleesaandoeningen.

Bron:
BMC Oral Health

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z