Abonnementstarief bepleit voor tandartsen

tand - tandarts

Albert Feilzer, decaan van het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA) hield op dinsdag 31 januari een voordracht voor 200 Achmea/AGIS zorginkopers in de eerstelijn, waarin hij pleitte voor een tandartsabonnement. Guus Schrijvers, Hoogleraar Public health, maakte een verslag hiervan.

Abonnement preventieve consulten
Feilzer deed een dringend beroep op de inkopers om in de aanvullende verzekering een abonnement op te nemen voor de preventieve, halfjaarlijkse consulten. Anders blijven arme mensen weg en worden ze op hoge kosten gejaagd als cariës en parodontitis te ver en onontdekt zijn voortgeschreden. Er ligt een taak bij de zorgverzekeraars om contacten te zoeken met leiding gevende tandartsen om samen zo’n abonnement te ontwikkelen.

Gedragsziekten
Tandartsen behandelen twee ziekten: cariës en parodontitis ofwel tandvleesontsteking. Beide zijn gedragsziekten. Immers, poetsen patiënten hun gebit onvoldoende, eten zij veel zoetigheid of komen zij niet op hun halfjaarlijkse controle, dan zijn er meer gaatjes en is het tandvlees vaker ontstoken. In de tandheelkundige zorg gaat jaarlijks 2,5 miljard euro om, ongeveer evenveel als in de huisartsenzorg. Van dit bedrag vergoeden zorgverzekeraars 500 miljoen euro. De rest betalen patiënten uit eigen zak.

Kwaliteit meten
Veel volwassen Nederlanders hebben een relatie van twintig, dertig jaar met hun tandarts. De kwaliteit van tandheelkundige zorg is moeilijk te meten met indicatoren. Toch is daar behoefte aan, omdat vele burgers uit eigen zak de kosten betalen en willen weten wat voor zorg ze kopen. Zeker nu de tarieven zijn vrijgelaten.

De gemiddelde levensduur per tandarts van vullingen, gouden kronen en bruggen is niet zo’n betrouwbare indicator, omdat het gedrag van de patiënt zelf die levensduur bepaalt. En stel dat een arme patiënt met weinig cariës een kunstgebit wil om de kosten op termijn te drukken, handelen tandartsen dan verkeerd door mee te gaan in de wens van de patiënt? Ook al luidt de richtlijn in dit voorbeeld: vullen en niet trekken?

Er blijven slechts enkele kwaliteitsindicatoren van organisatorische aard over:

  1. De mate waarin de tandarts jaarlijks bijscholing volgt over mondgezondheid en de relatie daarvan met bijvoorbeeld chronische aandoeningen.
  2. De afspraaktermijnen voor consulten.
  3. De spoeddienstregeling.

Bron:
Guus Schrijvers, Hoogleraar Public health

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Wat is je functie?

Lees meer over: Tarieven, Thema A-Z
0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *