Veranderingen in het gezondheidsrecht

Veranderingen in het gezondheidsrecht

18Op het gebied van gezondheidsrecht zijn er enkele wijzigingen. Gabie Bakker, adviseur juridische zaken bij KNMT, vertelde tijdens Mondzorgpraktijk Anno Nu welke wijzigingen dat zijn en wat er van mondzorgpraktijken verwacht wordt.

Vermelding BIG-nummer

Volgens de Wet BIG moet iedere art. 3-zorgverlener een BIG-nummer hebben. Als je een BIG-nummer ontvangt, mag je een beschermde beroepstitel voeren zoals tandarts. Alle geregistreerde zorgverleners, waaronder ruim 11.000 tandartsen, zijn opgenomen in het BIG-register, dat online en openbaar is. Het nut hiervan is dat zorgverleners in het register kunnen worden opgezocht. Uit onderzoek blijkt echter dat het BIG-register te weinig gebruikt wordt. Daarnaast blijken zorgverleners soms lastig te vinden, bijvoorbeeld omdat er binnen een bepaalde beroepsgroep zorgverleners zijn met dezelfde achternaam. Het is gemakkelijker om op BIG-nummer te zoeken, maar dan moet dat nummer en het BIG-register an sich wel bekend zijn bij patiënten. Daarom is het registratiebesluit BIG aangepast en moeten zorgverleners vanaf 1 januari 2021 op bepaalde plaatsen hun BIG-nummer kenbaar maken. Vermelding van het BIG-nummer is verplicht:

  • wanneer een patiënt daar om vraagt;
  • bij vermelding van je naam op een website (bijvoorbeeld op de teampagina van de praktijk waar je werkt);
  • bij ondertekening van beroepsmatige e-mails.

Deze wetsaanpassing treedt op 1 januari 2021 in werking, maar zorgverleners hoeven nog geen actie te ondernemen. Zij krijgen namelijk zes maanden de tijd om alles aan te passen. CIBG maakt nog bekend wanneer die zes maanden ingaan. Na die zes maanden zal er pas op gehandhaafd worden.

Meer informatie hierover is te vinden op de website van KNMT.

WMCZ 2018: cliëntenraad

Per 1 juli 2020 is de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen 2018 (WMCZ 2018) in werking getreden. Er zal echter in verband met corona voorlopig nog niet op gehandhaafd worden.

De wet schrijft voor hoe medezeggenschap door cliënten/patiënten moet worden vormgegeven. Cliënten hebben hierbij meer rechten gekregen. Deze wet is ingegeven door de stelling dat medezeggenschap, inspraak en betrokkenheid van cliënten leiden tot beter bestuur en betere zorg en ondersteuning van de cliënt.

De wet is vooral geënt op verblijf in een verzorgingsinstelling. Voor de mondzorg is de wet van toepassing op praktijken waarbij meer dan 25 natuurlijke personen werken die structureel zorg verlenen. Tandartsen, mondhygiënisten, preventieassistenten en stoelassistenten tellen hierbij mee, balieassistenten die administratief werk verrichten niet. Het gaat om natuurlijke personen, niet om fte’s.

Verplichtingen

Uit de wet volgen een aantal verplichtingen. Een van de verplichtingen is het opstellen van een medezeggenschapsregeling. Hierin moet bijvoorbeeld vermeld worden uit hoeveel leden de cliëntenraad bestaat, hoe ze benoemd worden, wie er lid kunnen worden en hoe lang de zittingsduur is. Ook moet er een huishoudelijk reglement worden opgesteld met de werkwijze van de cliëntenraad. De zorgverlener moet ook een budget beschikbaar stellen voor een cliëntenraad en daarnaast moet er ook een commissie van vertrouwenslieden ingesteld worden. Deze bestaat uit drie leden en bemiddelt tussen de cliëntenraad en de instelling.

De KNMT heeft verschillende tools ontwikkeld die je als mondzorgpraktijk kunt gebruiken bij het instellen van een cliëntenraad.

Toezicht IGJ

In 2020 heeft een groot deel van de inspectietaken van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) plaatsgemaakt voor coronatoezicht. In 2021 zal dat weer het geval zijn. Prioriteit heeft infectiepreventie en basishygiëne en de beschikbaarheid van geneesmiddelen.

In het algemeen wordt er ook gekeken naar medezeggenschap en inspraak. Daar gaan ze niet specifiek naar op zoek maar als ze ergens op inspectie komen, kan dit punt meegenomen worden.

Bij de eerstelijnszorg spitst het toezicht van de IGJ zich toe op:

  • goede zorg;
  • ontwikkelingen zorglandschap (zzp’ers);
  • rol zorgverlener;
  • samenwerking in zorgnetwerk.

In de mondzorg zijn de hoofdthema’s hetzelfde gebleven, namelijk:

  • infectiepreventie;
  • radiologie;
  • zorg;

Voor 2021 is daar aan toegevoegd:

  • behandelingen met grotere risico’s dan standaardbehandelingen (bijvoorbeeld behandelingen die onder narcose plaatsvinden en implantologie);
  • behandelingen door een behandelaar die deze behandelingen volgens de weg niet mag uitvoeren (taakdelegatie, bevoegdheid enz.);
  • of de behandelaar de patiënt duidelijke informatie geeft over de behandeling en toestemming krijgt voor de behandeling (informed consent).

Tijdelijk besluit geregistreerd-mondhygiënist

Op 1 juli 2020 is voor een periode van vijf jaar het Tijdelijk besluit geregistreerd-mondhygiënist in werking getreden. Om als mondhygiënist aan dit experiment mee te doen, moet men:

  • in 2006 of later zijn afgestudeerd;
  • een afgeronde opleiding Basisveiligheidsnormen stralingsbescherming hebben;
  • geregistreerd staan in het tijdelijk register.

Deze geregistreerd-mondhygiënisten mogen de volgende voorbehouden handelingen uitvoeren: anesthesie toepassen, röntgenfoto’s maken en primaire cariës behandelen.

Samenwerkingsafspraken

Inmiddels zijn in het kader van dit tijdelijk besluit samenwerkingsafspraken gemaakt door de KNMT, ANT en NVM over vijf onderwerpen, namelijk:

  • het zorgplan;
  • het delen van solo-opnamen;
  • de bekostiging van het beoordelen van solo-opnamen;
  • de achterwacht bij spoed;
  • inschrijving van de patiënt bij de tandarts.

Na vijf jaar wordt het experiment geëvalueerd.

Vooruitblik Wtza

Op 1 januari 2022 treedt de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza) in werking. De wet geldt voor alle zorgaanbieders. Doel van de wet is verbetering van het kwaliteitstoezicht door de IGJ en bevordering van de bewustwording van zorgaanbieders van de kwaliteitseisen waaraan de zorgverlening dient te voldoen en daarnaast ook fraudebestrijding.

Het is een omvangrijke wet die een aantal verplichtingen met zich meebrengt, zoals:

  • meldplicht;
  • vergunningsplicht;
  • bestuursstructuur;

Meldplicht

Zowel nieuwe als bestaande zorgaanbieders dienen zich voorafgaande aan de zorgverlening bij de inspectie te melden. Bestaande zorgaanbieders dienen dit binnen zes maanden te doen nadat de wet in werking getreden is en nieuwe zorgaanbieders voorafgaande aan de zorgverlening. Dit gebeurt door middel van een online vragenlijst bij de inspectie.

Vergunningsplicht

De vergunningsplicht geldt voor instellingen met meer dan 10 zorgverleners, ook voor mondzorgpraktijken. Nu is het zo dat mondzorgpraktijken deze vergunning van rechtswege hebben, maar vanaf 1 januari 2022 moeten zij zelf de vergunning aanvragen. Dit geldt voor nieuwe en bestaande praktijken. Bestaande zorgaanbieders moeten dit binnen twee jaar doen nadat de wet in werking is getreden. De nieuwe zorgaanbieders moeten dit doen voordat men met de zorgverlening start.

Bestuursstructuur

Er gaan ook eisen gesteld worden aan de bestuursstructuur. Deze moet transparant zijn en men moet een interne toezichthouder aanstellen. De interne toezichthouder moet uit drie onafhankelijke personen bestaan. Deze verplichting rondom de bestuursstructuur geldt voor een praktijk met meer dan 25 zorgverleners.

Jaarverantwoording

Om de jaarverantwoording is nog veel te doen. Deze regeling ligt nog niet vast, maar het concept zorgt voor veel onrust, omdat er heel veel gevraagd gaat worden van zorgaanbieders. Alle zorgaanbieders met uitzondering van solisten en zzp’ers worden verplicht openbaar jaarverantwoording af te leggen, met behulp van een jaarrekening, accountantsverklaring, een vragenlijst over de financiële bedrijfsvoering en een bestuursverslag. Dit zorgt voor erg veel administratieve en financiële lasten. De KNMT is nog aan het lobbyen en hoopt deze regel werkbaarder te krijgen.

Verslag door Yvette in ’t Velt voor dental INFO van de presentatie ‘Gezondheidsrecht: wat staat u in 2021 te verwachten?’ door Gabie Bakker tijdens Mondzorgpraktijk Anno Nu 2020.

 

 

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving