Nieuwe wet (Wtza) voor praktijkhouders nauwelijks uitvoerbaar en onbetaalbaar

Wtza administratie

De Eerste kamer heeft de nieuwe Wet toetreding zorgaanbieders aangenomen (Wtza) in de zomer van dit jaar aangenomen. Zoals het ernaar uitziet wordt de Wtza per 1 juli 2021 ingevoerd. De wet regelt het toezicht op zorgaanbieders en aan welke eisen zij moeten voldoen om zorg te mogen verlenen. Gedurende het afgelopen jaar hebben de diverse eerstelijns koepelorganisaties, waaronder KNMT en ANT, meermaals aan de bel getrokken over de gevolgen van deze wet voor de eerstelijnszorg en met name voor de praktijken waar minder dan 50 personen werken. Onlangs hebben de eerstelijns koepelorganisaties nog gezamenlijk gereageerd op de concept ministeriële regeling jaarverantwoording gereageerd. In deze concept wetgeving is het onderdeel jaarverantwoording uitgewerkt dat een onderdeel is van de nieuwe Wtza.

Wat is er aan de hand?

De nieuwe Wtza verplicht alle zorgaanbieders jaarlijks openbaar verantwoording af te leggen over hun financiële bedrijfsvoering, resultaat en vermogen. Het uitgangspunt is dat zorgaanbieders die (deels) met collectieve middelen worden bekostigd, aanspreekbaar moeten zijn op de professionaliteit en integriteit van hun bedrijfsvoering. Solisten, waarnemers en individuele leden van een maatschap (de (kosten)maatschap zelf wel) zijn van deze verplichting uitgezonderd.

Niet passend bij situatie

Alle zorgaanbieders worden op basis van deze regeling verplicht een jaarrekening op te maken op basis van voorgeschreven modellen die afgeleid zijn van titel 9 boek 2 BW.

Echter gaat de overheid hierbij volledig voorbij aan het feit dat het landschap van eerstelijnszorg aanbieders bestaat uit veel eenmanszaken, maatschappen en personenvennootschappen en dat deze hun jaarverantwoording niet hoeven te baseren op basis van titel 9 boek 2 BW.

Daarnaast mogen deze jaarrekeningen, in verband met vereenvoudiging, worden opgesteld op basis van fiscale grondslagen. Vanuit de concept wetgeving zou dit echter op basis van commerciële grondslagen moeten zijn.

Conclusie is derhalve dat de voorgeschreven manier van verantwoording niet passend is bij de huidige jaarverantwoording zoals deze gebruikelijk is bij een groot deel van de praktijkhouders.

Accountantsverklaring

Voor alle zorgaanbieders (inclusief zzp-ers die werken vanuit een rechtspersoon) geldt dat een controleverklaring onderdeel uitmaakt van de verplichtingen. De controleverklaring is de meest zware vorm van een accountantsverklaring! In een controleverklaring doet een accountant een uitspraak over de getrouwheid van de financiële informatie. Om deze uitspraak te kunnen doen moet een accountant kunnen steunen op diverse interne controles en de administratieve organisatie van een praktijk.

Bij zeer veel praktijkhouders zijn de diverse functiescheidingen, interne controles en een uitgebreid beschreven administratieve organisatie echter door de omvang van de organisatie vaak simpelweg niet aanwezig.

Ook de geëiste accountantsverklaring past derhalve totaal niet bij de gemiddelde omvang van een praktijk en is derhalve niet uitvoerbaar.

Administratieve lastenverzwaring

Tevens dienen alle zorgaanbieders ook nog jaarlijks een aanvullende vragenlijst in te vullen die betrekking heeft op diverse onderdelen van de bedrijfsvoering. Deze informatie is volgens de overheid van belang voor de data-analyse voor het risico gestuurde toezicht op de financiële bedrijfsvoering van zorgaanbieders. In combinatie met de hiervoor genoemde verplichtingen zorgt dit alle bij de praktijkhouders voor een enorme toename van de administratieve lasten.

Financiële lastenverzwaring

Maar naast de administratieve lasten zorgen de geëiste soort van jaarverantwoording en bijbehorende accountantsverklaring voor een enorme financiële lastenverzwaring. Op dit moment zal niet iedere zorgaanbieder de jaarverantwoording laten verzorgen door een accountantskantoor.

Indien de concept ministeriële regeling niet zal worden aangepast dan dient iedere zorgaanbieder in ieder geval een overstap te moeten maken naar een accountantskantoor. Aangezien een accountantskantoor te maken heeft met meer wetgeving en verplichtingen zal deze overstap al vaak gepaard gaan met een toename van de kosten.

Indien de verplichting voor een controleverklaring ook niet zal wijzigen dan zorgt dit nog eens extra voor een verhoging van de jaarkosten.
De verwachting is dat de praktijkhouders in de toekomst rekening zullen moeten gaan houden met een toename van de totale kosten van de jaarverantwoording van € 6.000 – € 10.000. U ziet dat de administratieve lasten en hoge kosten die de verplichtingen uit deze ministeriële regeling voor kleinschalige eerstelijnszorgaanbieders met zee meebrengen dan ook volledig uit de pas gaan lopen en niet in verhouding staan tot de tijd die deze zorgaanbieders hebben voor patiëntenzorg.

Het streven naar verlichting van administratieve lasten en kosten is met deze wetgeving is in ieder geval ver te zoeken.

Door:
Alex van Dijk, Van Helder, accountancy, belastingadvies en consultancy voor de zorg

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving