Wtza | Minister Helder eens met noodzaak uitstel deadline jaarverantwoording

WTZA

Al bijna een jaar is de Wtza (Wet toetreding zorgaanbieders) van kracht. Een hele verandering voor met name kleinere, eerstelijns zorgaanbieders. Waar staan we nu? Leeft de wet, en: passen de bepalingen ervan in de mondzorgpraktijk? De conclusie: deze nieuwe zorgwet is nog niet erg bekend en er zijn zeker haken en ogen.

De Wtza is inderdaad nog erg onbekend onder zorgverleners. Mondzorgverleners geven wat hoger op van hun kennis, maar het houdt niet over. Er loopt een fundamentele discussie over nut en noodzaak van de niet wet voor eerstelijns (mond)zorgpraktijken, die voor het eerst met deze verplichtingen te maken krijgen. Daarnaast blijkt een aantal bepalingen gewoon niet goed inpasbaar in de praktijk. Neem de korte aanlevertermijn voor de jaarverantwoording die praktijken moeten afleggen. Na intensief overleg door een alliantie van accountants- en administratiekantoren met VWS en NZa deelde de minister vorige maand haar voornemen om de onhaalbare aanlevertermijn voor de komende twee jaar op te schuiven.

Onhaalbare aanlevertermijn jaarverantwoording

Vanuit de Wtza is nu in de Wmg (Wet marktordening gezondheidszorg) ook aan kleine zorgaanbieders de plicht opgelegd zich jaarlijks, onder meer financieel, openbaar te verantwoorden. Deze jaarverantwoording moet jaarlijks vóór 1 juni na afloop van een boekjaar worden gedaan. Onhaalbaar, omdat praktijken in de regel geen financiële afdeling of functionaris hebben. Daarom leunen zij voor hun financiële jaarcijfers veelal op in de (eerstelijns) zorg gespecialiseerde accountants- of administratiekantoren. De jaarcijfers waren al nodig voor bijvoorbeeld de belastingaangifte, maar nu dus ook om een valide jaarverantwoording te kunnen afleggen. De gespecialiseerde kantoren zouden voor de nieuwe wetgeving alle jaarcijfers in ongeveer een kwart van de tijd moeten ophoesten: normaliter werken zij hier immers een vol kalenderjaar aan.

Uitstel tot 31 december 2023

Een afvaardiging van de gespecialiseerde kantoren onder mede-aanvoering van VvAA sprak deze zomer meerdere malen met VWS en NZa over een oplossing hiervoor. Dat leverde vooralsnog op dat zorgaanbieders die over het boekjaar 2022 voor het eerste een openbare jaarverantwoording Wmg moeten afleggen, daarvoor uitstel krijgen, tot uiterlijk 31 december 2023. Minister Helder deelt dit voornemen in haar brief van 4 november aan de Tweede Kamer. Ook voor de verantwoording in 2024 (over boekjaar 2023) wil de minister meer tijd bieden. De kantoren spraken met het departement af de gesprekken voort te zetten, om tot een structurele oplossing te komen. De deadline van 1 juni blijft namelijk ook ná twee jaar een probleem. Gezien het toenemende personeelsgebrek bij accountants- en administratiekantoren wordt het probleem alleen maar groter. Ook over andere Wtza-uitvoeringsproblematiek gaf VWS eerder desgevraagd aan verder te willen praten met de gespecialiseerde kantoren.

Minicollege ‘De Wtza in zes minuten’ beschikbaar

Veel mondzorgverleners geven wel bovengemiddeld aan behoefte te hebben aan ‘meer (toegankelijke) informatie’ over gezondheidsrechtelijke zaken. In oktober 2022 scoorde 75% van hen ‘(helemaal) eens’ op de stelling hierover. Ter vergelijk: onder de huisartsen is dat nog niet de helft (48%). Als eerste stap om meer grip op de Wtza te krijgen ontwikkelde VvAA het online minicollege ‘De Wtza in zes minuten’

Stijging Wtza-kennis alweer voorbij

Was de Wtza net voor inwerkingtreding nog nauwelijks bekend onder zorgverleners, dit voorjaar zagen we aanvankelijk nog een bemoedigende stijging. In onze laatste meting in oktober dit jaar zakte die echter al weer in: nog geen 1 op de 7 huisartsen kende toen naar eigen zeggen meer dan het doel van de wet (15%). Bij mondzorgverleners zakte dit aanzienlijk minder in: 24% gaf dit najaar blijk van meer kennis dan slechts het doel. Binnen die groep noemt echter slechts een enkele respondent aan ‘goed op de hoogte’ te zijn van de wet. De rest komt niet verder dan ‘het doel en de hoofdlijnen ‘.

 

Door:
Drs. ing. Erik M. van Dam is senior adviseur kennismanagement en onderzoeker bij VvAA

 

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving