computer, scherm, app

Dental App bij laatste tien finalisten B2B App Award

DM Creatieve Communicatie is doorgedrongen tot de tien finalisten bij de B2B App Award, een verkiezing voor de beste zakelijke apps voor smartphones en tablets. Het Haarlemse communicatiebureau heeft de verkiezing gehaald met een iPhone app voor Vertex Dental, een leverancier van tandheelkundige materialen.

Gemakkelijker bestellen
Aan de verkiezing van de B2B App Award nemen veel grote en bekende bedrijven deel. Vertex Dental heeft DM Creatieve Communicatie in de arm genomen om het tandheelkundige laboratoria gemakkelijker te maken materialen te bestellen. De app is ook inzetbaar voor het volgen van nascholingen via Youtube en voor het automatisch vinden van de dichtstbijzijnde distributeur. Verder bevat de app een corporate film van het bedrijf. Al eerder had Vertex Dental de communicatie met haar afnemers eenvoudiger gemaakt via QR-codes waarmee artikelen kunnen worden gescanned.

Zakelijke websites en apps
Helemaal als een verrassing komt de nominatie niet, constateert Marco Mok van DM Creatieve Communicatie. “We zijn een bureau dat gespecialiseerd is in het maken van zakelijke websites en apps. Dat doen we voor een brede groep van opdrachtgevers, waaronder ook bedrijven in de farmasector. We maken zowel apps voor het iOS, het besturingssysteem van Apple, als voor Android.”

Bron:
Ondernemersbelang

Lees meer over: E-health, Kennis
Kindergebit

Richtlijn lokale analgesie bij kinderen

  • Gebruik een korte naald bij lokale analgesie (LA) in de bovenkaak en een langere voor de onderkaak.
  • Geef bij LA in de onderkaak altijd een mandibulaire geleidingsanalgesie.
  • Het maximale aantal toegestane carpules LA-vloeistof is afhankelijk van het type lokaal analgeticum en de leeftijd (gewicht) van de patiënt. Zo is de maximale hoeveelheid ultracain bij een driejarig kind 2¼ carpules en bij een kind van zeven jaar is dit 3¼ carpules. Doorgaans is bij een “normale” behandeling een halve carpule echter al voldoende.
  • Bij mandibulaire analgesie is de insteekplaats bij kinderen circa 1 cm lager dan bij volwassenen, dus ongeveer ter hoogte van het occlusale vlak.
  • Infiltratie-analgesie in de onderkaak wordt alleen toegepast bij verdoving van de frontelementen.
  • Bij extractie in de bovenkaak dient ook een palatinale infiltratie-analgesie te worden gegeven ter hoogte van de wortelpunt.
  • De patiënt en de ouders/ verzorgers dienen op de hoogte te worden gesteld van de mogelijke duur van de analgesie en de mogelijke complicaties (bijvoorbeeld bijttrauma’s).
  • Bij patiënten met hemofilie, hart- en leveraandoeningen, hartritmestoornissen en bij patiënten met zware astma en overgevoeligheidsreacties is het raadzaam om van tevoren de behandelend arts te consulteren.

Bron:
NVvK

Lees meer over: Kennis, Richtlijnen

Richtlijn behandeling van verkleurde pits en fissuren

”Watchfull waiting”. Het nauwkeurig blijven vervolgen van pits en frisuren die nog geen dentinelaesies vertonen. Deze strategie dient gepaard te gaan met preventieve maatregelen zoals beïnvloeding van mondhygiëne, fluoridengebruik en voedingsgewoonten.

Fissuurverzegeling
Het verzegelen van pits en fissuren dient plaats te vinden op basis van gerichte indicatie. Indien het element goed is droog te leggen, wordt gebruikgemaakt van de etstechniek en een al dan niet gevulde dun-vloeibare kunsthars. Als er kans bestaat op contaminatie tijdens de seal-procedure, is het beter een glasionomeercement te gebruiken of een fluoridelak te appliceren (gecombineerd met een korter controle interval). Het glasionomeercement dient een restauratiemateriaal te zijn dat door middel van de “press finger” techniek wordt aangebracht.

Fissuurbeslijping
Het beslijpen van fissuren kan soms zinvol zijn om een beter inzicht te krijgen op de mate van uitbreiding van de carieuze aantasting.

Restaureren
Verwijdering van cariës wordt beperkt gehouden tot de eigenlijke aantasting. Na restauratie worden restfissuren verzegeld met een sealant.

Bron:
NVvK

Nov 2011

Lees meer over: Kennis, Richtlijnen
Tijd - klok

Groningen start met zij-instroom Tandheelkunde

Vanaf september 2012 kent het Universitair Medisch Centrum Groningen /Rijksuniversiteit Groningen naast een zij-instroom Geneeskunde ook een zij-instroom voor de opleiding Tandheelkunde. Dit is een studieprogramma voor personen die eerst een andere studie of opleiding hebben gevolgd en daarna verder willen met Tandheelkunde. Er zijn eerst 12 plaatsen beschikbaar in dit programma.

Vereisten
Om voor een plaats in dit programma in aanmerking te komen, moeten kandidaten een bachelor-diploma van HBO of Wetenschappelijk Onderwijs op zak hebben en natuur- en scheikunde op VWO-nivo hebben gevolgd.

Veel vraag
Het programma voor zij-instromers is ontwikkeld omdat de afgelopen jaren is gebleken dat er veel vraag is van bijvoorbeeld studenten Life Sciences of de hbo-opleiding Mondzorgkunde om verder te gaan met een studie Tandheelkunde. Verder biedt dit programma een extra mogelijkheid om het dreigende tekort aan tandartsen in de nabije toekomst te voorkomen.

Vier jaar
Het zij-instroom programma Tandheelkunde bestaat uit een studie van in totaal vier jaar. Eerst volgen de deelnemers een schakelprogramma van een jaar; dit bereidt hen specifiek voor op de theoretische tandheelkundige kennis en op de praktische tandheelkundige vaardigheden. Daarna volgt het Masterprogramma Tandheelkunde dat drie jaar duurt; dit is het reguliere curriculum voor de studie Tandheelkunde.

Bron:
Rijksuniversiteit Groningen

Lees meer over: Kennis
Poetsen - tanden - schoon

Hoe vaak poetsen Nederlanders en Belgen hun tanden?

Een oogverblindende lach met stralend witte tanden, net zoals in de film. Wie wil dat nou niet? Blijkbaar veel minder mensen dan je denkt. Zo blijkt uit onderzoek dat slechts de helft van onze Zuiderburen hun tanden twee keer per dag poetst. Vooral mannen hebben een broertje dood aan tanden poetsen.

Dit blijkt uit onderzoek naar mond- en gebitsgezondheid van het Belgische Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering. De enquête werd uitgevoerd onder 3.057 mannen en vrouwen.

Slechts eenmaal
Verder kwam naar voren dat iets meer dan 40 procent slechts eenmaal per dag de tanden poetst. Minder dan 3 procent gaf toe de tanden nooit te poetsen en 5,6 procent poets het gebit niet dagelijks.

Nederland
Wij Nederlanders doen het trouwens niet veel beter. Uit eerder onderzoek bleek dat De helft van de Nederlanders poetst wel eens langer dan een dag zijn tanden niet.

Bron:
Telegraaf

Lees meer over: Kennis, Onderzoek

Nieuwe methode slik- en kauwrevalidatie effectief

Een intensief revalidatieprogramma van slik- en kauwspieroefeningen is goed uitvoerbaar en heeft een hoge therapietrouw. De preventie methode beperkt slik- en kaakproblemen en vermindert stem- en spraakproblemen.

Dit concludeert promovenda Lisette van der Molen. Zij heeft de revalidatiemethode opgenomen in een hoofd-halsrevalidatieprogramma dat ze in het NKI-AVL ontwikkelde.

Tumor
Van der Molen onderzocht twee methoden. Ze deed dit bij patiënten met een kwaadaardige tumor in het hoofd-halsgebied die worden behandeld met chemotherapie en bestraling.

Proefschrift
Lisette van der Molen promoveert 4 november op haar proefschrift ‘Preventive rehabilitation in patients treated with chemoradiation for advanced head and neck cancer’ aan de Universiteit van Amsterdam.

Bron:
Universiteit van Amsterdam


Nov 2011

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
tv

Gezien op YouTube: Opleiding Tandheelkunde Radboud Universiteit Nijmegen

De opleiding Tandheelkunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen presenteert zich met een filmpje op YouTube. Bekijk het filmpje.

De opleiding Tandheelkunde van Groningen maakte eerder al een filmpje. Bekijk dit filmpje.

Lees meer over: Kennis
tv

Bekijk de uitzending van de TV-tandarts in Dit is mijn lijf

Woensdag 26 oktober zond RTL 4 de eerste aflevering van het programma ‘Dit is mijn lijf’ uit. In een speciaal ingerichte mobiele kliniek houden twee huisartsen en tandarts Maaike Schutjes een gratis inloopspreekuur voor patiënten die met hun vraag of probleem niet naar hun eigen arts of tandarts durven gaan. In de eerste aflevering zien we bijvoorbeeld een patiënt die bang is voor de tandarts.

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis
caries - tandarts

Speekselklieraandoeningen herkennen en behandelen

Cysten, tumoren en ontstekingen van de speekselklieren zijn aandoeningen waarmee u in uw praktijk kunt worden geconfronteerd. Een update door kaakchirurg-oncoloog Erik van der Meij van het Medisch Centrum Leeuwarden.

Op de praktijkgerichte nascholingsdag Dental Review 2011 sprak van der Meij de aanwezige tandartsen bij over de meest voorkomende speekselklierpathologie.

Circumscripte zwelling van de glandula parotis; het bleek te gaan om een goedaardige speekselkliertumor.

Aandoeningen
Aandoeningen kunnen zich bevinden in de:

  • glandula parotis (oorspeekselklier)
  • glandula submandibularis (onderkaakspeekselklier)
  • glandula sublingualis (ondertongspeekselklier)
  • accessorische speekselkliertjes

Sialoadenitis is de benaming voor virale (bijvoorbeeld de bof) en bacteriële ontstekingen van de klieren. Speekselklierkanker komt relatief weinig voor. “Een speekselkliertumor ziet u als tandarts misschien twee tot drie keer in uw leven”, stelde Van der Meij. “Het vervelende is dat het verschil tussen goed- en kwaadaardig niet eenvoudig te zien is.” Over het algemeen geldt:

  • hoe kleiner de klier, hoe groter de kans op kwaadaardigheid
  • een zwelling van de bovenlip is kwaadaardig tot het tegendeel bewezen is
  • een langzaam groeiende tumor is niet per definitie goedaardig

Sinds een jaar bestaande zwelling van de binnenzijde van de bovenlip; bij biopsie bleek het te gaan om een kwaadaardige speekselkliertumor uitgaande van een klein speekselkliertje.

Nauwkeurig lichamelijk onderzoek
Van der Meij adviseert tandartsen dan ook bij een zwelling van een van de speekselklieren nauwkeurig lichamelijk onderzoek te verrichten. Met een gaasje kan de uitvoergang van de speekselklier worden droog gemaakt. Vervolgens kan de klier worden gemasseerd. De karakteristieken van het vrijgekomen secreet (helder, troebel, vlokkerig of pus) geven veel diagnostische informatie.

Na massage van de glandula submandibularis komt pus vrij uit de ductus Whartoni.

Na massage van de glandula parotis wordt een speekselsteen verwijderd.

Aanvullend onderzoek
Aanvullend, beeldvormend onderzoek kan variëren van conventionele röntgen, echografie, MRI, CT, PET/CT tot CB-CT sialografie. Met deze laatste techniek kan met behulp van contrastvloeistof en CB-CT een 3D-beeld worden verkregen. Ook cytologische puncties bieden steeds meer mogelijkheden om op een paar cellen een redelijk betrouwbare diagnose te stellen.

Sialendoscopie
De nieuwste ontwikkeling is de sialendoscopie, waarbij met een scoop diep in de vertakkingen van de klier kan worden gekeken. Via sialendoscopie kunnen eventueel gevonden speekselstenen met een netje worden verwijderd en vernauwingen met een ballonkatheter worden verholpen.

Sialendoscopisch onderzoek kan o.a. worden verricht in het speekselkliercentrum van het Erasmus MC te Rotterdam en het Speekselkliercentrum Friesland te Leeuwarden. Deze speekselkliercentra zijn gespecialiseerd in de diagnostiek en behandeling van speekselklieraandoeningen.

Bron:
Verslag door dental INFO, gemaakt tijdens de Dental Review 2011, georganiseerd door Mark Two Communications, 30 september 2011, Jaarbeurs Utrecht

Dr. Erik H. van der Meij is opgeleid tot kaakchirurg aan het VU Medisch Centrum te Amsterdam. In 1994 behaalde hij het tandartsexamen en het artsexamen in 2000. In 2002 promoveerde hij aan het VUMC op het proefschrift: “The possible premalignant character of oral lichen planus and oral lichenoid lesions. A clinicopathological study”. Van 2004 tot 2008 was hij als staflid verbonden aan de afdeling Mondziekten en Kaakchirurgie van het Erasmus MC te Rotterdam. In die periode werd aldaar een fellowship Hoofd-hals chirurgie/oncologie gevolgd. Vanaf 1 januari 2008 was hij in het Erasmus MC werkzaam als kaakchirurg-oncoloog en hield hij zich bezig met de diagnostiek en chirurgische behandeling van tumoren in het hoofd-halsgebied. Sinds maart 2008 is hij werkzaam in het Medisch Centrum Leeuwarden. Zijn aandachtsgebieden betreffen de hoofd-hals oncologie, de orale pathologie en speekselklieraandoeningen.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Scholing, Thema A-Z
tandpasta

Nog veel onduidelijkheid over werking van whitening-tandpasta

Nederlanders hechten minder waarde aan een witte glimlach dan Belgen: 30 procent van de Belgen vindt het belangrijk dat een tandpasta een witmakende werking heeft, tegenover 16 procent van de Nederlanders. Belgen (34 procent) gebruiken dan ook vaker een whitening-tandpasta dan Nederlanders (24 procent). Dat blijkt uit recent representatief onderzoek[1] naar poetsgedrag in Nederland en België, afgenomen door DirectResearch.nl.

36% gebruikt geen whitening-tandpasta
Het onderzoek toont ook aan dat 36 procent van de ondervraagden geen whitening–tandpasta gebruikt, uit bezorgdheid dat whitening-tandpasta slecht is voor de tanden of het tandglazuur. Een kleiner deel (14 procent) gelooft helemaal niet dat whitening-tandpasta’s werken. Uit deze gegevens blijkt dat mensen niet goed op de hoogte zijn van de precieze werking van whitening-tandpasta.

Poetsweetjes

 

  • 49% van de Nederlanders én Belgen heeft behoefte aan wittere tanden.
  • 54% van de Belgen poetst direct na de maaltijd, terwijl 65% van de Nederlanders een uur of langer wacht.

Hoe werkt whitening?
De meeste whitening-tandpasta’s brengen de natuurlijke witheid van de tanden terug. Die bleken je tanden dus niet, zoals soms gedacht wordt, maar bevatten microdeeltjes die het makkelijker maken om de gelige aanslag van voedingsmiddelen, zoals koffie en rode wijn, te verwijderen. De microdeeltjes in whitening-tandpasta’s doorbreken de hechting van de aanslag aan het glazuur, zodat je die makkelijk kunt wegpoetsen.

Aquafresh heeft haar whitening-tandpasta’s vernieuwd. De nieuwe formule bevat fijne microdeeltjes die je tanden op een zachte manier reinigen en glad maken. Bovendien brengen ze een beschermend laagje aan op de buitenste laag van het glazuur. Hierdoor behouden je tanden langer[2] hun stralend witte glans, en blijft jouw glimlach stralend wit. Het nieuwe whitening-assortiment bestaat uit drie varianten: Aquafresh Intense White maakt de tanden tot 50 procent witter.[2] Aquafresh Whitening + Complete Care beschermt tegen plakvorming, voor witte tanden én gezond tandvlees.

1 Representatief onderzoek naar gebitsverzorging onder ruim 1.000 Nederlanders en Belgen van 18 jaar en ouder, uitgevoerd door DirectResearch in opdracht van Aquafresh.
2 Bij regelmatig poetsen, in vergelijking met Aquafresh 3-voudige Bescherming/Freshmint

Bron:
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
caries - tandarts

Driekwart artsen maakt weleens misser

Driekwart van de medische specialisten erkent wel eens een fout te hebben gemaakt. Bij zorgverleners in de eerste lijn is dit percentage vijftig procent. Dit blijkt uit een enquête van beroepsvereniging VvAA onder duizend zorgprofessionals.

Uit de enquête blijkt tevens dat de angst om fouten te maken grote impact heeft op de beroepspraktijk. Bijna één op de drie zorgverleners in de eerste lijn zegt wakker te liggen van gemaakte fouten. Bij tweedelijnszorgverleners is dat zelfs 46 procent. Een kwart tot een vijfde van de zorgverleners zegt in grote tot zeer grote mate bang te zijn om een medische fout te maken. Een kwart tot een derde van de ondervraagden geeft aan dat deze angst de kwaliteit van hun werk negatief beïnvloedt.

Zwijgen
De angst voor fouten leidt ertoe dat circa een vijfde van de zorgverleners zwijgt over eigen falen. Opvallend is dat zorgverleners hun zwijgen vooral motiveren met een verwijzing naar de gevolgen voor de patiënt in plaats van voor henzelf. De helft van de zorgverleners geeft aan dat zij een fout wel eens niet aan de patiënt hebben verteld, omdat de gevolgen ervan verwaarloosbaar klein waren, of omdat ze bang waren dat de toestand van de patiënt er niet beter op zou worden.

Bespreken
Iets dergelijks geldt ook voor het niet bespreken van fouten van collega’s. Een derde (34 procent) van de eerstelijnszorgverleners en bijna de helft (45 procent) van de tweedelijnszorgverleners heeft wel eens een medische fout gemaakt zonder collega’s daarvan te verwittigen. Ook hier kiezen zorgverleners voor stilzwijgen omdat de gevolgen van de fout klein waren of uit angst voor de gevolgen voor de collegiale samenwerking.

Huisartsen
Opvallend is het hoge percentage fouten onder huisartsen. Negen van de tien huisartsen erkennen fouten te maken. Volgens de VvAA is dit ten dele verklaarbaar uit de aard van het werk van de huisarts. Huisartsen zien patiënten in een relatief vroeg stadium, waardoor de symptomen nog op verschillende ziektebeelden kunnen duiden en zijn mede afhankelijk van de informatie die ze van de patiënt zelf krijgen. Fysiotherapeuten maken van de eerstelijnszorgverleners naar eigen zeggen het minst vaak een medische fout; een kwart heeft dit in het verleden gedaan.

Consequenties
Volgens de VvAA is de angst om fouten te maken toegenomen door groeiende publieke aandacht voor medische missers. De medische opleidingen zouden daarom meer aandacht moeten besteden aan medische fouten, vindt ruim tweederde van de ondervraagden. De respondenten vinden dat opleidingen en beroepsorganisaties zorgverleners moeten helpen om te gaan met fouten, met name waar het de communicatie hierover betreft als een onderdeel van het professionele handelen. Ondanks de angst voor fouten hebben deze volgens de VvAA ook positieve consequenties. In negen van de tien gevallen leiden fouten tot aanpassingen en verbeteringen van de werkwijze.

Bron:
Skipr

Lees meer over: Kennis, Kwaliteit
Tijd - klok

TFV symposium: De Tand des Tijds, 17 november Nijmegen

Een leerzame, interessante, volledig verzorgde dag vol nieuwe feiten en eens een andere kijk op verscheidene facetten van de tandheelkunde. Dát is wat de TFV Nijmegen u biedt tijdens het Symposium ‘De Tand des Tijds’. Deskundigen vanuit verschillende disciplines belichten dit thema vanuit diverse invalshoeken. Het symposium vindt plaats op donderdag 17 november te Nijmegen.

Programma
Het programma is als volgt:

8.30 – 9.00 uur Ontvangst
9.00 uur Opening
9.20 uur Prof. dr. G.J. Meijer -De gebitssituatie door de eeuwen heen
10.10 – 10.30 uur Koffiepauze
10.30 uur Drs. R.A. van Teeseling -Interdisciplinaire behandeling: Teamwork!
11.20 uur Drs. P.J.J. Theuns -Tandheelkunde bij dieren en de mens:
wat zijn overeenkomsten en verschillen?
12.10 – 13.10 uur Lunchpauze
13.10 uur Drs. J.H. Weijmar -Forensische odontologie
14.00 uur Drs. W.G. van der Borden -Van tandmeester tot tandarts- endodontoloog
14.50 – 15.10 uur Koffiepauze
15.10 uur Drs. M. Moolenaar -Voorspelbaar keramiek
16.00 uur Dankwoord
16.15 uur Borrel

 

5 KRT punten
Gezien het niveau van deze dag, ontvangen de tandartsen ook nog eens 5 punten voor het KRT.

Locatie en inschrijven
Het symposium vindt plaats in het faculteitsgebouw van Tandheelkunde. Inschrijven kan voor studentleden via deze website en voor donateurleden en tandartsen met mail (TFV@dent.umcn.nl onder vermelding van naam en rekeningnummer). Lid worden kan onder het kopje lidmaatschap.

Inschrijfkosten:
Donateurlid TFV € 30,-
Tandarts (of specialist) € 60,-
Studentlid TFV € 5,-
Student (geen lid) € 15,-

Leden kunnen zich inschrijven op de website www.tfvn.nl. Niet-leden moeten een mail sturen naar TFV@dent.umcn.nl om zich aan te melden.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Scholing
advies, tips

NPCF ontwikkelt Gouden tips voor in de spreekkamer

Patiëntenfederatie NPCF lanceert vandaag met onderzoeksinstituut Nivel een duidelijke kaart met cartoons en tips over communicatie in de spreekkamer, bedoeld voor zowel de (tand)arts als voor de patiënt.

Betere dialoog
Aanleiding voor deze zogenoemde patiëntveiligheidskaart is de internationale GULiVERstudie waaruit blijkt dat patiënten heel goed kunnen meepraten over de kwaliteit van de communicatie in de spreekkamer. De NPCF verwacht dat deze patiëntveiligheidskaart kan bijdragen aan een betere dialoog tussen arts en patiënt en daarmee aan een effectiever consult.

Tips voor effectiever consult
In het GULiVER-onderzoek hebben patiënten hun ervaring gedeeld over communicatie in de spreekkamer, en tips geformuleerd voor een effectiever consult. Een goed consult is volgens de deelnemers aan het onderzoek een verantwoordelijkheid van beide partijen.
Samen met het Nivel heeft de NPCF deze tips verzameld, en omgezet naar cartoons en adviezen in de vorm van een patiëntveiligheidskaart. De tips gaan over de communicatie in het gehele verloop van de zorg: de voorbereiding, het consult zelf en de nazorg. De kaarten zijn gratis te downloaden op www.mijnzorgveilig.nl.

Internationaal
De GULiVER-study is een onderzoek van het NIVEL en de Universiteit Utrecht. Het is een internationaal project met onderzoekers uit België (Gent), Nederland (Utrecht), Engeland (Liverpool) en Italië (Verona).

Bron:
NPCF

Lees meer over: Communicatie, Communicatie patiënt, Kennis, Ondernemen
Leren- boeken

Nieuwe boeken over Eerste Hulp

Uw EHBO-kennis opfrissen? De volgende nieuwe boeken zijn beschikbaar: ‘Het Oranje Kruis Boekje’, ‘Hét EHBO Boek’ en ‘Eerste Hulp aan kinderen’.

Het Oranje Kruis boekje
Het Oranje Kruis boekje bevat de officiële lesstof voor het Diploma Eerste Hulp. Stapsgewijs en aan de hand van duidelijke afbeeldingen leert u wat u moet doen en waarom. Deze uitgave, 26e druk, voldoet aan de actuele richtlijnen (2011) van de eerstehulpverlening.

Hét EHBO Boek
In deze nieuwe (2e) druk van Hét EHBO Boek zijn de NRR richtlijnen van 2010 opgenomen en tevens de nieuwste richtlijnen Eerste Hulp van Het Oranje Kruis verwerkt.

Eerste Hulp aan kinderen
Dit boek omvat de lesstof voor het officiële certificaat Eerste Hulp aan kinderen van Het Oranje Kruis. Deze nieuwe (3e) druk voldoet aan de actuele richtlijnen (2011) van de eerstehulpverlening, inclusief reanimatie.

Lees meer over: Kennis, Scholing
mond, lachen, man

Proefschrift Rik Soehardi over pre-implantologische chirurgie bij sterk geslonken kaken

Op 14 oktober promoveerde Rik Soehardi aan de Radboud Universiteit Nijmegen op het onderwerp ‘Oplossingen voor patiënten met sterk geslonken kaken’.

De patiënt met extreem geslonken kaken na extractie van het gebit, vormt een uitdaging voor de chirurg zowel als voor de tandarts-prothetist. Sinds de introductie van implantaten zijn er aanzienlijk betere mogelijkheden voor deze patiënten. De laatste 25 jaar is er veel vooruitgang geboekt om door middel van pre-implantologische chirurgie de condities te scheppen voor een voorspelbaar en goed resultaat met betrekking tot een implantaat gesteunde, prothetische reconstructie van het gebit, waardoor een normale kauwfunctie mogelijk wordt.
Promovendus Rik Soehardi onderzocht twee chirurgisch-prothetische oplossingen voor patiënten met zulke sterk geslonken kaken.

Lees meer over: Implantologie, Kennis, Onderzoek, Thema A-Z
medicijnen

Ouderen, medicijnen en mondzorg

Ruim 15% van de 65-75 jarigen gebruikt 4 of meer soorten medicijnen. Veel mensen komen in het ziekenhuis terecht wegens verkeerd gebruik ervan. Ook voor de mondzorger ligt hier een taak.

Verslag van de lezing van mevrouw dr. Kwakkel tijdens het NVM congres.

Begeleiding bij het gebruik van medicijnen is erg belangrijk. Ook voor de mondzorger is hier een taak weggelegd. Denkt u aan het aanraden van pijnstillers. Kan dit altijd en zomaar? Dat het vrij te verkrijgen is, wil niet zeggen dat het compleet veilig is. Ook gebruiken mensen vaak nog medicijnen erbij waarvan de eigen apotheek of huisarts geen weet heeft. Kan dit wel samen? Vraag dus altijd naar de medicijnen die uw patiënt gebruikt en vraag goed door!

Risicofactoren
Let bij uw patiënten vooral op de de risicofactoren die geneesmiddelgerelateerde ziekenhuisopnames tot gevolg kunnen hebben:

  • Verminderde nierfunctie
  • Therapie ontrouwheid
  • Verminderde cognitie / vergeetachtigheid en verwardheid

Doordat ouderen fysiologisch anders in elkaar zitten, kunnen medicijnen heel anders uitpakken dan bij jongeren. Ouderen hebben sowieso al een verminderde nierfunctie en leverfunctie. Tevens is er sprake van een andere verdeling van het vetweefsel en lichaamswater. Hierdoor werken lipofiele medicijnen langer en hydrofyle medicijnen sterker. Door vergeetachtigheid kan de oudere vergeten dat hij de medicijnen al ingenomen heeft. Vervolgens kan het medicijn dat de oudere dan nogmaals neemt, al de toxische waarde bereiken. Ouderen slikken vaak meerdere medicijnen. Hierdoor is er vanzelf meer interactie. Sommige medicijnen gaan echt niet samen. Verder zijn ouderen extra gevoelig voor bijwerkingen en hebben vaak meerdere aandoeningen, dus meer mogelijke contra-indicaties. Ook kunnen lichamelijke beperkingen het gebruik belemmeren omdat men bijvoorbeeld de verpakking niet open krijgt.

NSAID’s

NSAID’s gaan vaak niet samen met andere medicijnen. Hier een overzicht:

  • Cumarines kan verhoogde bloedingsneiging veroorzaken
  • Bètablokkers verlaagd de antihypertensieve werking
  • Corticosteroïden en SSRI kunnen een maagbloeding veroorzaken
  • Lithium kan plasmaspiegel verhogen
  • Methotrexaat verlaagd de renale klaring

Contra-indicaties

 

  • Astma (COPD)
  • Lever- en nierfunctiestoornis
  • Hartfalen

Antibiotica

 

  • Amoxicilline en cumarines kunnen bloedingsneiging verhogen
  • Miconazol en cumarines kunnen bloedingsneiging verhogen
  • Co-trimazoxazol + fenytione kunnen fenytione spiegels verhogen
  • Adrenaline + bètablokkers kunnen bloeddruk verhogen en bardycardie veroorzaken

Wat kan mondhygiënist / tandarts doen?

 

  • Signaleren en actie ondernemen bij verkeerd gebruik: bel apotheek. Vertel wie je bent, welke opleiding/kennis/taken/verantwoordelijkheden.
  • Voorlichting geven.
  • Anamnese afnemen en aanvullende informatie vragen: Nooit problemen geweest bij gebruik van medicijnen? Zo ja, wat dan?

ProfessionalsPlatform
Afsluitend waren op het podium enkele ervaringsdeskundigen uitgenodigd: mondhygiënisten en tandartsen die in verpleeghuizen werken, een oudere (vader van één van de mondhygiënisten). Ze gingen in discussie naar aanleiding van filmpjes van mensen die werken in verzorgingshuizen. Praktische tips die hierbij naar voren kwamen:

  • Ga een gesprek aan met de oudere. Vraag naar vroeger en zijn ogen lichten op. Vraag naar wat hem is overkomen en luister.
  • Luister echt naar de oudere. Neem hem serieus!
  • Ga mee in het verhaal van een demente, spreek hem niet tegen.
  • Is iemand al lang niet geweest? Ga er achteraan! Ga je patiëntenbestand na.
  • Het is onze verantwoordelijkheid om deze mensen actief op te zoeken.
  • Verzorg workshops voor het verzorgend personeel. Instrueer, maak protocollen.
  • Blijf de privacy respecteren van een oudere.
  • Praat niet over het hoofd van een oudere heen.
  • Soms voel u zich als een pastoraal medewerker, maar tijd nemen voor de patiënt is echt heel belangrijk. Daar helpt je iemand echt mee!!!

Bron:
Verslag van de lezing van mevrouw dr. Kwakkel tijdens de NVM voorjaarsvergadering 2011

Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis, Ouderentandheelkunde, Thema A-Z
tandenpoetsen

Twitter de leukste tandenpoetsfoto

Mondhygiënist Lieneke Steverink-Jorna is een wedstrijd op Twitter begonnen. Ouders die hun kind al tandenpoetsend op de kiek weten te zetten, kunnen een groot persoonlijk poetspakket winnen voor hunzelf en hun kind(eren).

Steverink kwam op het idee tijdens het bezoeken van het congres Trends in de Kindertandheelkunde. Daar werd verteld dat de traditionele manier van educatie niet meer aanslaat. Kinderen zullen blijvend gemotiveerd moeten worden door middel van wedstrijdjes en social media. Ter plekke zette de mondhygiënist deze actie op. Doordat andere ouders en kinderen zien dat andere kinderen goed hun tandenpoetsen, kunnen zij ook gemotiveerd raken. Een hele goedkope en effectieve manier van collectieve preventie

Bron:
Streekgids.nl

Lees meer over: Communicatie, Communicatie patiënt, Kennis, Ondernemen
Slijtage: Herkennen, oorzaken achterhalen en behandelen

Onderzoek toont explosieve stijging van tanderosie

Tanderosie is het verschijnsel waarbij het beschermende tandglazuur van de tanden langzaam afslijt door direct contact met zuren uit eten en drinken. Dit gebeurt geleidelijk en is onomkeerbaar; weg is weg. Waar caries in de afgelopen decennia het grote probleem was onder met name kinderen, is tanderosie het nieuwe, explosief groeiende probleem.

Wetenschappelijk onderzoek
Recente onderzoeken tonen aan dat gemiddeld 30% van de Nederlanders last heeft van tanderosie. In 1998 toonde wetenschappelijk onderzoek van G.J. Truin nog aan dat bij 3% van de 12-jarigen erosie voorkwam. In 2002 toonden onderzoeken een stijging van dit percentage aan tot 24%. Uit onderzoeksresultaten in 2008 (H. El Aidi) bleek bij een eerste nulmeting dat erosie voorkwam bij 32% van de 12-jarigen. Dit aantal was in 2010 al opgelopen tot 42%.

Waar komt deze stijging vandaan?
Deze enorme stijging is te wijten aan de veranderde eet- en drinkcultuur ofwel onze nieuwe levensstijl. De huidige welvaart biedt een enorme keuze, overal is eten en drinken verkrijgbaar. Vaak in handige kleine verpakkingen en hersluitbaar, waarvan er makkelijk meerdere per dag genuttigd kunnen worden. We zijn de hele dag aan het eten en drinken, wat het risico op erosie vergroot. Uit onderzoeken blijkt dat dit eet-, drink- en snoepgedrag een duidelijke relatie heeft met tanderosie; erosie wordt mede bepaald door de frequentie en de contacttijd van het zuur in de mond. Bovendien is de smaakvoorkeur in de loop der jaren aanzienlijk veranderd van zoet naar zoet/zuur.

De grote boosdoener, zuur, is in toenemende mate in ons eten en drinken aanwezig is. Men realiseert zich vaak niet dat er veel zuren zitten in wat men eet en drinkt. Niet alleen in snoep (lollies etc) zitten veel zuren. Ook alle frisdranken, appelsap, cola en ijsthee in het bijzonder, sportdrankjes, fruit, fruitsappen, maar ook bijvoorbeeld babyvoeding bevatten een dermate hoge zuurgraad waardoor het tandglazuur oplost. Elk eet- en drinkmoment betekent een zuuraanval die de tanden aantast.

Bron:
Onderzoek van Elmex
Perssupport

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Onderzoek, Thema A-Z
kind - tandarts - behandeling

Proefschrift Martina von Böhl over effect orthodontistische behandeling op weefsel

 

Martina von Böhl promoveerde 14 oktober aan de Radboud Universiteit op een proefschrift over veranderingen in het weefsel rondom en in de tand bij een orthodontistische behandeling (Changes in periodontal ligament and dental pulp after experimental orthodontic tooth movement).

Bij een beugelbehandeling wordt er druk op de tand gezet om die te kunnen verplaatsen. Martina von Böhl onderzocht wat er dan gebeurt in het weefsel rondom de tand waarin de vezels zitten waarmee de tand aan het bot verankerd is. Ook bekeek zij of het weefsel binnen in de tand, dat de zenuwen en bloedvaten van de tand bevat, verandert als een tand wordt verplaatst. In haar proefschrift komen deze zaken aan de orde:

  • systematisch literatuuronderzoek naar hyalinisatie bij orthodontische tandverplaatsing in humaan en dierexperimenteel onderzoek
  • onderzoek naar de snelheid van tandverplaatsing en weefselreacties in het parodontaal ligament bij toepassen van kleine en grote orthodontische krachten
  • onderzoek naar de relatie tussen lokale morfologische veranderingen in het parodontaal ligament en individuele verschillen in de snelheid van tandverplaatsing
  • systematisch literatuuronderzoek naar de relatie tussen veranderingen in de pulpa en grootte van de kracht bij orthodontische tandverplaatsing
  • onderzoek naar het effect van leeftijd op de pulpa na experimentele tandverplaatsing met gebruik van gestandaardiseerde orthodontische apparatuur die krachtgrootte en -richting constant gehouden hielden.

Von Böhl concludeert dat orthodontische tandverplaatsing beïnvloed wordt door hyalinisatie, maar dat er geen relatie is met de krachtgrootte. Het optreden van kleine focale hyalinisatiegebieden verklaart mogelijk de individuele verschillen in de mate van tandverplaatsing. Literatuuronderzoek naar een mogelijke relatie tussen grootte van de kracht en afname van de doorbloeding van de pulpa leverde tegenstrijdige resultaten op. Verder concludeert Von Böhl dat orthodontische tandverplaatsing zelf geen onomkeerbaar effect heeft op het pulpaweefsel in jonge en volwassen ratten.

Over de promovendus
Martina von Böhl (Heide/Holstein, Duitsland, 1967) studeerde Tandheelkunde in Nijmegen. Sinds 2007 heeft zij haar eigen orthodontische praktijk en werkte zij parttime aan haar proefschrift binnen de Vakgroep Orthodontie en Craniofaciale Biologie van het UMC St Radboud.

Bron:
UMC St Radboud

Lees meer over: Kennis, Onderzoek, Orthodontie, Thema A-Z
Overheid publiceert concept uitbreiding bevoegdheid mondhygiënist

Zet in op kwaliteitsregistraties voor betere zorg

De politiek, zorgverzekeraars en het medische veld moeten zich maximaal inzetten voor het realiseren van kwaliteitsregistraties. Door resultaten van medisch specialistische behandelingen te registreren, zal het aantal complicaties en heropnames dalen.

Dat blijkt uit een rapport van het managementadviesbureau Boston Consultancy Group (BCG) waar het Financieel Dagblad aandacht aan heeft besteed.

Debat
Specialisten hebben al een aantal kwaliteitsregistraties in het leven geroepen, maar een structurele aanpak en financiering ontbreekt nog. De Tweede Kamer debatteert vandaag over de oprichting van een Nationaal Kwaliteitsinstituut in 2013.

“Daar moeten we niet op wachten. Nu is de tijd rijp dat de registraties, samen met patiëntenverenigingen, ook verder worden uitgebouwd”, zegt Antoine Bögels, directeur van de Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties.

Ook de Orde van Medisch Specialisten wil het voortvarende tempo vasthouden. “Het initiatief moet bij de beroepsgroep liggen. Financiële steun is wel noodzakelijk voor het opzetten en bijhouden van deze registraties, want zoals vaak gaan de kosten uit voor de baten”, aldus Marcel Daniëls, voorzitter Kwaliteit van de OMS.

Besparing
De baten kunnen enorm zijn, zo blijkt uit het rapport ‘Zorg voor Waarde’ van BCG. De managementorganisatie stelt dat Nederland een aanzienlijke kostenbesparing kan realiseren door het breed invoeren van kwaliteitsregistraties. De besparing loopt op tot 4,3 miljard euro in 2020.

Lees meer over: Kennis, Kwaliteit