Juridische risico’s: 5 aandachtspunten voor mondzorgprofessionals
Het voeren van een mondzorgpraktijk is meer dan een tandheelkundige aangelegenheid. Naast kwalitatieve zorgverlening krijgt de tandarts of andere bestuurder als ondernemer te maken met een breed scala aan juridische verplichtingen. Het niet voldoen aan de verplichtingen kan de reputatie én de financiële continuïteit van de mondzorgprofessional en de praktijk raken. In dit artikel gaan wij in op vijf cruciale aandachtspunten die voor de mondzorgprofessionals van belang zijn.
1. Transparante communicatie – ook over kosten en vergoedingen
De zorgplicht van een mondzorgprofessional reikt verder dan medisch-tandheelkundig handelen; ook duidelijke informatieverstrekking aan de patiënt is onderdeel van de zorgplicht. Een belangrijk onderdeel van de informatieplicht zijn de eventuele risico’s van de uit te voeren behandeling. Indien de patiënt niet is geïnformeerd over het risico op bijvoorbeeld een bepaalde complicatie en deze complicatie doet zich vervolgens voor, kan een mondzorgprofessional aansprakelijk zijn voor de schade van de patiënt en/of kan de mondzorgprofessional tuchtrechtelijk verwijtbaar hebben gehandeld. Een belangrijke voorwaarde voor het recht op eventuele schadevergoeding door de patiënt is dat hij aannemelijk maakt dat hij van de behandeling zou hebben afgezien als de mondzorgprofessional wél aan de informatieplicht zou hebben voldaan.
Naast informeren over tandheelkundig-inhoudelijke zaken, moet ook over financiële zaken goed geïnformeerd worden. Dit volgt uit onder meer de Wet marktordening gezondheidszorg, de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg en de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst. Ook hanteert de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels over informatieverplichtingen, zoals de Regeling mondzorg. De informatieverplichting weegt zwaarder naarmate de behandeling tandheelkundig niet of in geringe mate noodzakelijk is of er een groter prijskaartje aan de behandeling hangt. Informeren over de financiën is belangrijk, omdat er inmiddels een groot aantal uitspraken is waaruit blijkt dat de patiënt de nota niet hoeft te betalen, indien hij niet goed geïnformeerd is over de kosten die hij moet betalen.
2. Dossiervoering: ook een juridisch bewijsstuk
Het patiëntendossier is niet alleen van belang voor het verlenen van goede zorg aan de patiënt (denk aan de noodzaak voor een opvolgend tandarts of waarnemer om na te gaan wat de mondgezondheidssituatie van de patiënt is), maar kan voor de mondzorgprofessional ook van grote waarde zijn bij een materiële controle of aansprakelijkheids- of tuchtkwestie. Het patiëntendossier vormt in de meeste gevallen het primaire bewijsmiddel in dergelijke zaken.
De wet verplicht de mondzorgprofessional tot het bijhouden van een medisch dossier van de patiënt. Uit de praktijk blijkt dat dit geregeld te summier gebeurt. Zaken als indicaties voor bepaalde verrichtingen, mondelinge toestemming, tussentijdse wijzigingen in de behandelstrategie, of afwijkingen van richtlijnen worden vaak niet (voldoende) vastgelegd. Dat kan nadelige gevolgen hebben voor de mondzorgprofessional bij onder meer een schadeclaim van een patiënt of een materiële controle van een zorgverzekeraar.
Het is gelet daarop verstandig om de belangrijke elementen steeds zorgvuldig in het dossier te noteren, waarbij veelal getoetst wordt aan de KNMT Richtlijn Patiëntendossier.
3. Richtlijnen zijn belangrijk
De professionele standaard in de mondzorg wordt in belangrijke mate gevormd door richtlijnen, zoals die worden opgesteld door beroepsorganisaties als KNMT en ONT. Deze richtlijnen omvatten gedragsaanwijzingen, behandelprotocollen en kwaliteitsnormen. De (tucht)rechters beschouwen deze als de norm waaraan mondzorgprofessionals moeten voldoen om te handelen als redelijk handelend mondzorgverlener.
De richtlijnen hebben als belangrijk doel te waarborgen dat goede zorg aan de patiënt wordt verleend. De zorgplicht voor de patiënt brengt echter ook mee dat het in specifieke gevallen wenselijk en soms zelfs noodzakelijk is om in het belang van de patiënt van een richtlijn af te wijken. De beoordeling van de zorg die een patiënt in een specifiek geval nodig heeft, ligt bij de behandelaar.
Afwijken van richtlijnen mag dus en moet soms zelfs. De mondzorgprofessional doet er echter verstandig aan om dit duidelijk vast te leggen en te motiveren in het dossier van de patiënt. Dit kan de mondzorgprofessional niet alleen helpen bij een eventuele schadeclaim of tuchtklacht, maar kan ook van essentieel belang zijn bij een materiële controle. Zorgverzekeraars nemen namelijk geregeld het standpunt in dat indien iets niet in het dossier is vermeld met motivering, de betreffende zorg niet is uitgevoerd, of dat een afwijking van de richtlijn niet kan indien dat niet is gemotiveerd.
4. Algemene voorwaarden: regel ze goed én bewijs de terhandstelling
Algemene voorwaarden kunnen, in combinatie met een goede schriftelijke zorgovereenkomst met de patiënt, een goed hulpmiddel vormen om verwachtingen te structureren en risico’s te beperken. Belangrijk is dat de algemene voorwaarden met de patiënt zijn overeengekomen én correct aan de patiënt ter hand gesteld zijn. Het uitgangspunt daarbij is dat de algemene voorwaarden feitelijk ter hand worden gesteld aan de patiënt. Het is aan de mondzorgprofessional om, indien dit wordt betwist, aannemelijk te maken dat de algemene voorwaarden ter hand zijn gesteld. Dit kan bijvoorbeeld door de patiënt door ondertekening te laten verklaren dat hij deze (en eventueel andere belangrijke) documenten heeft ontvangen.
De patiënt wordt daarnaast bij de algemene voorwaarden beschermd door de ‘zwarte lijst’ en de ‘grijze lijst’, die geldt voor consumenten. Uit deze lijsten volgt dat een bepaling in de algemene voorwaarden onredelijk bezwarend kan zijn. Dergelijke bepalingen zijn dan nietig of vernietigbaar, afhankelijk van of ze op de zwarte of grijze lijst staan vermeld. De aansprakelijkheid van de mondzorgprofessional kan op grond van de Wet geneeskundige Behandelingsovereenkomst overigens in zijn geheel niet worden uitgesloten of beperkt. Deze bepaling is, indien deze in de algemene voorwaarden voor de patiënten is opgenomen, nietig en dus niet geldig.
5. Verzeker het onzekere: beroepsaansprakelijkheid
Hoewel aansprakelijkheid van de mondzorgprofessional richting de patiënt niet kan worden uitgesloten, kan het risico op aansprakelijkheid wel worden verzekerd. Een beroepsaansprakelijkheidsverzekering kan daarom erg belangrijk zijn voor de mondzorgprofessional. Letselschade die is ontstaan bij de behandeling van de patiënt kan (indien de mondzorgprofessional hiervoor aansprakelijk is) grote schadeposten met zich brengen. De praktische en financiële afhandeling van een schadeclaim kan door een beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar uit handen worden genomen.
Het is wel van belang goed te bekijken welke risico’s door een bepaalde verzekering worden gedekt: vallen de belangrijkste risico’s onder de dekking van de af te sluiten verzekering? En hoe zit het met de inzet van collega’s (zowel zzp als in loondienst)? Het is verstandig na te gaan wat precies verzekerd is en of dit voldoende is.
Sommige verzekeringen bieden dekking voor het inloop- en/of uitlooprisico, dit betreft schade vóór of ná de looptijd van de verzekering. Dit kan onder meer van belang zijn bij een overdracht of overname van een praktijk; de patiënt die een claim indient na de overdacht of overname voor schade door een behandeling die daarvóór heeft plaatsgevonden kan onder de dekking van zo een inlooprisico of uitlooprisico vallen. De omvang van de dekking van de ene verzekeringspolis kan dus wezenlijk verschillen van de andere.
Door:
mr. Emma Boonstra, advocaat bij Eldermans|Geerts Advocaten in de zorg.