Van Groningse kraan tot Banda Neira bron: schoon drinkwater en tandenpoetsen
In de aanloop van een mogelijke 5-daagse verblijf op Banda Neira – een klein eiland in de Molukken (Indonesië), het eiland waar opa Piet Jacob Jansen is geboren, gedoopt en getogen, en alwaar zijn ouders Bertrand Albert Jansen en Francina Suzanna de Klerk, beiden zijn geboren, opgegroeid en getrouwd – daagde ik mezelf uit om mee te doen aan de Week op Water, met als persoonlijke titel: “air minum untuk air minum bersih”. Ofwel ‘drinkwater voor schoon drinkwater’
10 jaar geleden, in november 2015 deed ik mee aan de 10 K run tijdens de Curaçao, Marathon, en dat was “my best time ever”. Ter voorbereiding rende ik in het Central Park in New York City, en liep ik voor de eerste keer de hele rit van 10 km uit. Met een euforisch gevoel over die prestatie heb ik hetzelfde rondje herhaald om vitaal voor de dag te kunnen komen voor een sponsorloop ‘Run, Laugh and Feel Good’. Toentertijd koppelde ik die challenge aan een gezondheidsevenement/campagne om het bewustzijn te vergroten dat de consumptie van soft- en energydrinks negatief van invloed kan zijn op de mondgezondheid.
Enfin, vijf dagen lang, van 3-7 november jl., mocht ik alleen water te drinken – geen koffie, thee, frisdrank, sapjes of andere alcoholische drankjes. Wel mocht ik gewoon eten, dat dan wel. Het klinkt relatief eenvoudig, maar het bleek toch verrassend confronterend.
Op meerdere eilanden in Indonesië, op de Molukken, en in het bijzonder op Banda Neira, is schoon drinkwater niet vanzelfsprekend. De lokale bevolking gebruikt meestal gekookt of gebotteld water, niet alleen om te drinken, maar ook om het gebit te poetsen en fruit of groenten te wassen.
Kraanwater kun je er niet zomaar drinken; het is niet veilig voor consumptie en het kan schadelijk zijn voor de (mond)gezondheid.
Welnu, wat in eerste instantie simpel leek, werd toch snel een kleine ontdekkingstocht, zowel lichamelijk als mentaal. De eerste dag viel echt niet mee, echter, ik was gemotiveerd om door te zetten, en terugkijkend waren de eerste drie dagen het zwaarst. Ik had voortdurend hoofdpijn en voelde me opvallend moe – signalen dat mijn lichaam moest afkicken van cafeïne en suikers, die ik normaal zonder nadenken binnenkreeg. Gewoon een glas water voelde op die momenten eerder als een gemis dan als verfrissing. Mijn bloeddruk schommelde en ik voelde me lamlendig,
Op de vierde dag merkte ik dat de hoofdpijn wat afnam en dat mijn energieniveau langzaam terugkwam. Het leek alsof mijn lichaam zich aanpaste aan de eenvoud en even tot stilstand kwam. Op de vijfde dag werd het nog beter en voelde ik me licht en helder – geen hoofdpijn meer, geen loomheid. Alleen een rustig, redelijk stabiel gevoel van aanvaarding en verzadiging.
Deze ervaring maakte me bewuster van hoe afhankelijk ik ben van koffie en andere dranken, het leerde me niet alleen iets over mijn eigen lichaam, maar ook van hoe vanzelfsprekend schoon drinkwater – een glas schoon, veilig water – voor mij normaal gesproken is. Op Banda Neira en eigenlijk dus in heel Indonesië is dat een luxe waarvoor mensen dagelijks moeite doen: water koken, flessen kopen en sjouwen, voorzichtig omgaan met elke druppel.
In Groningen, waar ik af en toe weer woon, dacht ik aan dat contrast. Op veel OV-plaatsen staan drinkwaterpalen. Je kunt bij zo’n watertappunt gratis en zonder nadenken je fles vullen met schoon, koud water.
Zelden stond ik er echt bij stil; zo vanzelfsprekend was het veilig drinkwater, altijd beschikbaar!
Deze weekervaring leerde me dus niet alleen iets over mijn eigen gewoontes, maar ook over wat we in Nederland vaak voor lief nemen: dat er bijna overal, zelfs bij de P&R en bushalte, bij het treinstation en op het vliegveld schoon drinkwater zomaar uit de grond of de muur komt.
Door:
Dr. Yvonne Buunk-Werkhoven is Associate Professor (gedragswetenschapper, psycholoog en mondhygiënist) remote werkzaam aan de Medische faculteit van het Kauno kolegija in Litouwen.










