“Op naar een cariësvrije generatie”
Eerder dit jaar werd Marit Verschuuren-Kuijer verkozen tot secretaris van de Nederlandse Vereniging voor Kindertandheelkunde (NVvK). We gaan met haar in gesprek om te kijken hoe haar missie voor een ‘cariësvrije generatie’ aansluit bij deze nieuwe functie.
Gefeliciteerd met je verkiezing tot secretaris van de NVvK! Kan je wat meer vertellen over je nieuwe rol van secretaris?
“Dank je wel! De NVvK zet zich in voor goede mondzorg voor kinderen, met een specifieke focus op hoe wetenschap de kindertandheelkunde kan bevorderen en zo de gezondheid van het kind kan verbeteren. Het mooie is dat het bestuur bestaat uit verschillende professionals uit de tandheelkundige sector. Naast tandarts-pedodontologen zijn er ook bestuursleden die zich bezighouden met onderzoek. En ik ben een algemeen mondhygiënist met een sterke affiniteit voor kindertandheelkunde. Als secretaris ben ik verantwoordelijk voor de secretariële werkzaamheden, waaronder het notuleren van vergaderingen, het beheren van correspondentie, het bijhouden van de agenda, het bieden van administratieve ondersteuning en het verspreiden van informatie aan leden.”
Waarom heb je je beschikbaar gesteld voor deze functie?
“In de tien jaar dat ik nu actief ben als mondhygiënist heb ik me altijd sterk gemaakt voor een betere mondhygiëne voor kinderen. Ik droom van een generatie zonder cariës. Als jong meisje was ik altijd bang om naar de tandarts te gaan. Bibberend zat ik op de tandartsstoel. Tijdens mijn studie mondzorgkunde dacht ik ‘dat moet toch anders kunnen’. Mijn droom is dat deze angst bij kinderen kan worden weggenomen en dat gaatjes bij kinderen tot het verleden behoren. Deze missie past natuurlijk binnen het streven van de NVvK voor goede mondzorg voor kinderen. Dus toen ik voor deze functie werd gevraagd, voelde ik me erg gevleid en antwoordde ik volmondig ‘ja’.”
Kan je iets meer vertellen waar die passie voor jou voor een cariësvrije generatie vandaan komt?
“Tijdens mijn studie kwam ik in aanraking met ‘Gewoon Gaaf’, dat destijds nog maar net in Nederland was. ‘Gewoon Gaaf’ is een preventiemethode die specifiek is ontworpen voor elk kind tussen 0 en 18 jaar, samen met hun ouders of verzorgers. De tandarts of mondhygiënist biedt advies dat is afgestemd op de individuele mondgezondheid van het kind. De methode van Gewoon Gaaf sprak mij enorm aan, dat ik ook besloot om af te studeren op implementatie van NOCTP, wat de wetenschappelijk benaming is van Gewoon Gaaf, in verschillende praktijksettingen. Sinds 2018 begeleid ik praktijken bij het implementeren van preventieve methoden zoals Gewoon Gaaf.”
Wat wordt er nu al goed gedaan in de tandartspraktijken om een cariësvrije generatie mogelijk te maken en wat kan er beter?
“Er zijn al hele mooie initiatieven die goed werken, zoals Gewoon Gaaf, Uitblinkers en ook Johnny Joker, gericht op het leuker maken van mondzorg voor kinderen én ouders. Als ik bij collega’s langsga om trainingen te geven hierover, merk ik dat ze openstaan voor deze nieuwe methodes en ook meedenken over hoe we ervoor kunnen zorgen dat kinderen gaatjesvrij blijven. Het enthousiasme van de collega’s geeft me altijd enorm veel energie. Dus die bereidheid en enthousiasme zijn heel positief. Waar ik denk dat nog verbetering mogelijk is, is in de communicatie. De manier waarop je een boodschap overbrengt, bepaalt grotendeels of de boodschap ook daadwerkelijk overkomt. Uiteindelijk willen zowel tandartsen als ouders hetzelfde: dat kinderen geen gaatjes krijgen. Maar als een mondzorgverlener alleen droge instructies geeft of mensen op de vingers tikt als er toch een gaatje wordt gevonden, sla je de plank mis, ongeacht je goede intenties. Dat is ook de reden waarom ik mij nu nog verder verdiep in motivational interviewing. Ik geloof dat de sleutel in deze missie is om mensen zelf aan het woord te krijgen. Het gaatje is namelijk slechts een vervolg, de oorzaak van het probleem is de onbalans in de mond waardoor het gaatje ontstaat. En dát moet je aanpakken en pas in tweede instantie het gaatje zelf. Om daar achter te komen, of het nou om voeding of poetsen gaat, moet je de ouder aan het woord krijgen en ontdekken hoe je als mondzorgverlener het beste kan helpen. Gaat dat om voedingsadvies, poetsinstructies of heeft de ouder andere behoeften? Om echt resultaat te behalen, moet je dat weten.”
Hoe draagt dit bij aan het verminderen van angst voor de tandarts bij kinderen?
“Als ouders zich nog beter bewust worden van wat er nodig is om de mond van kinderen gezond te houden, hoeft er niet geboord of gevuld te worden. Geen behandelingen voor kinderen betekent minder angst. Daarnaast is het belangrijk om het tandartsbezoek voor kinderen zo plezierig mogelijk te maken. Dit begint al bij de eerste tand. Maak direct een afspraak bij het doorkomen van de eerste tand. Mijn advies aan de mondzorgverlener zou zijn om bij zo’n eerste bezoek de focus op de ouders te leggen. Een kindje hoeft dan echt nog niet in de stoel. Juist op dit moment is er de kans om met ouders over gezonde gewoontes te praten. Aan de hand van de basis adviezen cariëspreventie bespreek je dan het poetsen, en ook de voeding. Het is veel makkelijker om kinderen te leren water drinken als ze de alternatieven nog niet kennen. Liever leren we direct gezond gedrag aan, dat is makkelijker dan ongezond gedrag afleren.”
Wat is er nodig om dichterbij een cariësvrije generatie te komen?
“Het is natuurlijk een utopie, een cariësvrije generatie. Een ontzettend mooi streven, maar wellicht niet helemaal realistisch. Dus wat mij motiveert is het succes te behalen met kleine stappen. Zo had ik een patiëntje van ruim drie jaar die ik voor de tweede keer op de stoel had. Helaas had hij een gaatje wat behandeld moest worden, maar in gesprek met zijn ouders kwamen we erachter dat ze sinds de vorige afspraak de appelsap grotendeels hadden vervangen door water. Zijn ouders hadden hem zelfs een mooie waterfles gegeven waar hij heel trots op was. Voor deze ouders was de eerste stap letten op de voeding en daar veranderingen in aanbrengen. Een volgende stap is om te kijken hoe het poetsen verbeterd kan worden. Natuurlijk had ik liever gezien dat er geen gaatje was geweest, maar de bewustwording en eerste stappen waren gezet door de ouders. En dat is wel reden om blij mee te zijn. Wat mij ook motiveert, is dat we in onze praktijk zien dat we jaarlijks steeds minder boren bij kinderen. Elke boor die niet gezet wordt, is een overwinning op weg naar een cariësvrije generatie. Tandenpoetsen is erg complex, vooral als je te maken hebt met een druk kind dat niet stil wil blijven zitten tijdens het poetsen. Als tandartsen meer begrip tonen en het gesprek aangaan met de ouders, kunnen we meer bereiken. Uiteindelijk willen ouders en tandartsen hetzelfde: een gezonde mond voor de kinderen. Maar communicatie is cruciaal om ervoor te zorgen dat de boodschap goed overkomt en het gewenste resultaat wordt behaald.”
Interview met mondhygiënist Marit Verschuuren door Ilona van der Werf. Voor meer informatie over cariësvrije generatie, bekijk dan de website van Marit: De Cariësvrije Generatie – Preventieve mondzorg op zijn best.