Slijtagebehandeling

Prof. dr. Cune: Er is geen kookboek voor slijtagebehandeling

Slijtage-gerelateerde problemen komen steeds meer voor. Vooral bij jonge patiënten moet u hierop alert zijn. Wat zijn de oorzaken en welke aanpak is het meest geschikt?

Prevalentie erosie

  • Tekenen van slijtage: 1 op de 4 bij 12-jarigen, 1 op de 3 bij 15-jarigen.
  • Ernstige slijtage: 3% van de 20-jarigen, 17% van de 70-jarigen.

Met name voor slijtage bij jonge patiënten moet aandacht zijn.

Oorzaken van niet-cariogeen gebitsweefselverlies

1. Erosie

Voedingsmiddelen met een ph <4, met name koolzuurhoudende frisdranken. Redbull heeft zelfs een ph van 2,7.

  • Maagzuur (ph 2): anorexia en boulimia, alcoholverslaving – erosie veroorzaakt door overgeven, niet door alcohol -, maag-slokdarm reflux ziekte, hemodialyse patiënten (vocht wordt door slechte werking nieren niet weggefilterd, daardoor oprispingen).
  • Beroepsgerelateerd: fotografen, werknemers electrolytische zinkfabrieken, sporters, zwemmers.
  • Weetje: De helft van de Olympische spelers heeft last van erosie. 

    2. Attritie: tand-tand contact Bruxisme: slaapstoornissen, stress, alcoholgebruik, roken, reflux, medicatie waaronder xtc en antidepressiva.

  • Serotonineheropnameremmers (antidepressiva) indiceren bruxisme. Fluoxetine (Prozac) en andere serotoneheropnameremmers, geven bruxisme als bijwerking. Patiënten die deze middelen gebruiken kunnen in aanmerking komen voor een vergoeding via de regeling Bijzondere Tandheelkunde als het medicijngebruik tot aantoonbare gebitschade leidde.
  • Tip: vraag aan patiënten om hun medicijnenlijst te laten zien en bekijk of de medicijnen in verband kunnen worden gebracht met de tandheelkundige situatie.Beleid bij niet cariogeen gebitsweefselverlies
    1. Oorzaak achterhalen
    2. Advies geven en monitoren of restaureren. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van :
    • Indices – Volgens prof. Cune niet erg geschikt voor individuele patiënt, meer voor onderzoek.
    • Mondfoto’s
    • Modellen
    • Digitaal materiaal

    Subjectief

    • Pijn
    • Esthetiek

    Objectief

    • Dentine expositie
    • Aantal aangetaste elementen bekijken
    • Verlies hoektand bescherming
    • Noodzaak om ruimte te creëren

    Hamvragen bij slijtage

    • Lokaal versus gegeneraliseerd?
    • Met of zonder beethoogte verlies?

    Langzame lokale slijtage → Dento-alveolaire compensatie: Proc. alveolaris, gingiva en elementen groeien mee om occlusie te herstellen.

    1. Passieve eruptie van elementen en proc. alveolaris
    2. Occlusale contacten blijven intact om kauwfuncties te behouden.

    Slijtage bij hemodialyse patiënten gaat juist heel snel. Bij hen is dan meestal geen sprake van dento-aleolaire compensatie.

    Aanpak
    Er bestaat geen vast behandelplan voor slijtage. Er zijn veel verschillende methoden beschreven maar in Nederland wordt vooral met composiet gewerkt.

    Directe aanpak:

    1. Dahl: geschikt bij lokale slijtage in het front.
      Door een Dahlplatform palatinaal van de bovenincisieven is de richting van de krachten langs de tandas. Patiënten hebben weinig klachten van de beetverhoging, voorwaarden hiervoor zijn een gezond parodontium en kaakgewricht. Herstel van occlusale contacten in de zijdelingse delen duurt gemiddeld 6 maanden tot een jaar. Premolaren vaak als laatste.
      Intrusie vs extrusie. Meeste compensatie lijkt vanuit zijdelingse delen te komen.
      94% succes onafhankelijk van leeftijd en geslacht
    2. Freehand
      Prof. Cune past deze methode meestal toe.
      Maak stops van composiet op de premolaren om ruimte in te schatten. Vervolgens het front. De incisale lengte kan bepaald worden met een eenvoudige composietopbouw. Na het front, komen de zijdelingse delen. Laat de patiënt op zacht composiet dichtbijten, tand voor tand.
    3. Mal techniek: geschikt voor gegeneraliseerde slijtage.
      Leg de nieuwe beethoogte vast met futar slot. Maak daarna een opwas met (putty)mal. Kan beter zijn: Daarna wordt een opwas gemaakt met (putty) mal. (in de meeste gevallen wordt dit namelijk door de tandtechnieker gedaan) Patiënten wennen makkelijk aan een beetverhoging, gaf Prof. Cune aan.

    Beschouwing

    Monitor, restore or ignore?
    Bij 25% van de jeugdigen is sprake van slijtage. Hou het in de gaten! Het is een morele plicht om de patiënt op slijtage te wijzen.

    ‘Er is geen kookboek voor slijtagebehandeling. Je doet het niet altijd zus of zo’, sloot prof. Cune af.

    Prof. dr. Marco Cune is sinds 2010 hoogleraar Orale Functieleer, in het bijzonder de restauratieve en reconstructieve tandheelkunde aan het UMC Groningen, Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde. Zijn onderzoeksinteresses bestrijken een breed scala aan onderwerpen, maar richten zich met name op de orale implantologie en prothetische tandheelkunde. Hij publiceert regelmatig over deze onderwerpen en verzorgt voordrachten en cursussen in binnen- en buitenland. Vanaf 2007 is hij 1 dag per week werkzaam in het Centrum voor Bijzondere Tandheelkunde in het St. Antonius ziekenhuis te Nieuwegein.

    Verslag voor dental INFO door Joanne de Roos, tandarts, van de lezing van prof. dr. Cune tijdens de klinische avond Slijtage en restauratief herstel van het Wenckebach Instituut.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Mondhygiëne, Restaureren, Thema A-Z

Succesvol zijn, wat is dat?

Bent u succesvol als mondzorgprofessional? Wat is succesvol zijn en hoe bereikt u dit? Een interview met psycholoog Erik Ranzijn, tandarts Ria van der Meer, vrijgevestigde mondhygiënist Bronwyn Brouwer, en Yvonne van Vugt-Kort, vitaliteitstherapeut en mondhygiënist.

Wat is succesvol zijn en hoe bereikt u dit? Op LinkedIn werd ik zelf door iemand ‘succesvol’ genoemd. Alhoewel dit als compliment werd bedoeld, werd ik in verwarring gebracht. Eigenlijk had ik er nooit bij stilgestaan, het was geen doel op zich voor mij. Zo werd mijn nieuwsgierigheid gewekt naar het fenomeen ‘succes’ en vroeg ik mijzelf af hoe mijn collega’s dit beleefde.

Ik hield interviews met psycholoog Erik Ranzijn en collega’s Ria van der Meer, eerder tandartsassistent en nu opgeklommen tot tandarts, Bronwyn Brouwer, vrijgevestigde mondhygiënist en Yvonne van Vugt-Kort, vitaliteitstherapeut en mondhygiënist. Van Vugt verzorgt minicursussen over het verhogen van geluksgevoel en succes.

Betekenis ‘succesvol zijn’ verandert met de tijd
Tijdens het interview met Brouwer werd meteen duidelijk dat succesvol zijn niet alleen met geld te maken heeft. “Ik heb gemerkt dat ik werken niet erg vind, als ik maar voor fijne mensen werk. Ik hou van mensen dus de meeste van mijn klanten zijn iets meer dan dat. Ik vind het heel jammer als collega’s werk zien als een soort geldmachine in plaats van plezier in het contact met mensen.” Brouwer is sinds 2006 ongehuwd en heeft een zoon van 14 jaar oud. In 2007 behaalde ze haar diploma tot mondhygiënist wat haar aardig wat doorzettingsvermogen heeft gekost. Met haar net behaalde diploma huurde ze een praktijkkamer van een tandarts in Amsterdam. In 2008 opende ze haar eigen praktijk in Diemen en in 2010 had ze daar voldoende klanten om de praktijkkamer in Amsterdam op te zeggen. Hier werkt ze inmiddels samen met een mondhygiënist in opleiding. In 2012 heeft ze een praktijk in Apeldoorn overgenomen om in 2013 weer door te verkopen. Ze vindt zichzelf inmiddels redelijk succesvol: “Een beetje. Ik heb in een korte tijd een moderne praktijk met een stabiel klantenbestand opgebouwd. Sinds de verkoop van de praktijk in Apeldoorn, heb ik gelukkig meer tijd om met mijn zoon door te brengen. Zonder zijn zelfstandige karakter zouden een hoop van mijn uitdagingen niet mogelijk zijn geweest. Hij heeft dan ook wel af en toe de prijs betaald voor mijn succes. Ik ben dus minder succesvol als ouder!”

Het is haar doel geweest om succesvol te worden, maar de betekenis van succesvol zijn is voor haar in de loop der tijd veranderd: “Vroeger wilde ik een keten van mondzorgpraktijken. Dat is niet gelukt, maar desondanks wil ik nog steeds meer en vooral alles. Ik vind het namelijk lekker om niet fulltime aan de stoel te zitten, dit geeft mij wat meer tijd om andere dingen te ondernemen.”

Brouwer wil nu zakelijk succesvol zijn zonder dat dit ten koste gaat van haar gezin: “Succesvol zijn lukt niet zonder concessies te doen, maar in plaats van deze concessie uit mijn gezin te halen probeer ik nu partners in crime te vinden zodat de workload verdeeld kan worden.”

Tip
Haar tip voor collega’s: “Maak er een uitdaging van om mensen minimaal pijn te doen en toch goed werk af te leveren. Een behandeling mag ook een paar minuten langer duren. Succes is ook een goed gevoel achterlaten bij de klanten.”

Geluk en ontspanning
Van Vugt-Kort beaamt dat succesvol zijn voor iedereen weer anders is. Het is mogelijk om op verschillende gebieden succesvol te zijn. Zelf wil ze succesvol zijn in haar werk en binnen haar gezin. “Succesvol zijn op werkgebied betekent voor mij dat ik kwaliteit lever en dat ik iets kan bijdragen aan de gezondheid, kennis en ontwikkeling van anderen. Succesvol zijn is voor mij gelukkig zijn. Ik word er gelukkig van als ik het gevoel heb succesvol te zijn. Het gevoel succesvol te zijn, krijg ik door positieve reacties van anderen en door mensen die ik kan helpen aan bepaalde informatie, een behandeling of begeleiding. Eigenlijk wil ik net iets anders of meer te bieden hebben dan anderen.”

De geïnterviewden voelen allen toch wat schroom als ze praten over zichzelf binnen dit onderwerp. Het voelt al snel als opscheppen en arrogantie. Dit geeft van Vugt-Kort ook aan: “Over jezelf zeggen dat je succesvol bent, vind ik een beetje raar. Ik hoop wel succesvol te worden door alle energie die ik in mijn werk en gezin steek. Door mezelf te blijven ontwikkelen voel ik me succesvol.” Van Vugt-Kort vervolgt: “Zoals ik al eerder zei, nog een heel belangrijk onderdeel van succesvol zijn voor mij, is mijn gezin. Ik wil mijn dochter een liefdevolle en veilige omgeving kunnen bieden. Ik hoop dat mijn dochter later kan zeggen dat ze een fijne jeugd heeft gehad.”

Als vitaliteitstherapeut weet van Vugt-Kort wat meer over de gevolgen van succesvol willen zijn: “Stress hebben we nodig om iets te bereiken in het leven. Te veel stress werkt helaas averechts en eindigt soms in ziekte. Een streven naar succes kan te veel stress opleveren waardoor je je doel niet zal bereiken. Een juiste balans is erg belangrijk. Dus voldoende ontspannen en de dingen af en toe even loslaten. Brouwer haakt hier op in: “Onvoldoende ontspanning heeft mij heel veel stress opgeleverd. Mijn les is dat ik niet meer alles alleen wil doen. Ik ben nu dus op zoek naar een partner. Samenwerken zal ik moeten leren, maar het lijkt mij beter dan wat ik voorheen gedaan heb; werken, werken, werken.” Toch is het hebben van een uitdaging belangrijk om het gevoel te krijgen succesvol te zijn of te worden. Van Vugt-Kort: “Het moet wel een uitdaging zijn die men onder controle heeft. Ik zal zelf waarschijnlijk nooit ‘klaar’ zijn en zal blijven zoeken naar nieuwe uitdagingen.”

Tip
Ook van Vugt-Kort wil haar collega’s graag een advies geven: “Mijn tip voor alle collega’s gaat eigenlijk meer over geluk. 40% van je geluk heb je namelijk zelf in de hand. Er bestaat een ABC van geluk: De A staat voor autonomie, de B voor binding en de C voor competentie. Vooral de A en de C zijn belangrijk om in een bepaalde flow te komen en mensen het gevoel te geven dat ze succesvol zijn. Hoe kan u hieraan werken? Doe dingen die u belangrijk vindt en waar u goed in bent. Zorg voor een doel met subdoelen die haalbaar zijn.“

Relatie met patiënten draagt bij aan het gevoel succesvol te zijn
De ambitieuze Ria Van der Meer behaalde eerst haar diploma tandartsassistent. “Mijn plan was verder te gaan als mondhygiënist, maar ik werd uitgeloot. Ik ben toen als assistent aan het werk gegaan. Door privéomstandigheden besloot ik op mijn 27ste toch de opleiding voor mondhygiënist te gaan doen. Tijdens mijn fulltimebaan als tandartsassistent dook ik ’s avonds de boeken in. In twee jaar tijd behaalde ik de colloqium doctum in de vakken natuurkunde, scheikunde en biologie. Uiteindelijk werd ik ingeloot voor tandheelkunde in 2002 en studeerde ik in 2007 af als tandarts.” Haar doel is altijd geweest om een eigen praktijk te beginnen. Op haar website is ze heel open over haar privésituatie: “Als tandarts en als persoon ben ik erg open, dit omdat het gewoon in mijn aard zit. Mijn visie is dat wanneer je open bent, je minder afstand creëert waardoor mensen zich op hun gemak voelen. Het behandelen van angstige volwassenen en kinderen, is een van mijn passies. Het is voor mij en mijn team een uitdaging om angstige volwassenen en kinderen toch op een gewone manier te kunnen behandelen.” Van der Meer heeft een duidelijk missie, ze is erg preventief gericht: “We hebben individuele zorg hoog in het vaandel staan. Er wordt dan ook veel aandacht besteed aan voorlichting, waaronder ook op scholen en door het gehele team.” Van der Meer gaf als een van de eerste een reactie op mijn oproep wie wat zou willen vertellen over succesvol zijn. Ze twitterde: “Binnen anderhalf jaar hebben we 900 nieuwe inschrijvingen gehad!”

Succesvol
Ook voor Van der Meer is het financiële aspect niet het belangrijkste: “Mijn praktijk is succesvol als het financieel goed gaat, maar bovenal als ik na een dag werken terug kan kijken op een gezellige dag met mijn team en als ik terug kan denken aan fijne gesprekken en behandelingen. De positieve reacties van vele patiënten geven ons een goed gevoel over ons werk. De toestroom van nieuwe patiënten via mond-tot-mond- reclame gaat dan ook snel.” Ook Van der Meer heeft een periode met stress doorgemaakt, maar wist hier een positieve draai aan te geven: “Na mijn afstuderen werkte ik in een pand met nog 2 tandartsen(praktijken). In de nacht van 1 op 2 oktober 2012 is de praktijk afgebrand. Een hectische periode brak aan. We gingen op zoek naar een nieuw (tijdelijk) onderkomen. De praktijken werden toen noodgedwongen opgesplitst. Binnen drie weken hadden we al een nieuw onderkomen ingericht. Dit lukte vooral door de hulp en inzet van mijn team en hun partners, geweldig!”

Leidinggeven
Voor Van der Meer blijven er ook nog steeds uitdagingen ontstaan, maar ook zij schakelt hiervoor, net als Brouwer, hulp in. “Het moeilijkste voor mij is het leidinggeven aan mijn team. Dit is iets waar we in de opleiding weinig over meegekregen hebben. Hiervoor heb ik nu een coach die mij en mijn team een aantal middagen komt helpen op dit gebied.”

Tips
Van der Meer heeft ook een aantal tips: “Laagdrempeligheid is belangrijk om patiënten zich op hun gemak te laten voelen. Dit gaat bij ons in de praktijk vanzelf, een soort aangeboren talent. Blijf altijd dicht bij jezelf en probeer in de schoenen van de patiënt te gaan staan om er achter te komen hoe zij erover denken. Niet iedereen kan een dure behandeling betalen, soms is het leuk om samen naar een goedkopere, maar zeker niet slechtere oplossing, te zoeken. Wie veel tijd en aandacht aan zijn patiënten besteedt, zal zeker succesvol zijn.”

Succes ervaren verschilt per persoon
Aan Ranzijn vroeg ik: “Wanneer ben je succesvol?” “Dit is zeer individueel. De een vindt zichzelf succesvol bij het behalen van grote commerciële successen, terwijl anderen bij een goede ‘work-life-balance’ het zelfde gevoel hebben. Volgens mij definieert iedereen zijn eigen succes. Men is succesvol als de vastgestelde doelen zijn bereikt. Nadal is succesvol als hij Roland Garros wint, ik ben succesvol als ik ergens in de middenmoot van de clubkampioenschappen eindig. Als ik mezelf tot doel stel clubkampioen te worden, weet ik zeker dat ik zal falen en dus niet succesvol zal zijn. Mijn doelen moeten dus ook nog eens realistisch zijn.

Het is belangrijk om succesvol te zijn omdat men hier een belangrijk deel van eigenwaarde uit haalt. Echter als u uw eigenwaarde teveel gaat baseren op de al dan niet feitelijke waardering door anderen dan gaat het succesvol willen zijn tegen uzelf in werken. Als men dan ook nog, onder invloed van de omgeving, de doelen gaat aanpassen, bestaat het risico dat de doelen onrealistisch worden. Het kan natuurlijk ook zo zijn dat de successen de realiteitszin gaan beïnvloeden. Men denkt steeds meer aan te kunnen. Hiervan hebben we in de wereldgeschiedenis voldoende voorbeelden gezien, maar ik kom het in mijn praktijk ook tegen. Recent nog. Een manager die uitstekend een middelgrote afdeling van een organisatie kon leiden, vond dat hij wel méér aankon. Hij wist directeur van een zorginstelling te worden, maar dit was boven zijn competenties. Dit pakte verkeerd uit, zowel voor hem, als voor de organisatie.”

Genieten en op de lauweren gaan zitten als men eenmaal succesvol is, is dat aan te raden? “Uiteraard! Dat moet u lekker helemaal zelf weten, als anderen er maar geen last van hebben dat u een stapje terugdoet. En tot die tijd: stel realistische doelen en tussendoelen op.”

Interview door Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Lees meer over: Carrière, Thema A-Z

Tandartsangst ontstaat meestal tijdens jeugd

Bij de meeste mensen die bang zijn voor de tandarts, is deze angst in hun jeugd ontstaan. Dit blijkt uit onderzoek* van www.tandarts.nl

De website vroeg wanneer hun angst ontstond. 85% antwoordde hierop dat hun angst ontstaan is voordat ze volwassen werden. Bijna de helft van de ondervraagden (44%) was bij het ontstaan van de tandartsangst jonger dan tien jaar en 41% was tussen de tien en twintig jaar.

Gevolg
Mensen met tandartsangst gaan als ze volwassen zijn minder vaak naar de tandarts. De website heeft ook gevraagd wat de langste periode was dat men niet naar de tandarts ging. Slechts 13% van de mensen met tandartsangst bleek regelmatig de tandarts te bezoeken. De overige 87% bleek al een jaar of langer niet meer naar de tandarts te zijn geweest.

Belang
Regelmatig bezoek van tandarts of mondhygiënist is belangrijk om tanden en tandvlees gezond te houden. Geadviseerd om minimaal tweemaal per jaar naar de tandarts of mondhygiënist te gaan. Dan wordt je gebit goed gecontroleerd en krijg je begeleiding om je mond gezond te houden.

* Op de vraag ‘Wanneer is uw angst voor de tandarts ontstaan?’ hebben 219 mensen een antwoord gegeven. Op de vraag wat de langste periode is geweest dat men niet naar de tandarts is geweest, hebben 206 mensen een antwoord gegeven.

Feb 2015

Lees meer over: Pijn | Angst, Thema A-Z

Ivoren Kruis ontvangt schenking voor verbetering mondgezondheid ouderen

Het Ivoren Kruis ontvangt van de VriendenLoterij een schenking van 150.000 euro om de mondgezondheid van kwetsbare ouderen te verbeteren. De vereniging start hiervoor een vrijwilligersproject om de juiste kennis te brengen in verpleeg- en verzorgingshuizen. Met het project wil het Ivoren Kruis de zorgverleners ‘aan het bed’ bereiken. Zij kunnen als geen ander de mondgezondheid van de bewoners van de tehuizen bevorderen.

Werving mondzorgprofessionals voor training
Om dit te realiseren gaat de vereniging tandartsen, mondhygiënisten en preventieassistenten werven die bereid zijn als vrijwilliger een éénmalige training te geven aan verzorgenden. De vrijwilligers krijgen zelf een kosteloze opleiding via de Preventie Academie van het Ivoren Kruis. De vrijwilligers worden op drie manieren beloond: uitbreiding van hun vakkennis, kosteloze accreditatiepunten en maatschappelijke waardering voor hun vrijwilligerswerk.

Start in najaar
Het project start in het najaar. Het sluit perfect aan bij de wens van staatssecretaris Van Rijn: ‘Ik wil in ieder Nederlands verpleeghuis liefdevolle zorg door trotse medewerkers die bijdraagt aan een waardige oude dag’.

Foto: vlnr Teun Rietmeijer, Marieke van Schaik (VriendenLoterij), Ronald Bos, Jaap de Graaf. Roy Beusker Fotografie

Feb 2015

Lees meer over: Actueel, Ouderentandheelkunde, Thema A-Z

Tandartsassistentes aan de haal met geld van hun werkgever

Twee tandartsassistenten uit het Duitse Vilshof verduisterden totaal bijna 50.000 euro vanuit de tandartspraktijk waar zij werkzaam waren. Indien zij schuldig worden bevonden door de rechtbank kan hun straf oplopen tot vijf jaar gevangenis.

De twee vrouwen waren verantwoordelijk voor de boekhouding van de tandartsenpraktijk. Samen verduisterden zij in de periode tussen 2007 en 2010 ongeveer 50.000 euro afkomstig van inkomsten uit particuliere diensten. Een van de vrouwen werd echter geplaagd door haar geweten en betaalde tussentijds een deel van het geld terug. Op het moment is de zaak in behandeling bij de rechtbank.

Bron: ZWP online 


Lees meer over: Opmerkelijk, Thema A-Z
Tandheelkunde

Tandheelkunde voor het embryo

Malocclusie of crowding vaststellen begint in de toekomst misschien al in de baarmoeder. Met een speciale CT-scan identificeerden onderzoekers namelijk toekomstige tand- en kaakproblemen bij muizenembryo’s, dat meldt Oral Health Group.

3D-beeld
De nieuwe techniek levert 3D-beelden met microscopische details op van de tanden en de kaak. In de embryonale fase zijn de tanden nog niet gemineraliseerd. Daarom is een speciaal soort röntgenstraling nodig om het doorzichtige geleiachtige weefsel zichtbaar te maken. Bij muizenebryo’s kon de onderzoeksgroep met een speciale contrastvloeistof zelfs de vroegste ontwikkelingsfasen van de tand volgen.

Vroege interventie
De nieuwe techniek biedt mogelijkheden voor vroege interventie, bijvoorbeeld bij het vermoeden van crowding of malocclusie op latere leeftijd.

Bron:
Oral Health Group
Technique: imaging earliest tooth development in 3D using a silver-based tissue contrast agent.

Lees meer over: Kindertandheelkunde, Thema A-Z

Taakdelegatie: wat mag en wat niet?

De Inspectie voor de Gezondheidszorg controleert streng op juiste taakdelegatie. Wat zegt de wet daarover en hoe brengt u dat in de praktijk? Het ANT organiseerde een workshop.

Een verslag van dental INFO over de ANT-workshop ‘Taakdelegatie’ door mr. drs. Astrid van Zon.

Wie mag wat?
In de wet BIG staan voorbehouden handelingen beschreven, die alleen tandartsen mogen uitvoeren:

  • Injecties
  • Röntgen
  • Narcose
  • Heelkundige handelingen: boren, snijden en extraheren
  • UR-medicatie voorschrijven

Mondhygiënisten hebben functionele zelfstandige bevoegdheid voor in de opleiding geleerde handelingen. Zij mogen primaire caviteiten boren en vullen en lokale anesthesie uitvoeren. In opdracht mag de mondhygiënist voorbehouden handelingen uitvoeren.

Bevoegdheid ligt wettelijk vast, maar de zorgverlener moet ook altijd bekwaam zijn. Een tandarts mag dus geen implantaat plaatsen als hij daar geen ervaring mee heeft, ook al is hij bevoegd.

Wat is delegeren?
Bij taakdelegatie draagt u een taak over aan een lager gekwalificeerde medewerker. Er is pas sprake van taakdelegatie als de taak niet tot deskundigheidsgebied van de opdrachtnemer behoort.

Als u twijfelt, delegeer dan niet. De IGZ is erg streng. Krijgt u een klacht en de taakdelegatie is niet goed geregeld, dan bent u in het nadeel.

Hoe delegeert u?
Officieel gebeurt taakdelegatie schriftelijk, per patiënt en met goedkeuring van de patiënt. In de praktijk gebeurt taakdelegatie vaak mondeling en is het in een protocol vastgelegd.

Bij taakdelegatie van een voorbehouden handeling moet er altijd een mondelinge of schriftelijke opdracht gegeven worden door een zelfstandig bevoegde die de indicatie heeft gesteld.

De opdrachtgever moet bij taakdelegatie:

  • Deskundig zijn;
  • Bekwaam zijn tot indicatie;
  • Aanwijzingen geven indien nodig;
  • Fysiek aanwezig zijn in de praktijk zodat tussenkomst en toezicht mogelijk zijn.

Ook aan de opdrachtnemer worden eisen gesteld. De opdrachtnemer:

  • Is bekwaam, voelt zich bekwaam en heeft daarvoor getekend;
  • Doet niet meer dan wat in opdracht is gegeven;
  • Handelt in overeenstemming met aanwijzingen.

Mr. drs. Astrid van Zon is senior beleidsadviseur bij de ANT. Zij studeerde naast tandheelkunde ook rechten en was onder meer werkzaam als tandheelkundig adviseur bij de Inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ).

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
implantaat

Implanteren: hoe voorkom je nervus letsel?

Stel, uw patiënt heeft klachten na het plaatsen van een implantaat. Wat doet u dan? Verslag van de lezing van prof. dr. Gert Meijer tijdens het NVVRT-congres Gewoon over tanden.

Elke chirurgische behandeling kan gepaard gaan met complicaties. Zo bestaat bij implanteren in de zijdelingse delen in de mandibula een kans op letsel van de nervus alveolaris inferior. De patiënt ervaart dit als:

  • Hypesthesie: een gevoel dat de verdoving nog steeds werkt. In de meeste gevallen is dit van tijdelijke aard.
  • Dysesthesie/Paresthesie: een veranderd gevoel, bijvoorbeeld in de vorm van tintelingen.
  • Hyperesthesie: overmatige gevoeligheid of prikkelbaarheid van de uiteinden van de gevoelszenuwen ter plaatse van kin/lip, die tintelend, irriterend of pijnlijk kan zijn.

Wanneer kan nervus letsel optreden?

  • Bij het geven van mandibulaire geleidingsanesthesie
  • Tijdens tractie, om overzicht op het operatiegebied te krijgen, op de mucoperiostlap
  • Tijdens het boren/plaatsen van het implantaat

Ondanks het relatief weinig voorkomen van deze complicatie, is het nodig elke patiënt te informeren dat er risico op schade bestaat. Met behulp van röntgenfoto’s, meestal een OrthoPanTomogram (OPT), schat u in hoe hoog de kans is dat u tijdens uw preparatie de canalis mandibularis zal perforeren. Een juiste interpretatie van de foto’s is essentieel, al is altijd sprake van een vertekening van het beeld. Bij een OPT bedraagt deze vertekening 30%, zowel in horizontale als in verticale richting. Daarom dient bij de behandelplanning met behulp van een OPT altijd gekozen te worden voor een safety-zone van 2 mm. Ook is de toepassing van boorsjablonen, waarin met de “30% vertekening” rekening wordt gehouden, zinvol.

Canalis mandibularis zichtbaar maken
Waarom wordt soms gekozen voor de vervaardiging van een 3D opname, bijvoorbeeld in de vorm van een Cone Beam CT? Op bijna 50% van de OPT’s is het verloop van de canalis mandubularis nauwelijks zichtbaar; in die gevallen kan de CBCT uitkomst bieden. Ook kan variatie van individuele structuren, bijvoorbeeld dubbele kanalen, worden gezien op een 3D opname.

Post-operatieve klachten
Bij nervus klachten na plaatsing van het implantaat, is het raadzaam direct contact op te nemen met de operateur. In veel gevallen dient het implantaat direct verwijderd te worden. Ook al lijkt er nauwelijks contact tussen de apex van het implantaat en de canalis mandibularis, er kan op basis van een hematoom toch druk op de nervus ontstaan. Nervus letsel wordt door de patiënt als zeer onaangenaam ervaren. Het serieus nemen van de klacht en de patiënt regelmatig op controle zien is zeer belangrijk.

Samengevat

  • OPT: houd een safety zone van 2 mm aan
  • Cone beam CT: houd een safety zone van 1 mm aan
  • Gebruik korte implantaten
  • Maak altijd een post-operatieve foto

Gert Meijer
Na de voltooiing van zijn tandartsexamen cum laude bleef Gert Meijer tot 1982 part-time verbonden aan de afdeling Partiële Prothetiek en afdeling Röntgenologie van de Universiteit Tandheelkunde te Utrecht. Vanaf 1980 tot 1992 was hij werkzaam in de algemene praktijk te Gorinchem. In 1989 kwam hij parttime in dienst bij de afdeling Bijzondere Tandheelkunde te Utrecht. Van 1992 tot 1996 werd hij in Utrecht opgeleid tot specialist in de Mondziekten Kaak- en Aangezichtschirurgie. In 1996 promoveerde hij op het proefschrift “Flexible Bone Bonding Implants”. Tussen 1996 en 2006 werkte hij als staflid aan het Universitair Medisch Centrum te Utrecht, waarbij hij zich toelegde op bottransplantatie-technieken en biomaterialen in combinatie met tissue engineering. Hierbij functioneerde hij als chef de polikliniek en later als coördinator van het Universitair Centrum voor Reconstructie & Implantologie, als ook van de afdeling Maxillo-Faciale Prothetiek. Vanaf 1 september 2006 was hij zowel verbonden als Universitair-Hoofd-Docent aan de afdeling Parodontologie & Biomaterialen,als mede aan de afdeling Mondziekten, Kaak en Aangezichtschirurgie van de Radboud Universiteit te Nijmegen. Sedert 1 maart 2010 is hij benoemd tot Hoogleraar Orale Implantologie en hoofd van de vakgroep Implantologie &Parodontologie. In deze functie begeleidt hij promovendi. Binnen de afdeling Mondziekten, Kaak en Aangezichtschirurgie is hij mede verantwoordelijk voor de reconstructieve kaakchirurgie.


Verslag door Joanne de Roos voor dental INFO van het NVVRT-congres Gewoon over tanden .

Lees meer over: Congresverslagen, Implantologie, Kennis, Thema A-Z
stoppen roken

FDI roept mensen op te stoppen met roken

Jaarlijks vindt er op 20 maart de World Oral Health Day (WOHD) plaats. Dit jaar roept de FDI mensen op om te stoppen met het gebruik van tabak. Op die manier kan men de kans op ernstige mondgezondheidsproblemen aanzienlijk verkleinen.

Gezondheidsproblemen
Dat roken kan leiden tot ernstige gezondheidsproblemen is algemeen bekend, maar ook andere gebruiksvormen van tabak kunnen leiden tot ernstige mondgezondheidsproblemen. Samen met alcoholgebruik is het gebruik van tabak verantwoordelijk voor 90% van de gevallen van orale kanker. Daarnaast veroorzaakt het gebruik van tabak ziektes aan het tandvlees, voortijdig verlies van tanden, verkleuring van tanden, slechte adem en wordt het reuk- en smaakvermogen aangetast.

Rol van tandartsen
Tandartsen en andere mondzorgprofessionals kunnen volgens de FDI een belangrijke rol spelen in het voorlichten van patiënten. Zo kunnen zij risicofactoren communiceren en patiënten helpen de eerste symptomen van orale ziektes te herkennen. Daarbij raden ze mensen aan om regelmatig een check-up te laten doen om zo ziektes in een vroeg stadium op te kunnen merken.

Preventie
Voorkomen is beter dan genezen en ook voor orale ziektes geldt dit. Veel ziektes zijn te voorkomen door geen tabak te gebruiken.

Lees meer over: Actueel, Communicatie patiënt, Kennis, Thema A-Z

Verschillen in de tandheelkunde tussen Europese landen

440.000 tandartsen die verschillende talen spreken, verschillende opleidingen hebben gevolgd, volgens andere ethische principes werken en in meer dan 30 Europese landen kunnen werken. Anthony Kravitz, co-auteur van EU Manual of Dental Practice, schetst een beeld over hoe Europese landen verschillende richtlijnen volgen voor tandheelkunde.

In Nederland is er bijvoorbeeld nog geen taaltoets voor tandartsen uit Europese landen, terwijl in België tandartsen één van de drie nationale talen moeten kunnen spreken: Nederlands, Frans of Duits. Afgelopen jaar pleitten de ANT en KNMT voor invoering van een taaltoets.  In Groot-Brittannië wordt de wet binnenkort aangepast, waardoor tandartsen uit de EU-landen, Noorwegen, IJsland en Lichtenstein niet meer als tandarts mogen werken als ze het Engels niet machtig zijn.

Enkele verschillen

  • Nederland blijkt het meest uit te geven aan gezondheidszorg: 15% van het BBP.
  • Zeer weinig landen bieden trainingstrajecten voor net afgestudeerden.
  • Acht landen hebben geen mondhygiënisten en in zes landen staan mondhygiënisten niet geregistreerd.
  • Veel landen eisen dat de tandarts zich continu professioneel blijft ontwikkelen, maar dat is slechts verplicht in de helft van de lidstaten.
  • Het aanbod van tandheelkundige opleidingen verschilt: In Italië zijn er 34, in Engeland 16.
  • In veel landen worden alleen orthodontisten en kaakchirurgen erkend als specialiteiten.
  • Tandartsen zijn nog steeds volledig zelfregulerend in bijna een derde van de lidstaten.
  • Uitgeschreven worden uit het register is de ultieme sanctie in Groot-Brittannië en in Nederland. In andere landen kan de tandarts een financiële sanctie worden opgelegd.

Erkend probleem
Een groot probleem is dat er geen gecoördineerde communicatie plaatsvindt tussen de toezichthouders van de verschillende landen. Een tandarts die niet in een bepaald land mag werken, kan vervolgens in een ander land wel aan werk komen. De EU eist inmiddels ook dat de communicatie tussen alle instanties moet worden verbeterd om dit probleem te verhelpen en dat de richtlijnen door iedereen op dezelfde manier worden ingevuld.

Bron: Dentistry.co.uk

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z

De mond niet vergeten: initiatief voor betere mondzorg ouderen

Ter verbetering van mondzorg voor ouderen starten de KNMT, de Stichting Bijzondere Tandheelkunde, ACTA, de Vrije Universiteit en Stichting Innovatiekring Dementie (IDé) starten samen het project ‘De mond niet vergeten!’. De partijen zetten in op voorlichting, scholing en samenwerking tussen mondzorgprofessionals, huisartsen, thuiszorg en mantelzorgers.

Onderzoek* laat zien dat 80% van de ouderen een matige tot slechte mondgezondheid heeft bij opname in een verpleeghuis.

Risico’s
Een slechte mondgezondheid kan naast pijn, kauw- en slikproblemen,  leiden tot longontsteking, hart- en vaatziekten, slecht instelbare bloedsuikerspiegels en snellere veroudering van het brein.

De mond niet vergeten!
Het project ‘De mond niet vergeten! richt zich op het verbeteren van de mondgezondheid van kwetsbare, thuiswonende ouderen in Nederland. Hierbij werken de initiatiefnemers samen met lokale zorgaanbieders en branche- en beroepsorganisaties in de ouderen- en thuiszorg. Zilveren Kruis Achmea maakt het project financieel mede mogelijk en participeert in de stuurgroep. De multidisciplinaire aanpak wordt dit jaar getest in een aantal kernregio’s van Zilveren Kruis, te weten Amsterdam, Rotterdam en Hardenberg. Bij positieve evaluatie volgt een landelijke uitrol in 2016.

* Onderzoek: Hoeksema AR, Vissink A, Raghoebar GM, Meijer HJA, Peters LL, Arens S, Visser A. Mondgezondheid van kwetsbare ouderen: een inventarisatie in een verpleeghuis in Noord-Nederland. Nederlands Tijdschrift voor Tandheelkunde 2014; 121: 627-633.

Bron: KNMT

Lees meer over: Ouderentandheelkunde, Thema A-Z

Platform Paramedici Contractvrij groeit door

Wat begon als een klein initiatief, en alleen bedoeld was voor fysiotherapeuten, is nu aan het doorgroeien naar een plek waar een grote groep paramedische disciplines elkaar kunnen vinden. Vanuit eigen behoefte om nader kennis te maken met andere contractvrije therapeuten en ervaringen te delen, hebben de oprichters Corenne Boeve en Eveline Bosselaar deze online en offline ontmoetingsplek gecreëerd.

Geen contract bij zorgverzekeraar
Contractvrij werken houdt in dat de therapeut bewust heeft gekozen om deels of helemaal geen contracten bij zorgverzekeraars te tekenen. De klanten van de desbetreffende therapeut ontvangen een factuur van de behandeling en dienen deze in bij hun zorgverzekeraar. Afgezien van deze verandering in de administratie is er weinig verschil in de praktijkvoering. Ervaring leert wel dat je als contractvrije ondernemer meer naar buiten moet treden en actief acquisitie moet doen bij potentiële klanten en bedrijven.

Het platform organiseert meerdere netwerkavonden per jaar en heeft het voornemen om in december 2015 een congres te organiseren waarin contractvrije zorg positieve aandacht krijgt.

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen

Tandtechnicus Wouter Sonderen: “De kick maakt alles goed!”

Direct bij binnenkomst is te merken dat Wouter Sonderen een bevlogen tandtechnicus is. Waar ik als mondhygiënist eigenlijk niets te maken heb met tandtechnici, weet hij me uitermate te intrigeren. In ons gesprek vertelt hij me alles over zijn werk.

Creatieveling
Voordat Sonderen tandtechnicus werd, was hij altijd al creatief bezig; klokken maken en houthakken, tekenen en metselen, bloemencorsowagens ontwerpen en bouwen als ook kasten en bedden maken. Het was dan ook geen verassing dat uit een beroepentest tandtechnicus naar voren kwam. En zo begon het.

Knutselen met allerlei materiaal
“Het “knutselen” met kunststoffen, metalen en porseleinen was voor mij zo interessant dat het veel hobby’s wel deed wegebben, maar daar kwam veel tandtechnische kennis en interesse voor terug. Nadat hij in meerdere laboratoria in Nederland en Duitsland had gewerkt, richtte hij het Tandtechnisch laboratorium Sonderen in Winterswijk-Kotten op.



Zelf de norm bepalen
“Nadat ik voor mijzelf was begonnen kon ik zelf mijn norm stellen en die sloeg aan bij de tandartsen. Ik werd door creatief meedenken vaak gevraagd om oplossingen te bedenken. Vanuit mijn tijd in Duitsland had ik een toch wel degelijke kwaliteitsnorm meegekregen. En door mijn internationale contacten bouwde ik een brede ervaring op. Tevens koos ik zelf altijd voor de beste oplossing. We waren nog maar net begonnen, toen de firma 3M met videocamera’s opnames stond te maken van een inlay-concept wat ik had uitgedacht. Dit werd op CD gezet en ging heel Europa over.“

Respect van grote bedrijven
Dit werd het begin van de internationale carrière Wouter Sonderen. Inmiddels heeft hij zijn vrouw en zoon met zijn enthousiasme aangestoken en werkt hij met hen samen in het tandtechnisch laboratorium. Samen met nog drie andere technici maakt hij zo fraai mogelijke constructies voor tandartsen in binnen en buitenland. Daarnaast wordt hij ook ingeschakeld door laboratoria die onderstructuren of moeilijke constructies willen vervaardigen.
Sonderen: “Ook grote concerns als Zirkonzahn en Straumann hebben veel respect voor je wanneer je meedenkt over het oplossen van problemen of verbeteren van producten. Voor Straumann hebben we informatie avonden gegeven en bij Zirkonzahn is er altijd gelegenheid om verbetering aan te dragen om het product nog beter te maken. Intussen heb ik voor MegaGen, een grote implantaatleverancier uit Korea, een titanium insert voor bonelevel implantaten ontworpen. Een insert waar je vanaf bijna implantaatniveau met het biocompatibele zirkoonoxide kunt werken. Hiervoor ben ik in april van dit jaar naar Korea geweest waar het idee met open armen werd ontvangen. In dit abutment zat veel denk- en tekenwerk. Het is nu eenmaal zo dat dingen mij niet snel los laten voordat ik er een oplossing voor heb gevonden. Dit brengt je soms in een lastige positie, maar brengt je ook heel ver vooruit.”



Volkeramische prothese

Sonderen is gespecialiseerd in bijzondere constructies. Ik vroeg hem wat ik mij hierbij moest voorstellen. “Nu bijna 5 jaar geleden hebben we een grote investering gedaan, de Zirkonzahnscanner en freesstraat. Hiermee zijn we voorzieningen gaan maken die vaak onmogelijk leken, maar door onze jarenlange ervaring op het gebied van zirkoonoxide zijn die nu wel te verwezenlijken.” Sonderen geeft een voorbeeld: We hebben als eerste een volkeramische prothese in Nederland geplaatst. Een uitdaging die veel energie kost, maar de kick die het geeft als het geplaatst is maakt alles goed. Het is wel één van onze meest complexe werken ooit.

Een groeiproces van verfraaiing
Bij de patiënt werd alles geëxtraheerd en naast de twee implantaten die ze al had werden nog vier implantaten geplaatst. We hebben toen een prothese voor haar gemaakt die er ongeveer hetzelfde uitzag als haar eigen tanden van voorheen. Daarna hebben we een noodtelescoopprothese vervaardigd. Aangezien alles met de computer vervaardigd werd, kon de patiënte bij elke stap haar wensen kenbaar maken en konden we dit werkelijkheid maken. Op een gegeven moment had ze geheel afstand gedaan van haar prominente voortanden die ze vroeger had. Pas toen ze helemaal tevreden was hebben we de prothese in het Prettauzirconium van Zirkonzahn gefreesd. Dit hele proces heeft van ons de titel meegekregen “een groeiproces van verfraaiing”. Door de uitgebreide documentatie die ik hierover heb gemaakt, blijken ook andere branches hier interesse in te hebben.” Bekijk de foto’s op de website van Sonderen.

Een werkstuk met 38 onderdelen
Sonderen geeft nog een voorbeeld: “Een ander complex werkstuk was in 2004 toen we op tien Straumann implantaten en vier eigen pijlers in de boven- en onderkaak twee telescoperende voorzieningen mochten maken. Een gigantische klus, maar als je dan ’s avonds samen met de desbetreffende tandarts het werkstuk gaat plaatsen dat uit totaal 38 (!) onderdelen bestaat is dat ook wel kicken.”



Nieuwe uitdagingen
Maar dat is nog niet alles. Sonderen zit bepaald niet stil en gaat nieuwe uitdagingen niet uit de weg. “Nieuwe uitdagingen gaan we ook graag aan. Zo hebben we ook de zirkoonoxide steg mee in de markt gezet. Een steg die nauwelijks gevoelig is voor tandsteen en die er door haar tandkleur nog heel mondvriendelijk uitziet. Maar ook zirkoonoxide slotjes, facings, telescoopprotheses of andere tandtechnische constructies weten we door onze jarenlange ervaring met zirkoonoxide verantwoord te vervaardigen. Veel van deze voorzieningen staan ook op onze website onder werkstukken.”

Experimenteren

Sonderen experimenteert met regelmaat. Hoe gaat hij om met het nemen van risico’s? “Mijn grote inspirator is de Internationale Dental Schau in Köln (IDS). Daar halen we veel kennis en knowhow vandaan. We gaan altijd in overleg met de patiënt en de tandarts en gaan altijd door tot iedereen helemaal tevreden. Dit is één van de basis regels die binnen ons laboratorium geldt. De belangrijkste regel is dat wat we voor een ander maken ook voor ons zelf acceptabel zou moeten zijn. Mede door de vele contacten die je zo langzamer hand opbouwt en door ervaringen te delen, krijg je ook veel terug. En dat gebruiken we ook weer in ons eigen laboratorium. Door op deze manier te werken worden de risico’s tot een minimum beperkt.”

Wouter Sonderen, Tandtechnisch Laboratorium Sonderen v.o.f.

Door:
Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Lees meer over: Opinie, Tandprothese | techniek, Thema A-Z

Integrale aanpak bij verwaarlozing mondverzorging kinderen

Onderzoekers in de mondzorg pleiten in een artikel in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde voor een integrale aanpak bij verwaarlozing van mondverzorging bij kinderen.

Samenvatting

  • Onvoldoende mondverzorging veroorzaakt op termijn pijn en ontsteking. Oorzaken van onvoldoende mondverzorging kunnen zijn: onwetendheid, onmacht in omgang met een kind dat niet coöperatief is of nalatigheid van de ouders.
  • Slechte mondverzorging kan een teken zijn van verwaarlozing van het kind. Bekijk ook de Meldcode Kindermishandeling en huiselijk geweld en de Meldcode Tandheelkunde betreffende Kindermishandeling en huiselijk geweld.
  • Gerestaureerde cariëslaesies bij een kind met een verwaarloosd gebit maskeren gebrek aan mondverzorging.
  • Niet-restauratieve behandelingen vereisen adequate begeleiding van de mondverzorging door ouders, waarbij zij dagelijks het gebit van hun kind na poetsen.
  • Verwaarlozing van mondzorg kan gesignaleerd worden door geneeskundige zorgverleners, als huisartsen, jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen.  Zij kunnen een bredere verwaarlozing van het kind bezien.
  • Samenwerking tussen geneeskundige – en mondzorgverleners is aan te bevelen.

Het artikel werd geschreven voor:
René J.M. Gruythuysen, Cor van Loveren, Joost M. Wiggelendam, Jolanda A. van Boven en Rob C.W. Burgersdijk.

Lees meer over: Kindertandheelkunde, Thema A-Z

Opleidingsmanager Miranda Oude Griep over de rol van preventieassistent

Miranda Oude Griep, opleidingsmanager, docent, mondhygiënist en spreekster op tandheelkundige congressen, vindt dat de preventieassistent een onmisbare rol kan spelen. “Geef haar die rol.” Een interview over het ontstaan en de rol van de preventieassistent.

Miranda Oude Griep, bekend als spreekster op grote tandheelkundige congressen in ons land, is sinds kort opleidingsmanager en beleidsmedewerker Preventie & Parodontologie bij DentClass, een opleidingsinstituut voor tandheelkundige bij- en nascholing. “Daar ligt voor mij een mooie uitdaging. Werken aan de implementatie van beleidsmatige zaken, waarmee we structureel kwaliteit kunnen leveren. Heerlijk! En daarnaast blijf ik nog doceren. Het leukste vak wat er is!”

Sinds het behalen van haar diploma aan de Opleiding tot Mondhygiënist in Nijmegen werkte Miranda Oude Griep vele jaren als mondhygiënist op de afdeling Mondziekten en Kaakchirurgie van verschillende ziekenhuizen. Ze doceerde aan de Opleiding tot Mondhygiënist, haalde haar bachelor Maatschappelijk Werk en Dienstverlening, volgde een opleiding tot projectmanager, werd projectmanager bij een instelling voor verslavingszorg en had een eigen praktijk. In 2004 richtte ze haar eigen opleidingsinstituut op. Ze ontwikkelde meer dan 50 opleidingen, trainingen, cursussen en workshops voor onder andere tandartsassistentes, preventieassistentes en mondhygiënisten. Ze verzorgde inmiddels meer dan 2000 trainingen en klinische lessen. Eén daarvan is de cursus Preventieassistent. Mondhygiëniste Lieneke Steverink-Jorna ging met Miranda Oude Griep in gesprek over het ontstaan en de rol van de preventieassistent.

Uitvinden
“Waarom vond jij samen met de KNMT het een goed plan om preventieassistenten ‘uit te vinden’ terwijl er al mondhygiënisten zijn?” Oude Griep: “Dat ik de cursus Preventieassistent heb uitgevonden is beslist te veel eer. Dat is niet het geval. Bijna 20 jaar geleden is ‘de profylaxe-assistent’ vanuit Duitsland over komen waaien naar Nederland. De cursus is in de jaren 90 in opdracht van het KNMT in nauwe samenwerking met Professor dr. Renggli ontwikkeld. Wie die cursus met goed gevolg aflegde kreeg een certificaat ‘met aantekening preventie’. Omdat die naam niet handig was in het gebruik is dat later Preventieassistent geworden. Het was in de tijd dat er behoefte ontstond aan taakdelegatie en de wet BIG zijn intrede deed. Juridisch gezien bestond vanaf dat moment ook de mogelijkheid tot het delegeren van handelingen en het werd steeds meer gedaan. De voorwaarden waaronder gedelegeerd mocht worden waren toen minder duidelijk dan de IGZ ze nu stelt. Ik heb als motto: Kwaliteit voorop! Dit was een uitgelezen moment om, dat als er dan toch gedelegeerd wordt, mijn steentje bij te dragen op het gebied van kwaliteit.”

Vanaf 1998 verzorgde Oude Griep de cursus voor de Dr. G.J. van Hoytema Stichting. In 2004 besloot de KNMT dat de bestaande Cursus Preventieassistent gereviseerd moest worden. “Vanuit mijn hoedanigheid als docent had ik ideeën over hoe die cursus een kwaliteitsslag kon gaan maken. Samen met een team van docenten en een externe onderwijskundige hebben we gewerkt aan de professionalisering van de KNMT-cursus ‘Tandheelkundige preventie en mondhygiëne voor de tandartsassistent’.“

Onmisbare rol preventieassistent
Veel mondhygiënisten lijken moeite te hebben met de preventieassistent. Nemen ze het Oude Griep kwalijk dat ze deze cursussen inzet? “Ik heb dat nooit persoonlijk ervaren. Maar ik heb inderdaad wel eens van preventieassistenten gehoord dat niet alle mondhygiënisten blij waren met hun komst. Ik heb dat nooit goed begrepen.” Oude Griep ziet juist een rol weggelegd voor de mondhygiënist nu de preventieassistent volop wordt ingezet in tandartspraktijken. “Mondhygiënisten zijn bij uitstek degenen die leidend kunnen zijn in de uitvoering maar ook de vormgeving van een goed Preventie- & Parodontologie beleid in een praktijk. In een goed functionerend team op het gebied van Preventie & Parodontologie zijn de competenties van de gediplomeerde preventieassistent een waardevolle aanvulling. De preventieassistent kan daarin een onmisbare rol vervullen. Geef haar die rol. Natuurlijk moet de zorg vakinhoudelijk goed zijn, maar ook optimale organisatie rondom de patiënt is essentieel. Het is slim om optimaal gebruik te maken van ieders competenties in een team. Dat zijn kansen die we niet moeten laten liggen!”

Goede organisatie voorwaarde voor leveren goede zorg
Georganiseerd samenwerken vindt Oude Griep erg belangrijk ten bate van de kwaliteit, nu en in de toekomst. “Teamwork zorgt voor kwaliteit. Zowel op micro-, meso-, als macroniveau valt er nog veel werk te verrichten. Binnen tandheelkunde is de verleiding groot om op een eilandje te werken. Daar moeten we vanaf. Goede taakdelegatie zorgt voor transparantie in een praktijk en eenduidige boodschappen voor de patiënt. Een goede organisatie van het zorgproces speelt een essentiële rol bij het leveren van kwaliteit en is een voorwaarde voor het kunnen leveren van goede zorg. We moeten als team samenwerken aan de grote rol die preventie heeft in de tandheelkunde.”

Miranda Oude Griep heeft haar sporen ruimschoots verdiend. Ze verzorgde de afgelopen jaren regelmatig lezingen op grote tandheelkundige congressen in Nederland en ontwikkelde meer dan 50 opleidingen, trainingen, workshops en cursussen voor de vakgebieden tandheelkunde en verslavingszorg. Daarnaast verzorgde ze meer dan 2000 trainingen, klinische lessen, e-learning modules, audits en kwaliteitsprojecten op het gebied van infectiepreventie. Momenteel verzorgt ze voor tandartspraktijken kwaliteitsmanagement op het gebied van preventie en parodontologie. Oude Griep doet daarnaast nog waarnemingen als mondhygiënist en is sinds kort opleidingsmanager en beleidsmedewerker bij DentClass, een opleidingsinstituut voor tandheelkundige bij- en nascholing.

Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist 

Lees meer over: Samenwerken, Thema A-Z

Tandarts doneert via afscheidsreceptie aan Ivoren Kruis

Begin januari nam tandarts Theo Merkus afscheid van zijn tandartspraktijk in Bakel. Voor zijn patiënten organiseerde hij een afscheidsreceptie. Zijn gasten riep hij op geen wijn en bloemen cadeau te geven, maar een donatie te doen aan het Ivoren Kruis. De opbrengst kwam geheel ten goede aan het project Gewoon Gaaf. Met zijn gift wil Merkus het belang van preventie in de mondzorg extra onderstrepen.

Schenken
Het Ivoren Kruis roept ook andere practici op die een (afscheids)receptie organiseren, de opbrengst aan het Ivoren Kruis te schenken. Het Ivoren Kruis staat bij de Belastingdienst geregistreerd als een algemeen nut beogende instelling (ANBI). Dat betekent dat u uw gift mag aftrekken van de belasting.

Lees meer over: Actueel, Communicatie patiënt, Kennis, Thema A-Z

Onderzoek wijst snelle glazuurvorming bij mensen uit

De vroege overgang van melk naar vast voedsel bij baby’s blijkt verband te houden met de prenatale ontwikkeling van tandglazuur. Door deze vroege overgang moet er een snelle groei van de snijtanden plaatsvinden.

Vast voedsel
Onderzoek aan de universiteit van Kent toont aan dat snijtanden snel groeien, vroeg in het tweede trimester van de ontwikkeling van de baby. Kiezen daarentegen groeien langzamer in het derde trimester. Dit zou zo zijn zodat de tanden snel na de geboorte door kunnen breken waardoor de overgang van melk naar vast voedsel kan plaatsvinden.

Andere zoogdieren
In vergelijking met andere zoogdieren vindt de overgang van melk naar vast voedsel bij mensen relatief vroeg plaats. Hierdoor is er weinig tijd voor de vorming van de snijtanden waardoor een snelle groei noodzakelijk is. Deze bevinding kan tandartsen helpen bij het begrijpen waarom bepaalde tandproblemen zich niet bij alle tanden in dezelfde mate voordoen.

Bron: Online Library Wiley 

Lees meer over: Actueel, Kennis, Onderzoek, Thema A-Z

Plaatsen implantaten met dodelijke afloop

In Duitsland stonden twee artsen terecht voor doodslag door nalatigheid. Een patiënt die in 2010 voor nieuwe tandheelkundige implantaten onder narcose werd gebracht werd niet meer wakker en overleed uiteindelijk in mei 2013. De behandelend anesthesist werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 18 maanden. De tandarts kwam er vanaf met een geldboete van 4.000 euro.

Wat er gebeurde
De patiënt werd voor de behandeling onder narcose gebracht. Hierbij werd de patiënt niet aan de beademing gelegd. Tijdens de operatie nam de bloeddruk af en viel de ademhaling stil. Volgens de media werd pas na twee uur de ambulance gebeld. Als gevolg van de behandeling liep de patiënt ernstige hersenschade op en overleed uiteindelijk na lang in coma te hebben gelegen.

Rechtspraak
De tandarts en de anesthesist betrokken bij de behandeling moesten zich voor de rechter verantwoorden. Hierbij stond de vraag centraal waarom de patiënt niet aan de beademing werd gelegd en waarom de ambulance pas zo laat werd gewaarschuwd. 

Bron: ZWP online

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z
Nieuwe bevindingen gebit prehistorische reuzenkrokodil

Nieuwe bevindingen gebit prehistorische reuzenkrokodil

Uit nieuw wetenschappelijk onderzoek blijkt dat de prehistorische reuzenkrokodil Machimosaurus hugii tanden met een gekartelde structuur had. Hierdoor kon de krokodil goed het harde schild van schildpadden kapot kauwen.

Machimosaurus hugii
De reuzenkrokodil leefde in het late Jura en was 9 meter lang. De reuzenkrokodil at schildpadden en mogelijk ook kleine dinosaurussen. Hierop sluiten de nieuwe bevindingen met betrekking tot het gebit van de reuzenkrokodil goed aan.

Functionele kartels
Door de kartels op de tanden van de reuzenkrokodil zou hij veel grip op zijn prooi gehad hebben. Die grip zou van grote hulp zijn bij het doorbijten van de schild van schildpadden. Ook zouden de kartels op het gebit een versterkende werking gehad kunnen hebben, zodat de tanden niet afbraken bij het kauwen op het harde schild.

Bron:
The Royal Society 

Lees meer over: Actueel, Kennis, Onderzoek, Thema A-Z

Jaap de Graaf nieuwe secretaris Ivoren Kruis

Jaap de Graaf is per januari van dit jaar de ambtelijk secretaris van het Ivoren Kruis. Hij volgt daarmee Ronald Bos op die 8 jaar secretaris was. Bos blijft als adviseur van het bestuur bij het Ivoren Kruis betrokken.

De Graaf heeft geen tandheelkunde achtergrond, maar studeerde van 1978 tot 1981 aan het Nederlands Wetenschappelijk Instituut voor Toerisme en Recreatie. Nadien heeft hij extra studies gevolgd aan het SIOO (Interuniversitair Centrum voor Organisatieontwikkeling) en het ITIP (Instituut voor Toegepaste Integrale Psychologie). Hij begon als sportambtenaar bij de gemeente Dordrecht en werd later manager vrijwilligerszaken bij het Wereld Natuur Fonds. Daarna is hij tot 2010 als manager werkzaam geweest bij het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen. Dat jaar is hij als zelfstandige doorgegaan onder de naam Zanskar Training & Consultancy. Hij ondersteunt organisaties met o.a. organisatieontwikkeling, publiekprivate samenwerking, alliantiemanagement, leefstijlcampagnes en moderating. Hij werkt voor landelijke en lokale organisaties op het gebied van gezondheidspreventie, sport en maatschappelijke opgaven. Hij is voorzitter van twee onderzoekscommissies van ZonMw, te weten Sportonderzoek en Opvoeding & Onderwijs binnen het vijfde preventieprogramma.

Bestuur
Het bestuur van het Ivoren Kruis bestaat nu uit:

  • A.G.M. Rietmeijer, tandarts (voorzitter)
  • mw. M.C.R.M. van Basten Batenburg, mondhygiënist (secretaris)
  • R.W. Bos, communicatie-adviseur (adviseur van het bestuur)
  • dr. G. Stel, tandarts-pedodontoloog
  • O.M. Hofman, tandarts
  • J. de Graaf, adviseur (ambtelijk secretaris)
  • J. Kieft, tandarts (adviseur van het bestuur)

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z