Henry Schein stelt beschermende kleding beschikbaar tegen ebola

Henry Schein Inc. maakte vandaag bekend dat zij, samen met leveranciers, meer dan 1 miljoen dollar aan persoonlijke beschermingsmiddelen zal schenken om de verspreiding van ebola te helpen voorkomen.

Het bedrijf werkt nauw samen met de CDC Foundation en met partner-hulpverleningsorganisaties – waaronder AmeriCares, Direct Relief, International Medical Corps en MedShare – om voortdurend de behoefte aan medische goederen te monitoren en vast te stellen teneinde de uitbraak van ebola in West-Afrika te bestrijden, de grootste, ernstigste en meest complexe epidemie in de geschiedenis van de regio. Het virus heeft in de meer dan 8.400 gevallen al bijna 4.000 levens geëist, wat de Wereldgezondheidsorganisatie ertoe bracht de uitbraak tot een ‘bedreiging voor de volksgezondheid van internationaal belang’ uit te roepen.

Donaties
De donaties van Henry Schein zullen onder andere bestaan uit meer dan USD 1 miljoen aan maskers, handschoenen en schorten, samen met desinfecterende handzeep, overalls en andere PBM. De CDC Foundation ontvangt hiervan 500.000 dollar en de rest zal worden geschonken aan Henry Schein’s strategische NGO (niet-gouvernementele organisatie)-partners die voor hulpverlening zorgen, waaronder AmeriCares, Direct Relief, International Medical Corps en Medshare. Het antwoord van Henry Schein op de ebola-uitbraak bestaat ook uit ondersteuning door haar leveranciers, zoals Crosstex International Inc., KaVo Kerr Group, Medicom LLC en PDI Healthcare.

“De landen die door Ebola zijn getroffen zien zich geconfronteerd met een escalerende gezondheidscrisis en Henry Schein zet zich in voor de ondersteuning van hulpverlening teneinde het virus onder controle te krijgen”, aldus Stanley M. Bergman, bestuursvoorzitter en Chief Executive Officer van Henry Schein. “Het is van essentieel belang dat werkers in de gezondheidszorg de beschermende middelen ontvangen die ze nodig hebben om veilig door te kunnen gaan met hun heldhaftige werk: levens redden. Via privaat-publieke partnerschappen, waaronder ons netwerk van leveranciers en hulpverleningsorganisaties, doen we ons best deze essentiële goederen te leveren in de strijd tegen deze dodelijke epidemie.”

Ebola Relief Fund
De noodrespons op de ebola-uitbraak weerspiegelt een kernaspect van Henry Schein Cares. Om de respons op noodgevallen waar ook ter wereld te helpen versnellen, verstuurt Henry Schein Cares regelmatig producten naar internationale hulporganisaties om ervoor te zorgen dat hun magazijnen bevoorraad zijn wanneer zich plots een ramp voordoet.

Naast de donaties van gezondheidsproducten aan hulpverlening bij de ebola-uitbraak, heeft de Henry Schein Cares Foundation – een organisatie die over de hele wereld helpt met betere toegang tot gezondheidszorg – een Ebola Relief Fund in het leven geroepen. Het geld dat door de Foundation wordt opgehaald, zal worden geschonken aan de hulpverlenende organisaties.
Leden van Team Schein en anderen die geïnteresseerd zijn in ondersteuning van de hulpverlening kunnen bijdragen aan het fonds. Donaties van leden van Team Schein aan het fonds zullen door Henry Schein worden verdubbeld, waarbij alle opbrengsten rechtstreeks en geheel voor de ebola-hulpverlening zullen worden ingezet via de CDC Foundation en andere hulporganisaties. Zolang het fonds openstaat, kunnen personen en bedrijven die een bijdrage willen leveren dat doen in geld of natura. Donaties per creditcard kunnen worden gedaan via de Henry Schein Cares Foundation website, klik op de ‘donate’ knop om te worden doorgestuurd naar een online creditcardverwerkingspagina, en selecteer het fonds ‘Ebola Relief Fund’ voor het toewijzen van uw gift.

Over Henry Schein Cares
Henry Schein Cares, Henry Schein’s wereldwijde bedrijfsprogramma voor maatschappelijk verantwoord ondernemen, steunt op vier pilaren: de leden van Team Schein stimuleren om hun volledige potentieel te ontwikkelen, zorgen voor verantwoordingsplicht door ethische bedrijfspraktijken uit te breiden naar alle niveaus binnen Henry Schein, ecologische duurzaamheid promoten, en over de hele wereld een betere toegang tot de gezondheidszorg uitbreiden voor misdeelde bevolkingsgroepen en groepen met een hoog risico. De activiteiten voor de gezondheidszorg die door Henry Schein Cares worden ondersteund richten zich op drie hoofdaspecten: welzijn bevorderen, capaciteit opbouwen voor het leveren van diensten voor de gezondheidszorg, en helpen bij rampenvoorbereiding en hulpverlening.

Over De Henry Schein Cares Foundation
De Henry Schein Cares Foundation, een organisatie opgericht in 2008 spant zich in om tandheelkundige, medische en diergeneeskundige gezondheid te bevorderen, te ondersteunen en te promoten, door gemeenschappen overal ter wereld betere toegang tot zorg te bieden. De Henry Schein Cares Foundation voert deze missie uit via financiële donaties en de donatie van gezondheidszorgproducten die werkers in de gezondheidszorg en gemeenschapsprogramma’s ondersteunen, die zijn gericht op preventie, welzijn en behandeling, op rampenparaatheid en hulpverlening, en op capaciteitsontwikkeling van gezondheidsinstellingen die training en zorg bieden. Ga voor meer informatie over de Henry Schein Cares Foundation naar:
www.hscaresfoundation.org

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z

ANT en KNMT pleiten voor taaltoets buitenlandse tandartsen

Buitenlandse tandartsen die in Nederland willen werken, moeten verplicht Nederlands leren. Dat zeggen ANT en KNMT in het Radio 1 programma ‘De Ochtend’ en in het NCRV tv-programma ‘Altijd Wat Monitor’. Een meerderheid van de Tweede Kamer steunt het plan van de beroepsverenigingen voor een taaltoets.

In het Radio 1 programma ‘De Ochtend’ pleit ANT-voorzitter Jan Willem Vaartjes voor een verplichte taaltoets voor buitenlandse tandartsen en meer opleidingsplaatsen Tandheelkunde.

Controle BIG-register
Het NCRV tv-programma ‘Altijd Wat Monitor’ ontdekte dat meerdere buitenlandse tandartsen zich in Nederland konden registreren, ondanks een schorsing of beroepsverbod in eigen land. De controle op het BIG-register bleek niet goed te functioneren. Op maandagavond 27 oktober liet het programma een vervolg zien over dit onderwerp.

Taaltoets
Tijmen Hiep, vice-voorzitter en penningmeester van de KNMT: “Wij denken dat het van belang is dat er getoetst wordt op het moment dat tandartsen hier geregistreerd worden, dat ze het Nederlands machtig zijn.”

Vaartjes: “Het is vreemd dat het mogelijk is dat je in Nederland je BIG-registratie kunt krijgen terwijl je in het buitenland bent berispt. De overheid moet randvoorwaarden scheppen zodat er veilige tandhulp wordt gegeven.”

“Taal is een essentieel onderdeel van je beroep als tandarts. Wij zijn in Nederland heel erg gericht op preventie en we werken in teams. En als je de taal niet beheerst dan kan je hier niet de tandheelkunde uitoefenen zoals je dat zou willen in Nederland.“

“Met een verplichte taaltoets moet een tandarts zich meer committeren aan het land en daardoor kan je de ergste uitwassen verminderden”, aldus Vaartjes.

‘Ik vind het echt een interessant voorstel en ik zal de minister ook vragen of ze samen met de tandartsenorganisaties om de tafel wil gaan zitten om te kijken of zo’n taaltoets mogelijk is’, zegt Hanke Bruins Slot, Tweede Kamerlid voor het CDA.

Meer opleidingsplaatsen
Volgens Vaartjes moeten er ook meer opleidingsplaatsen voor Tandheelkunde komen: “Al jarenlang leiden we te weinig tandartsen op in Nederland. De afgelopen jaren stromen er meer buitenlandse tandartsen Nederland in dan dat er hier afstuderen.”

 

 

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z

Dr. Carl Witthaus Medaille voor scheidend bestuurslid Bart Fledderus

Zaterdag 25 oktober jl. ontving scheidend Ivoren Kruis bestuurslid Bart Fledderus, tandarts, uit handen van voorzitter Teun Rietmeijer de Dr. Carl Witthaus Medaille. Dat gebeurde in de jaarlijks gehouden Algemene Ledenvergadering van de vereniging die plaatshad bij ACTA te Amsterdam. Fledderus kreeg de onderscheiding voor zijn jarenlange inzet voor het bevorderen van mondgezondheid door middel van preventie. Fledderus heeft zich in het bijzonder onderscheiden door zijn beschouwende en nuchtere visie op de mogelijkheden voor samenwerking met organisaties voor bijzondere tandheelkunde en kwetsbare groepen. Daarmee heeft hij belangrijke bijdragen geleverd voor het realiseren van de doelstellingen van het Ivoren Kruis.

Witthaus
Dr. Carl Witthaus wordt beschouwd als de grondlegger van de sociale tandheelkunde in Nederland. Hij was de stuwende kracht achter de oprichting van het Ivoren Kruis in het begin van de vorige eeuw. Witthaus werd in 1868 in Osnabrück geboren en studeerde tandheelkunde in Berlijn. Op 19-jarige leeftijd behaalde hij het diploma Zahnartzt. Hij kwam naar Nederland en haalde er met succes het tandmeesterexamen. Vervolgens vertrok hij naar Amerika en verwierf aan de universiteit van Pennsylvania de titel Doctor of Dental Surgery. Maar hij kwam ook weer terug naar ons land en vestigde zich als tandmeester in Rotterdam. In 1896 houdt Witthaus voor het Nederlands Tandheelkundig Genootschap een lezing over cariëspredispositie en cariësprofylaxe. Hij betoogt dat levensgewoonten bij het optreden van cariës een grote rol spelen. Hij noemt voeding en roken als belangrijke factoren. Roken zou volgens Witthaus het cariësproces remmen, maar mocht vanwege de schadelijke gevolgen voor de algemene gezondheid, niet worden aangeraden. Cariës zou kunnen worden voorkomen door het gebit te reinigen met een borstel, tandenstokers en zijden of elastieken draadjes. Een man met belangrijke wetenschappelijke visie. Zo belangrijk, dat het Ivoren Kruis zijn waardering voor personen die een zeer belangrijke bijdrage hebben geleverd aan het werk van de vereniging, kan onderscheiden met de Dr. Carl Witthaus Medaille.

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z

ACTA studenten testen splint uit 3D-printer

Enkele eerstejaars masterstudenten van ACTA testten onlangs een stabilisatie-opbeetplaat (splint) vervaardigd door een 3D-printer. De test is een initiatief van dr. Visscher, prof. dr. Lobbezoo en prof. dr. Wismeyer in samenwerking met de heer Oosterwijk van het Tandtechnisch Laboratorium Oosterwijk, meldt ACTA.

De resultaten van de test worden later bekendgemaakt.

3D-printen is één van de snelst opkomende technologieën in de wereld. De techniek wordt steeds meer bereikbaar voor tandartsen.

Foto: ACTA

Lees meer over: 3D-printen, Thema A-Z

Mondhygiënist –aan-huis uitkomst voor ouderen

Naar de mondhygiënist gaan is voor sommige ouderen bijna onmogelijk. Sommige patiënten zijn namelijk aan hun bed gekluisterd of komen het huis niet meer uit. Voor Canadezen in Ontario is de mondhygiënist aan huis daarom een uitkomst, schrijft CBC.

Zorg aan huis
Een mondhygiënist die aan huis komt is ideaal voor ouderen. Zo kunnen zij de mondzorg krijgen die zij nodig hebben. Ouderen met Alzheimer bijvoorbeeld kunnen soms niet meer aangeven dat zij last van hun gebit hebben. Bovendien maakt een nieuwe omgeving Alzheimerpatiënten onrustig.

Mobiele mondhygiënist
In de Canadese provincie Ontario komen ongeveer 25 mondhygiënisten thuis of aan huis met een mobiele kliniek. Deze provincie telt meer dan 12 miljoen inwoners. De behandeling wordt vergoed, afhankelijk van de zorgverzekeraar van de patiënt.

Bron:
CBC

Lees meer over: Ouderentandheelkunde, Thema A-Z

Amsterdamse tandarts onder toezicht IGZ

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft tandarts Leithuijser in Amsterdam onder verscherpt toezicht gesteld voor een periode van maximaal 3 maanden.

In oktober 2012 kreeg de tandarts al een bevel BIG opgelegd van de IGZ. Dit bevel werd opgeheven toen bleek dat de tandarts voldoende aan de voorwaarden van het bevel (infectiepreventie, radiologie, patiëntendossier en spoedgevallendienst) voldeed.

In 2013 en 2014 zag de IGZ tijdens bezoeken wel verbeteringen, maar werden de noodzakelijke verbeteringen onvoldoende uitgevoerd. De tandarts kreeg volgens de IGZ wel herhaaldelijk kansen om verbetermaatregelen te treffen. De inspectie heeft de praktijk om deze reden onder verscherpt toezicht gesteld.

Bron:
IGZ


Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z

Chirurgische aspecten bij het plaatsen van TAD’s

TAD’s, oftewel Tempory Anchorage Devices, bieden veel mogelijkheden in de orthodontie. Wat zijn de eisen voor het werken met TAD’s? Minischroeven versus botankers: de voordelen, werkwijze en mogelijke complicaties.

Eisen
Om te kunnen werken met TAD’s worden er een aantal eisen gesteld:

  • De TAD moet een mechanische verbinding aangaan met kaakbot.
  • Aan de TAD moet een bevestigpunt zitten voor een draad, elastiek of veer.
  • De TAD mag geen weefselschade veroorzaken.
  • Een TAD moet meerdere jaren kunnen worden gedragen.
  • Het toepassingsgebied moet veelzijdig zijn.

Minischroeven versus botankers
Zowel minischroeven als botankers kunnen geïndiceerd worden voor onder andere het intruderen, oprichten, protraheren of distaliseren van elementen. Botankers kunnen daarnaast nog ingezet worden voor protractie van de maxilla.
In de begintijd waren botankers populairder. Momenteel wordt er steeds vaker gekozen voor minischroeven. Het voordeel van minischroeven is dat ze makkelijker aan te brengen zijn.

Bone Anchored Maxillary Protaction (BAMP)
Het doel van BAMP is het voorwaarts bewegen van de maxilla bij een groeiend individu met een omgekeerde beet of dreigende omgekeerde beet. Deze behandeling werkt het beste als de omgekeerde beet vooral wordt veroorzaakt door de bovenkaak en niet te uitgesproken is. Bij het uitvoeren van deze protractie is het belangrijk dat er rekening wordt gehouden met de volgende punten:

  • Goede documentatie.
  • Op zo jong mogelijke leeftijd beginnen (rond 10 jaar), er moet wel gewacht worden totdat de cuspidaten in de onderkaak doorgebroken zijn.
  • Bij voorkeur wordt er onder lokale anesthesie gewerkt.
  • Er een antibioticakuur meegegeven.
  • Zorg voor adequate pijnstilling.
  • Goede mondhygiëne is belangrijk.
  • Twee weken na plaatsen kunnen er elastieken (lichte tractie) aangebracht worden.

BAMP is minder goed uit te voeren wanneer er sprake is van een klasse III relatie die veroorzaakt wordt door een mandibulaire hyperplasie. Ook wanneer er sprake is van een forse omgekeerde overjet of als de patiënt ouder dan 12 is, kan dit een negatieve invloed hebben op het behandelresultaat.

Botankers

  • Mandibula
    Botankers in de onderkaak (Bollard; lengte 16 mm) worden bevestigd met 2 schroefjes. Het botanker wordt geplaatst tussen de laterale incisief en cuspidaat. Het botanker mag niet in de buurt van de uitgang van de nervus mentalis geplaatst worden.
  • Maxilla
    Het botanker in de bovenkaak (lengte 21 mm) wordt met 3 schroefjes bevestigd. De botankers worden geplaatst op de crista zygomatica-alveolaris. Het bot tussen de eerste en tweede molaar is niet heel erg dik, er moet rekening gehouden worden met de sinus maxillaris. Indien een (pre)molaar gedistaliseerd wordt, moet het onderste schroefje zodanig geplaatst worden dat distalisatie onder het schroefje mogelijk is.
  • Plaatsen
    Voor het bevestigen van de botankers worden schroefjes gebruikt met een lengte van 7 of 5 mm. Bot bij een volwassen persoon is veel steviger dan bij een kind, hier moet rekening mee worden gehouden. Het is belangrijk dat het anker op de goede plek vastgehouden wordt tijdens het vastdraaien van de schroeven. Het plaatje moet contact met het bot hebben en het uiteinde moet uitkomen in de aangehechte gingiva omdat hierdoor de kans op ontsteking kleiner is. Tot slot wordt er gehecht met een oplosbaar materiaal.

Minischroeven
Er bestaan zelftappende en zelfborende minischroeven, de laatsten worden als prettiger ervaren. Er bestaan variaties in de kop en in de diameter van de minischroef. Voordelen van de minischroef zijn dat deze eenvoudig geplaatst kan worden en relatief goedkoop is. Een nadeel is dat de schroef los kan komen. Een minischroef kan echter makkelijk herplaatst worden en dit kan eventueel gebeuren in de tandarts- of orthodontiepraktijk.
Minischroeven kunnen op tal van lokaties in zowel onder- als bovenkaak worden geplaatst. De stevigste verankering wordt vooral in de molaar- en premolaarregio gevonden.

De minischroef moet uitkomen in de niet-mobiele aangehechte gingiva. Om te voorkomen dat de radix geraakt wordt, moet de minischroef daarom soms met een scherpere hoek ingedraaid worden. Minischroeven kunnen geplaatst worden onder lokale verdoving, het is niet nodig om voor te boren. Bij het plaatsen van een minschroef kun je goed voelen of je wel of niet tegen de radix aankomt, hierdoor is het risico op beschadiging klein.

Complicaties
Voor botankers gelden de volgende complicaties:

  • Ontsteking
  • Hyperplasie
  • Breuk anker
  • Los gaan
  • Devitalisatie elementen
  • Nervusschade
  • Radixschade

De grootste complicatie voor minischroeven is het loskomen van de mini-schroef. Dit gebeurt in 20-25% van de gevallen. Een andere complicatie is migratie van de minischroef.

Failures
Oorzaken van het loskomen van botankers/minischroeven zijn:

  • Schroeven/positie/contact
  • Primaire retentie
  • Locatie
  • Slechte mondhygiëne
  • Spelen met tong
  • Excessieve krachten

Protocol bij een losgekomen botankers

  1. Elastieken herplaatsen
  2. Mondhygiëne verbeteren
  3. Eventueel antibiotica voorschrijven
  4. Afwachten
  5. Controle
  6. Indien het niet anders is dan wordt het botanker verwijderd en na 2 maanden herplaatst.

Verwijderen botankers
Botankers worden in principe verwijderd bij klachten of mobiliteit en na actieve behandeling. Zeker bij jonge patiënten kan het lastig zijn om ze om oudere leeftijd te verwijderen. Daarom wordt er in sommige gevallen gekozen om het botanker gedeeltelijk te laten zitten, mits er geen klachten zijn.

Conclusie

  • Een minischroef is eenvoudig te plaatsen.
  • De failure-rate bij minischroeven is relatief hoog maar ze zijn gemakkelijk te herplaatsen.
  • Botankers hebben een hogere morbiditeit.
  • Botankers worden de laatste jaren vooral toegepast bij klasse III.
  • Het verwijderen van botankers is onderwerp van discussie.

Lezing door:
Dr Johan Jansma, MKA chirurg, afdeling Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurgie, UMCG.

Verslag door:
Marieke Filius, onderzoekster afdeling kaakchirurgie, UMCG, voor dental INFO van de klinische avond Orthodontie-CTM-MKA, georganiseerd door het Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde UMCG in samenwerking met de afdeling MKA-chirurgie, de afdeling Orthodontie, de Postgraduate School of Medicine van het Wenckebach Instituut en de Stichting PAOT-NN.

 

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Orthodontie, Thema A-Z

Christusbeeld met menselijke tanden ontdekt

Restaurateurs deden een unieke vondst bij een Mexicaans Christusbeeld. Op een röntgenopname ontdekten zij menselijke tanden in de mond van het beeld, meldt ZWP online .

Ongebruikelijk
Al in de 18e eeuw gaven gelovigen kleding, sieraden en zelfs haar voor Christusbeelden. Voor het gebit werden daarentegen gewoonlijk tanden van dieren gebruikt. Dit is de eerste keer dat menselijke tanden gevonden zijn.

Bekijk hier een filmpje met röntgenopnames van het beeld.

Bron:
ZWP online
Foto YouTube

Okt 2014

Lees meer over: Opmerkelijk, Thema A-Z

Meisje geboren met voortanden

In Wales is onlangs een meisje geboren met 2 voortanden. Normaal gesproken krijgen kinderen pas tanden omstreeks de leeftijd van 6 maanden. Volgens artsen wordt 1 op de 3000 baby’s geboren met tanden. Het kan blijkbaar erfelijk bepaald zijn, want de oma van baby Rose werd ook met een voortand geboren.

Omdat de tandjes loszaten zijn ze een paar dagen na haar geboorte verwijderd. Dit werd gedaan voor de veiligheid van baby Rose. De verwachting is echter dat ze alsnog een volledige set melktanden zal ontwikkelen.

Bron:
walesonline.co.uk


Lees meer over: Opmerkelijk, Thema A-Z

Mondbacteriën mogelijk oorzaak levercirrose

Bij levercirrose zijn mondbacteriën mogelijk de boosdoeners. Patiënten hebben namelijk meer mondbacteriën in hun ingewanden, blijkt uit onderzoek. Deze vondst maakt de diagnose van levercirrose makkelijker, meldt King’s College London.

Onderzoek
Onderzoeksdeelnemers met levercirrose hadden veel meer orale bacteriën in hun ingewanden dan gezonde mensen. Bij sommige onderzochte patiënten was dat bijna 40% van alle bacteriën in de ingewanden. Waarschijnlijk kunnen deze bacteriën overleven doordat de galproductie gestoord is.

Cirrose
De mondbacteriën in de ingewanden zouden levercirrose kunnen veroorzaken. Levercirrose is dodelijk en ontstaat door langdurige beschadiging van de lever waarbij littekenweefsel ontstaat. Bekende oorzaken daarvan zijn bijvoorbeeld alcoholverslaving en virusinfecties.

Nieuwe test
Op basis van hun onderzoek slaagden de onderzoekers slaagden erin een nieuwe non-invasieve test te ontwikkelen voor levercirrose. 90% van de gevallen wordt hiermee opgespoord. Tot nu toe werd daarvoor een leverbiopsie gebruikt, een invasieve methode waarvoor patiënten opgenomen moeten worden in het ziekenhuis.

Bron:
Kings College London

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z, ZZP-er

Red het leven van uw patiënt met een defibrillator

Hoe een EHBO-cursus en de aanwezigheid van een defibrillator in uw tandartsenpraktijk het leven van een patiënt kan redden, blijkt uit het relaas van een tandarts en haar receptioniste uit Manchester.

Tandarts redt leven patiënt met defibrillator
In de wachtkamer van een tandartsenpraktijk in de Britse stad Manchester is een 53-jarige man gered, die plotseling een hartstilstand kreeg. Nadat een ambulance was gebeld, hebben de tandarts en de receptioniste de man een kwartier lang handmatig gereanimeerd. Daarna werd tweemaal de defibrillator ingezet, waarna de hartslag weer op gang kwam.

EHBO-cursus
Het tandartsenteam, dat een EHBO-cursus had gevolgd, verwachtte niet dat ze dit ooit in praktijk hoefden te brengen. De man en zijn familie zijn blij dat hij de hartstilstand heeft overleefd.

Alle tandartsenpraktijken een defibrillator
In Schotland zijn alle 1.000 tandartspraktijken uitgerust met een defibrillator. De Schotse overheid heeft de kosten daarvoor betaald: zo’n 1 miljoen pond.

Bron:
Dentistry


Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Ondernemen, Praktijkinrichting, Thema A-Z

Relatie tussen roken en verhoogd risico mondinfectie met HPV 16

Er is een sterk verband tussen roken en een infectie in de mond met het humaan papillomavirus 16 (HPV 16). Dit blijkt uit onderzoek van de John Hopkins Universiteit, gepubliceerd in de Journal of the American Medical Association.

Het HPV 16-virus is een sexueel overdraagbaar virus dat gerelateerd is aan 80% van de plaveiselcelcarcinoma in de oropharynx (keelkankers), blijkt uit Amerikaans onderzoek. Het aantal mensen met deze keelkankers is de afgelopen 20 jaar met 225% gestegen.

Studie
Aan de studie deden 6.887 volwassenen mee. Daarvan waren 2.012 rokers en 63 deelnemers hadden een HPV 16-infectie in de mond. De groep rokers bestond in vergelijking met de niet-rokers vooral uit mannen met een lagere opleiding en met meer orale sekspartners. De aanwezigheid van HPV 16 in de mond bleek groter bij rokers (2%) in vergelijking tot niet-rokers (0,6%). De aanwezigheid van nicotine bleek tevens hoger bij deelnemers met een HPV 16-infectie in de mond. Het meten van cotinine in het bloed toonde aan dat het roken van 3 sigaretten per dag het risico op een HPV 16-infectie met 31% verhoogt. Het meten van NNAL in urine toonde aan dat het equivalent van 4 sigaretten per dag het risico op een HPV 16-infectie verhoogt met 68%.

Verband
De studie toont aan dat er een verband is tussen roken en het HPV 16-virus. Het is niet bewezen dat roken het makkelijker maakt om besmet te raken met het virus. Gebruikers van tabak stellen zich vermoedelijk vaker bloot aan ander risicogedrag, zoals meer orale seks, waardoor het risico op infectie met het virus toeneemt. Mensen die niet roken lopen ook risico op een infectie in de mond met HPV 16, vooral als ze in mee-rook situaties komen.

De uitkomst van de studie geeft tevens een mogelijke verklaring waarom ook mensen met een partner gedurende het leven – mensen met een weinig wisselend sexverleden – toch keelkankers ontwikkelen gerelateerd aan het HPV 16-virus.

Bron:
JAMA 8 October 2014 – Journal of the American Medical Association: Gebruik van tabak en orale HPV-16 infectie, Carole Fakhry, Maura L. Gillison, Gypsamber D’ Souza

Sciencedaily
Examiner
Bekijk ook de website over het Humaan papillomavirus en mond-en keelkanker van Hpvandeme.org

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
antistollingsmedicatie

De patiënt met antistollingsmedicatie in de tandheelkundige praktijk

Gemiddeld zijn er per praktijk zo’n 200 patiënten die antistollingsmedicatie gebruiken. Elke mondzorgprofessional heeft hier dus regelmatig mee te maken. Een update over de ACTA-richtlijn en wat u kunt doen bij nabloeding.

Verslag van de lezing van Baucke van Minnen, kaakchirurg, tijdens het congres Medische aspecten in de Tandheelkunde van de Stichting PAOT-Noord Nederland.

Gemiddeld zijn er 45 patiënten per praktijk die coumarines gebruiken. Ongeveer 150 patiënten per praktijk gebruiken trombocytenaggregatieremmers.

ACTA richtlijnen
In 2009 is de ACTA richtlijn voor antistollingsmedicatie opgesteld. Daarvoor was er veelal onduidelijkheid over wat wel en niet mocht met betrekking tot het gebruik van stollingsmedicatie wanneer er tandheelkundige ingrepen plaatsvonden. In de richtlijnen staat onder andere onder welke voorwaarden de stollingsmedicatie gecontinueerd mag worden wanneer een patiënt een bloedige ingreep moet ondergaan.

De vraag is nu of deze ACTA richtlijn goed voldoet. Om dit na te gaan is er in het UMCG een onderzoek gestart waarbij patiënten die antistollingsmedicatie gebruiken zijn vervolgd na de ingreep. Geconcludeerd kan worden dat sprake is van een laag percentage milde nabloedingen. Deze konden door de patiënten zelf worden gestelpt. Ernstige nabloedingen deden zich niet voor, wanneer aan de voorwaarden in de richtlijn was voldaan.

Concept
Recent is er verwarring ontstaan als gevolg van de nieuwe ACTA-richtlijn 2013. Denise van Diermen schreef hier haar proefschrift over. Op dit moment moet de ACTA richtlijn 2013 echter nog als concept worden gezien en geldt de versie van 2012. Ondanks discussie over de richtlijnen is voor grote groep patiënten gewoon duidelijk wat men moet doen. Bij twijfel kan de trombosedienst gebeld worden. Het is belangrijk dat de nieuwe ontwikkelingen goed in de gaten worden gehouden.

Tranexaminezuur
Ook is er enige discussie over het wel of niet naspoelen met tranexaminezuur bij gebruik van vitamine K antagonisten. Er is hiervoor weinig wetenschappelijk bewijs. Het advies is daarom om hier zachtjes mee te spoelen.

Gebruik van twee trombocytenaggreagtieremmers
Bij gebruik van twee TAR’s is het op dit moment nog te adviseren om eerst te overleggen met de behandelend arts. Misschien kan een van beide medicijnen gestaakt worden. Anders is het raadzaam, omdat het gebruik van twee TAR’s vaak tijdelijk is, om de behandeling uit te stellen. Ook kan de trombosedienst altijd geraadpleegd worden.

Nabloedingen
Wanneer de bloeding niet stopt en er sprake is van een nabloeding dan is het belangrijk dat de wond goed afgedrukt wordt. Het is verstandig om de patiënt minstens 20 minuten stevig om een gaasje te laten dichtbijten (met of zonder tranexaminezuur). De wond kan desgewenst opnieuw stevig overhecht worden. Soms is het aanbrengen van wondverband bv van gelatine of collageen spongostan aan te bevelen.

Verwijzen
Een patiënt mag naar de kaakchirurg verwezen worden in de volgende gevallen:

  • De bloeding houdt aan ondanks de bovenstaande maatregelen.
  • Er is sprake van veel bloedverlies met een (vermoeden op) Hb-daling als gevolg.
  • Bij verdenking op een doorgeschoten INR. Dus een INR boven de 3,5.

Baucke van Minnen studeerde geneeskunde in Groningen. In 2001 begon hij aan de studie tandheelkunde in
Groningen. In 2006 promoveerde hij op onderzoek naar de mogelijke toepassingen en het biologisch gedrag van een biodegradeerbaar polyurethaan schuim. De opleiding tot kaakchirurg (2005-2010) volgde hij in het UMCG en het Medisch Centrum Leeuwarden. Na afronden van de opleiding bleef hij als kaakchirurg aan het UMCG verbonden, met als aandachtsgebieden de aangezichtstraumatologie en de implantologie. Sinds 2010 is hij actief in de Vereniging Regiotafel Antistolling Groningen, een samenwerkingsverband tussen de trombosedienst en diverse eerste- en tweedelijns
zorgverleners.

Verslag door Marieke Filius, onderzoekster afdeling kaakchirurgie, UMCG, voor dental INFO van het congres Medische aspecten in de Tandheelkunde’ van de Stichting PAOT-Noord Nederland.

 

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Onderzoek, Scholing, Thema A-Z
Minder dan 3% suiker per dag voor een gezonde mond

Minder dan 3% suiker per dag voor een gezonde mond

Onderzoekers van onder meer de University College van Londen constateren dat, ondanks het gebruik van fluoride tandpasta, minder dan 3% van de ingenomen calorieën uit suiker mag bestaan om het ongemak en de kosten van cariës te beperken. Een uiterst maximum wordt gesteld op 5%.

Zonder suiker zelden cariës
Geraffineerde suiker in voeding of drank is de belangrijkste oorzaak van cariës. Uit onderzoek blijkt dat in landen waar weinig suiker werd geconsumeerd cariës enorm afnam. Bijvoorbeeld in Japan, waar tijdens en kort na de Tweede Wereldoorlog de gemiddelde Japanner slecht 2 ons suiker per jaar gebruikte. Voor en na deze periode was de inname 15 kg per persoon per jaar. Bij deze hoeveelheden komt cariës veel voor. In Nigeria bleek dat bij een inname tot 2 gram suiker per dag er vrijwel geen sprake van cariës was, ook niet bij ouderen. Bij 2% van de mensen was er wel sprake van cariës. In Amerika, waar het gemiddelde dieet veel suiker bevat, heeft 92% van de mensen last van tandbederf.

Suikertax
Cariës is een van de meest voorkomende chronische ziekten in industrialiseerde landen en de meeste lage inkomens landen. De auteurs roepen overheden op voedingsmiddelen met veel suiker te labelen en een suikertax in te voeren om cariës en obesitas te voorkomen. De wereldgezondheidsorganisatie WHO heeft recent haar limiet van 10% van de dagelijkse calorieën van toegevoegde suiker bijgesteld naar 5%. Dat betekent voor volwassenen een reductie van 12 naar 6 theelepels aan toegevoegde suiker en de van nature voorkomende suikers in honing, stroop en vruchtensap.

Bronnen:
BMC Public health 
Dentistry




Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Onderzoek, Thema A-Z
Patient-driven-dentistry

Patient-driven Dentistry: behandel de ziekte, werk samen met de patiënt

De patiënt moet niet teveel leunen op de mondhygiënist maar vooral veel zelf gaan doen, vindt mondhygiënist Lisa Bakker-Ruggieri. Daarom werkt zij vanuit het doel dat ze samen met de patiënt stelt. Een interview over haar werkwijze: Patient-driven Dentistry.

Lisa Bakker-Ruggieri komt oorspronkelijk uit de VS. Ze heeft de tweejarige opleiding aan de VU gevolgd. Waarom mondhygiënist? “Tandheelkunde is een mooi vak! Het biedt je een levenslange leercurve. Mijn uitdaging is een evidence based behandeling aan te bieden die in overeenstemming is met de wens van mijn patiënt. Treat the disease, work with the patient”!

Gezamenlijke doel stellen
“When you know better, you do better.” Daarmee bedoel ik dat je jouw behandelwijze regelmatig onder de loep legt en waar nodig verbetert. Ik neem ook mijn patiënten mee in de ontwikkelingen in de tandheelkunde door voorlichting aan te bieden die up to date is. De kernvraag voor mij is altijd: wat is het doel? Welk doel dient mijn handelen vandaag en welk doel wil ik bereiken in de toekomst? Het is belangrijk dát eerst samen met de patiënt in beeld te brengen. Het verkleint de kans op teleurstelling en vergroot de kans op succes als je sámen een gedeelde streven hebt. De mondhygiënist kan de patiënt hiervan bewust maken. Vaak heeft hij er niet bij stilgestaan. Ik leg uit hoeveel er te halen is uit een behandeling bij de mondhygiënist, en dat we sàmen de mondgezondheid sturen. Dat is voor velen een nieuwe gedachte. Ik streef ernaar me flexibel op te stellen en de patiënt geen doelen op te dringen.

Patient-driven Dentistry
Hoe komt Lisa Bakker aan deze filosofie? “Ik ben me erin gaan verdiepen toen ik merkte dat ik niet verder kwam met mijn patiënten. Ik heb kritisch naar mezelf gekeken. De bahandelkamer is niet de beste plek voor mijn ego! Het is belangrijk dat de patiënt onafhankelijk blijft en dat hij meer vertrouwt op zijn eigen inbreng. De behandeling van de mondhygiënist blijft dan ondersteunend. De patiënt centraal stellen is iets anders dan de patiënt “aan het stuur”. Voor mij een belangrijk verschil. Patient-driven noem ik dat. Hij vertelt mij wat hij nodig heeft en niet andersom. Het is mijn werk om de behandelopties duidelijk uit te leggen. Het draait per slot van rekening niet om de mondhygiënist maar om de patiënt.

Verbinden
Wat levert Patient-driven Dentistry de mondhygiënist of de tandarts op? Als de patiënt de tandarts minder nodig heeft, hoe zit dat dan met rendement? “De kans bestaat dat een patiënt zich onderdeel voelt van de team, en dan voelt hij zich mogelijk ook iets meer verbonden aan de praktijk. Hij of zij wordt een patiënt die zich thuisvoelt in de praktijk en minder “gast”. Een prima basis voor een langdurige vertrouwensrelatie”.

Casus: paroprotocol
Sinds 2012 verdiept Lisa zich in iets wat ‘de parkeerfase’ heet. Deze fase begint als het pad van het paroprotocol wordt afgebroken. Bijvoorbeeld als de conditie van het parodontium vraagt om chirurgie, maar de patiënt wenst dit niet. De patiënt wil wel graag zorg blijven ontvangen van de mondhygiënist, maar de zorgvraag is nu veranderd. Eerst werd er eliminatie van de ontsteking gevraagd en in de parkeerfase verandert dat in vertraging van de ontsteking. Het niet bereiken van het doel van het paroprotocol geeft te denken.

Bakker wil eerst even een stapje terug doen: ‘Goede timing is belangrijk. Daarmee vergroot je de kans dat het protocol zonder onderbreking wordt doorlopen. Volgens Bakker kan er ook zeker te vroeg begonnen worden: ‘Je kunt je patiënt ermee overvallen. Als je het doel niet bereikt, dan ligt het soms aan het startpunt. Bied het niet te vroeg aan, zo progressief is parodontitis vaak niet. Het is goed om eerst samen aan het verbeteren van de zelfzorg te werken en regelmatig de profylaxe uit te voeren. De patiënt groeit ernaar toe en kiest goed voorbereid voor het protocol. Daar nemen we soms een jaar de tijd voor”.
Daar bedoelt ze niet mee dat tandartsen dan maar moeten wachten met verwijzen. Dat moet wèl in een heel vroeg stadium. “De mondhygiënist moet de patiënt wel in een vroege stadium van parodontitis in behandeling krijgen. Het paroprotocol kan, indien nodig, rustig besproken worden. Gun je patiënt de tijd om volledig geïnformeerd te worden, en stap er niet te snel in”.
Eerst moeten alle neuzen dezelfde kant op. Het gezamenlijk doel moet helemaal duidelijk zijn. Vooral het belang van de nazorg moet benoemd worden. Ook de reservebanken zoals antibiotica en chirurgie moeten aan de orde komen. Het is immers een jarenlang protocol, daar moet je niet luchtig over doen. “Blijf altijd dichtbij de kernvraag: wat is het doel?”

Interview door Lieneke Steverink-Jorna voor dental INFO

Lees meer over: Mondhygiëne, Opinie, Thema A-Z

Endodontie dood(t) gewoon

Aan de hand van een casus toont prof.dr. Paul Lambrechts een niet doorsnee behandeling van een cyste. Met behulp van een cone beam CT toonde hij het resultaat van de behandeling.

Verslag van de lezing van prof.dr. Paul Lambrechts tijdens het NVVRT-congres Gewoon over tanden.

Casus keratocyste
De casus betreft een gezonde, jonge man met een gesaneerde dentitie dat na orthodontische behandeling mooi gereguleerd is. Na het maken van een orthopantomagram (OPT) bij controle blijkt linksbovenin de maxilla sprake te zijn van een radiolucentie. De diagnose die wordt gesteld is een keratocyste. Deze komt met name voor bij gezonde personen en heeft een grote kans op recidief, vanwege een dunne cystebekleding. Alle elementen bij deze cyste reageren niet sensibel op de koude test.



Normaal wordt gekozen voor de chirurgische behandeling marsupialisatie, waarmee men een vrije drainage van de cyste-inhoud wordt beoogt. Doordat de cyste een open verbinding heeft met de mondholte kan de cyste zich verkleinen tot een omvang die zich eenvoudiger laat verwijderen. Een vervolgbehandeling zou dan nog kunnen bestaan uit endodontische behandelingen of enucleatie (verwijdering van de gehele cyste).

Cleaning, shaping, desinfectie en 3D sealing
De aanpak van prof.dr. Paul Lambrechts is het uitvoeren van endodontische behandelingen bij alle elementen die niet sensibel reageren. De uitgevoerde behandelingen werden in de presentatie duidelijk gevisualiseerd door onder andere filmopnames met de microscoop. Net als Walter van Driel, is prof. dr. Paul Lambrechts van mening dat alle beschikbare middelen moeten worden ingezet voor een optimale endodontische behandeling. Dus tijd, behandeling onder cofferdam, vergroting met loepbril of microscoop, technologie en expertise. De outcome van een endodontisch behandeling wordt bepaald door de aanwezigheid van bacteriën in de kanalen. Cleaning, shaping, desinfectie en 3D sealing van het wortelkanaal is dan ook de boodschap voor de tandarts.

Paul Lambrechts
Paul Lambrechts studeerde af als tandarts in 1978 aan de Katholieke Universiteit te Leuven, België en behaalde zijn PhD aan dezelfde universiteit in 1983 na grondige studie van composieteigenschappen en hun impact op het klinisch gedrag. Momenteel is hij voltijds Hoogleraar aan het Departement Tandheelkunde van de K.U.Leuven en is tevens Afdelingshoofd van de afdeling Conserverende Tandheelkunde. Hij is ook verantwoordelijk voor de specialisatie opleiding Endodontie en tevens medeverantwoordelijk voor de specialisatie opleiding Restauratieve Tandheelkunde. Hij maakt deel uit van de BIOMAT Research cluster waar het onderzoek is geconcentreerd. Bovendien is hij Programmadirecteur van de Permanente Onderwijscommissie Tandheelkunde. Hij onderwijst de cariologie, de orale aspecten van voeding, en de endodontie. 2/10 van zijn tijd besteedt hij aan het preklinisch en klinisch onderwijs van de conserverende tandheelkunde. 4/10 van zijn tijd is hij als clinicus actief in het Universitair Ziekenhuis in het domein van de esthetische en restauratieve tandheelkunde en de endodontie. De andere 4/10 wordt besteedt aan onderzoek in endodontie, tandheelkundige materialen en biomaterialen. Hij legt zich vooral toe op 3D-laserprofiling van klinische slijtagefenomenen en bio-tribocorrosie. Hij ontwikkelde tevens een concept van minimaal invasief endodontisch onderzoek naar nieuwe wortelkanaal preparatie- en vultechnieken waarbij gebruik gemaakt wordt van 3D-Xray-Micro-CT-scanning, Cone beam CT en Environmental SEM. De (PAD) Photodynamic Laser Activated Disinfection techniek is één van de nieuwe onderzoeksuitdagingen in de groep. Externe cervicale resorptie is één van zijn interesse foci.


Verslag door Joanne de Roos voor dental INFO van het NVVRT-congres Gewoon over tanden

Lees meer over: Casus, Congresverslagen, Endodontie, Kennis, Thema A-Z

Slechts helft Nieuw-Zeelanders bezoekt tandarts

Uit een recente poll van UMR Research is gebleken dat slechts de helft van de Nieuw-Zeelanders het afgelopen jaar de tandarts heeft bezocht. De hoge kosten zijn voor veel Nieuw-Zeelanders reden om tandartsbezoek uit te stellen.

Waarschuwing bij wegblijven
Het wegblijven bij de mondzorgprofessional zal echter zorgen voor de nodige tand- en mondproblemen met daarbij nog veel hogere kosten, zo zegt dr. Crum van Dental Association.

Overheid in actie
Dr. Crum benadrukt daarnaast dat de overheid zich moet richten op de mondzorg van ouderen en de mensen met een lager inkomen. Het gegeven dat men steeds ouder wordt, maakt dat de aandacht voor het gebit steeds meer van belang is.

Bekostiging als obstakel
Om aandacht aan het gebit te kunnen geven, zijn echter wel financiële middelen nodig. Bijna de helft van de Nieuw-Zeelanders ontbeert helaas de middelen om mondzorg te bekostigen.

Julie Chapman van KidsCan is een initiatief gestart om 500 ouders hulp te bieden die geen financiële mogelijkheden zien om met hun kinderen naar de tandarts te gaan. Deze ouders kunnen nu kosteloos naar de tandarts met hun kind.

Bron:
NZ Herald 


Lees meer over: Markttrends, Thema A-Z

Implantoloog Staas: durf tijdig te extraheren

Na het verwijderen van een gebitselement kan ervoor gekozen worden direct een implantaat te plaatsen in de extractiealveole: immediaat implanteren. Vaak worden veel behandelingen uitgevoerd om een frontelement met apicale en parodontale problematiek te kunnen behouden. Directe tandvervanging blijkt een voorspelbare behandelprocedure. Implantoloog Tristan Staas vindt dat extraheren van een gebitselement vaker overwogen moet worden om botverlies veroorzaakt door een ontsteking te voorkomen.

Ridge preservation
Wanneer een patiënt het diasteem opgevuld wil hebben door middel van een kroon op implantaat is het belangrijk om het botvolume na extractie van het gebitselement te behouden (ridge preservation). Een atraumatische extractie is dan essentieel voor botbehoud in horizontale en verticale dimensie. In de eerste drie maanden na extractie vindt het grootste deel van botresorptie plaatst (Tan et al. 2012). Staas benadrukt het belang van tijdig verwijzen van patiënten en niet extraheren zonder behandelplan.

Het gebruik van CBCT is erg nuttig bij diagnostiek en om inzicht te krijgen in biologische en anatomische verhoudingen voor een voorspelbare behandelplanning. Wat er aan de buitenkant mooi uitziet, kan er aan de binnenkant heel anders uitzien. Persisterende pijnklachten na een endodontische behandeling kan een indicatie zijn om een CBCT te maken.

Positie van het implantaat
Buccale retractie van de gingiva ontstaat niet door immediaat implanteren, maar door de positie van het implantaat. De positie van de tand is anders dan de positie van een implantaat, een implantaat dient meer naar palatinaal geplaatst te worden. Idealiter is de buccale bot lamel bij het implantaat 2 mm. Uit de wetenschap blijkt dat bij voldoende botvolume er voldoende soft tissue zal zijn.

Situaties waarbij immediaat implanteren (nog) niet mogelijk is:

  • Patiënt is te jong
  • Parodontaal (Pg bacterie)
  • Prognose buurelementen
  • Financieel

Een ontsteking is geen contra-indicatie voor immediate implantologie (Lindeboom et al. 2006). Immediaat implanteren in combinatie met ridge preservation verdient de voorkeur. Overleving van immediaat geplaatste implantaten is vergelijkbaar met delayed (6 maanden na extractie) of early (2 maanden na extractie) geplaatste implantaten, met een mogelijk beter esthetisch resultaat.

Immediaat implanteren kan een voorspelbare, duurzame en weinig belastende oplossing zijn om een verloren gebitselement te vervangen. Een goede timing is een voorwaarde voor succes, naast een goede indicatie, diagnostiek, 3D benadering en procedure. De boodschap van Staas is: durf tijdig te extraheren.

Redenen voor immediaat implanteren:

  • Minder kosten
  • Minder chirurgische interventies
  • Minder behandeltijd
  • Beter eindresultaat

Tristan Staas is als tandarts in 1988 afgestudeerd aan de Universiteit van Utrecht, hij is mede oprichter en -eigenaar van Staas & Bergmans. Tristan houdt zich in de praktijk met name bezig met implantologie, en is in het bijzonder geïnteresseerd in immediate replacement (het direct vervangen van verloren tanden en kiezen door implantaten) in de esthetische zone. Naast zijn werk bij Staas & Bergmans is Tristan werkzaam bij de Tandartsengroepspraktijk Zaltbommel, geeft hij training aan tandartsen en implantologen in immediate implantologie en geeft hij lezingen in zowel binnen- als buitenland. Tristan is lid van de NVOI (Nederlandse Vereniging voor Orale Implantologie), BIN(Belangenvereniging Implantologie Nederland) en de NobelBiocare Advisory Board

Verslag door Joanne de Roos, tandarts, van het congres De endodontische misser van de NVvE.

Lees meer over: Congresverslagen, Implantologie, Kennis, Thema A-Z
Aantal wanbetalers in de zorg blijft stijgen

Aantal wanbetalers in de zorg blijft stijgen

Het aantal wanbetalers in de zorg steeg dit jaar tot ruim 328.000, een stijging van 12.500 vergeleken met vorig jaar.
Dit blijkt uit een rapport van de Verzekerdenmonitor 2014, zoals aangeboden aan de Tweede Kamer.

Het Zorginstituut verwacht dat er eind van dit jaar 340.000 wanbetalers zullen zijn. Dit schrijft minister Schippers in een brief aan de Kamer. Als deze trend zich werkelijk doorzet, stijgt het aantal wanbetalers met 7,6% in vergelijking met vorig jaar.

Hoe langer mensen in een wanbetalingsregeling zitten, hoe lastiger het blijkt te zijn om daar zelfstandig uit te komen. Het rapport laat zien dat 45% van de wanbetalers onder de 35 jaar al twee jaar of langer in de wanbetalingsregeling zit.

Naast deze stijging lukt het ook in steeds meer gevallen om tot een betalingsregeling te komen. Afgelopen jaar deden schuldhulpverleners voor 9.000 mensen een betalingsvoorstel aan schuldeisers, waardoor deze mensen hun schuld kwijt raakten.

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen

Website www.verspillingindezorg.nl uitgebreid

De website verspillingindezorg.nl is uitgebreid met voorbeelden, naast de meldingen over verspilling die gedaan kunnen worden.
De bezoeker ziet nu ook wat er met de meldingen gebeurt, de gekozen aanpak en de deelnemende organisaties, meldt Zorgverzekeraars Nederland.

Programma Aanpak verspilling in de zorg
Meer dan veertig partijen in de zorg werken aan het programma Aanpak verspilling in de zorg, op initiatief van minister Schippers van VWS. Het project bestaat uit drie onderdelen: genees- en hulpmiddelen, langdurige zorg en curatieve zorg. De inzet van het programma is zorg op maat, minder weggooien, slim organiseren, samenwerken en de patiënt centraal stellen.
Het landelijk Meldpunt Verspilling in de zorg bestaat sinds 2013.

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z