Conflict biedt kansen voor de praktijk

Een maatschap kan flink opknappen van een goed opgelost conflict. Een uitgebreide woordenwisseling of discussie is prima, maar probeer schade voor te zijn. Ruzie maken mag dus, al moet men schade voor blijven. Kennis over conflicten en training op het gebied van conflicthantering kan u hierbij helpen. Verslag van de lezing van Hester van Sambeek-Larik tijdens het NVvK en VBTGG congres.

Bij een conflict is ten minste een van de partijen geïrriteerd. Voorbeelden van irritaties op de werkvloer zijn er genoeg. “Een van de assistenten gaat altijd eerder weg om haar kinderen op te halen.” “Ik ben altijd de klos als er een cadeau voor een collega gekocht moet worden.” “Wij hebben een meningsverschil over het schoonmaken.”

Opstapelen
Bij een conflict stapelen de irritaties zich op. Men gaat zich steeds meer ergeren aan een bepaald persoon. Op een gegeven moment ergert men zich al aan de manier waarop iemand even aan zijn hoofd krabt. Collega’s kunnen gaan zoeken naar bondgenoten en vormen een coalitie. Het wordt met zijn allen tegen een en heldere communicatie is ver te zoeken.

Volgens organisatiepsycholoog en voormalig mondhygienist, Hester van Sambeek-Larik zijn het vaak niet de woorden zelf die een conflict doen ontstaan, maar de manier hoe deze woorden worden opgevat door de andere partij. De manier van interpreteren, de ondertiteling van deze woorden. Kennis over conflicten en hoe ermee om te gaan, helpt om een open communicatie aan te gaan. Op deze manier zou een conflict tot helderheid kunnen leiden en zelf kansen bieden voor de praktijk

Denk niet voor de ander
Conflicten ontstaan in uw hoofd. Er hoeft geen tegenstelling te zijn, het gaat om een psychologische realiteit: uw eigen waarheid/gevoel. Iedereen reageert anders op uw handelen. Wat u wil of vindt, is nog niet wat de ander wil en vindt. Ook wat u wilt overbrengen, kan een ander totaal anders opvatten. Iedereen denkt vanuit zijn eigen referentiekader (zijn rugzak). Slechts twintig procent van de interpretaties blijkt te kloppen. Denk dus niet voor de ander, maar vraag hem of haar naar het waarom. Sta open voor de ander, geef de ander ruimte om zijn of haar verhaal te doen. Kap het niet af, maar luister eens naar wat de ander echt beweegt.

Escalatieladder
De eerste fase in een dreigend conflict is de rationele fase. Beide partijen zijn zich bewust van spanning en gaan er beheerst mee om; er zijn irritaties, maar er wordt gestreefd naar samenwerking. Als men op de goede manier met elkaar communiceert in deze fase kan een win-win situatie worden gecreëerd: iedereen wordt er beter van, de koek wordt vergroot.

Echter als er niet op de juiste manier gecommuniceerd wordt, dan is de kans groot dat de tweede fase op de ladder bereikt wordt. De tweede fase is de emotionele fase waar er een win-lose situatie ontstaat: niet-zakelijke irritaties nemen de overhand, er is sprake van een sociaal-emotioneel conflict, winnen of verliezen is de kernvraag geworden.

Als in bovengaande fase geen constructieve oplossingen aan de orde komen, dan leidt dit tot de strijdfase; een lose-lose situatie. Hevige confrontaties worden niet vermeden; men behandelt elkaar niet meer als personen. De ander moet kapot! U staat rug tegen rug en wil alleen maar uw gelijk halen. In deze fase zal het erg lastig worden om er nog uit te komen, een externe partij (een mediator) zal vaak ingeschakeld worden om het tij te keren.

Deze ladder is een voorbeeld van hoe conflicten kunnen escaleren. Het mooie ervan is, dat men ook terug kan op deze trap. Door op de juiste manier te handelen, proberen het probleem op te lossen, open te staan voor de ander. Een stapje hoger op de ladder gaat helaas gemakkelijker dan een stapje terug, maar het is zeker mogelijk.

Conflicthanteringstijlen
Er worden over het algemeen vijf conflicthanteringsstijlen gebruikt:

  • Forceren
  • Vermijden
  • Toegeven
  • Compromis zoeken
  • Probleem oplossen / onderhandelen

Iedere stijl is in principe goed, al zal de ene stijl beter werken dan de andere, dit wordt contextafhankelijk genoemd. Hoe je het conflict wilt insteken is belangrijk, ga je voor de relatie of voor de inhoud, of juist voor beiden. Vanuit daar kan je een stijl kiezen. Echter het blijkt in de praktijk zeer moeilijk om je alle stijlen eigen te maken. Ieder heeft zo zijn voorkeuren waarin hij snel vervalt. Om alle stijlen onder de knie te krijgen is vaak training nodig.

Red de communicatie
Communiceren is zo dicht mogelijk langs elkaar heen praten. Het is moeilijk de ander te begrijpen en ervoor te zorgen dat u begrepen wordt. U en de ander moeten schakelen tussen de inhoud van de boodschap, de procedure (de regeltjes) en het proces (de sfeer). Die laatste pijler is het lastigst, om dat dit gepaard gaat met emoties.

Mocht u een conflict ervaren dan zijn er een aantal handvatten die gebruikt kunnen worden om hiermee om te gaan:

  • Open staan voor de ander
  • Nadenken over eigen inbreng/ invloed binnen het conflict, zelfreflectie
  • Feedback geven en ontvangen
  • Echt Luisteren, samenvatten en doorvragen

Dit zijn echter een paar van de mogelijkheden, maar ermee werken blijft lastig. Met name omdat het altijd gepaard gaat met emoties en als mondzorgprofessional weten we als geen ander dat theorie en praktijk nog wel eens van elkaar kunnen verschillen. Een training op het gebeid van conflicthantering geeft een helder inzicht in het eigen handelen.

“Communiceren is hard werken”, stelt Van Sambeek-Larik. “Maar als er ergens een wil is om het op te lossen, dan is het mogelijk om tot mooie resultaten te komen.”

Hester van Sambeek-Larik is freelance trainer en coach op het gebied van assertiviteit, communicatie en conflictmanagement. Ze voltooide haar opleiding Mondhygiëne in 1999, waarna ze docent werd op de opleiding Mondhygiëne aan de Hogeschool Arnhem en Nijmegen. In 2001 ronde ze haar HGZO docentenopleiding af aan de VU in Amsterdam en in 2006 studeerde ze af als MSc in de organisatiepsychologie. In 2007 begon haar carrière als gedragstrainer, in 2008 rondde ze haar opleiding tot mediator af.

Door: Lieneke Steverink-Jorna
Bron: Verslag door dental INFO van het voorjaarscongres ‘Conflict: distantiëren of confronteren?’ van de NVvK en VBTGG.

Bekijk de video over het geven van feedback 

Lees meer over: Management, Ondernemen
Tuchtrechtelijke uitspraken mondzorg

Tuchtrechtelijke uitspraken mondzorg april 2013

Soms is de scheidslijn dun. Wat is wel en niet geoorloofd? Bekijk de uitspraken van het Centraal Tuchtcollege en de regionale Tuchtcolleges van april 2013.

Tandarts mag weigeren kroon te verwijderen
Uitspraak 23 april 2013, Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg

Klaagster verscheen bij de tandarts met moeilijk te verklaren pijnklachten. De tandarts heeft kronen geplaatst, maar de klachten bleven aanhouden waarna klaagster – na door meerdere specialisten te zijn behandeld – de tandarts verzocht de kronen weer te verwijderen. De tandarts heeft dit geweigerd en klaagster verliet uiteindelijk de praktijk. De klachten (te weinig onderzoek en te snel en verkeerd ingrijpen) zijn door het college ongegrond verklaard, omdat de tandarts juist door het inschakelen van diverse specialisten zorgvuldig had gehandeld.

Trekken kies, na verzoek patiënt, blijkt niet onnodig
Uitspraak 23 april 2013, Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg

Klaagster heeft na plaatsing van meerdere kronen pijn. Nadat zij verschillende wortelkanaalbehandelingen heeft ondergaan blijven de klachten bestaan. Uiteindelijk heeft de tandarts (volgens klaagster nodeloos) kies 16 getrokken, ondanks dat er sprake was van neuralgie bij klaagster. Volgens het college heeft de tandarts de wortelkanaalbehandeling naar behoren uitgevoerd waarna hij klaagster heeft doorgestuurd naar diverse specialisten. Volgens de tandarts stond juist klaagster erop om kies 16 te laten trekken. Nu beide verklaringen (van tandarts en klaagster) elkaar tegenspreken, oordeelde de tuchtrechter dat het tuchtrechtelijk niet verwijtbaar is om een dergelijke wens tot extractie te honoreren. Dit maakte de extractie op voorhand niet onnodig. Het college verwerpt daarom het beroep.

Langzame behandeling niet klachtwaardig
Uitspraak 23 april 2013, Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg

Wegens aanhoudende pijnklachten, werd klaagster na verwijzing van haar tandarts door een KNO-arts en een neuroloog gezien. Beide artsen konden geen oorzaak voor de pijn ontdekken. Uiteindelijk heeft de tandarts klaagster een opbeetplaatje gegeven. Klaagster verwijt de tandarts dat hij weinig betrokken was en onvoldoende naar klaagster luisterde. Het tuchtcollege oordeelde dat de tandarts met meer aandacht voor snelheid klaagster had kunnen behandelen, maar dat die enkele gedraging geen tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen oplevert.

Door:
Sebastiaan van der Leer – Köster Advocaten N.V

 

Lees meer over: Actueel, Ondernemen, Thema A-Z, Tuchtrecht, Wet- en regelgeving

IGZ checklist en tips om terugvallen kwaliteitsniveau te voorkomen

Praktijken investeren tijd en geld om te voldoen aan de IGZ eisen. Bekijk de tips om te voorkomen dat uw praktijk weer naar het oude niveau terugvalt. Met IGZ checklist.

Het is voor een tandarts vaak een hele inspanning om naast alle patiëntbehandelingen de praktijk op orde te brengen en te voldoen aan alle IGZ eisen. Hieronder geef ik een overzicht en tevens checklist weer, wat een handig hulpmiddel is voor tandartsen die nog stoeien met het op orde krijgen van het papierwerk. Uit ervaring blijkt dat praktijken regelmatig enige tijd na het op orde brengen van de praktijkorganisatie om te voldoen aan de IGZ eisen weer terugvallen naar hun oude niveau. Interne afspraken verwateren, aftekenlijsten worden niet meer ingevuld, het bewustzijn daalt en protocollen worden niet bijgewerkt. Voorbeelden die ertoe leiden dat het kwaliteitsniveau van. de IGZ eisen weer terugzakt. In het tweede deel van dit artikel worden tips gegeven dit te voorkomen.

IGZ checklist
Voor het op orde brengen van de praktijkdocumentatie adviseer ik toe te werken naar vijf verschillende mappen, te weten een protocollenmap, een logboek, een onderhoudsmap, een personeelsmap en het KEW-dossier.

1. Protocollenmap

  • Behandelprotocollen – gericht op alle (risicovolle en gedelegeerde) behandelingen
  • Hygiëne protocollen – vertaling van de WIP-richtlijn naar de praktijksituatie
  • Werkinstructies – zoals de verzameling handleidingen van alle apparatuur

2. Logboek
Het logboek wordt gebruikt om diverse handelingen en metingen aan te tonen, zoals:

  • Resultaten Helix-test (bijvoorbeeld dagelijks uit te voeren)
  • Resultaten vacuümtest (bijvoorbeeld wekelijks uit te voeren)
  • Printgegevens van de sterilisator
  • Maar ook een aftekenlijst voor de (maandelijkse) voorraadcontrole op de houdbaarheid van producten en steriele verpakte instrumenten

3. Onderhoudsmap
In deze map worden alle uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden bewaard. Voor de volledigheid adviseer ik een onderhoudsagenda op te stellen, zodat onderhoudswerkzaamheden niet worden vergeten.

4. Personeelsmap
Per medewerker dient informatie verzameld en gearchiveerd te worden (voor zover van toepassing), zoals:

  • Titer bepaling Hepatitis B (zie de NMT Vaccinatie en besmettingswijzer hoe te handelen bij een titerwaarde tussen de 10 en 99 IE/L.)
  • Diploma’s
  • EHBO / BHV certificaat
  • BIG registratie
  • Stralingsdeskundigheid certificaat 5A/M
  • Taakdelegatie voorbehouden handelingen (indien handelingen worden gedelegeerd)
  • Kopie identiteitsbewijs
  • VAR WUO verklaring
  • NMT/ANT lidmaatschap
  • KRT lidmaatschap

5. KEW-dossier
Het KEW-dossier in de praktijk bevat vaak al wel de vereiste documentatie rondom aanmelding van de toestellen en de risico inventarisatie. Aanvullend dient u erop te letten ook de volgende informatie in het KEW-dossier op te nemen, aangezien dit vaak wordt vergeten:

  • Protocol voor het maken van intra- en extra orale opnamen
  • Bewijs dat medewerkers (aan wie het maken van röntgen opnamen wordt gedelegeerd) bekwaam zijn d.m.v. een gevolgde cursus of training
  • Aftekenlijst dat medewerkers instructie hebben ontvangen voor het maken van röntgen opnamen en dat zij zich bekwaam achten tot het maken van opnamen

Tips voorkomen inzakken kwaliteitsniveau
Nadat de praktijk een grote inspanning heeft verricht haar praktijkdocumentatie op orde te brengen, is de ervaring dat hier vervolgens weinig tot geen aandacht aan wordt besteed. Met als gevolg dat het bewustzijn en de betrokkenheid bij het team daalt en de naleving van alle gemaakte afspraken langzaam inzakt. Oorzaken hiervoor zijn vaak:

  • Ontbreken van overzicht van de periodieke (dagelijkse, maandelijkse, jaarlijkse) taken
  • Geen (goede) delegatie van taken aan het team waardoor het te veel werk wordt voor één persoon
  • Gebrek aan overleg en communicatie

Om deze situatie te voorkomen dient het naleven van de afspraken continu onder de aandacht te blijven van tandarts(en) en het team, zodat het bewustzijn hoog blijft. Hieronder vier tips hoe dit te bewerkstelligen.

1. Stel een jaarplanning op met alle terugkerende taken
Maak via een jaarplanning inzichtelijk welke taken per maand uitgevoerd moeten worden. Bijvoorbeeld wanneer onderhoud dient te worden uitgevoerd op apparatuur of wanneer het kwaliteitsjaarverslag opgesteld moet worden. Bekijk dit overzicht altijd op de eerste werkdag van de maand en zorg voor een signaal functie op het moment dat de taak wordt vergeten. Bijvoorbeeld via een herinnering in Outlook of digitale agenda.

2. Delegeer taken aan het team en bespreek dit regelmatig
Betrek medewerkers bij het uitvoeren van de diverse taken, zodat zij zich verantwoordelijk gaan voelen. Doe dit alleen na een goede uitleg over wat exact van hen wordt gevraagd. En voer hier controle op uit, zodat de medewerker ook merkt dat haar taak belangrijk is en je als praktijkhouder of praktijkmanager controle houdt.

3. Stel een inwerkprogramma op
Met de komst van nieuwe medewerkers is het belangrijk dat afspraken en werkwijzen goed worden overgedragen. Stel een inwerkprogramma (/ checklist) op met zaken die de nieuwe medewerker in zijn of haar eerste werkweken moet doorlezen of waarover hij of zij ingelicht moet worden. Denk aan zaken als het doorlezen van de protocollen, werkwijze in de sterilisatieruimte en paraferen van aftekenlijsten.

4. Open communicatie op regelmatige basis
Zorg ervoor dat het bewustzijn hoog blijft. Dit kan bereikt worden door deze onderwerpen regelmatig terug te laten komen in het team overleg. Maar ook door de jaarplanning zichtbaar in de praktijk op te hangen. Een goed hulpmiddel is het spel met de Kwaliteitskaarten.

Door: Sjoerd Kuiken, Kuiken Praktijkmanagement
Kuiken Praktijkmanagement toetst, adviseert en begeleidt praktijken op het gebied van kwaliteitsystemen (HKZ / ISO), wet- en regelgeving en het verbeteren van de praktijkvoering. 

Lees meer over: Ondernemen, Praktijkhygiëne, Thema A-Z, Wet- en regelgeving

Wettelijk minimumloon stijgt per 1 juli 2013

Per 1 juli aanstaande stijgen de brutobedragen van het wettelijk minimumloon en het minimumjeugdloon.

Het wettelijk brutominimumloon (WML) voor werknemers van 23 jaar en ouder bij een volledig dienstverband wordt per 1 juli 2013
€ 1.477,80 per maand (was € 1469.40);
€ 341,05 per week (was € 339,10);
€ 68,21 per dag (was € 67.82).

Bron:
Rijksoverheid

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Wat maakt een tandartsbezoek goed en wat juist niet?

Gedragsonderzoek laat zien dat meer dan 50% van de patiënten die klagen, of zelfs een rechtszaak aanspannen, dit doen omdat zij hun mondzorgprofessional, of collega’s hiervan, persoonlijk niet prettig vinden. Dit meldt Dentistry over het onderzoek van Mangels.

Vreemd? Zeker niet. Patiënten kunnen de kwaliteit van het plaatsen van een kroon of een extractie immers niet inschatten en moeten op hun eigen gevoel vertrouwen bij de beoordeling van hun mondzorgprofessional.

Pijlers
De belangrijkste pijlers waarop een patiënt een praktijk beoordeeld zijn volgens onderzoek van het Britse Department of Health:

  • Tijd
    Als de tandarts gehaast is, krijgt de patiënt het gevoel dat de behandeling overhaast wordt gedaan. Ook slordigheden en inflexibiliteit bij het maken van afspraken, waardoor de patiënt de afspraak niet goed in zijn werkdag kan plannen, geven een negatieve prikkel.
  • Communicatie
    Gebrek aan communicatie over behandelmogelijkheden. De patiënt is dan vaak meteen op z’n hoede en krijgt minder vertrouwen in de mondzorgprofessional.
  • Ontbreken van ‘soft values’
    Voorbeelden:
    De beleving dat de wachtkamer altijd overvol is. Of erg gehorig, waardoor je het boren hoort.
  • Tarieven
    Duidelijke patiënteninformatie over de kosten van de behandeling.

Hoe houdt u uw patiënt tevreden?
Er zijn vijf elementen die meespelen bij de beoordeling van een mondzorgprofessional door zijn patiënt.

  • Tijd
    De meeste patiënten zijn tevreden als er al enkele minuten naar hen geluisterd wordt.
  • Bejegening aan de stoel
    Patiënten willen ‘prettig’ aangesproken en op hun gemak gesteld worden.
  • Mogelijkheden
    Patiënten waarderen het als de voor- en nadelen van de behandelmogelijkheden goed besproken worden, inclusief de kosten. Ze willen betrokken worden bij de keuze van de juiste behandeling en niet het gevoel krijgen dat de tandarts alleen beslist.
  • Goede service
    Herinnering aan afspraken en gemakkelijk een nieuwe afspraak kunnen maken, worden erg gewaardeerd door patiënten. Ook vriendelijke en relaxte praktijkmedewerkers, een schone receptie en het gevoel ‘op je gemak’ te zijn in de praktijk spelen een grote rol bij de patiëntwaardering. Maar ook het gebruik van de voornaam van de patiënt, het hebben van moderne apparatuur en voorlichtingsmaterialen is van belang.
  • Tarieven
    Goede uitleg over de verschillende kosten van de behandeling is belangrijk voor krijgen van een goede beoordeling van uw patiënt.

Mei 2013

Lees meer over: Communicatie, Communicatie patiënt, Kennis, Ondernemen

No show Spaarne ziekenhuis 40 procent gedaald

Het Spaarne Ziekenhuis voert een nieuw no showbeleid in na een succesvolle proef waarbij het aantal no shows afnam met 30 tot 40 procent, meldt Skipr.

Het no-show beleid heeft als elementen:

  • Patiënten die zonder afmelding niet verschijnen op een afspraak, ontvangen een factuur van 45 euro.
  • Patiënten krijgen 48 uur van tevoren een sms ter herinnering aan de afspraak.
  • De afspraak kan tot 24 uur van tevoren worden afgezegd.

In 2011 waren er in het Spaarne Ziekenhuis 18.000 patiënten die wegbleven bij een afspraak. Volgens het ziekenhuis past een goed no showbeleid bij de plannen van ministers Schippers om het kostenbewustzijn in de zorg te verhogen. Patiënten waardeerden de herinnerings-sms, gaf het Spaarne aan.

Bron:
Skipr
 

Lees meer over: Communicatie, Ondernemen

Boekbespreking: Tips voor het krijgen van loyale patiënten

Fred Lee beschrijft in zijn boek ‘’Als Disney de baas was in uw ziekenhuis” de aanpak die het beste in zorgpersoneel naar boven brengt en erin resulteert dat patiënten een zo positief mogelijke ervaring hebben. Ondanks dat het boek is geschreven vanuit de ervaring binnen een ziekenhuis, is het ook zeer geschikt voor zorgverleners in de mondzorg.

‘Onze manier is de enige manier’
In het boek benadrukt de schrijver constant weer het belang om als zorgverlener vanuit het perspectief van de patiënt te kijken. Ook tandartsen, mondhygiënisten en assistenten zijn erbij gebaat om te denken vanuit de wensen, behoeften en verwachtingen van de patiënt. En daarmee af te stappen van een aanpak als ‘onze manier is de enige manier’. De wensen, behoeften en verwachtingen van de patiënt zijn een resultaat van elke willekeurige ervaring van die patiënt bij willekeurige andere bedrijven. En daar komt Disney om de hoek kijken. Patiënten zullen de vorm van zorgverlening refereren aan de gastvrije en hartelijke ontvangst die ze hebben gehad in bijvoorbeeld Eurodisney. Patiënten beoordelen hun ervaring op grond van de manier waarop ze als persoon zijn behandeld, en niet die waarop hun pijn of ziekte is behandeld.

Perceptie van de patiënt
De perceptie van de patiënt is waar het vooral om gaat, omdat hij of zij de kwaliteit beoordeelt op basis van zijn of haar perceptie. En hoe kun je de perceptie van de patiënt positief beïnvloeden? Indrukken worden altijd gecreëerd door mensen in individuele contacten, dus gaat het vooral om wat er tegen patiënten wordt gezegd of juist niet wordt gezegd (zie tip 1 en 2). Daarnaast geldt dat hetgeen waarover het meest geklaagd wordt in praktijken, niet hetgeen is wat de perceptie van de patiënt bepaalt. Zo is gebleken, dat patiënten niet over de houding van zorgverleners klagen, zelfs niet als er expliciet naar gevraagd wordt (zie tip 3).

Bewogenheid creëert loyaliteit
Het kweken van loyaliteit onder patiënten kan binnen de zorg alleen via de persoonlijke ervaring van de patiënt. In de meeste gevallen ontstaat loyaliteit omdat de patiënt voelt dat er op een meelevende manier met hem of haar wordt omgegaan. Loyaliteit is te danken aan meer dan hoffelijkheid alleen. Scripts standaardiseren hoffelijk gedrag, maar bewogenheid is iets wat spontaan tot uiting komt (zie tip 4). Zie de praktijk dan ook niet als dienstverlenend, maar verleg het accent naar de beleving van de patiënt.

Vier tips
De volgende tips zijn de stappen die een praktijk kan doorlopen voor een betere perceptie door de patiënt:

  1. Definieer waarheidsmomenten
    Definieer belangrijke contactmomenten in de praktijk en beschrijf de houding die uw medewerkers moeten aannemen. Neem hierbij de aardigste mensen in een dienstverlenende functie – in ongeacht welke organisatie – als uitgangspunt. “Iedereen met wie je wordt vergeleken is je concurrent.”. Zo is de rol van de baliemedewerker gericht op een goede eerste indruk voor de patiënt.
  2. Stel eisen aan wat medewerkers tegen patiënten zeggen
    Bijvoorbeeld: “Passeer nooit een patiënt zonder gedag te zeggen” of “Vraag elke patiënt hoe het met hem of haar gaat.”
  3. Richt je niet op datgene waarover geklaagd wordt door patiënten
    Richt je op de dingen die de hoogste correlatie hebben met de algehele patiënttevredenheid, zoals opgewektheid, invoelend vermogen en samenwerking in het team.
  4. Geef medewerkers de ruimte en de verantwoordelijkheid om de verwachtingen van patiënten te overtreffen
    Dit betekent doorgaans iets doen of zeggen waaruit de oprechte belangstelling voor de gemoedstoestand van de patiënt blijkt en wat doorgaans buiten standaard scripts of procedures valt. Een voorbeeld is om een flauwgevallen patiënt door een medewerker naar huis te laten brengen.

Boek: “Als Disney de baas was in uw ziekenhuis. 9½ dingen die u anders zou doen.”, Fred Lee. Reed Business
Het boek is hier te vinden

Door: Sjoerd Kuiken. Kuiken Praktijkmanagement toetst, adviseert en begeleidt praktijken op het gebied van kwaliteitsystemen (HKZ / ISO), wet- en regelgeving en patiëntgerichte zorg. kuikenpraktijkmanagement.nl

 

 

Apr 2013

Lees meer over: Communicatie, Management, Ondernemen, Personeel

Tuchtrechtelijke uitspraken mondzorg maart 2013

Soms is de scheidslijn dun. Wat is wel en niet geoorloofd? Bekijk de uitspraken van het Centraal Tuchtcollege en de regionale Tuchtcolleges van maart 2013.

Kaakchirurg geschorst voor relatie met patiënte
Uitspraak 26 maart 2013 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam

De kaakchirurg had tijdens en na de behandeling van de patiënte een (seksuele) relatie met haar. Nadat de relatie was beëindigd deed de patiënte een melding bij de Inspectie voor de Volksgezondheid welke een onderzoek instelde en uiteindelijk een klacht tegen de kaakchirurg indiende. Het Tuchtcollege oordeelde dat de regelgeving op dit punt – waaronder de IGZ Brochure ‘Het mag niet, het mag nooit: seksuele intimidatie door hulpverleners in de gezondheidszorg’ – voorschrijft dat de hulpverlener die een (seksuele) relatie met een patiënt wenst aan te gaan, een expliciet en volledig einde moet maken aan ieder optreden als behandelaar jegens de betreffende patiënt en de behandeling zorgvuldig moet overdragen aan een collega. Dit om onaanvaardbare vermenging van de behandelrelatie en de affectieve relatie te voorkomen. Vervolgens dient de hulpverlener de ex-patiënt voldoende tijd en gelegenheid te geven om uit vrije wil een relatie aan te gaan. Deze periode dient zeker een paar weken te duren zodat geen sprake meer is van een (afhankelijke) patiënt-zorgverlener relatie. Omdat de arts geen afstand had genomen werd hij voor de duur van een maand geschorst. Bekijk hier de uitspraak.

Tandarts tijdens proeftijd weer in de fout
Uitspraak 26 maart 2013 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg

De tandarts is bij eerdere beslissing de voorwaardelijke maatregel opgelegd van schorsing voor de duur van 6 maanden, met een proeftijd van twee jaar. Binnen deze twee jaren neemt een patiënte van 81 jaar in het weekend contact op met de tandarts die dat weekend dienst heeft. Ondanks het feit dat de tanden scheef zijn komen te staan en de bloedig niet is gestold wordt mevrouw niet ontvangen op de praktijk. Het Tuchtcollege acht dit een schending van de zorgvuldigheidsplicht die op de tandarts rust. Daarmee is de eerdere voorwaarde in vervulling gegaan en besluit zij de tandarts te schorsen voor de duur van zes maanden. Bekijk hier de uitspraak.

Foto’s die niet direct worden ontwikkeld leveren soms te laat informatie op
Uitspraak 5 maart 2013 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg

De tandarts krijgt klager op consult met pijnklachten aan de 26. In reactie op de pijnklachten maakt de tandarts een foto die niet ter plaatse ontwikkeld kan worden. Het Tuchtcollege oordeelt dat alleen het maken van foto op dat moment onvoldoende was, zeker nu de gemaakte foto niet ter plaatse kon worden ontwikkeld zodat de foto op dat moment geen informatie kon opleveren. Voor latere consulten geldt dat de tandarts eveneens te weinig onderzoek heeft verricht. Het Tuchtcollege legt de maatregel van een waarschuwing op. Bekijk hier de uitspraak.

Onvoldoende resultaat bij bleken voortand niet klachtwaardig
Uitspraak 11 maart 2013Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Eindhoven

Klager verwijt de tandarts dat hij ten onrechte heeft geadviseerd de tand te laten bleken, dat de tand niet bleek genoeg werd en dat er een fistel is ontstaan. Het Tuchtcollege wijst de klacht volledig af en merkt daarbij op dat de tandarts heeft gehandeld als een redelijk bekwaam arts waarbij geldt dat het bleken van de tand een inspanningsverplichting betreft, zodat het niet (voldoende) wit worden van de tand de tandarts tuchtrechtelijk niet valt te verwijten. Bekijk hier de uitspraak.

Door:
Sebastiaan van der Leer – Köster Advocaten N.V

Lees meer over: Ondernemen, Tuchtrecht, Wet- en regelgeving

Tuchtklacht kan verjaring stuiten

Wanneer een patiënt een vordering op zijn arts stelt te hebben, dan verjaart deze vordering door verloop van tijd. Deze verjaring vangt doorgaans aan op het moment dat de patiënt bekend is met zowel de schade als de aansprakelijke persoon. Wil een patiënt verjaring van een vordering voorkomen, dan kan hij deze stuiten (opnieuw laten ingaan) door een aansprakelijkstelling. Recentelijk heeft het Hof van Arnhem geoordeeld dat het instellen van een tuchtklacht de verjaring kan stuiten.

Wat was het geval?
Een patiënte diende een klacht in tegen haar psychiater bij het Regionaal Tuchtcollege te Amsterdam. Zij stelde dat haar psychiater zijn zorgplicht jegens haar had geschonden door haar tijdens de beginperiode van haar zwangerschap medicatie voor te schijven die van negatieve invloed kon zijn op het ongeboren kindje. Het Regionaal Tuchtcollege verklaarde de klacht van mevrouw (deels) gegrond. De onzekerheid die dit met zich bracht vormde aanleiding om de psychiater schriftelijk aansprakelijk te stellen en vervolgens schadevergoeding van hem te vorderen bij de Rechtbank en later het Gerechtshof te Arnhem.

Stuitingsverweer
In de procedure bij de rechtbank voerde de psychiater het verweer dat er inmiddels meer dan vijf jaren waren verstreken, nadat de patiënt bekend was geraakt met de schade en de aansprakelijke persoon. De patiënte stelde dat de tuchtrechtelijke klacht de verjaring had gestuit, zodat de psychiater daar geen beroep op kon doen. Het gerechtshof oordeelde uiteindelijk dat de door de patiënte ingestelde tuchtklacht in dit geval de verjaring van haar rechtsvordering had gestuit.

Gerechtshof
Volgens het Gerechtshof was de tuchtklacht een voldoende duidelijke waarschuwing aan de psychiater dat hij zich (ook na het verstrijken van de initiële verjaringstermijn van vijf jaren) bedacht moest zijn op een eventuele civielrechtelijke aansprakelijkheid. Hierbij werd door het Gerechtshof van belang geacht dat in de tuchtprocedure door beide partijen werd gesproken over een mogelijke aansprakelijkheid van de psychiater.

Conclusie
Uit een tuchtklacht blijkt niet altijd of de klager – in een later stadium bij de gewone rechter – ook financiële gevolgen aan diens klacht wil verbinden. Dit is begrijpelijk als wordt bedacht dat in een klachtprocedure bij de tuchtrechter geen ruimte is voor toekenning van een schadevergoeding. Of een klager een schadevergoeding wenst te vorderen hangt doorgaans af van de inhoud van de klacht en de gedragingen van beide partijen tijdens de tuchtprocedure. Hoewel het in het arrest gaat om een psychiatrische behandeling, leert de uitspraak dat wanneer een (tand)arts zich tuchtrechtelijk dient te verantwoorden, de verjaring van een vordering tot vergoeding van schade (afhankelijk van de inhoud van de klacht) kan zijn gestuit.

Door: Sebastiaan van der Leer – Köster Advocaten N.V


 

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving

Centraal Tuchtcollege schorst tandarts voor een half jaar

Het Centraal Tuchtcollege te Den Haag heeft aan tandarts Van der Meulen uit Assen een onvoorwaardelijke schorsing opgelegd van een half jaar, meldt de IGZ.

De schorsing ging op 27 maart 2013 in. De schorsing volgt uit een voorwaardelijke schorsing voor twee jaar die het Tuchtcollege al op 8 mei 2012 oplegde. Deze voorwaardelijke schorsing ging pas in op 29 mei 2012 omdat tot die datum een eerdere onvoorwaardelijke schorsing van kracht was.

Aanleiding voor de onvoorwaardelijke schorsing is informatie die de Inspectie voor de Gezondheidszorg gaf aan het Tuchtcollege. Het betrof informatie van de waarneemkring van tandartsen over de manier waarop de tandarts zijn spoeddienst had georganiseerd. In de beslissing van het Tuchtcollege staat onder meer dat de toegang tot de tandheelkundige spoedzorg onvoldoende was gewaarborgd door het inzetten van een tandarts die niet de Nederlandse taal machtig was.

Bron:
IGZ

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving

Omzet assistenten valt onder gebruikelijk loon tandarts

De omzet van assistenten valt onder het gebruikelijk loon van de dga. Deze omzet kan niet worden toegerekend aan de werkzaamheden van de assistenten omdat hun prestaties opgaan in die van de tandarts, oordeelde de rechtbank in Den Haag,  meldt Taxence.

In mindering
De tandarts mag volgens de rechtbank wel pensioenlasten en stortingen op een levensloopregeling in mindering brengen op het gebruikelijk loon. De inspecteur had bij de vaststelling van het gebruikelijk loon ten onrechte hiermee geen rekening gehouden. De rechter stelde het loon opnieuw vast en verminderde de naheffingsaanslagen.

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Mond-tot-mondreclame belangrijkst bij keuze tandarts

Familie en vrienden zijn van grotere invloed op de keuze van een tandartspraktijk dan internet. Dit blijkt uit Brits onderzoek van Bray Leino. Bijna de helft van de Britse respondenten (44,7%) kiest hun tandarts op basis van aanbevelingen van familie en vrienden, terwijl maar 7,5% kiest aan de hand van internet, meldt Dentistry.

Bijna twee derde (63,7%) vertrouwt op aanbevelingen van vrienden en familie bij de keuze van een mondzorgprofessional.
De Britten hebben veel vertrouwen in hun tandarts: 66,3% van de onderzoekdeelnemers wil het liefst behandeld worden hun eigen tandarts bij elk bezoek.

Bron:
Dentistry

 

Lees meer over: Actueel, Communicatie, Ondernemen, Thema A-Z
Tuchtrechtelijke uitspraken mondzorg

Tuchtrechtelijke uitspraken mondzorg, februari 2013

Soms is de scheidslijn dun. Wat is wel en niet geoorloofd? Bekijk de uitspraken van het Centraal Tuchtcollege en de regionale Tuchtcolleges van februari 2013.

Tandarts berispt voor diverse verschillende zaken
Uitspraak 14 februari 2013 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg

De tandarts wordt verweten dat zij (I) onvoldoende de status van het gebit heeft besproken, (II) niet proactief een behandelplan heeft opgesteld, (III) niet of onvoldoende behandelingen heeft uitgeoefend, en (IV) dossiers niet heeft doorgezonden naar de nieuwe tandarts van klagers. Het Regionaal Tuchtcollege merkt op dat de tandarts na het maken van bitewing foto’s (in 2006) tot augustus 2009 heeft gewacht met de behandeling. Het argument dat klagers geen pijnklachten hadden doet daar niets aan af. Het Tuchtcollege verwijt de tandarts dat wanneer het haar niet lukt om een kroon te verwijderen, zij de situatie laat voor wat hij is. Tot slot merkt het Regionaal Tuchtcollege op dat het voorschrijven van antibiotica onvoldoende effectief is voor het behandelen van cariës en dat de verslaglegging tekort schoot omdat daarin alleen de declarabele (be)handelingen werden genoteerd. Het Regionaal Tuchtcollege legt de tandarts een voorwaardelijke schorsing van 3 maanden op en adviseert intensieve (na)scholing.

Omdat de tandarts het Centraal Tuchtcollege kan aantonen dat zij inmiddels in maatschapsverband werkt, meer details noteert in de dossiers en nascholing volgt ten aanzien van wortelkanaalbehandelingen, wordt haar uiteindelijk een berisping opgelegd.

Klacht patiënt over nota’s afgewezen
Uitspraak 14 februari 2013 Regionaal Tuchtcollege te Zwolle

Klagers zijn het niet eens met de nota’s van de (mondhygiëniste van de) tandarts (code C114 en C214). Klagers stellen dat de gedeclareerde behandelingen niet zijn uitgevoerd. Het Regionaal Tuchtcollege merkt op dat uit het dossier van klagers blijkt dat: (I) de behandelingen waren opgenomen in de behandelplannen, en (II) op de genoteerde datums behandelingen en een evaluatie daarvan hebben plaatsgevonden. In onderlinge samenhang bezien wordt het aannemelijk geacht dat de gedeclareerde behandelingen hebben plaatsgevonden zodat de klacht wordt afgewezen.

Door: Sebastiaan van der Leer, Köster Advocaten N.V.

 

Lees meer over: Ondernemen, Tuchtrecht, Wet- en regelgeving

Zzp-organisaties stellen alternatief VAR-systeem voor

De zzp-organisatie FNV Zelfstandigen, Stichting ZZP Nederland, Zelfstandigen Bouw en Platform Zelfstandige ondernemers (PZO)  stellen een alternatief VAR-systeem voor: het ‘Bewijs van Ondernemerschap (BVO), schrijft ZZP-Nederland.

Het alternatief is ontwikkeld uit onvrede met de huidige VAR-procedure en ook de door de minister voorgestelde nieuwe
VAR-Webmodule. De zzp-organisaties vinden dat de huidige VAR-regeling het ondernemerschap niet voldoende stimuleert en te weinig zorgt voor het voorkomen van schijnzelfstandigheid.

Het voorgestelde BVO omvat de volgende elementen:

  • Eén bewijs van ondernemerschap
  • Vooraf beoordeling en zekerheid over het ondernemerschap
  • Tegengaan van schijnzelfstandigheid
  • Goede voorlichting aan startende zzp-ers

Op donderdag 14 maart geven de zzp-organisatie een toelichting op het voorstel aan de Kamerleden.

Bron:
ZZP-Nederland

Lees meer over: Financieel, Ondernemen, ZZP-er
internet

Serie Social Media: Feiten, cijfers en statistieken

In een serie artikelen nemen we de laatste feiten, cijfers en statistieken onder de loep van de zeven grote sociale netwerken.

Door: Cees Hoogerheide

Cees Hoogerheide heeft tijdens de laatste zeven jaar van zijn carriére gewerkt als managing-director bij een automatiseringsbedrijf waar hij nog steeds als adviseur aan verbonden is. Als Social Media Coach deelt hij graag z’n kennis met de dentale wereld. Lees meer

Lees meer over: Communicatie, E-health, Ondernemen

Personeel: Hoe werft u de juiste medewerker?

Een vacature invullen is voor veel tandartspraktijken een niet- alledaags klusje. Hoe pakt u de werving aan, waar zoekt u naar sollicitanten en hoe vinden sollicitanten uw praktijk?

Het functieprofiel

Allereerst is van belang om vast te stellen waar de behoefte ligt. Wat voor persoon zoekt u? Welke competenties moet de nieuwe medewerker hebben? Maar ook: Wat voor persoonlijkheid past binnen uw praktijk? Welke vaardigheden zijn van belang? Kortom, er moet een zogenaamd functieprofiel worden opgesteld dat een duidelijk beeld geeft van de functie en van de persoon die de functie gaat uitvoeren.

Als u een advertentie plaatst voor dit functieprofiel, via werving & selectie bureaus, sociale media of de krant, vergeet dan niet te vermelden wat de tandartspraktijk de kandidaat allemaal te bieden heeft. Een praktijk aantrekkelijk maken voor patiënten is één. Door goede arbeidsvoorwaarden en een fijne werkomgeving in een prettig team te bieden, maakt u de functie nog veel aantrekkelijker voor kandidaten.

Er kan overwogen worden om een stagiaire aan te nemen. Van belang is dan dat er wel genoeg ruimte is om deze stagiaire te begeleiden. Voorop staat dat een stagiaire een goedkope arbeidskracht is, maar er moet daarnaast geïnvesteerd worden in tijd om deze stagiaire dingen uit de praktijk te leren.

De selectie

In lokale – of vakbladen kan geadverteerd worden voor tandarts vacatures, dit kan online, maar ook netwerken op LinkedIn, Facebook kunnen benaderd worden om de vacature bekend te maken. Kunnen sollicitanten bellen of schriftelijk reageren? Binnen welke termijn? Hoeveel kandidaten bent u van plan uit te nodigen? Plan tijd in voor sollicitatiegesprekken en wellicht een korte rondleiding in de praktijk.

Het sollicitatiegesprek

Bereidt u vervolgens voor op het sollicitatiegesprek. De praktijk heeft niet alleen vragen voor de sollicitant, maar de sollicitant zal waarschijnlijk ook vragen hebben voor de praktijk. Maak bijvoorbeeld een checklist met vragen die u de verschillende sollicitanten zou willen stellen. Hierdoor kunt u de antwoorden van de verschillende sollicitanten ook beter achteraf vergelijken.

Uitverkoren?

Heeft u de keuze voor de meest geschikte kandidaat gemaakt, dan komt het moment van aanstelling.
Meld de kandidaat schriftelijk, telefonisch of persoonlijk dat hij of zij aangenomen is. Het is fatsoenlijk om iedere kandidaat te berichten over de uitkomst van de sollicitatie en het liefst persoonlijk. Een kandidaat kan wellicht later nog geschikt zijn. Ook voor de kandidaat is het leerzaam om te horen waarom hij/zij niet is gekozen uit de sollicitanten.

Onderhandeling

Maak vervolgens een afspraak waarin de arbeidsvoorwaarden, de proeftijd en het contract besproken worden. Dit is de fase van onderhandeling. Een kandidaat kan bepaalde eisen stellen, en het is aan u om daarmee akkoord te gaan of niet. Dit is puur een kwestie van vraag en aanbod. De arbeidsvoorwaarden van KNMT kunnen gebruikt worden als richtlijn maar zijn niet per se bindend. Het is aan te raden om eigen arbeidsvoorwaarden en huisregels op te stellen, waarmee u uw praktijk een eigen identiteit geeft. Zo staat niet alleen uw praktijk goed op de kaart, maar leert u nieuwe (maar ook huidige) medewerkers gelijk een professionele manier van werken aan.

Het bieden van aanvullende scholing, kan eveneens als belangrijke arbeidsvoorwaarde worden gezien. Hiermee houdt u de professionaliteit van uw medewerkers in de praktijk op peil.

Een vliegende start

Ook al heeft een nieuwe medewerker veel ervaring, hij moet wel worden ingewerkt. Een vast inwerkprogramma kan heel veel tijd schelen. Zo hoeft de praktijk niet bij iedere nieuwe medewerker (of stagiair) het wiel opnieuw uit te vinden. Het geeft op een vaste manier duidelijk aan hoe de praktijk werkt. Een goed inwerkprogramma geeft niet alleen de huisregels van de praktijk weer, maar laat ook zien met welke protocollen de praktijk werkt en wat er van de nieuwe medewerker of stagiaire verwacht wordt en wie hem of haar gaat begeleiden.

Maak daarnaast een checklist met alle gegevens die u van de nieuwe medewerker of stagiaire nodig heeft. Denk hierbij aan de administratieve verplichtingen voor de salarisadministratie, maar ook de diploma’s en de Hepatitis B inenting. Dit is meteen de basis van een goed personeelsdossier.

Monique Heijtel, www.care4hr.nl
Care4HR biedt helder advies over Human Resources, verzorgt trainingen en kan uw personeelszaken uit handen nemen. Het doel is het verbeteren van de prestaties van uw organisatie en de groei van uw medewerkers.

Anna Berends van Loenen

Lees meer over: Ondernemen, Personeel

De mooiste praktijkgebouwen

Het gebouw waarin uw praktijk gevestigd is, bepaalt voor een groot gedeelte de sfeer van de praktijk. Daarnaast is het onderhoud van het praktijkgebouw, van binnen en van buiten, niet alleen erg belangrijk voor de indruk die de patiënt krijgt, maar ook voor het werkcomfort van het personeel. Wij zijn op zoek gegaan naar prachtige, bijzondere en opvallende praktijkgebouwen.

Authentiek versus modern, klein versus groot
Een praktijk kan in vrijwel elk gebouw gevestigd worden. In een authentiek, volledig verbouwd, pand of in een modern, nieuw gebouw met een strakke uitstraling. Praktijken hebben ook steeds vaker meerdere disciplines onder één dak gevestigd. Tandartsen, mondhygiënisten en soms ook het tandtechnisch personeel werken dan met z’n allen in een grote praktijk .

De veelzijdigheid aan praktijken zorgt voor hele mooie, verschillende foto’s, die voor u wellicht ook als inspiratiebron kunnen dienen.

Uw praktijk in een volgend artikel?
Wilt u met uw praktijkgebouw in een volgend artikel komen? Mail dan een foto van uw praktijk naar info@dentalinfo.nl.


Mondzorg Tandpunt, Spijkenisse


Tandartspraktijk H. Vos, Apeldoorn

 
Rierink tandartsen, Ede. Projectrealisatie www.wecare-int.com


Mondzorg Menheerse, Middelharnis

 
Tandartspraktijk Piëst en Lawant, Eelderwolde

 
Tandheelkundig centrum Wilhelminapier, Rotterdam

 
Cadwell Dental, Richland, Verenigde Staten

 
Kliniek voor mondzorg Delft, Delft

  
Medico Dental, San Diego, Verenigde Staten

 
Tandartspraktijk Kwant, Arnhem

 


Tandartsenpraktijk Stationsstraat, Emmen



Tandartsenpraktijk Beuklander, Putten


Mondzorg Clinics, Den Bosch



Lees meer over: Ondernemen, Praktijkinrichting

Hoe krijg ik een compliment van mijn patiënt?

Kent u dat? U heeft zich helemaal uitgesloven op die brug, kroon, vulling of initiële therapie. De patiënt loopt de deur uit en zegt nog net “Doei”. En dat was het…Blijkbaar bedankt een patiënt u niet voor de kwaliteit van uw werk. Maar waarvoor dan wel? Lees de  praktische tips.

Wees beleefd
Stelt u beleefdheid op prijs? Wees dan ook zelf beleefd. Gedrag roept gedrag op. Dus houd de deur open voor uw patiënt, schut zijn hand en heet hem welkom in uw behandelruimte.

Loopt u uit?
Bied uw patiënt een kopje koffie of thee aan. 

Toon belangstelling
Vraag uw patiënt hoe het met hem gaat. Hoe was z’n vakantie of vraag hoe het met z’n kinderen gaat. Luister goed naar zijn antwoord en laat ook zien dat u luistert.

Vraag of er klachten zijn
Vraag of er nog klachten waren na de vorige behandeling en of er nog vragen zijn.

Andere wensen of bijzonderheden?
Vraag of er nog andere klachten of wensen zijn en of er nog bijzonderheden zijn met betrekking tot de gezondheid.

Toon begrip
Als er problemen zijn met de gezondheid, vraag dan ook eens naar het mentale effect wat dit voor de patiënt heeft. Toon begrip en vraag door.

Geef duidelijkheid
Kondig aan wat u gaat doen en vraag de goedkeuring van de patiënt.

Andere behandelaar
Wanneer de patiënt vervolgens door uw collega zal worden behandeld, leg dan uit waarom, wie dit is en wat zijn taken zijn in de praktijk.

Comfort voor de patiënt
Zorg ervoor dat uw patiënt zo comfortabel mogelijk ligt. Vraag hier naar.

Vraag tijdens de behandeling hoe het gaat 

Dep druppels af
Mocht de patiënt een nat gezicht of nek krijgen, dep dit dan af. Wees voorzichtig met eventuele make-up. 

Vraag de patiënt of hij tussendoor even wil spoelen

Interesse in instructie?
Als u een instructie wilt geven, vraag of de patiënt interesse heeft. 

Vraag na de behandeling of er nog vragen zijn 

Geef een passende folder en monstertjes mee 

Afsluiting
Sluit de behandeling af door een hand te geven en vertel wanneer u de patiënt graag wilt terug zien. 

Nazorg
Bel de patiënt op na een heftige behandeling om te vragen hoe het met hem gaat.


Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Lees meer over: Communicatie, Ondernemen

Btw- afdracht: negatief nieuws of positieve kans?

Een recente uitspraak bevestigt dat puur cosmetische tandheelkundige behandelingen btw-belast zijn. De ANT zocht dit uit en ziet niet alleen negatief nieuws maar ook kansen voor het behouden van het btw-bedrag. Bekijk de voorbeelden.

Recente uitspraak
Hoewel voor zuivere cosmetische tandheelkunde en ook keuringsrapporten al vanaf 2008 geen btw-vrijstelling geldt, is dit door een recente uitspraak onlangs in het nieuws gekomen. Deze uitspraak was een bevestiging dat tandheelkundige diensten niet altijd door de fiscus als btw-vrijgesteld worden gezien. De staatssecretaris heeft de vrijstellingsbepalingen per 1 januari 2013 in zijn Besluit van 14 december 2012 (BLKB/2012/1868M) verder toegelicht en uiteengezet.

Wél btw-vrijstelling bij therapeutische behandeling
Als een cosmetische ingreep uitsluitend het doel heeft om het uiterlijk te verfraaien, dan valt de verrichting niet onder de btw-vrijstelling. Het doel van de behandeling is dus van belang en alleen in evidente gevallen is btw verschuldigd. Indien de esthetische verfraaiing een bijkomend voordeel is van een therapeutische tandheelkundige behandeling dan geldt de btw-vrijstelling wél. Gegeven deze redenering is het onjuist om te stellen dat voor een facing vaak btw gerekend zou moeten worden. Bij het bleken zou te verwachten zijn dat een therapeutisch doel minder snel aannemelijk is, echter psychische klachten door een onaantrekkelijk gebit zijn een bekend fenomeen. In het geval dat er btw berekend wordt dan zal dit over de gehele behandeling moeten plaatsvinden, inclusief materiaal- en techniekkosten.

Cosmetische kliniek
Het is van belang op te merken dat het bedrijf dat onlangs de btw-aanslag heeft gehad geen gewone tandartspraktijk was maar een cosmetische kliniek met periodiek ingehuurde tandartsen. Hierdoor was het persoonlijk contact – één van de voorwaarden om in aanmerking te komen voor btw-vrijstelling – tussen de beroepsbeoefenaar en de patiënt niet altijd mogelijk. Ook de marketing van het bedrijf was duidelijk gericht op cosmetische behandelingen.

De gezondheidskundige dienstverlener beoordeelt zelf welke prestaties btw belast zijn. De belastingdienst controleert dit, maar is terughoudend bij het opvragen van medische dossiers (pag. 58).
Dit alles maakt het aannemelijk dat de gevolgen van de recente uitspraak voor de reguliere praktijk beperkt zullen zijn. Wat dat betreft zijn de negatieve scenario’s die door andere organisaties geschetst zijn, voorbarig te noemen.

Kansen
Daarnaast biedt een btw-opslag de tandarts in deze tijd waarin de verzekeraar alleen een max-max tarief mag bepalen, ook kansen. Het bedrag aan btw wat berekend wordt, kan door de tandarts geheel of gedeeltelijk ook worden behouden of in vooraftrek worden genomen. Hieronder worden enkele voorbeelden geschetst.

Kleine ondernemersregeling – een aantal (puur) cosmetische ingrepen
In uw praktijk komen cosmetische behandelingen zelden voor en slechts in uitzonderlijke situaties betreft het een puur cosmetische behandeling. In dat geval kunt u gebruik maken van de kleineondernemingsregeling. Als de totale btw jaarlijks minder dan € 1.345 bedraagt, dan hoeft u geen btw te betalen. Dit betekent dat u voor € 6.404 (exclusief btw) aan cosmetische behandelingen met 21% opslag kunt factureren, zonder dat u btw hoeft af te dragen. Doordat u ook enige btw-kosten in vooraftrek zou mogen nemen valt deze grens in de praktijk nog wat hoger uit. Deze regeling geldt niet voor een besloten vennootschap (B.V.)

Gemengd lichaam – een redelijk groot aantal (puur) cosmetische ingrepen
In uw praktijk speelt cosmetische tandheelkunde een belangrijke rol en u adverteert daar mogelijk ook mee. Hierdoor dient u in uw financiële administratie te verantwoorden welke prestaties u belast heeft en welke vrijgesteld zijn. Over de belaste prestaties dient u periodiek btw af te dragen. Echter u kunt naar verhouding ook btw in vooraftrek nemen. Hieronder volgt ter illustratie een rekenvoorbeeld:

Uw totale omzet bedraagt € 942.000, hiervan is € 700.000 btw onbelast en € 200.000 btw belast. De btw inkomsten bedragen dan € 42.000. Het bedrag dat betaald moet worden is dit bedrag minus de btw die in vooraftrek genomen kan worden.

De grote kostenposten van de praktijk zijn voornamelijk de huur, tandtechniek en de salarissen die niet btw belast zijn. In dit rekenvoorbeeld gaan we uit van € 50.000 betaalde btw aan producten en diensten. Doordat de verhouding hier belaste / onbelaste omzet 200.000/700.000 is, kan alleen 2/7*50.000 aan btw worden afgetrokken. In dit voorbeeld gaat het om € 14.285

Hierdoor zal alsnog een flink deel van de gerekende btw afgedragen moeten worden, namelijk € 42.000 – € 14.285 = € 27.715

Apart btw lichaam – veel (puur) cosmetische behandelingen
Indien in uw praktijk veel cosmetische behandelingen plaatsvinden dan is het verstandig dit te factureren vanuit een entiteit (V.O.F., B.V.) die volledig btw plichtig is. U factureert de cosmetische behandelingen dan vanuit de V.O.F. of B.V. en op deze entiteit zet u ook alle zaken die duidelijk btw belast zijn, zoals een auto, extern ingehuurd personeel of apparatuur die gebruikt wordt bij deze behandelingen.

De behandelingen zijn dan belast en deze BTW draagt u af. Aan de andere kant heeft u dan volledige btw-aftrek op uw kosten, daar u uitsluitend btw-belaste prestaties verricht in dit lichaam.

Tot slot
Alles overziend bent u wat betreft de btw belaste prestaties ook qua belasting echt een ondernemer geworden en dit is nogmaals een aanwijzing dat hier geen gereguleerde tarieven bij horen.

Bron:
ANT, in samenwerking met de ANT-accountant

 

 

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Berisping zorgverlener ook in lokale krant

Zorgverleners die een boete of berisping krijgen van een Tuchtcollege zien deze maatregel ook geplaatst in een lokale krant. Het CIBG, onderdeel van het BIG-register,  is verantwoordelijk voor deze publicaties. Dit meldt Medisch Contact.

Sinds afgelopen zomer worden ook deze lichtere maatregelen openbaar gemaakt. Daarvoor werd dit alleen gedaan voor de zwaardere maatregelen als schorsing. Begin februari werd een advertentie in de Rotterdamse uitgave van het Algemeen Dagblad geplaatst over een berising van een fysiotherapeut uit de regio. Dit leidde tot opschudding onder lokale zorgverleners.

Bron:
Medisch Contact

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving