NMT: Explosie tanderosie veroorzaakt gezondheidsproblemen

Tanderosie vormt een steeds grotere bedreiging voor het gezonde gebit, zegt de NMT. Het probleem komt voornamelijk door de veranderde voedingsgewoonten, geeft tandarts en NMT-voorzitter Rob Barnasconi aan. “Er worden vaker en meer fris- en sportdranken gedronken die vanwege de aanwezige zuren desastreus zijn voor de mondgezondheid. De schade in het gebit stapelt zich op en zorgt voor pijn en het slecht functioneren van het gebit. Niet alleen de fysieke gezondheid is in gevaar, ook de gevolgen voor het psychische en sociale welbevinden zijn aanzienlijk.” 

Voorlichting
“Met betere voorlichting kan veel tandenleed worden voorkomen”, zegt Barnasconi. “Frisdranken en vruchtensappen zijn vaak de grote boosdoener bij tanderosie. In veel van deze dranken zitten namelijk ‘verborgen’ zuren. De toegevoegde suiker of zoetstof zorgt ervoor dat de hoge zuurdosis eigenlijk niet opvalt. Het kan dus onbewust bijdragen aan het oplossen van tanden en kiezen. Het is dan ook aan te raden om deze dranken zoveel mogelijk te vervangen door water en melk, of gewone thee zonder suiker. En naast deze zuren in dranken, slijt je gebit ook door zuren uit eten en snoepgoed.”

Noodklok
Barnasconi luidt dan ook de noodklok. “Als we nu niets doen tegen tanderosie, zijn we terug bij af. De afgelopen decennia is cariës sterk teruggedrongen. Dat positieve effect lijkt nu teniet te worden gedaan door de toename van tanderosie.” Volgens Barnasconi moeten mensen zich er bewust van zijn dat overmatig gebruik van fris- en energiedranken niet alleen leidt tot overgewicht, maar tot allerlei problemen met hun gezondheid en welbevinden. “Het voorkomen van (uitbreiding van) tanderosie is belangrijk”.

Bron:
NMT

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z

Uitspraak Tuchtcollege over voorbehouden handelingen

Het Regionaal Tuchtcollege Zwolle boog zich over een voorbehouden handeling, gedelegeerd door de tandarts aan zijn assistent. Deze uitspraak is interessant: Het Tuchtcollege zette de eisen voor voorbehouden handelingen op een rij.

Eisen voorbehouden handelingen
Op 22 november 2012 boog het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle zich over een door de tandarts aan één van zijn assistenten gedelegeerde voorbehouden handeling. Deze uitspraak is interessant, en mogelijk voor uw praktijk(voering) van belang, omdat het Tuchtcollege op een rij zet, welke eisen er gelden ten aanzien van de voorbehouden handelingen van artikel 36 en 38 van de Wet BIG. Zo stelt het Tuchtcollege:

  1. Opdrachtgever (tandarts) dient zich te overtuigen van bekwaamheid van opdrachtnemer.
  2. Opleiding door uitsluitend de opdrachtgever (tandarts) is alleen acceptabel indien er toezicht door derden (professionals in het opleidingscircuit) op de opleiding is.
  3. De opdrachtgever (tandarts) geeft opdracht per patiënt en indien nodig aanwijzingen en evalueert de uitvoering; de opdrachtbeschrijving wordt schriftelijk vastgelegd in een protocol.
  4. De opdrachtgever (tandarts) is fysiek in de praktijk aanwezig voor overleg, advies en de mogelijkheid van tussenkomst; telefonische bereikbaarheid of bereikbaarheid op afstand is niet voldoende.
  5. De opdrachtnemer moet zich redelijkerwijs bekwaam achten.
  6. De opdrachtnemer informeert de patiënt dat hij de voorbehouden handeling uitvoert in opdracht van de tandarts en vraagt de patiënt toestemming voor deze behandeling.

Op 11 februari 2008 heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg een circulaire opgesteld waaruit voornoemde vereisten blijken. Hoewel deze circulaire een geldigheidsduur van 2 jaar heeft en deze nog eens is verlengd tot 11 februari 2011, bevestigt het Tuchtcollege met deze uitspraak dat – nu het gaat om een concretisering van het geldende recht – zij de gegeven opsomming nog steeds van kracht acht. Aangezien de patiënt in deze casus niet om toestemming was gevraagd (onderdeel 6) voor het uitoefenen van een voorbehouden handeling door een assistente, achtte het Tuchtcollege de klacht gegrond en legde de maatregel van een waarschuwing op.

Zie ook de uitspraak van het Regionaal Tuchtcollege Groningen, gepubliceerd op 8 maart 2012

Door: Sebastiaan van der Leer, Köster Advocaten N.V.

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z

Steeds meer mensen gaan naar de mondhygiënist

Uit onderzoek van NVM blijkt dat steeds meer mensen de mondhygiënist bezoeken. Cijfers zijn afkomstig van onderzoek dat de NVM uitvoerde tijdens de Nationale Gezondheidsbeurs, 25 t/m 27 januari in Jaarbeurs Utrecht. Meer dan de helft van de beursbezoekers die plaatsnamen in de behandelstoel om de conditie van hun tandvlees te laten checken, bezoekt zelf ook een mondhygiënist. In vergelijking met het onderzoek dat in 2010 op deze beurs werd uitgevoerd is er een mooie stijging te zien, want destijds bezocht nog maar een derde van de deelnemers aan het onderzoek een mondhygiënist.

‘Dit is een goede ontwikkeling,’ aldus Corrie Jongbloed, voorzitter van de NVM, ‘een gezonde en schone mond is erg belangrijk. Er is namelijk een belangrijke relatie tussen de algemene gezondheid en de conditie van het tandvlees. We weten uit wetenschappelijk onderzoek dat er een relatie bestaat tussen ontstoken tandvlees en hart- en vaatziekten, vroeggeboortes of complicaties bij diabetes. Een gezonde mond is dus ontzettend belangrijk.’



Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Onderzoek, Thema A-Z

Toename allergie gevallen bij gebruik synthetische handschoenen bevestigd

Onlangs publiceerde het vakblad Contact Dermatitis twee publicaties over toename van allergie gevallen bij gebruik van synthetische handschoenen. Een samenvatting van de publicaties.

Het NEN, het Nederlands Normalisatie-instituut, publiceerde het artikel ‘Medische onderzoekshandschoenen: Weet wat je aanschaft en gebruikt. Recent zijn twee publicaties verschenen in het vakblad Contact Dermatitis over toename van allergie gevallen bij gebruik van synthetische handschoenen.

Handschoenen dienen voor bescherming van gebruiker en patiënt. Dunnere handschoenen kunnen hun doel voorbij schieten en beschermen vaak niet afdoende tegen stoffen van buitenaf. Een bijkomend probleem is dat in handschoenen stoffen kunnen zitten die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid.

Meer contact allergieën na overstap op latexvrije handschoenen
De eerste publicatie in Contact Dermatitis van januari 2013 beschrijft de overgang van natuurrubber handschoenen op synthetische handschoenen. Sinds de overstap naar latexvrije synthetische handschoenen in twee Belgische ziekenhuizen is er een toename in contactallergieën waargenomen bij chirurgen, verpleegkundigen en anesthesisten, terwijl de meesten van hen jaren hebben gewerkt zonder een geschiedenis van hand dermatitis. In het artikel wordt geconcludeerd dat de toename van het aantal contactallergie gevallen veroorzaakt zou kunnen worden door de toevoeging van cetylpiridinium chloride aan de handschoenen en het gebruik van hogere concentraties vulkanisatie versnellers.

Contact dermatitis door chemische stoffen
In februari 2013 publiceerde het vakblad Contact Dermatitis een artikel over het ontstaan van contact dermatitis veroorzaakt door de rubber versneller DPG en cetylpyridinium chloride in latexvrije handschoenen.

Toename
Het aantal gevallen van allergische contactdermatitis veroorzaakt door steriele handschoenen is sterk gestegen: in de afgelopen 4 jaar was het aantal gevallen even hoog als in de 10 jaar daarvoor. Dit wekt de suggestie dat er bij overgang op synthetische handschoenen meer risico op contact dermatitis ontstaat.

Minder toepassingsmogelijkheden
De toevoeging van extra chemicaliën leidt, naast de kwaliteitsvermindering en het risico op contact dermatitis, ook tot vermindering van de toepassingsmogelijkheden van handschoenen. Zo kunnen de chemicaliën in een handschoen bij aanraking van afdrukmaterialen problemen geven bij de uitharding hiervan. Bekijk de checklist bij aanschaf van handschoenen

Bron:
Contact Dermatitis, januari 2013: Allergic contact dermatitis caused by latex (natural rubber)-free gloves in healthcare workers: Marie Baeck, Bénédicte Cawet, Dominique Tennstedt and An Goossens, Contact Dermatitis, 68, 54-64

Contact Dermatitis, februari 2013: Occupational allergic contact dermatitis caused by sterile non-latex protective gloves: clinical investigation and chemical analyses: Ann Pontén, Nils Hamnerius, Magnus Bruze, Christer Hansson, Christina Persson, Cecilia Svedman, Kirsten Thörneby Andersson and Ola Bergendorff, Contact Dermatitis 68, 103-110

Lees meer over: Praktijkhygiëne, Thema A-Z

ANT heeft nieuwe voorzitter en bestuurslid

Op 25 januari 2013 is Jan Willem Vaartjes benoemd tot bestuursvoorzitter van de Associatie Nederlandse Tandartsen (ANT). Hij volgt Wilfred Kniese op, die sinds mei 2012 interimvoorzitter was, en als penningmeester actief blijft voor de ANT. Daarnaast is Sherif El Boushy benoemd tot bestuurslid.

Na zijn studie aan de ACTA heeft Jan Willem Vaartjes (38) in verschillende praktijken waargenomen, waaronder zes jaar in een instelling voor geestelijke gezondheidszorg. De afgelopen twaalf jaar werkt hij als tandarts-implantoloog op de kliniek voor Tandheelkunde te Utrecht, waar hij sinds 2012 ook praktijkeigenaar is. Vaartjes combineert zijn kennis van de tandheelkunde met de ICT. Hij is onder meer oprichter van de website http://www.tandarts.nl en eigenaar van XS2TheWorld, een bedrijf wat zich richt op de ontwikkeling van applicaties voor de mobiele telefoon of tablet. Vaartjes is gemotiveerd om aan de slag te gaan bij de ANT: ‘Scherpere en slimmere vertegenwoordiging van de tandartsen is noodzakelijk. Ik ga me hard maken voor keuzevrijheid voor zowel de consument als ook de tandarts. Met tevens waarborging van kwaliteit zonder dat dit leidt tot onnodige bureaucratie’.

Sherif El Boushy (50) studeerde tandheelkunde in Utrecht. Na zijn afstuderen heeft hij in verschillende praktijken waargenomen, en een aantal jaren in Duitsland gewerkt. Sinds 2004 is hij praktijkhouder in Delft, algemeen practicus en manager. Hij studeerde bedrijfskunde (MBA), en geeft daarnaast trainingen en coaching aan tandartsen. El Boushy is eigenaar van Dentallect, een video e-Learningplatform voor het opleiden van medewerkers in en rond de tandartspraktijk.

Over de ANT
De ANT is opgericht in 1995 als beroepsorganisatie voor tandartsen. De ANT staat voor goede mondzorg en streeft naar kwaliteit in en rond de tandartspraktijk. De ANT ondersteunt de tandarts met praktische tools om de huidige wet- en regelgeving zo eenvoudig als mogelijk te kunnen implementeren. Daarnaast geeft de ANT tegenwicht aan de politiek, verzekeraars en andere organisaties indien er onredelijke of onnodige eisen aan tandartsen worden gesteld.

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z

Herregistratie voor kaakchirurgen en orthodontisten 2013

In maart 2013, 5 jaar na het besluit van het CTS, toetst de Registratiecommissie Tandheelkundige Specialismen (RTS) voor het eerst of de kaakchirurgen en orthodontisten aan de herregistratie-eisen voldoen.

In maart 2008 heeft het toenmalige Centraal College (thans: College Tandheelkundige Specialismen, CTS) besloten dat de tandarts die de vervolgopleiding tot kaakchirurg of orthodontist met goed gevolg heeft doorlopen, ten hoogste 5 jaar kan worden ingeschreven in het register van specialisten. Wanneer men aan de zogenoemde herregistratie-eisen voldoet kan men aansluitend weer voor een periode van 5 jaar worden ingeschreven.

De NMT heeft kaakchirurgen en orthodontisten een aanvraagformulier voor de inschrijving toegestuurd. Heeft u geen formulier ontvangen? Dan kunt u contact opnemen met de Registratiecommissie Tandheelkundige Specialismen. Meer informatie leest u op de website van de NMT.

Bron:
NMT

Lees meer over: Orthodontie, Thema A-Z

Wijziging verzekering tandheelkunde Carribean gaat in op 1 juli 2013

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft besloten de initiële ingangsdatum van de pakketwijziging met betrekking tot tandheelkunde en fysiotherapie op te schuiven naar 1 juli 2013. Deze maatregelen hebben veel commotie teweeg gebracht op de eilanden. Daarom heeft minister Schippers besloten de initiële ingangsdatum van 1 januari 2013 van bepaalde pakketwijzingen, die geen gelegenheid gaf om te anticiperen op de nieuwe situatie, met een half jaar op te schuiven.

Dit betekent dat de pakketwijzigingen voor tandarts, orthodontie en fysiotherapie per 1 juli 2013 van kracht worden. Hiermee wordt er gezorgd voor een zorgvuldige invoering. Alle betrokkenen in Caribisch Nederland, burgers en medische beroepsbeoefenaren, krijgen zo net zoals dat in Europees Nederland gebeurt een half jaar de tijd om zich op de wijzigingen voor te bereiden. Voor alle duidelijkheid: lopende behandelingen en zelfs nieuwe afspraken fysiotherapie worden afgemaakt, mits afgerond voor 1 juli 2013.

Gelijk
Voor de toekomst zal de minister de procedure rond pakketbeslissingen voor Caribisch Nederland en Europees Nederland gelijk trekken. Dat betekent dat beslissingen over pakketmaatregelen bekend zullen worden gemaakt vóór 1 juli van het jaar voorafgaande aan het jaar waarin de pakketwijzigingen ingaan. Dit geeft een standaardtermijn van een half jaar en zorgt ervoor dat iedereen voldoende tijd heeft zich op de maatregelen voor te bereiden.

Bron:
Rijksdienst Carïbisch Nederland

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen
justice

Schippers: Pak falende artsen harder aan

Minister Schippers van Volksgezondheid wil artsen die fouten maken of strafbare feiten plegen harder aanpakken. Falende artsen wil zij altijd voor de tuchtrechter laten verschijnen, meldt RTL Nieuws. De Inspectie voor de Gezondheidszorg mag volgens haar geen afspraken meer maken met artsen die fouten maken. Dit liet minister Schippers in een brief aan de Tweede Kamer weten.

De IGZ meldt in haar richtlijn van september 2010 dat er geen afspraken met niet-funktionerende artsen worden gemaakt. RTL Nieuws kreeg informatie van bronnen dat de IGZ toch nog deals maakte met artsen: als falende artsen beloven niet meer in Nederland te werken, gaat de Inspectie niet naar de tuchtrechter. De IGZ maakte zo een deal met neuroloog Ernst Jansen Steur die vervolgens in Duitsland als arts verder werkte.

Bron:
RTL Nieuws

Lees meer over: Actueel, Ondernemen, Thema A-Z, Wet- en regelgeving

Nieuw handboek helpt jongeren voedselverleidingen weerstaan

Hoe kunnen jongeren meer controle krijgen over hun eetgedrag? En wat kun je als ouder of professional doen om ze hier mee te helpen? Die vraag beantwoorden sociale wetenschappers in het nieuwe boek Fluitend door de chocoladefabriek, uitgegeven door het Voedingscentrum.

Dit handboek van Marijn Stok, Denise de Ridder, Emely de Vet en John de Wit omvat zes praktische strategieën waarmee jongeren een beter zelfregulerend vermogen kunnen ontwikkelen. Met deze zelfregulatie kunnen jongeren succesvol voedselverleidingen weerstaan. Het biedt verrassende inzichten en praktische handvatten, ontleend aan het grootschalige Europese onderzoeksproject TEMPEST en de gezondheidspsychologie.

Handvatten en advies
Iedereen die begaan is met gezond eetgedrag van jongeren kan adviezen uit dit boek halen. Ouders, maar bijvoorbeeld ook leerkrachten, diëtisten en artsen. Naast handvatten om kinderen te helpen met voedselverleidingen om te gaan, geeft het boek ook advies hoe jongeren kunnen leren niet te veel te eten.

Bestellen
Fluitend door de chocoladefabriek is te bestellen in de webshop van het Voedingscentrum voor 12,95 euro.

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z
justice

Uitspraak Hof: Ondernemer is btw-plichtig voor cosmetische tandheelkundige ingrepen

In december deed het Gerechtshof Amsterdam deze opmerkelijke uitspraak in een hoger beroep van een onderneming in esthetische tandheelkunde en tandtechniek. De ondernemer heeft volgens het Gerechtshof  onvoldoende aannemelijk gemaakt dat er bij het bleken van tanden of het plaatsen van facings sprake is van gezondheidskundige verzorging van de mens, waarvoor een btw-vrijstelling geldt.

Zaak
In 2010 legde de Belastinginspecteur Omzetbelasting aan deze onderneming een aanslag op inzake nog af te dragen omzetbelasting over 2009 ter hoogte van bijna € 50.000,-. Belanghebbende maakte bezwaar tegen deze naheffingsaanslag, maar de inspecteur handhaafde de aanslag. De ondernemer ging naar de rechter die de aanslag handhaafde. Vervolgens ging de ondernemer in hoger beroep bij het Hof die de aanslag ook handhaafde. De ondernemer kan nu alleen nog in cassatie bij de Hoge Raad.

Onderscheid gezondheidskundige en cosmetische behandeling
Het opmerkelijke in deze zaak is dat het Gerechtshof, evenals de rechtbank, een duidelijk onderscheid maakt tussen een ‘gezondheidskundige behandeling’, bijvoorbeeld een mondhygiënische behandeling, en een ‘cosmetische behandeling’, bijvoorbeeld tandbleken en het aanbrengen van facings. Een ‘gezondheidskundige behandeling’ is duidelijk en onmiskenbaar vrijgesteld van btw, maar een ‘cosmetische behandeling’ is dat volgens de rechters niet. Dit betekent dat de onderneming over de omzet van al deze cosmetische behandelingen alsnog btw moet afdragen.

Btw-richtlijn
In het arrest van het Hof komt naar voren dat geen beroep kan worden gedaan op de vrijstelling zoals vastgelegd in Artikel 132 van de btw-Richtlijn, betreffende ‘medische verzorging in het kader van de uitoefening van medische en paramedische beroepen’ en ‘de door tandtechnici in het kader van de uitoefening van hun beroep verrichte diensten’ ten aanzien van het bleken van tanden en de plaatsing van facings, omdat de rechter(s) deze handelingen niet zien als ‘gezondheidskundige verzorging’. Volgens de rechters moet hiervan echter wel sprake zijn om in aanmerking te komen voor de vrijstelling in de btw.

Therapeutisch
Belanghebbende heeft gemotiveerd betoogd dat volgens haar dergelijke behandelingen wel degelijk plaatsvinden met een therapeutisch doel en heeft daartoe onder meer een verklaring van een ‘universitair hoofddocent verbonden aan het Academisch Centrum Tandheelkunde te Amsterdam’ ingebracht. Naar het oordeel van de Rechtbank én het Gerechtshof is belanghebbende er echter niet in geslaagd om aannemelijk te maken, dat bij de door haar verrichte behandelingen sprake was van een pathologische situatie, tevens leidende tot een zware psychologische belasting, waardoor de verrichte behandelingen als therapeutisch aangemerkt kunnen worden.

Gevolgen
Indien deze uitspraak in stand blijft, kan dit verstrekkende gevolgen hebben voor alle ‘cosmetische ingrepen die uitsluitend tot doel hebben de verfraaiing van het uiterlijk’. Indien een arts de aanwezigheid van een therapeutisch doel naar het oordeel van de inspecteur van de Belastingdienst in redelijkheid niet aannemelijk maakt, kan de Belastingdienst over deze cosmetische ingrepen namelijk btw-afdracht vorderen. Het risico bestaat dat er in de cosmetische tandheelkunde geen duidelijke grens getrokken kan worden tussen de ‘therapeutische of gezondheidskundige behandeling’ en de ‘zuiver cosmetische behandeling’, waardoor behandelaar niet weet of hij btw-plichtig is.

Btw-administratie
Bijkomend probleem is ook nog dat ondernemingen die een naheffingsaanslag krijgen vanwege nog af te dragen omzetbelasting nooit een btw-administratie hebben gevoerd, de btw dus ook nooit aan patiënten hebben doorbelast en dus ook de btw over de aangekochte materialen nooit in de vooraftrek hebben kunnen verrekenen met de af te dragen omzetbelasting. Die naheffing komt dus volledig en uitsluitend voor rekening van de onderneming. Buiten de mogelijke boete die de Belastingdienst ook nog eens kan opleggen.

Door:
Ed Kolsteeg, VGT


Lees meer over: Cosmetische tandheelkunde, Ondernemen, Thema A-Z, Wet- en regelgeving
Behandelopties

Welke behandelopties zijn er als uw patiënt elementen mist?

Welke behandelopties zijn er als uw patiënt elementen mist door bijvoorbeeld agenesie of trauma? Verslag van de lezing van Prof.dr. Yijin Ren en drs. Hoogeveen tijdens de klinische avond in het UMC Groningen.

Prof. dr. Y. Ren benadrukte dat natuurlijk ogende prothetische tandheelkunde erg afhankelijk is van de positie van de elementen. Orthodontie speelt dus een grote rol.

Het missen van elementen kan verschillende redenen hebben, zoals agenesie of verlies als gevolg van trauma. Afhankelijk van een aantal factoren kan er voor verschillende behandelopties gekozen worden. Hieronder wordt dit per element toegelicht.

Behandelopties

Indien er elementen ontbreken, zijn er verschillende behandelopties:

  • Autotransplantatie (hier wordt nu niet op in gegaan)
  • Het open houden of openen van de ruimte t.b.v. prothetische voorzieningen (vast dan wel uitneembaar)
  • Implantologie; er moet aandacht worden besteed aan parallelliteit van de radices
  • Orthodontisch sluiten van de ruimte

1. Afwezigheid centrale incisief

Ruimte open houden
Indien er wordt gekozen voor een implantaat moet de benodigde ruimte worden gecreëerd dan wel open worden gehouden tot de groei volledig voltooid is, vaak middels vaste apparatuur. Tijdelijk kan er een dummy geplaatst worden om de esthetiek te waarborgen.

Ruimte sluiten
Bij het sluiten van de ruimte (substitutie door laterale incisief) dient gecompenseerd te worden voor verschillen in de hoogte van de gingivalijn, omdat gebrek aan symmetrie esthetisch erg storend is. Om dit probleem op te lossen kan het volgende worden gedaan:

  • Intruderen van de laterale incisief die de ontbrekende centrale incisief vervangt en diastemen overlaten aan weerszijden ten behoeve van facing/restauratie (element wordt incisaal eveneens verlengd)
  • Eventueel (bij ruimtegebrek) extractie laterale incisief aan de contralaterale zijde i.v.m. symmetrie
  • Extruderen van de cuspidaten (die de laterale incisief moeten vervangen) i.v.m. gingivacontour; incisaal beslijpen/afvlakken en indien nodig bleken;
  • Intruderen van de 1e premolaren (die de plaats van de cuspidaat innemen) en incisaal opbouwen

Op deze manier kan een esthetisch fraaie gingiva-lijn en de illusie van een “normale” anatomie worden bewerkstelligd.

2. Afwezigheid laterale incisief

Het gezichtsprofiel moet meegenomen worden bij het maken van de behandelkeuze.

Ruimte open houden
Er moet rekening gehouden worden met de hoeveelheid ruimte die benodigd is voor optimale vervaardiging van een implaantaat gedragen kroon of andere prothetische voorziening. Wanneer de cuspidaat is doorgebroken op de positie van de laterale incisief kan deze orthodontisch worden gedistaliseerd naar zijn normale positie. Hierdoor wordt duurzaam bot en een gunstige “implant site” t.p.v. de laterale incisief gecreëerd. Als er een laterale incisief agenetisch is ten gevolge van schisis, dan is het juist verstandig om de elementen te verplaatsen naar de schisiszijde zodat er op de plaats van de premolaar ruimte ontstaat. Het voordeel hiervan is dat er geen bot augmentatie nodig is.

Ruimte sluiten
Hiervoor zijn verschillende opties (afhankelijk van de uitgangssituatie):

  1. Unilateraal missende laterale incisief
    – Extractie van contralaterale laterale incisief
    – Cuspidaten verplaatsen naar de plaats van de laterale incisieven
    – Afbehandelen in Klasse II molaarrelatie
  2. Unilateraal, in geval van crowding
    – Extractie drie premolaren
    – Cuspidaat verplaatsen naar plaats van missende laterale incisief, extruderen en incisaal beslijpen/bleken indien nodig
    – Premolaar verplaatsen naar plaats van cuspidaat (met correctie van gingiva-lijn, incisaal opbouwen)
    – Afbehandelen in Klasse I molaarrelatie
  3. Bilaterale missende laterale incisief, in geval van crowding
    – Extractie 2 premolaren onderkaak
    – Cuspidaten verplaatsen naar plaats van missende laterale incisieven en reshapen
    – Premolaren verplaatsen naar plaats van cuspidaten en reshapen
    – Afbehandelen in Klasse I molaarrelatie

3. Afwezigheid premolaren

Hier kan ook gekozen worden om de ruimte open te houden of te sluiten. Ruimte sluiten: geschikt bij ruimtegebrek of protrusie van incisieven/”vol” profiel; indien de ruimte wordt gesloten, moet er op worden gelet dat dit het profiel niet ongunstig beïnvloedt. Het stapsgewijs sluiten middels distaal beslijpen v/d melkmolaar, gevolgd door een hemisectie en daarna pas extraheren van de mesiale radix voorkomt ernstige resorptie v/d processus en problemen tijdens het sluiten.

Ruimte openhouden: Bij agenesie van een premolaar en afwezigheid van ruimtegebrek, kan de melkmolaar in eerste instantie in situ worden gelaten. De periode tot een eventuele implantologische behandeling kan zo worden overbrugd zonder alveolair botverlies. Bij milde infrapositie dient het element occlusaal opgebouwd te worden om uitgroei van antagonist en buurelementen te voorkomen. Indien het element ankylotisch blijkt en er nog veel verticale ontwikkeling van de processus alveolaris is te verwachten, kan er beter worden geëxtraheerd. Het is dan belangrijk dat de ruimte open gehouden wordt voor eventueel een implantaat op latere leeftijd. Vaak vindt er bij (vroegtijdige) extractie wel botverlies plaats waardoor later vaak botaugmentatie nodig is. Een ander alternatief is om de aanwezige premolaar in de ruimte van het agenetische buurelement te reguleren. Het bot wat op de oorspronkelijke plek achterblijft is van voldoende breedte en niet erg vatbaar voor resorptie, waardoor een gunstige implant site kan worden verkregen zonder botaugmentatie.

4. Afwezigheid molaren

Indien er een molaar mist is het soms verstandig om niet de ruimte van de volledige molaarbreedte te behouden. Een premolaarbreedte is namelijk makkelijker in verband met de breedte van het implantaat. Bovendien kan eventuele verplaatsing van de premolaar naar distaal plaatsvinden, zodat er geen bot augmentatie nodig is.

5. Oligodontie
Bij een oligodontie patiënt is sprake van 6 of meer agenetische elementen (met uitzondering van de derde molaren). Een goede samenwerking tussen prothetische tandarts en orthodontist is dus van belang.

Een aantal punten om rekening mee te houden tijdens een (orthodontische) behandeling, zijn:

  • Houd rekening met de wensen van de patiënt
  • Zorg voor goede communicatie, zowel voor als tijdens de behandeling
  • Geef de mogelijkheden (en beperkingen) duidelijk aan
  • Zorg voor goed verloop/planning van de behandelingen
  • Zorg voor goede samenwerking met de tandarts die de prothetiek uitvoert
  • Informeer de patiënt over de behandelopties en de behandelkeuze

Casuïstiek over pre-orthodontische orthodontie
Na de pauze sprak drs. E. Hoogeveen. De eerste casus betrof een patiënt met een gemutileerde dentitie, grote diastemen in de zijdelingse delen en naar mesiaal gekipte molaren. Het gekozen behandelingstraject was gericht op het oprichten van de molaren ten behoeve van prothetiek (brugwerk).

Het oprichten van molaren
Molaren kunnen worden opgericht op de volgende manieren:

  • Met behulp van (partieel) vaste apparatuur; indien gewenst kan de bracketpositie zodanig worden gekozen dat er geen onderlinge standsveranderingen zullen optreden in het “verankeringsblok”. Reactiekrachten op het hele segment blijven echter wel gelden.
  • Skeletale verankering (miniscrews).
  • Distaal van molaar. Voordeel: simpele biomechanica, nadeel: weinig controle.
  • Miniscrew mesiaal van molaar, ter ondersteuning van het verankeringsblok.
  • Bij implantaatgedragen prothetiek: gebruik maken van het uiteindelijke implantaat, waarbij de bracket op het implantaat geplaatst wordt. Nadeel: voldoende bot en ruimte in de tandboog zijn vereisten.

Implant-site development/orthodontic extraction:
Verder werd er besproken hoe een element dat als verloren wordt beschouwd kan worden benut voor het creëren van een gunstige ‘implant-site’. Door het element stapsgewijs te extruderen (maximaal 1 mm per maand) kan het botniveau naar coronaal worden verplaatst. Incisaal en palatinaal wordt het element beslepen om ruimte te bieden aan de extrusie. De circulaire gingivavezels dienen tijdens het actieve extrusieproces niet te worden gekliefd. Na de retentiefase wordt het element atraumatisch verwijderd en wordt er gelijk geïmplanteerd. Daarentegen, wanneer de behandeling gericht is op behoud en restauratie van een diep afgebroken element, worden de circulaire gingivavezels juist bij iedere activatie gekliefd, met klinische kroonverlenging/toegenomen ferrule als doel.

Bron: Verslag door Marieke Filius voor dental INFO van de Klinische avond van het Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde (CTM) van het UMC Groningen, in samenwerking met de Stichting PAOT Noord Nederland. Spreker Prof.dr. Yijin Ren

Prof. dr.Yijin Ren voltooide haar orthodontie specialisatie in 1996 (MSc, Beijing), en promoveerde in 2003 (Nijmegen). Sinds 2003 werkt ze full-time bij de afdeling Orthodontie van het Universitair Medisch Centrum in Groningen. Ze werd benoemd tot hoogleraar in 2007 en als hoofd van de afdeling Orthodontie in 2008. Drs.E.J. Hoogeveen voltooide in 2007 de studie tandheelkunde in Groningen en werkte gedurende 2 jaar als algemeen practicus in diverse tandartspraktijken. In 2009 startte hij met de opleiding Orthodontie van het UMC Groningen.

Jan 2013

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Orthodontie, Thema A-Z

ACTA-onderzoeker Gang Wu ontvangt onderzoeksbeurs

ACTA-docent Orale Implantologie en Prothetische tandheelkunde Gang Wu ontving een tweejarige onderzoeksbeurs van circa € 36.000,- van de ITI (International Team for Implantology) Foundation. Hij ontving de beurs voor zijn onderzoek A biodegradable, antimicrobial and osteoinductive membrane to treat peri-implantitis. Dit meldt ACTA.

Doel
Het doel van het onderzoek is het ontwikkelen van een ideaal membraan voor botopbouw (guided bone regeneration). Dit zou van pas kunnen komen bij de behandeling van ontstekingen rond implantaten, waardoor bot wordt afgebroken (peri-implantitis) en bij parodontitis (bacteriële infectieziekten die ontstaan door ontstoken tandvlees).

Bron:
ACTA

Lees meer over: Implantologie, Thema A-Z

Mondhygiënist maakt het verschil voor behoud implantaat

Implantaatdragers hebben een grote kans op een ontsteking rondom het implantaat met botverlies. In een vroegdiagnostisch stadium kan een strak recall programma bij de mondhygiënist het verschil maken.

Verslag van de lezingen van implantoloog Ronnie Goené en mondhygiënist Patricia Sweet tijdens de NVOI-cursus Implantologie.

Als er eenmaal een implantaat is geplaatst, dan is het belangrijk dat de patiënt hiermee leert omgaan. Ook is het van belang dat de patiënt tevreden is met bijvoorbeeld de overkappingsprothese. Als de patiënt terugkomt om deze te laten plaatsen, is het verstandig hem even achter te laten bij de assistent of mondhygiënist. Sneller dan aan de tandarts, zal de patiënt aan deze persoon vertellen of hij tevreden is. Check ook of de patiënt zelf zijn prothese kan uitnemen. Zorg ervoor dat bij het plaatsen van een suprastructuur de patiënt ook een afspraak heeft met de mondhygiënist van wie hij instructies en voorlichting krijgt. Dit is van essentieel belang.

Peri-mucositis en peri-implantitis
Jaarlijks worden er 200.000 implantaten geplaatst en in Nederland zijn er bijna 3000 mondhygiënisten. Dit betekent dat een mondhygiënist gemiddeld 250 patiënten met een implantaat in het patiëntenbestand zou moeten zien. Het is belangrijk dat patiënten met implantaten de mondhygiënist trouw bezoeken, omdat er vaak sprake is van peri-mucositis en peri-implantitis. Peri-mucositis houdt in dat er bloeding aanwezig is rond het implantaat. Zoals we bij natuurlijke elementen gingivitis kennen. En zoals we in de natuurlijke dentitie parodontitis kennen, is er bij peri-implantitis naast bloeding ook sprake van botafbraak.

Diagnose
Het diagnosticeren van peri-implantitis gaat echter anders dan het diagnosticeren van parodontitis. De opbouw van zachte weefsels rondom een implantaat verschilt niet wezenlijk van de weefselstructuur zoals we dat kennen rondom natuurlijke gebitselementen: 1 mm sulcusepitheel, 1 mm aanhechtingsepitheel en 1 mm bindweefsel. Bij gebrek aan wortelcement bij een implantaat is echter de oriëntatie van de vezels in het bindweefsel anders dan bij natuurlijke gebitselementen. Het gevolg hiervan is dat je bij sonderen rondom een implantaat veel minder weerstand ondervindt en bijna regelrecht op het bot belandt. Meten met een gestandaardiseerde druksonde is daarom van essentieel belang
Een meting van 5 mm hoeft niet direct te betekenen dat iemand peri-implantitis heeft. Het gaat om het verschil met de 0-meting. De 0-meting moet plaats vinden na 4-6 weken na het plaatsen van de implantaat. Vervolgens zal bij elk bezoek moeten worden gemeten en genoteerd. Pas als de meting meer dan 2 mm dieper is dan de 0-meting, moeten de alarmbellen gaan rinkelen. Een röntgenfoto is dan een eerste aanvullend diagnosticum.
Wel geldt dat elke pocket van meer dan 3 mm een mogelijke niche is voor bacteriën.

Risicofactoren
Er is een aantal risicofactoren voor peri-implantitis. Deze zijn:

  • Roken
  • Slechte mondhygiëne
  • Slecht reinigbare suprastructuur
  • Parodontale historie
  •  Cementresten

Uit recent onderzoek, uitgevoerd in een algemene praktijk waarin de patiënten met implantaten in een strak recall programma zijn opgenomen, komt naar voren dat bijna alle rokers (86%), die niet (regelmatig) de mondhygiënist bezoeken, peri-implantitis ontwikkelen.

Structureel onvoldoende mondhygiëne (plaquescore >2) leidt tot een 14x zo grote kans op het op termijn ontwikkelen van peri-implantitis. Ook een verleden van parodontitis verhoogt de kans op het ontwikkelen van peri-implantitis (90 % vs 96,5% overleving na 10 jaar).

Citroensap
Wat er precies gedaan moet worden bij peri-implantitis, is nog niet helemaal duidelijk en wordt onderzocht. Veel verder dan chirurgisch benaderen en proberen het oppervlak van een implantaat te reinigen is men nog niet gekomen. Waarmee is ook op dit moment niet helder. Onderwerp van onderzoek is bijvoorbeeld het effect van citroensap. Ook zouden de windingen van een implantaat weggeslepen en het oppervlak daarna gepolijst kunnen worden. De reinigbaarheid wordt hiermee vergroot maar is in de esthetische zone natuurlijk geen acceptabele oplossing. Soms wordt geprobeerd het bot weer op te bouwen. Helaas zijn ook daarmee de resultaten niet goed voorspelbaar.

Voorkomen is beter dan genezen
Preventief periodiek onderzoek is dus van wezenlijk belang, omdat bij het ontstaan van peri-implantitis ons tot nu toe geen goede mogelijkheden ter beschikking staan. Trouw naar de mondhygiënist gaan, vrijwaart vrijwel 100% van de niet-rokers van peri-implantitis. Bij patiënten die niet roken maar het niet zo nauw nemen met regelmatig bezoek aan de mondhygienist wordt in 8% van de gevallen peri-implantitis geconstateerd. Bij rokers is dit percentage 47%, vrijwel allemaal bij diegene die niet deelnemen aan een recall programma.

Vergelijkbare percentages zien we bij patiënten met een geschiedenis van parodontitis. De combinatie van ex-paro, niet (kunnen) stoppen met roken en onregelmatig bezoek aan een mondhygiënist is een vrijwel trefzekere kans op mislukken. Levenslange nazorg is daarom van het grootste belang.

Periodiek Preventief Onderzoek
Als eerste zal de gezondheid van de weefsels rond het implantaat moeten worden gecheckt.

Gezond
Als de mondhygiënist een gezonde situatie aantreft, dan is het belangrijk om de patiënt te blijven motiveren en opnieuw te instrueren. Er hoeft enkel gepolijst te worden met een rubber cupje en niet-abrasieve pasta.

Peri-mucositis
Bij peri-mucositis moet er, naast instructie en voorlichting, een professionele gebitsreiniging worden ingezet. De patiënt zal elke drie á vier maanden moeten terugkomen. Dit mag met een gewone ultrasone paro-tip, Kunststof curettes zijn in het algemeen te dik om effectief submucosaal te kunnen reinigen Etsgel maakt tandsteen supragingivaal makkelijker te verwijderen, maar ook dit kan het implantaat beschadigen. Spoelen met chloorhexidine (0,05% of 0,12%) heeft geen toegevoegde waarde blijkt uit onderzoek.. Met de instructie om dagelijks chloorhexidinegel (1%)op de ragers aan te brengen worden daarentegen sinds kort goede resultaten geboekt. Interdentaal reinigen met superfloss wordt alleen geadviseerd in de esthetische zone. In alle overige situaties blijft een rager de voorkeur houden.

Peri-implantitis
Ontstaat er toch peri-implantitis of is de patiënt te laat verwezen, dan zal de mondhygiënist op zijn beurt moeten verwijzen. Op macro niveau zijn de windingen immers niet te scalen, op microscopich niveau het oppervlak evenmin. Ook van een niet chirurgische behandeling met een airflow is veel verbetering te verwachten. Wat rest is een niet per definitie succesvolle chirurgische behandeling. Voorkomen is dus beter dan genezen!!

Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Bron: Congres Implantologie Het Overzicht van de NVOI, juni 2012.

Ronnie Goené is implantoloog op de afdeling Mondziekten en Kaak, en Aangezichtschirurgie van het ACTA/ VUmc Amsterdam. Hij studeerde tandheelkunde aan de Universiteit van Amsterdam. In 1985 richtte hij, samen met anderen, de Kliniek voor Parodontologie Amsterdam op. De afgelopen 10 jaar houdt hij zich vooral bezig met het ontwikkelen van interdisciplinaire behandelstrategieën ten behoeve van patiënten met complexe tandheelkundige problemen. Hij is oud bestuurslid van de Nederlandse Vereniging voor Parodontologie (NVvP) (1979-1990) en van de Nederlandse Vereniging voor Orale Implantologie (NVOI) (1995-2009). Van zijn hand zijn publicaties verschenen op het gebied van de parodontologie en implantologie en hij geeft frequent voordrachten en cursussen in binnen- en buitenland op het gebied van de implantologie.

Patricia Sweet is mondhygiënist. Zij heeft haar opleiding tot mondhygiënist gevolgd aan de Stichting Opleiding Mondhygiënisten te Amsterdam. Na enkele jaren in verschillende praktijken te hebben gewerkt, heeft zij zich in 1999 zelfstandig gevestigd in Amsterdam. Haar dagelijkse werkzaamheden zijn de afgelopen jaren in toenemende mate gaan bestaan uit de voor- en nazorg van patiënten met implantaten.


Jan 2013

Lees meer over: Congresverslagen, Implantologie, Kennis, Thema A-Z

Tandartsen roepen Bonairiaanse bevolking op tegen bezuinigingen

De Bonaire Dental Association (BDA) maakt zich zorgen over de bezuinigingen in de zorgverzekering en sprak met de Vaste Kamercommissie van de Eerste Kamer hierover. Dit meldt Versgeperst. De BDA roept de bevolking op om voor zichzelf op te komen.

De tandartsen zijn bezorgd over de toekomst van hun dienstverlening en vragen de inwoners een petitielijst te ondertekenen. ‘De bezuinigingen, vooral die op de eenmalige sanering van het gebit voor achttien jaar en ouder, op de orthodontie en de fysiotherapie, treft iedereen in Bonaire. De meeste Bonairianen zullen niet in staat zijn hiervoor te betalen. En wat is het alternatief? Ziek worden en ziek blijven. Dat is onacceptabel!’, zeggen de tandartsen.

Minister Plasterk bezoekt binnenkort Bonaire. De tandartsen hebben een afspraak met hem aangevraagd voor overleg en het overhandigen van de handtekeningen.

Bron:
Versgeperst

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen

QLF-foto en tandvleescheck populair in stand Hou je mond gezond!

Leerkrachten die deze week (22 t/m 26 januari) de Nationale Onderwijs Tentoonstelling (NOT) bezoeken, laten hun gebit fotograferen in de stand van Hou je mond gezond!. De gebitsfoto die de slimme QLF-camera maakt, geeft aan waar nog oude tandplak zit. De deelnemers ontvangen de foto samen met een poetsadvies per e-mail. Ook de gratis tandvleescheck, uitgevoerd door vrijwillige NVM mondhygiënisten, is erg populair. Leerkrachten willen graag weten of hun tandvlees gezond is en klimmen zonder morren in de behandelstoel.

Witte jas in de klas
Maar er gebeurt meer in de stand van Hou je mond gezond! Enthousiaste medewerkers informeren de beursbezoekers over dit succesvolle onderwijsproject over mondgezondheid. Hou je mond gezond! is het leukste landelijke poetsproject van Nederland en wordt basisscholen en peuterspeelzalen gratis aangeboden. Centraal onderdeel van dit project is een bezoek van een vrijwillige tandarts, mondhygiënist, tandartsassistent of GGD-medewerker. Kortom: ‘een witte jas’ verzorgt een frisse poetsles in de klas of nodigt de groep uit voor een kennismakingsbezoek in de tandheelkundige praktijk. Leerzaam, leuk én goed voor het gebit.

Meer dan 8.500 groepen
Het onderwijsproject heeft zijn succes al meer dan bewezen. Ruim 8.500 schoolgroepen deden
er al aan mee. Meer dan 250.000 kinderen kregen dus een poetsles. Geen reden voor initiatiefnemer, producent en organisator van het project, het Ivoren Kruis, om achterover te leunen. “Nog lang niet alle schoolklassen van het basisonderwijs hebben poetsles gekregen. Daar blijven we ons voor inzetten”, aldus Mariëlle Nap, projectleider van Hou je mond gezond! “De Nationale Onderwijs Tentoonstelling is daar het perfecte platform voor.”

Tandenborstel en tube tandpasta voor elk kind
Alle kinderen die poetsles krijgen, gaan niet met lege handen naar huis. Voor alle leerlingen is er een elmex® tandenborstel en een tube elmex® tandpasta. Ook krijgen ze een folder mee voor hun ouders of verzorgers, waarin tips staan om het gebit gezond te houden, afgestemd op hun leeftijd en dus de fase van het gebit waarin ze zitten.

Tandenpoetsen 2 x per dag!
Tandplak verwijderen door middel van tandenpoetsen is en blijft de belangrijkste factor om de mond gezond te houden. Tijdens de Hou je mond gezond! les krijgen de kinderen een goede poetsinstructie. Ook mogen ze zelf oefenen. Het Ivoren Kruis wil met het onderwijsproject het belang van goed poetsen onderstrepen en de kinderen motiveren om 2x per dag 2 minuten hun tanden te poetsen. Het project bestaat behalve uit het bezoek van een tandheelkundig zorgverlener uit schriftelijk lesmateriaal en een website. Er is een docentenhandleiding, lesideeën voor de verschillende groepen, een wandplaat ‘Bij de tandarts’ voor de onderbouw en de website www.houjemondgezond.nl. Op die site kunnen leerkrachten hun groep aanmelden voor een gratis poetsles. Ook mondzorgverleners gaan naar deze site om zich aan te melden voor het geven van een poetsles.

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis, Mondhygiëne, Thema A-Z
Nieuwe ANT-voorzitter: Het moet anders

Nieuwe ANT-voorzitter: Het moet anders

De beroepsorganisatie ANT heeft per 25 januari tandarts-implantoloog Jan Willem Vaartjes als nieuwe voorzitter benoemd. Vaartjes volgt hiermee Mr. Ron de Graaff op. dental INFO interviewde de nieuwe voorzitter.

Waarom heeft u uzelf beschikbaar gesteld voor deze functie?
Het afblazen van het experiment vrije tarieven en de negatieve positionering van de tandarts in de media vorig jaar heb ik als dramatisch ervaren. Het besef is goed tot me doorgedrongen dat het vertegenwoordigen van de belangen van de tandarts echt anders moet. Scherper en slimmer, dat is wat we nodig hebben in de aankomende turbulente jaren. De ANT heeft zich altijd al kritischer opgesteld en staat ook van oudsher voor kwalitatief goede tandheelkunde. Dat maakt dat ik me goed thuis voel bij de ANT.

Wat zijn de uitdagingen voor de tandarts in de komende jaren?
Het zal de komende jaren een uitdaging zijn om een goede tandarts te zijn én tevens een gezond bedrijf te voeren. Als beginnend voorzitter en werkzaam als tandarts-implantoloog kan ik niet anders concluderen. Gezien de huidige ontwikkelingen zal de regeldruk toenemen en een reële tarifering verder onder druk komen te staan. Een mooi voorbeeld is de term ‘doelmatigheid’ die populair is in de politiek. Helaas is deze term vaak een eufemisme voor de toenemende bureaucratie en afnemende keuzevrijheid. Deze keuzevrijheid is zowel in het belang van de consument als de tandarts en is een speerpunt voor de ANT.

Doelt u op het kostenonderzoek, als u praat over het onder druk komen te staan van de tarifering?
Het aankomend kostenonderzoek kan met de verkeerde uitgangspunten snel leiden tot de verkeerde conclusies. Hierdoor bestaat de kans op verdere beschadiging van het imago van de tandartsen in Nederland. Op dit moment is er gewoonweg nog niet genoeg bekend om er over te kunnen uitweiden. We zullen zeer kritisch het proces gaan volgen en niet akkoord gaan met het bedrijven van pure inkomenspolitiek. Het moet een eerlijk onderzoek worden onder alle tandartsgroepen en er moet rekening gehouden worden met kwaliteit in relatie tot de kosten van de praktijk.

De vrije tarieven waren altijd een speerpunt voor de ANT. Hoe kijkt de ANT – na het afblazen van het experiment – hiernaar?
De term ‘vrije tarieven’ heeft nu een beetje een wrange smaak gekregen. Ik denk dat het beter is om te spreken over de vrijheid om een behandelplan met een bijbehorend contract af te spreken, zoals onze oprichter Herman Nouhuys dat treffend zegt. De ANT onderkent dat essentiële mondzorg voor iedereen betaalbaar en toegankelijk moet zijn. Maar het is niet juist om ook de mondzorg in het luxere segment te limiteren. Zo worden de innovatie en de ontwikkeling van kwaliteitsindicatoren geremd. De marktwerking in dit luxere segment zorgt voor een kwaliteitsimpuls die de gehele mondzorg positief beïnvloedt. Wat dat betreft zullen we blijven strijden voor vrij ondernemerschap, maar eerst zal het luxere segment gedefinieerd moeten worden om dit een haalbare zaak te maken. De recente uitspraak dat er BTW moet worden gerekend bij cosmetische behandelingen, vraagt bijvoorbeeld om het vrijgeven van deze tarieven.

Het woord kwaliteit is een paar keer gevallen. Wat gaat de ANT de komende jaren hieraan doen?
De beroepsorganisatie ANT staat voor kwalitatief goede mondzorg en streeft ernaar een partner te zijn in de ontwikkeling van kwaliteit in en rond de tandartspraktijk. Wij nemen deel aan initiatieven op het gebied van kwaliteit, variërend van nascholingsregistratie tot Zichtbare Zorg.

Er wordt door ons kritisch gekeken of de programma’s de kwaliteit van de daadwerkelijke behandeling echt verbeteren en niet alleen extra bureaucratie opleveren. Dat laatste is naar mijn mening helaas te vaak het geval. Ik zeg wel eens gechargeerd dat je met certificatie nog geen goed contactpunt creëert. Het is mijn streven om zinnige instrumenten op dit gebied te steunen of zelf te ontwikkelen, maar er zal geen lidmaatschapsgeld besteed worden aan verdere bureaucratisering.

Daarnaast wordt hulp geboden op het gebied van de huidige wet- en regelgeving. De ANT zal de tandarts ondersteunen met praktische tools om de huidige wet- en regelgeving zo eenvoudig als mogelijk te kunnen implementeren. Geen dikke dossiers, maar eenvoudige down-to-earth checklists en sjablonen. Waar mogelijk eenvoudig samen te stellen via een webmodule.

Lees meer over: Opinie, Thema A-Z

Hoe kijkt de inspectie naar de tandartspraktijk?

De heer Ter Steege, programmadirecteur bij de IGZ, geeft een toelichting op de taken en bevoegdheden van de inspectie en laat hiermee zien hoe de IGZ naar de tandartspraktijk kijkt. Het IGZ mondzorgteam zal binnenkort worden uitgebreid.

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) is veelvuldig in het nieuws door de acties die de organisatie onderneemt op het gebied van handhaving in bijvoorbeeld ziekenhuizen en de mondzorg. Maar ook door onderzoeken naar het functioneren van IGZ zelf. Hierdoor laat haar imago nog weleens te wensen over. De heer Ter Steege, programmadirecteur bij de IGZ, gaf een toelichting op de taken en bevoegdheden van de inspectie tijdens het ANT-congres Wet- en regelgeving en kwaliteit in de tandartspraktijk, en liet hiermee zien hoe de IGZ naar de tandartspraktijk kijkt.

Doelstelling
De inspectie houdt met een relatief kleine organisatie toezicht op een veelomvattende sector. Haar doelstelling is het bevorderen van de volksgezondheid door effectieve handhaving van de kwaliteit van zorg, preventie en medische producten. Hierbij is het van belang dat de zorg voor de patiënten veilig, effectief, tijdig, voor ieder gelijk, patiëntgericht en doelmatig is, waarbij met name veiligheid en hygiëne een belangrijke rol spelen in de tandartsenzorg.

Vertrouwen
Een goed functionerend intern kwaliteitssysteem zorgt voor vertrouwen van de burger in de gezondheidszorg. Een patiënt is loyaal aan zijn tandarts, hij is zelf geen professional en kan de kwaliteit van zorg niet beoordelen. De zorgaanbieder wordt geacht zich te houden aan de veldnormen, de door de beroepsgroep gemaakte richtlijnen. Ter Steege legt uit wat de professionele standaard is: ‘de op grond van wetenschap en ervaring aangewezen wijze van tandheelkundig handelen, zoals een gemiddeld bekwame tandarts in gelijke omstandigheden zou doen, met middelen die in een redelijke verhouding staan tot het concrete behandelingsdoel’.

De patiënt verwacht een juiste diagnose en behandeling, aan hygiëne en stralingsbescherming wordt veel minder gedacht. Een kwaliteitssysteem moet zorgen voor waarborging van de deskundigheid van de tandarts, normering van de beroepsuitoefening, systematische kwaliteitsbewaking en borging van de kwaliteit.

Uitbreiding mondzorgteam IGZ
Er wordt door de inspectie alleen ingegrepen door een praktijk te sluiten als de patiëntveiligheid ernstig in gevaar is. Dit komt zelden voor. De focus van de inspectie ligt op de risico’s. Momenteel kan de inspectie zich alleen bezighouden met calamiteiten, dat wil zeggen niet-beoogde of onverwachte gebeurtenissen, die betrekking hebben op de kwaliteit van de zorg en die hebben geleid tot de dood of ernstige schade voor een patiënt of cliënt. Hier zal op korte termijn verandering in komen door uitbreidingen van het mondzorgteam binnen de IGZ. Deze uitbreiding maakt het mogelijk op termijn ook breder toezicht te houden binnen de mondzorg. Daarbij blijft de focus ook op de grootste risico’s voor de mondzorg.

De heer Ter Steege is programmadirecteur bij de IGZ.

Verslag door Vera Markus voor dental INFO van het ANT-congres Wet- en regelgeving en kwaliteit in de tandartspraktijk, november 2012













Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z
smiling boy on white background

Onderzoekers vinden hardnekkige mondbacteriën bij kinderen met hoog cariës risico

Onderzoekers van de Amerikaanse Oregon Health & Science University School of Dentistry vinden hardnekkige stammen mondbacteriën bij kinderen die een jaar daarvoor behandeld waren voor ernstige cariës.

In een vervolg op een eerdere studie vonden de onderzoekers bepaalde genetische bacteriestammen bij kinderen die een jaar daarvoor behandeld waren voor carïës veroorzaakt door microben (bacteriën, protozoa, eencellige algen en schimmels). Ook werden zes nieuwe bacteriestammen gevonden en ontdekten zij dat bepaalde bacteriestammen bij kinderen resistent zijn voor xylitol, een veelvuldig gebruikt product bij de vermindering van plak en bacteriën. Het onderzoek is online gepubliceerd in de december uitgave van de Journal of Oral Microbiology. Dit meldt the Lund Report.

Mutans Streptococcen
Cariës is één van de meest bekende chronische aandoeningen bij jonge kinderen veroorzaakt door een verkeerd eetpatroon en genetische- en gedragsfactoren. De belangrijkste bacteriën die in verband gebracht worden met cariës behoren tot de mutans streptococcen (MS) groep. Bij mensen met een hoog cariësrisico zouden MS-stammen meer cariës veroorzaken dan bij mensen met een laag cariës risico.

Bron:
The Lund Report

Lees meer over: Cariës, Kennis, Kindertandheelkunde, Onderzoek, Thema A-Z, ZZP-er

Vergelijken van 3D- met 2D-beelden in de orthodontie niet nauwkeurig

Cone Beam Computed Tomography (CBCT) is een röntgentechniek die 15 jaar geleden werd geintroduceerd binnen de orthodontie. Een CBCT-scanner kan, door rond het hoofd van de patient te draaien, een gedetailleerde driedimensionale afbeelding van het hoofd maken.

CBCT heeft door een lagere stralingsbelasting de diagnostische mogelijkheden verruimd. Voor longitudinale studies is het essentieel te weten of de 3D-data van een CBCT te vergelijken zijn met oudere 2D-roentgenopnamen. Tevens is het belangrijk voor toepassing van CBCT evidence-based richtlijnen te ontwikkelen.

Niet nauwkeurig
Om 2D- met 3D-beelden te vergelijken, is een laterale 2D-projectie (naar de zijkant) van het 3D-volume noodzakelijk. Een nauwkeurige vergelijking van 2D-modellen met 3D-volume blijkt echter niet mogelijk, zo toont Olivier van Vlijmen aan. 

CBCT binnen orthodontie
Olivier van Vlijmen deed daarnaast literatuuronderzoek om te bekijken in hoeverre er wetenschappelijk bewijs is voor het gebruik van CBCT binnen de orthodontie. Hieruit blijkt dat CBCT alleen een toegevoegde waarde heeft voor het bestuderen van de luchtweg. Vervolgonderzoek naar de invloed van CBCT op orthodontische diagnostiek is wenselijk.

Promotie
Vrijdag 11 januari 2013, 12.00 uur
Locatie: Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2, Faculteit Faculteit der Medische Wetenschappen, UMC St Radboud.
Promovendus: de heer drs. O.J.C. van Vlijmen
Promotors: prof. dr. A.M. Kuijpers-Jagtman, prof. dr. S.J. Berge

Olivier van Vlijmen (Nijmegen, 1980) studeerde Tandheelkunde in Nijmegen. Hij verrichtte bovenstaand promotieonderzoek op de afdelingen Tandheelkunde en Mond-Kaak-Aangezichtschirurgie van het UMC St Radboud, binnen het onderzoeksinstituut Nijmegen Centre for Evidence Based Practice. Hij specialiseerde zich tot orthodontist en is werkzaam in diverse praktijken. Binnen enkele jaren wil hij zijn eigen orthodontistenpraktijk in de omgeving Nijmegen openen.

Bron:
UMC St Radboud Nijmegen

Jan 2013

Lees meer over: Kennis, Onderzoek, Orthodontie, Röntgen | Digitale tandheelkunde, Thema A-Z

Jubileumboek: 65 jaar Tandheelkunde in Groningen

De opleiding Tandheelkunde startte in 1947 in Villa Volenté aan de Hereweg, op het terrein van het Academisch Ziekenhuis Groningen en is hiermee de oudste tandheelkunde opleiding in Nederland. Historicus Willy van der Schuit schreef een boek ter ere van dit 65-jarig jubileum.

Het jubileumboek kunt u bestellen via j.w.m.spelbrink@umcg.nl

Bron:
RUG


Lees meer over: Actueel, Thema A-Z