Tand John Lennon brengt 19.000 pond op

Een tand van wijlen John Lennon heeft zaterdag zo’n 19.000 pond (22.600 euro) opgebracht tijdens een veiling in de Britse stad Stockport. Het bijzondere Beatle-relikwie werd gekocht door een Canadese tandarts. Dat meldde de BBC.

Tandarts Michael Zuk, die een boek over tanden van beroemdheden op zijn naam heeft staan, ”moest de tand hebben toen hij hoorde dat hij geveild werd”. De kies van de gitarist en zanger van The Beatles komt uit een collectie rockmemorabilia van voormalig platenbaas Alan McGee. Zuk wil de tand, die volgens het veilinghuis nogal griezelig en geelbruinig is, tentoonstellen in zijn praktijk en hem meenemen op tour langs andere tandartspraktijken en -scholen. ”Sommigen zullen het wel smerig vinden, anderen zullen juist gefascineerd zijn”, aldus Zuk.

Bron:
NU


Lees meer over: Opmerkelijk, Thema A-Z
contract

83% van de studenten vindt vergoeding tandarts via zorgverzekering belangrijk

De meeste studenten kiezen voor een zorgverzekering met uitgebreide dekking. Studenten vinden het belangrijk dat de tandarts vergoed wordt via de zorgverzekering.Student snapt eigen risico niet

Student snap eigen eigen risico niet
Bijna eenderde van de studenten weet niet wat het eigen risico van de zorgverzekering inhoudt. En zestig procent van de studenten vindt een uitgebreide dekking belangrijker dan een lage premie. Dat blijkt uit onderzoek van SUM.nl naar het verzekeringsgedrag van studenten. Niet alleen studenten waarvan de ouders hun zorgpremie betalen zijn vrijwel onbekend met het eigen risico. Ook 20 procent van studenten die zelf hun verzekering betalen, weet niet dat het eigen risico een deel van de zorgkosten is die je via de basisverzekering eerst zelf moet betalen

Uitgebreide dekking
De meeste studenten kiezen voor een zorgverzekering met uitgebreide dekking (32 procent), een lage premie (28 procent) of waar de ouders verzekerd zijn (19 procent).

Vergoeding tandarts
Studenten vinden het meest belangrijk dat de tandarts (83 procent), brillen/lenzen (41 procent) en fysiotherapie (35 procent) vergoed worden. Studentes zien ook graag dat de anticonceptie wordt vergoed (38 procent). Daarnaast vinden studenten het belangrijk om een goede buitenlanddekking te hebben.

Bron:
Skipr

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen
Angst, bang, vrouw

Gedragstherapie tegen tandartsangst

Mensen met ernstige tandartsfobie kunnen hun angsten overwinnen met een enkele sessie van cognitieve gedragstherapie (CGT). Dat suggereert een onderzoek dat onlangs gepubliceerd is in British Dental Journal (BDJ).

De auteurs van de studie baseren hun bevinding op een pilotstudy van 60 patiënten die normaal intraveneuze sedatie kregen toegediend voordat ze een tandheelkundige behandeling konden ondergaan. Zij adviseren practici om de benadering met cognitieve gedragstherapie nu al te implementeren in plaats van te wachten tot verdere onderzoeken. Patiënten hebben er baat bij om niet herhaaldelijk blootgesteld te worden aan gezondheidsrisico’s bij het gebruik van herhaalde intraveneuze sedatie.

Geen terugval naar sedatie
De eerste cohort van 60 patiënten hadden allemaal deelgenomen aan een pilot in een gespecialiseerde tandheelkundige kliniek in Sheffield voor mensen met ernstige tandartsfobie. De helft van de groep werd CGT aangeboden, waarbij 21 patiënten uiteindelijk de behandeling accepteerden. Twintig van hen kregen tandheelkundige behandelingen zonder gesadeerd te worden
Bij een controle van deze patiënten een decennium later bleek dat van de 19 gelokaliseerde patiënten die gebruik gemaakt hadden van CGT, niemand was teruggevallen naar sedatie in de tussenliggende periode van tien jaar.

Nieuwe generatie
In een tienjaarlijks onderzoek in Groot-Brittannië naar volwassen gebitssituaties blijkt dat maar liefst 12% van de mensen extreme tandartsangst kunnen ervaren. Professor Damien Walmsley, wetenschappelijk adviseur van de Brittish Dental Association, zei: “Tandartsfobie is een ernstig probleem, omdat het sommige mensen afschrikt om ooit naar de tandarts te gaan, behalve wanneer zij een ernstige pijn ervaren.

In dit stadium, kunnen zij meer invasieve behandelingen vereisen dan wanneer ze regelmatig naar de tandarts zouden gaan. Helaas wordt deze cyclus van angst, no-show en de pijn vaak overgedragen naar kinderen van mensen met een tandartsfobie. Uiteindelijk houdt dit het probleem in stand, om vervolgens een nieuwe generatie te voeden met orale gezondheidsproblemen.

CGT is een van een reeks van technieken die gebruikt kunnen worden om de behandeling voor angstige patiënten comfortabel te laten verlopen. De resultaten van dit onderzoek zien er veelbelovend uit voor degenen die last hebben van ernstige tandartsfobie.”

Bronnen:
BDA
Royal College of Psychiatrists
Nature

Sep 2011

 

Lees meer over: Pijn | Angst, Thema A-Z
kindergebit-art-van-loveren-90

Tandartsen ongerust over kindergebit

Het gaat slecht met het kindergebit. Deskundigen in de Amsterdamse tandzorg maken zich grote zorgen.
Tandartsen klagen dat ze steeds meer gaatjes bij kinderen zien, zegt Cor van Loveren, hoogleraar preventieve tandheelkunde aan de Universiteit van Amsterdam.

Alles wijst erop dat de staat van de kindergebitten achteruitgaat. Er zijn zelfs schrijnende gevallen van peuters die onder narcose hun verrotte melktanden moeten laten trekken. ‘Het leidt tot pijn en schoolverzuim, maar er kunnen ook blijvende gebitsproblemen ontstaan.’

Niet naar de tandarts
Uit cijfers van zorgverzekeraar Agis blijkt dat alleen al in Amsterdam-Zuidoost ruim drieduizend jongeren niet naar de tandarts gaan. Het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (Acta) onderzoekt waarom dat gebeurt. En de Stichting Jeugdtandverzorging Amsterdam, die op 220 basisscholen de schooltandarts levert, begint een campagne op middelbare scholen om deze verloren groep naar speciale tienerpraktijken te lokken.

Gemakzuchtiger en meer zoet
Volgens Van Loveren zijn ouders gemakzuchtiger geworden als het om het onderhoud van de tanden van hun kroost gaat. Ook is het dieet steeds zoeter geworden, zegt Jaap Veerkamp, kindertandarts bij het Acta. ‘Wie meer zoet eet, moet meer aan zijn gebit doen. Maar dat gebeurt niet.’

Te weinig poetsen
Slechts 38 procent van de vijfjarigen poetst twee keer per dag. Meer dan de helft van deze groep heeft al gaatjes. Bij negenjarigen is dat al 72 procent, blijkt uit onderzoek van TNO en het Acta. Het zijn oude cijfers, maar er is volgens de deskundigen geen reden om aan te nemen dat het nu beter gaat. Integendeel.

Meer voorlichting nodig
Er is meer voorlichting nodig, vindt Van Loveren. Maar door de invoering van vrije tarieven en de dus grotere concurrentie komt die juist onder druk te staan.

Bron:
Het Parool

Lees meer over: Kindertandheelkunde, Thema A-Z
Hoogleraar Out: afraden griepprik onverantwoord

Hoogleraar Out: afraden griepprik onverantwoord

Het ontraden van de jaarlijks griepprik is ongenuanceerd en onverantwoord. De werkwijze van het Geneesmiddelenbulletin is onprofessioneel. Ten onrechte nemen media een standpunt klakkeloos over.

Dit betoogt Henk Jan Out in NRC Handelsblad. Out is bijzonder hoogleraar farmaceutische geneeskunde aan het UMC St Radboud Nijmegen en vice-president clinical research bij MSD in Oss.

Nut
Zo’n prik heeft wel degelijk nut, aldus Henk Jan Out. Het is volgens hem bij alle deskundigen allang bekend dat het bewijs over het nut van griepvaccinatie niet sterk is. De meeste onderzoeken kunnen de strenge eisen van evidence-based medicine niet doorstaan, grotendeels wegens de intrinsieke beperkingen van grieponderzoek. Is het ontbreken van bewijs reden om de prik niet te geven? “Dit is iets te kort door de bocht. Niet-gerandomiseerd bewijs kan zeker relevant zijn”, aldus Out.

Onverantwoord
Wat meer zorgvuldigheid had het Geneesmiddelenbulletin gesierd, om het toch al broze vertrouwen van het publiek in het nut van vaccinaties niet verder te beschadigen, vindt hij. Geheel terecht noemde Roel Coutinho van het RIVM dit in de Volkskrant ‘onverantwoord’.

Out vindt dat GeBU-hoofdredacteur Bijl zich had moeten verzekeren van mede-auteurs met een virologische achtergrond en methodologen met specifieke kennis van systematische reviews. Daarna had hij het moeten sturen aan een medisch tijdschrift, opdat het een robuuste peer review had gekregen. “Nu is het een verhaal van de hoofdredacteur in zijn eigen blad, ogenschijnlijk op kruistocht tegen de farmaceutische industrie.”

Bron:
Nefarma

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
IGZ, sluiten, tandartspraktijk

Weer een tandartspraktijk gesloten door de Inspectie voor de Gezondheidszorg

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft op 31 oktober 2011 tandarts Schneiderat van Tandarts Hippo te Hippolytushoef het bevel gegeven om met onmiddellijke ingang haar werkzaamheden als tandarts te stoppen.

Op 26 oktober bezocht de inspectie de praktijk in Hippolytushoef. Aanleiding voor het bezoek waren klachten over de wijze waarop de tandheelkundige zorg wordt uitgevoerd en georganiseerd is. De inspectie heeft besloten tot een bevel om de praktijk te sluiten omdat de situatie die de inspectie aantrof een groot risico voor de patiëntveiligheid is.

Tekortkomingen:

  • de WIP-richtlijn infectiepreventie in de tandheelkundige praktijk wordt onvoldoende nageleefd. Zo raakt de tandarts met haar handschoenen allerlei voorwerpen aan, terwijl ze daarvoor met dezelfde handschoen in de mond van de patiënt is geweest. Verder was de jas van de tandarts zichtbaar verontreinigd, waren niet alle zeep en handdispensers handsfree te bedienen, hingen mondneuskapjes onder de kin of in de nek en werd de spatbril op het haar gedragen. Ook de systematisch controle op een goede werking van de autoclaaf ontbreekt, waardoor desinfectie van de tandheelkundige instrumenten niet kan worden gewaarborgd.
  • er wordt niet voldaan aan de Kernenergiewet. Ondermeer een Nederlands stralingsdeskundigheidscertificaat kan niet worden getoond en het onderhoudsrapport van de röntgenapparatuur is niet aanwezig.
  • de praktijk voldoet niet aan de eisen, zoals gesteld in de Wet Geneeskundige Behandel Overeenkomst. Dossiers zijn niet up-to-date en toestemming voor behandeling wordt niet vastgelegd.

Vanwege dit risico voor de patiëntveiligheid heeft de inspectie het bevel gegeven om met onmiddellijke ingang geen patiëntenzorg te verlenen. Deze maatregel blijft van kracht, totdat de inspectie van oordeel is dat de kwaliteit van de zorgverlening voldoet aan de voorwaarden voor verantwoorde zorg.

Bron:
IGZ

 

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z
caries - tandarts

Speekselklieraandoeningen herkennen en behandelen

Cysten, tumoren en ontstekingen van de speekselklieren zijn aandoeningen waarmee u in uw praktijk kunt worden geconfronteerd. Een update door kaakchirurg-oncoloog Erik van der Meij van het Medisch Centrum Leeuwarden.

Op de praktijkgerichte nascholingsdag Dental Review 2011 sprak van der Meij de aanwezige tandartsen bij over de meest voorkomende speekselklierpathologie.

Circumscripte zwelling van de glandula parotis; het bleek te gaan om een goedaardige speekselkliertumor.

Aandoeningen
Aandoeningen kunnen zich bevinden in de:

  • glandula parotis (oorspeekselklier)
  • glandula submandibularis (onderkaakspeekselklier)
  • glandula sublingualis (ondertongspeekselklier)
  • accessorische speekselkliertjes

Sialoadenitis is de benaming voor virale (bijvoorbeeld de bof) en bacteriële ontstekingen van de klieren. Speekselklierkanker komt relatief weinig voor. “Een speekselkliertumor ziet u als tandarts misschien twee tot drie keer in uw leven”, stelde Van der Meij. “Het vervelende is dat het verschil tussen goed- en kwaadaardig niet eenvoudig te zien is.” Over het algemeen geldt:

  • hoe kleiner de klier, hoe groter de kans op kwaadaardigheid
  • een zwelling van de bovenlip is kwaadaardig tot het tegendeel bewezen is
  • een langzaam groeiende tumor is niet per definitie goedaardig

Sinds een jaar bestaande zwelling van de binnenzijde van de bovenlip; bij biopsie bleek het te gaan om een kwaadaardige speekselkliertumor uitgaande van een klein speekselkliertje.

Nauwkeurig lichamelijk onderzoek
Van der Meij adviseert tandartsen dan ook bij een zwelling van een van de speekselklieren nauwkeurig lichamelijk onderzoek te verrichten. Met een gaasje kan de uitvoergang van de speekselklier worden droog gemaakt. Vervolgens kan de klier worden gemasseerd. De karakteristieken van het vrijgekomen secreet (helder, troebel, vlokkerig of pus) geven veel diagnostische informatie.

Na massage van de glandula submandibularis komt pus vrij uit de ductus Whartoni.

Na massage van de glandula parotis wordt een speekselsteen verwijderd.

Aanvullend onderzoek
Aanvullend, beeldvormend onderzoek kan variëren van conventionele röntgen, echografie, MRI, CT, PET/CT tot CB-CT sialografie. Met deze laatste techniek kan met behulp van contrastvloeistof en CB-CT een 3D-beeld worden verkregen. Ook cytologische puncties bieden steeds meer mogelijkheden om op een paar cellen een redelijk betrouwbare diagnose te stellen.

Sialendoscopie
De nieuwste ontwikkeling is de sialendoscopie, waarbij met een scoop diep in de vertakkingen van de klier kan worden gekeken. Via sialendoscopie kunnen eventueel gevonden speekselstenen met een netje worden verwijderd en vernauwingen met een ballonkatheter worden verholpen.

Sialendoscopisch onderzoek kan o.a. worden verricht in het speekselkliercentrum van het Erasmus MC te Rotterdam en het Speekselkliercentrum Friesland te Leeuwarden. Deze speekselkliercentra zijn gespecialiseerd in de diagnostiek en behandeling van speekselklieraandoeningen.

Bron:
Verslag door dental INFO, gemaakt tijdens de Dental Review 2011, georganiseerd door Mark Two Communications, 30 september 2011, Jaarbeurs Utrecht

Dr. Erik H. van der Meij is opgeleid tot kaakchirurg aan het VU Medisch Centrum te Amsterdam. In 1994 behaalde hij het tandartsexamen en het artsexamen in 2000. In 2002 promoveerde hij aan het VUMC op het proefschrift: “The possible premalignant character of oral lichen planus and oral lichenoid lesions. A clinicopathological study”. Van 2004 tot 2008 was hij als staflid verbonden aan de afdeling Mondziekten en Kaakchirurgie van het Erasmus MC te Rotterdam. In die periode werd aldaar een fellowship Hoofd-hals chirurgie/oncologie gevolgd. Vanaf 1 januari 2008 was hij in het Erasmus MC werkzaam als kaakchirurg-oncoloog en hield hij zich bezig met de diagnostiek en chirurgische behandeling van tumoren in het hoofd-halsgebied. Sinds maart 2008 is hij werkzaam in het Medisch Centrum Leeuwarden. Zijn aandachtsgebieden betreffen de hoofd-hals oncologie, de orale pathologie en speekselklieraandoeningen.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Scholing, Thema A-Z
materialen, tandarts

Infectiepreventie: de stand van zaken

Vrijwel alle mondzorgers zijn druk bezig om hun praktijkvoering op orde te brengen op het gebied van praktijkhygiëne. Dit stelt tandarts en docent tandheelkunde Dorothé Voet, die gespecialiseerd is in infectiepreventie en patiëntveiligheid.

Simpel en snel
Veel tandartsen vragen zich af hoe de infectiepreventie goed aan te pakken. En waarom zijn de protocollen niet gewoon voorhanden? “Omdat elke praktijk anders is ingericht, over verschillende apparatuur en over een gevarieerd aantal overige hulpmiddelen en taakstellingen voor de medewerkers beschikt, zal elke praktijk echt zelf protocollen moeten schrijven”, zegt Voet. “Hou het zo simpel mogelijk, want hoe simpeler het protocol, hoe beter en effectiever het te gebruiken is.”
Er zijn praktijken die hun protocollen opstellen in samenwerking met gespecialiseerde bedrijven. Voet: “Die geven soms een certificaat af terwijl de inhoud van het protocol niet juist is, wat een vals gevoel van veiligheid kan geven. Een inspecteur van de IGZ kan een individueel protocol onder omstandigheden dus inhoudelijk afkeuren. Gelukkig zijn er ook ondersteunende bedrijven die wel heel nauwkeurig zijn inzake de inhoud van de protocollen en die men met een gerust hart kan inhuren.”

Gedetailleerde routing
“Belangrijk is dat de routing zeer gedetailleerd wordt beschreven. Werkelijk alle stappen horen in dit protocol te staan om de handelingen daadwerkelijk goed uitvoerbaar te laten zijn. Bijvoorbeeld ook met welk middel je bepaalde instrumenten reinigt en desinfecteert en de hoeveelheid hiervan. Iedereen dient daarvan op de hoogte te kunnen zijn door middel van een geschreven protocol.
Bovendien moet iedere betrokkene kunnen vertellen waarom dit precies zo moet. Ook de assistent draagt die persoonlijke verantwoordelijkheid, want wie voldoende kennis van infectiepreventie heeft, is beter toegerust om het te blijven doen zoals het hoort. Stel dat er iets mis gaat, dan moet de assistent dat zelf kunnen constateren en interpreteren en bovendien zelf een alternatief kunnen bedenken.

Uiteraard is het allerbelangrijkste dat het protocol daadwerkelijk wordt nageleefd. Alle teamleden worden geacht te werken volgens de opgestelde protocollen. Een protocol kan nog zo perfect zijn, als het niet wordt nageleefd is er mogelijk geen sprake van een goede hygiëne.”

Handhygiëne
Voet heeft inmiddels veel praktijken gezien, vooral tijdens waarnemingen. Het valt haar op dat veel praktijken nog tekort schieten betreffende de handhygiëne. Ze kent geen mondzorgers die geen handschoenen gebruiken, maar het gebruik van handalcohol is nog vaak ondermaats. “Ja, het vergt veel discipline, die handhygiëne. Maar het speelt een cruciale rol. Zonder goede handhygiëne heeft u namelijk niets aan die hele dure autoclaaf die u misschien heeft staan.
Bij slechte handhygiëne vinden de micro-organismen namelijk via aangeraakte en besmette oppervlakken hun weg naar de volgende patiënt. Deze besmettingsroute wordt smeercontaminatie genoemd. Daarom hoort er voor adequate handdesinfectie op strategische plaatsen handalcohol aanwezig te zijn: bij de tandarts, bij de assistent en ook in de sterilisatieruimte.”

Flessenunit
Voet is een groot voorstander van het gebruik van behandelunits met flessenwater. “De
fles kan, soms na enige noodzakelijke aanpassingen, op elke unit worden aangesloten. Op die manier kun je veilig doorwerken als er een wateralarm geldt en het water van het waterleidingnet niet ongekookt gebruikt mag worden. De fles wordt in dat geval met bronwater gevuld en de behandelingen kunnen zonder risico voor team en patiënten ongestoord voortgang vinden.

Steriel weefsel
Instrumenten die in contact zullen komen met steriel weefsel moeten verpakt worden gesteriliseerd volgens de WIP Richtlijn. Maar wat moeten we ons voorstellen bij steriel weefsel?
“Steriel weefsel is al het gezonde weefsel dat zich onder bedekkende huid of slijmvlies bevindt. Een hevel zal de ene keer wel en de andere keer niet in een steriele omgeving gebruikt worden, maar omdat het onderscheid voorafgaand aan het gebruik niet altijd te maken is, is het veiligheidshalve aan te bevelen om hevels en ook worteltangen altijd verpakt te steriliseren.”

WIP-richtlijn
Een effectieve manier van schoonmaken is weggooien… En tevens geldt: Schoonhouden moet als schoonmaken niet kan. Deze oneliners van Voet zijn de ultieme praktische vertaling van de WIP-richtlijnen en verdienen een plek in elke bedrijfsvoering.

Punten om nog eens bij stil te staan:

  • Zorg voor voldoende ruimte voor sterilisatie.
    Offer desnoods een behandelkamer op!
  • Vooraf instrumententray gereed maken
    Leg vóór de behandeling – buiten de behandelruimtes -zoveel mogelijk instrumenten op de
    tray zodat er in principe NIETS meer bij gepakt hoeft te worden.
  • Unit niet vasthouden
    Assistenten vergeten soms de delen van de unit die zij – vaak onbewust – hebben
    vastgehouden, te desinfecteren.
  • Gebruik van hygiënehoesjes (sleeves)
    Instrumenten en (delen van het) meubilair met ribbeltjes, richeltjes en naden zijn moeilijk
    schoon te houden. Het toepassen van sleeves (over bijvoorbeeld etsspuitjes) biedt dan een oplossing.
  • Tandsteenapparaat doorspoelen met chloor
    Het losse tandsteenapparaat vereist een strikt waterkwaliteitsregime, mogelijk zelfs met
    behulp van een chlooroplossing. Het gebruik van chloorhexidine tijdens het verwijderen van
    tandsteen is niet voldoende om het ontstaan van de schadelijke biofilm tegen te gaan!

Dorothé Voet studeerde in 1980 af als tandarts aan de Vrije Universiteit te Amsterdam. Ze heeft brede ervaring als algemeen practicus vanuit haar eigen praktijk en door vele praktijkwaarnemingen.
Daarnaast is ze reeds meer dan tien jaar actief in het onderwijs. De reguliere dagopleidingen alsook de diverse nascholingscursussen voor tandartsassistentes zijn haar vakgebied maar tevens is ze betrokken bij de opleiding van preventieassistentes en mondhygiënistes. Vanuit de combinatie van tandheelkunde en onderwijs heeft zij een aantal boeken geschreven voor de opleiding van tandartsassistentes.

Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Okt 2011

 

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z
Euro, geld, goodwill

VVD: patiënt moet meer kostenbewust worden

De VVD wil patiënten meer kostenbewust maken door ze bij elke behandeling in het ziekenhuis inzicht te geven in de kosten. Zo hoopt de regeringspartij dat mensen beter begrijpen hoeveel de zorg kost en waarom de overheid op de uitgaven wil letten.

De liberalen hopen ook dat patiënten zo zelf gaan controleren of de juiste kosten in rekening worden gebracht. Dit gaat Tweede Kamerlid Anne Mulder van de VVD volgende week voorstellen bij de behandeling van de begroting Volksgezondheid, aldus een VVD-woordvoerder vrijdag na een bericht van de NOS.

Reacties
De SP reageert sceptisch. Dat geldt ook voor PvdA-Kamerlid Diederik Samsom. Volgens hem is er ‘niks mis mee’ om de kosten voor mensen in de zorg inzichtelijk te maken. Maar hij maakt ook duidelijk er ‘geen wonderen’ van te verwachten. Regeringspartner CDA steunt het pleidooi van de VVD. CDA-Kamerlid Margreeth Smilde was volgens haar woordvoerster van plan een soortgelijk voorstel te doen in het debat met Schippers over de begroting van VWS.

Explosieve kostentijging
VVD’er Mulder geeft aan dat de zorgkosten explosief stijgen. “Dat is een tikkende tijdbom onder de collectieve uitgaven. Maar dat besef is er niet onder de bevolking. Mensen willen geen hogere premie betalen, en ze willen niet bezuinigen op de zorg. Maar die twee gaan niet samen. Er moet iets gebeuren”, stelt hij.

Hartaanval
Zowel Mulder als zijn CDA-collega Smilde wil ook dat mensen beter de rekening kunnen controleren die door ziekenhuizen bij hun zorgverzekeraar wordt gedeclareerd. Daarbij benadrukt de VVD’er dat het niet de bedoeling is ‘dat iemand die met bijvoorbeeld een hartaanval bij het ziekenhuis komt, eerst een rekening onder zijn of haar neus gedrukt krijgt’.

Bron:
Skipr

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen
IGZ-aanwijzing

De tandarts ontkent de aantijgingen van de IGZ

Tandarts Schneiderat uit Hippolytushoef moest vorige week per direct haar werkzaamheden als tandarts staken. Daartoe kreeg ze een bevel van de Inspectie voor de Gezondheidszorg.

De tandarts ontkent de aantijgingen van de IGZ. ,,De inspecteurs stormden binnen middenin een behandeling. Mijn jas was vies door de behandeling die ik aan het uitvoeren was. Ik zette mijn bril op mijn haar omdat ik anders de inspecteurs niet aan kon kijken. Dat van die handschoenen hebben ze helemaal niet gezien”, verklaart ze. Naar eigen zeggen heeft ze dit alles ook laten weten aan de IGZ.

Bron:
RTV Hollands Kroon

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z
Geld

Zorgbelang Noord Holland: vrije prijsvorming tandartsenzorg nog geen goed idee

De Minister van VWS wil per 1 januari 2012 vrije tariefstelling in de tandartsenzorg om innovatie en concurrentie te stimuleren. De rol van de patiënt als consument wordt hiermee nog scherper neergezet. Zorgbelang Noord-Holland vindt dat er veel verbeterd moet worden voordat vrije tariefstelling in het voordeel is van de patiënt. Patiënten kunnen nu al moeilijk beoordelen of een tandarts goede kwaliteit levert. Ook zijn de prijzen en facturen van tandartsen niet duidelijk. Dat blijkt uit cijfers van de afdeling Informatie en Klachtenopvang van Zorgbelang Noord-Holland: twee derde van het aantal klachten over tandartsen in de afgelopen drie jaar gaat over de behandeling en/of rekening van de tandarts.

Patiëntenervaringen Noord-Holland
Zorgbelang Noord-Holland wilde graag weten hoe zorggebruikers in de provincie Noord-Holland de tandartsenzorg ervaren. Tussen januari 2009 en oktober 2011 zijn er 368 vragen en klachten over mondzorg geregistreerd door de afdeling Informatie en Klachtenopvang. Maar liefst twee derde van deze klachten heeft betrekking op de behandeling en/of rekening. Patiënten worden regelmatig ‘verrast’ door de tandartsrekening: deze valt dan hoger uit dan de offerte. Ook klagen zij dat de behandelaar niet uitgevoerde behandelingen of niet geleverde protheses wel in rekening brengt. De codes die op de rekeningen zijn vaak onduidelijk en ook zorgverzekeraars geven niet altijd de juiste informatie.

Geen zicht op kwaliteit
Zorgbelang Noord-Holland vindt dat de kwaliteit voor patiënten tot nu toe nog niet duidelijk is. Directeur Jacques Loomans: ‘Het is nu voor patiënten moeilijk om te bepalen of ze een goede tandarts hebben. Patiënten weten niet waar ze op moeten letten. Wat zegt het als je nieuwe tandarts het werk van je vorige tandarts afkeurt? Wil de nieuwe tandarts graag geld verdienen, of was de oude tandarts echt zo slecht? Trekt je tandarts altijd schone handschoenen aan in je bijzijn? Vertelt hij over de mogelijke bijwerkingen van verdoving?’ De NPCF, de koepelorganisatie van patiëntenverenigingen waar Zorgbelang Noord-Holland ook lid van is, brengt op dit moment, samen met tandartsen en andere organisaties, in kaart hoe goed tandartspraktijken zijn. Er wordt dan gekeken naar zaken als hygiëne, het aantal patiënten met cariës (gaatjes), de levensduur van kronen. Die gegevens moeten worden verwerkt tot informatie waarmee patiënten de kwaliteit kunnen beoordelen. Pas in de loop van volgend jaar is het mogelijk om online na te gaan hoe een tandarts op die kwaliteitsaspecten scoort. Patiënten hebben deze informatie nodig om hun keuze voor een tandarts te kunnen baseren op de beste prijs-kwaliteitverhouding.

Patiënt moet veel zelf uitzoeken
Als het experiment met de vrije tarieven doorgaat wordt het er voor de patiënt niet beter op. Patiënten moeten dan zelf maar uitzoeken wat ze moeten gaan betalen aan de tandarts: via de website van de tandarts of informatie in diens praktijk, en de polis van de zorgverzekeraar. Bovendien is er in sommige regio’s een tekort aan tandartsen, zodat het voor patiënten niet eenvoudig is om bij een dure tandarts weg te gaan. Klachten kunnen nog steeds gemeld worden bij de afdeling Informatie en Klachtenopvang van Zorgbelang Noord-Holland via 0900 – 243 70 70 (10 eurocent per minuut).

Bron:
Zorgbelang Noord-Holland

Lees meer over: Tarieven, Thema A-Z
Recht

Tandartsenpraktijk Ivory & Ivory in overtreding tijdens openhuis

De Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft de eigenaar van tandartspraktijk Ivory & Ivory Utrecht tijdens de open dag gelast te stoppen met het maken van röntgenfoto’s. In de vestiging Oudenoord te Utrecht werden als speciale openhuis actie gratis röntgenfoto’s gemaakt zonder dat er voorafgaand aan het maken van de foto een medische indicatie door een tandarts werd gesteld.
Tijdens het onaangekondigde bezoek op zaterdag 29 oktober 2011 constateerde de inspectie dat er in de praktijk niet werd voldaan aan de Kernenergiewet en de Wet Big. De assistente maakte röntgenfoto’s bij bezoekers zonder dat een tandarts de indicatie hiervoor had gesteld.

Bron:
IGZ

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z
Geld, pot

Verzekeraars verhogen premie licht

Zorgverzekeraar Menzis verhoogt de premie voor de basisverzekering volgend jaar met 1,75 euro per maand. De basispremie gaat van 104,75 euro naar 106,50 euro. Bij IZZ gaat de premie met ruim 3 euro naar 100,44 per maand.

Scherp inkopen
Menzis is met zo’n twee miljoen klanten een van de vier grootste verzekeraars in het land. Door zorg scherp in te kopen en de interne doelmatigheid te verhogen, weet de verzekeraar naar eigen zeggen de stijging van de premie binnen de perken te houden. “Wij doen niet aan premiepolitiek,” aldus Menzis-topman Roger van Boxtel.

Fysiotherapie
Omdat ruim een op de drie werknemers in de zorg maakt gebruik van fysiotherapie, verruimt IZZ de vergoeding voor fysiotherapie tot 500 euro per jaar. IZZ ‘repareert’ bovendien de beperking van de eerstelijnspsychologische zorg die door de overheid uit het Basispakket is gehaald.

Bron:
ANP/Skipr

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen
Geld

Regels voor bijbetaling zorgverzekering onduidelijk

De regels voor bijbetaling voor zorg en het eigen risico zijn voor veel mensen moeilijk te doorgronden. Dat concludeert NIVEL na onderzoek.

De helft van de mensen geeft aan vóór een behandeling niet te weten of ze moeten bijbetalen. Volgens NIVEL-onderzoeker Dolf de Boer zijn de regels ‘behoorlijk ondoorzichtig’ geworden. “Het basispakket verandert bijna ieder jaar, daarnaast betalen verzekerden een eigen bijdrage en daar loopt dan ook het eigen risico weer doorheen. In de periode van invoering van het eigen risico in 2008-2009 zie je de onduidelijkheid dan ook toenemen.”

Uitgestelde behandeling
Van de mensen die moesten bijbetalen voor zorg, blijkt het in een derde van de gevallen (30 procent) niet helder waarom ze moeten bijbetalen. En verder blijkt uit het onderzoek dat bij één op de tien verzekerden een behandeling is uitgesteld omdat toestemming van de zorgverzekeraar uitblijft.

Methode
NIVEL betrok 7260 verzekerden bij het onderzoek. De gegevens worden gebruikt om de scores voor kwaliteit en dienstverlening te gebruiken op de website KiesBeter.nl van het RIVM. Volgens de onderzoekers zijn de verschillen tussen de verzekeraars overigens niet zo groot.

Bron:
Skipr

 

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen
Patiëntenfederatie NL, ministerie VWS en zorgverzekeraars op werkbezoek in mondhygiënepraktijk

Rouvoet voorzitter Zorgverzekeraars Nederland

Oud-minister André Rouvoet wordt de nieuwe voorzitter van Zorgverzekeraars Nederland (ZN), de brancheorganisatie van de Nederlandse zorgverzekeraars.

Dat maakte ZN maandag bekend. Rouvoet begint op 1 februari 2012 en is aangesteld voor vier jaar. Hij volgt Hans Wiegel op, die al sinds 1995 voorzitter is van ZN.

In een persverklaring zegt Rouvoet dat er voor de zorgverzekeraars geweldige uitdagingen liggen. ”In het bijzonder als het gaat om de kwaliteit en de kostenbeheersing in de zorg.”

“Juist zorgverzekeraars, die via hun inkooprol eerst en vooral de belangen van alle verzekerden van Nederland willen behartigen, kunnen daar een sleutelrol in vervullen”, vervolgt Rouvoet. “Ik beschouw dat als een enorme uitdaging waaraan ik als voorzitter van de brancheorganisatie graag mijn bijdrage wil leveren.”

Rouvoet was minister voor Jeugd en Gezin in het laatste kabinet-Balkenende. Hij zat vanaf 1994 in de Tweede Kamer, eerst voor de RPF en sinds 2001 voor de ChristenUnie.

Bron:
NU.nl

 

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z
burn-out, handen voor gezicht

Meer werknemers met burn-outklachten

Tussen 2007 en 2010 is het aandeel werknemers met burn-outklachten toegenomen. Hoogopgeleiden voelen zich iets vaker opgebrand dan lager opgeleiden. Jongeren hebben er relatief weinig last van. Het onderwijs is de bedrijfstak waar burn-outklachten het meest voorkomen.

Ruim 1 op 8 werknemers met burn-outklachten
Het percentage werknemers met burn-outklachten is de laatste jaren toegenomen. In 2010 kampte 13 procent van de werknemers met een burn-out, in 2007 was dat nog 11 procent.

Hoogopgeleide werknemers
Van de hoogopgeleide werknemers, die vaak ook een hoog beroepsniveau hebben, voelde bijna 15 procent zich opgebrand. Van de laagopgeleiden was dat ruim 13 procent. Werknemers met een middelbare opleiding hadden met 12 procent het minst last van burn-out klachten. Jonge werknemers hebben minder vaak een burn-out dan oudere werknemers. Van alle 15- tot 25-jarigen had een op de tien te maken met burn-out klachten. Bij de 25-plussers ging het om ruim een op de zeven werknemers.

Meeste burn-outs in onderwijs
Ook tussen bedrijfstakken bestaan verschillen in de mate waarin werknemers met burn-out kampen. De onderwijssector is koploper voor wat betreft het percentage medewerkers met een burn-out, op de voet gevolgd door de industrie.

Bron:
CBS

Lees meer over: Carrière, Thema A-Z

Beantwoording Kamervragen over hoge tandartskosten

Antwoorden van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mw. drs. E.I. Schippers op de vragen van het Kamerlid Kuiken (PvdA) over hoge tandartskosten.

1. Herinnert u zich de antwoorden op eerdere vragen over uitgestelde behandelingen door hoge tandartskosten?
Ja.

2. Wat vindt u van het bericht `Verzekeraar bang voor hoge nota tandarts’?

3. Deelt u de verwachting van een meerderheid in de branche dat prijzen in de mondzorg zullen stijgen na het vrijgeven van de prijzen per 1 januari 2012? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat vindt u daarvan?
2 en 3. Tijdens het experiment met de vrije prijsvorming zal de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de prijsontwikkeling in de mondzorg gedegen monitoren en mij daarover rapporteren. Tot dan toe spreek ik geen verwachtingen uit over een op- of neergang van de prijzen, dat zal immers uit het experiment moeten blijken. Wel zal ik de genoemde signalen bespreken met de koepels van aanbieders.

4. Bent u van mening dat de voorlichting naar de patiënt over het feit dat de tarieven van de techniek- en materiaalkosten voor het maken van kronen, bruggen en implantaten vrij onderhandelbaar zijn, en dus enorm kunnen verschillen per aanbieder, voldoende is? Zo ja, waar blijkt volgens u uit dat hier voldoende voorlichting over is? Zo nee, bent u bereid hier iets aan te doen? Zo ja, wat? Zo nee, waarom niet?
Vanaf 1 januari 2012 kunnen tandartsen zelf bepalen in welke omvang zij de techniekkosten naar de consument doorberekenen. De mate waarin zij deze doorberekenen zal van invloed zijn op het eindbedrag van de tandheelkundige behandeling. Omdat de tandarts verplicht is om bij een bedrag van hoger dan 150 (wat in geval van kronen, bruggen en implantaten veelal het geval is) vooraf een offerte te maken, kan de consument afwegingen maken om zich wel of niet bij de betreffende tandarts te laten behandelen. Het is dus in het belang van de tandarts om prijsbewust tandtechniek in te kopen en hierover goede en juiste voorlichting aan de consument te verschaffen. Ik zie geen aanleiding om aanvullende maatregelen te nemen boven de bestaande verplichting om een offerte in te dienen en een factuur van ingekochte tandtechniek aan de consument te overleggen.

5. Bent u bereid onderzoek te doen naar de prijsverschillen tussen tandartspraktijken, die ontstaan door de kosten van de gebruikte implantaatmaterialen? Zo nee, waarom niet?
Zoals ik heb gemeld bij het antwoord op vragen 2 en 3, zal de NZa de prijsontwikkelingen via een marktscan monitoren. Indien daartoe aanleiding bestaat kan de NZa nader `inzoomen’ op specifieke prijsverschillen. Dat kan bijvoorbeeld ook gelden voor prijsverschillen als gevolg van in rekening gebrachte kosten van implantaatmaterialen.

6. Deelt u de mening dat het noodzakelijk is dat patiënten voorafgaand aan een behandeling geïnformeerd worden over de hoogte van de mogelijke vergoeding door de verzekering? Zo ja, op welke wijze gaat u monitoren dat dit gebeurt?
De tandarts is verplicht om goed kenbaar te maken op zijn of haar site en in de praktijk wat de prijzen van de verschillende behandelingen zijn. Daarnaast is de tandarts, zoals gemeld bij het antwoord op vraag 4, verplicht om een prijsopgave te doen van de behandelkosten (indien deze een bedrag van 150 overstijgen). De omvang van de vergoeding is afhankelijk van de polisvoorwaarden van de verzekering die de consument heeft afgesloten. Dat kan hij of zij in de polis nalezen of zich hierover aanvullend door de zorgverzekeraar laten informeren.

Bron:
Rijksoverheid

Lees meer over: Tarieven, Thema A-Z
tand - poetsen

Tand van John Lennon onder de hamer

Fanatieke verzamelaars van Beatles-parafernalia kunnen een bijzonder nieuw item op hun verlanglijstje schrijven. Volgende maand wordt namelijk een tand van John Lennon geveild, schrijft de BBC.

De tand, niet eens een gouden, kan wel eens 10.000 pond op gaan brengen, meent een woordvoerder van het veilinghuis waar het kleinood onder de hamer gaat.

Lennon gaf de tand eind jaren zestig aan zijn huishoudster Dot Jarlett. Hij zei destijds dat ze het souvenir aan haar dochter moest geven, die een groot fan van The Beatles was.

Bron:
Vrouwonline

Lees meer over: Opmerkelijk, Thema A-Z
Gesprek - sollicitatiegesprek - functioneringsgesprek, praten

Omgaan met roddelen op de werkvloer

Er wordt veel geroddeld op de werkvloer. Er zijn schattingen dat 25 procent van de werktijd opgaat aan roddelen. Gelukkig heeft roddelen positieve aspecten zoals het binden van mensen, het creëren van groepsgevoel, informele nieuws- en informatiegaring. Maar het heeft ook negatieve aspecten zoals kwaadspreken, pesterij en (strategische) manipulatie. Als er te veel geroddeld wordt op de werkvloer, dan gaat dat ten koste van de productiviteit en de sfeer. Toch is het compleet weren van roddelen niet verstandig. Roddelen is een onderdeel van de informele communicatie op het werk. Probeer als manager goed om te gaan met roddelen door de juiste balans te vinden in het roddelen door de voordelen te stimuleren en de nadelen te beperken.

Functies van roddelen
Roddelen kent twee vormen, lovend roddelen en lasterroddel. Lasterroddel kan leiden tot fricties en vijandigheid en moet dus voorkomen worden. Lovend roddelen heeft een positief effect op de binding van de groep (vrij naar Elias en Scotson). Bevorder positief geroddel en beperk lasterroddel.

Roddelen is een vorm van communiceren met een doel. Het is eeuwen geleden ontstaan, en ook toen was kennis macht. Op het moment dat groepsvorming ontstond (en daarmee taalvorming) was roddelen een overlevingsmechanisme. U kon op die manier informatie inwinnen over de positie van anderen: wie deed wat, wie was te vertrouwen, voor wie moest u oppassen, wie waren de rivalen en wie uw medestanders? Deze vragen hebben nog steeds geldigheidswaarde. Want hoewel de historische functie van roddelen in een modern jasje is gegoten, blijft het nog een functie vervullen. Als er helemaal niet geroddeld wordt, is dat zelfs een teken dat er geen binding is tussen de medewerkers en het bedrijf.

Roddelen is een communicatievorm met de volgende doelen: bij de groep horen, solidariteit creëren (het wij-gevoel), maatjes worden, bevestiging zoeken, informatie uitwisselen, toetsen van elkaars meningen, draagvlak voor beslissingen creëren, elkaars positie bepalen, status, machtsposities creëren of gewoon tijd verdrijven door onschuldig over iets (of iemand) te praten.

Voordelen van roddelen
Roddelen stimuleert leren, het delen van informatie en elkaar bijpraten over mensen, doelen en werkwijzen. Door informatie met elkaar te delen en te valideren worden standpunten gescherpt en wordt effectieve groepsvorming bevorderd. Mensen voelen zich betrokken bij elkaar en daardoor ontstaat er respect en vertrouwen in elkaar. Als er vertrouwen is, voelen medewerkers zich sneller geneigd om spanningen en lastige situaties met elkaar te delen. Roddelen reduceert spanning en in tijden van onzekerheid of grote veranderingen speelt het dan ook een belangrijke rol. Roddelen creëert ook (nieuwe) waarden en normen binnen de groep die, mits goed aangestuurd en beïnvloed, passen binnen de bedrijfscultuur.

Nadelen van roddelen
Roddelen is ongezond als het overgaat in laster, pesterijen, negatieve geruchten, manipuleren, verdeeldheid zaaien en een machtspositie creëren over de rug van anderen. Groepen waarin roddelen voorkomt, maar ook individuen willen zich vaak beter voordoen dan anderen en dat kan gepaard gaan met allerlei manipulatieve strategieën ten koste van anderen. Als manager moet u dan ingrijpen. Een ander nadeel van roddelen is dat er een te sterke groepsvorming ontstaat waarbij medewerkers worden buitengesloten en samenwerking of efficiënt werken wordt geremd. Ook bestaat de kans dat door roddelen een bepaalde groep mensen de controle krijgt over relevante middelen en andere medewerkers.

Aanpak van negatief roddelen
Het is uw verantwoordelijkheid om de werksfeer en het functioneren van de medewerkers te bewaken. Als roddelen te ver gaat, is het belangrijk dat u stappen onderneemt. Kijk specifiek naar de negatieve effecten van het roddelen op de sfeer en de werkprestaties. Onderzoek hoe het roddelen in z’n werk gaat, wat ermee bereikt wordt c.q. wat het roddelen oplevert. Onderzoek met andere woorden de functie en de achtergrond van het roddelen. Haal de dominante spelers eruit. Kijk vervolgens naar uw eigen rol. Vaak heeft u te veel ruimte gegeven aan medewerkers en heb je te weinig sturing en informatie gegeven waardoor roddelen een kans krijgt. Breng verbeteringen aan om het roddelen in het gareel te houden. Maak mensen bewust van de consequenties van hun roddelgedrag, geef alternatief gedrag aan en stel indien nodig sancties. Maak duidelijk waar de grens ligt.

Wees u bewust van uw eigen rol in het roddelen; het gebeurt regelmatig dat de leidinggevende zelf veel roddelt. Dat ondermijnt uw gezag en het vertrouwen dat mensen in u hebben.

Praten over roddelen
Voer een gesprek met de meest dominante roddelaar die negatieve invloed heeft op de werksfeer. Achterhaal wat het roddelen toevoegt en welk doel daarmee wordt beoogd. Laat weten tegen welke prijs dat bereikt wordt en waarom dat niet kan op de werkvloer. Maak medewerkers medeverantwoordelijk voor de werksfeer en stel duidelijk grenzen: wat kan wel en wat kan niet. Wijs op alternatieven waarmee hetzelfde doel te bereiken valt. Als de situatie niet verbetert, voer dan een extra functioneringsgesprek. Het aangeven van sancties helpt ook, maar gebruik sancties pas na enkele waarschuwingen. Voer dan geen discussies, maar maak afspraken.

De roddelcultuur managen
Roddelen op de werkvloer kan onderdeel zijn van de bedrijfscultuur. Het managen van de cultuur begint met bewustwording en onderzoeken wat werkt en wat niet in de informatievormen die er zijn. Roddelen valt ook onder de informatievormen. Let op de functie van roddelen en hoe dat positiever en effectiever kan. Veel bedrijven streven naar een open, respectvolle communicatie, maar dat daadwerkelijk van de grond krijgen vraagt inspanning en inzet op gedrag, cultuur en structuur. Als er weinig informatie op de werkvloer terechtkomt, dan leidt dat tot meer roddelen. Zorg daarom voor overlegvormen, (digitale) informatievoorziening, nieuwsbrieven, blogs en andere passende vormen. Maak informele interactieplekken zoals koffie- of hangplekken functioneler.
Verbeter de bedrijfscultuur en -structuur, want die bepaalt hoe er geroddeld wordt. Onderzoek welke negatieve effecten de roddelcultuur heeft op de werksfeer en productiviteit. Bekijk ook wat de positieve effecten ervan zijn zoals informatie-uitwisseling, leren van elkaar en ontstaan van een band met elkaar. Communiceer vooral duidelijk in onzekere tijden en bij veranderingen.

Deze checklist is afkomstig uit het boek 75 Checklisten voor de nieuwe manager van Asha Kalijan e.a.

Bron:
Managersonline

Lees meer over: Thema A-Z, Werken met plezier
medicijnen

Ouderen, medicijnen en mondzorg

Ruim 15% van de 65-75 jarigen gebruikt 4 of meer soorten medicijnen. Veel mensen komen in het ziekenhuis terecht wegens verkeerd gebruik ervan. Ook voor de mondzorger ligt hier een taak.

Verslag van de lezing van mevrouw dr. Kwakkel tijdens het NVM congres.

Begeleiding bij het gebruik van medicijnen is erg belangrijk. Ook voor de mondzorger is hier een taak weggelegd. Denkt u aan het aanraden van pijnstillers. Kan dit altijd en zomaar? Dat het vrij te verkrijgen is, wil niet zeggen dat het compleet veilig is. Ook gebruiken mensen vaak nog medicijnen erbij waarvan de eigen apotheek of huisarts geen weet heeft. Kan dit wel samen? Vraag dus altijd naar de medicijnen die uw patiënt gebruikt en vraag goed door!

Risicofactoren
Let bij uw patiënten vooral op de de risicofactoren die geneesmiddelgerelateerde ziekenhuisopnames tot gevolg kunnen hebben:

  • Verminderde nierfunctie
  • Therapie ontrouwheid
  • Verminderde cognitie / vergeetachtigheid en verwardheid

Doordat ouderen fysiologisch anders in elkaar zitten, kunnen medicijnen heel anders uitpakken dan bij jongeren. Ouderen hebben sowieso al een verminderde nierfunctie en leverfunctie. Tevens is er sprake van een andere verdeling van het vetweefsel en lichaamswater. Hierdoor werken lipofiele medicijnen langer en hydrofyle medicijnen sterker. Door vergeetachtigheid kan de oudere vergeten dat hij de medicijnen al ingenomen heeft. Vervolgens kan het medicijn dat de oudere dan nogmaals neemt, al de toxische waarde bereiken. Ouderen slikken vaak meerdere medicijnen. Hierdoor is er vanzelf meer interactie. Sommige medicijnen gaan echt niet samen. Verder zijn ouderen extra gevoelig voor bijwerkingen en hebben vaak meerdere aandoeningen, dus meer mogelijke contra-indicaties. Ook kunnen lichamelijke beperkingen het gebruik belemmeren omdat men bijvoorbeeld de verpakking niet open krijgt.

NSAID’s

NSAID’s gaan vaak niet samen met andere medicijnen. Hier een overzicht:

  • Cumarines kan verhoogde bloedingsneiging veroorzaken
  • Bètablokkers verlaagd de antihypertensieve werking
  • Corticosteroïden en SSRI kunnen een maagbloeding veroorzaken
  • Lithium kan plasmaspiegel verhogen
  • Methotrexaat verlaagd de renale klaring

Contra-indicaties

 

  • Astma (COPD)
  • Lever- en nierfunctiestoornis
  • Hartfalen

Antibiotica

 

  • Amoxicilline en cumarines kunnen bloedingsneiging verhogen
  • Miconazol en cumarines kunnen bloedingsneiging verhogen
  • Co-trimazoxazol + fenytione kunnen fenytione spiegels verhogen
  • Adrenaline + bètablokkers kunnen bloeddruk verhogen en bardycardie veroorzaken

Wat kan mondhygiënist / tandarts doen?

 

  • Signaleren en actie ondernemen bij verkeerd gebruik: bel apotheek. Vertel wie je bent, welke opleiding/kennis/taken/verantwoordelijkheden.
  • Voorlichting geven.
  • Anamnese afnemen en aanvullende informatie vragen: Nooit problemen geweest bij gebruik van medicijnen? Zo ja, wat dan?

ProfessionalsPlatform
Afsluitend waren op het podium enkele ervaringsdeskundigen uitgenodigd: mondhygiënisten en tandartsen die in verpleeghuizen werken, een oudere (vader van één van de mondhygiënisten). Ze gingen in discussie naar aanleiding van filmpjes van mensen die werken in verzorgingshuizen. Praktische tips die hierbij naar voren kwamen:

  • Ga een gesprek aan met de oudere. Vraag naar vroeger en zijn ogen lichten op. Vraag naar wat hem is overkomen en luister.
  • Luister echt naar de oudere. Neem hem serieus!
  • Ga mee in het verhaal van een demente, spreek hem niet tegen.
  • Is iemand al lang niet geweest? Ga er achteraan! Ga je patiëntenbestand na.
  • Het is onze verantwoordelijkheid om deze mensen actief op te zoeken.
  • Verzorg workshops voor het verzorgend personeel. Instrueer, maak protocollen.
  • Blijf de privacy respecteren van een oudere.
  • Praat niet over het hoofd van een oudere heen.
  • Soms voel u zich als een pastoraal medewerker, maar tijd nemen voor de patiënt is echt heel belangrijk. Daar helpt je iemand echt mee!!!

Bron:
Verslag van de lezing van mevrouw dr. Kwakkel tijdens de NVM voorjaarsvergadering 2011

Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis, Ouderentandheelkunde, Thema A-Z