Checklijst

Mondhygienist in top 10 beste beroepen 2009

De Wall Street Journal publiceerde op 5 januari jl. de 200 “beste en slechtste beroepen” van 2009 in de Verenigde Staten.
De indexering is gebaseerd op vijf criteria: werkomgeving, inkomen, werkgelegenheidsvooruitzichten, fysieke eisen en stressgevoeligheid.

Bovenaan staat de actuaris, onderaan de ‘ongeschoolde arbeider’.

De mondhygiënist staat op de 10e plaats, de tandtechnicus op plaats 72, de orthodontist op 94 en de tandarts op de 97e plaats.

Bekijk het overzicht in de Wall Street Journal

 

Lees meer over: Carrière, Thema A-Z
Nieuwe opleiding levert eerste endodontologen af

Meer tandartsen opleiden

Er moeten meer tandartsen en mondhygiënisten worden opgeleid in Nederland. Dat adviseert het Capaciteitsorgaan aan minister Ab Klink van Volksgezondheid. Het orgaan ziet de vraag naar mondzorg in de toekomst toenemen en vindt bovendien dat Nederland minder afhankelijk moet zijn van de instroom van tandartsen uit het buitenland.

Aan de opleiding tot tandarts beginnen jaarlijks 240 studenten. Dat aantal moet in de toekomst tussen de 314 en de 466 komen te liggen. Aan de opleiding tot mondhygiënist beginnen nu driehonderd studenten per jaar. Het Capaciteitsorgaan vindt dat dit cijfer omhoog moet naar 333, tot maximaal 416.

Het Capaciteitsorgaan is een onafhankelijke stichting waarin drie partijen zitting hebben: de beroepsgroepen, de opleidingsinstellingen en de zorgverzekeraars.

Bron
ANP

Lees meer over: Carrière, Thema A-Z
Voorbeeld formulier 360 graden feedback

Vijf tips om feedback te geven aan uw baas

Als u nauw met iemand samen werkt, heeft u goed inzicht in diens prestaties. Ook in die van uw baas. Maar kunt u uw inzicht wel delen met uw baas?

Amy Gallo stelt op Harvard Business Review dat correcte en doordachte feedback niet alleen uw baas kan helpen, maar ook uw werkrelatie kan verbeteren. Uw input kan ertoe bijdragen dat uw baas zichzelf ziet zoals anderen dat doen en er daardoor aan bijdragen dat hij/zij bepaald gedrag verandert. Maar stap niet zomaar naar uw baas met uw ongezouten kritiek. Houd de volgende overwegingen in gedachten:

  1. De relatie komt voor alles
    Of u wel of geen feedback kunt geven, is afhankelijk van de relatie die u met uw baas heeft. Ten eerste moet er onderling vertrouwen zijn. Ten tweede moet u inschatten of uw baas openstaat voor uw input. Als u weet dat uw baas nooit openstaat voor kritiek en/of als uw relatie niet al te stabiel is, kunt u beter uw mond houden. Staat uw baas er wel voor open en hebt u een goede verstandhouding, dan bent u het hem of haar bijna verplicht om eerlijk te zijn. Verder moeten uw bedoelingen oprecht zijn en uw feedback vooral bedoeld zijn om uw baas te helpen, niet om hem of haar de grond in te boren.
  2.  Wachten op een uitnodiging of zelf een gesprek aanvragen?
    Al is uw relatie nog zo goed, het is niet slim om met allerlei ongevraagd advies te komen. Idealiter zou uw baas u moeten vragen om uw input en aangeven wat hij of zij van u zou willen op het gebied van feedback. Het zou kunnen dat uw baas bezig is met zijn/haar eigen ontwikkeling en u vraagt te letten op bepaald gedrag waaraan hij/zij werkt. Maar in de echte wereld werkt het niet altijd zo. Als uw baas niet rechtstreeks om feedback vraagt, kunt u vragen of hij/zij daarvoor open staat, bijvoorbeeld in het kader van een nieuw project. Nogmaals: doe dit alleen als uw bedoelingen oprecht en goed zijn. Maak duidelijk dat u wilt helpen, geen steken onder water uit wilt delen.
  3. Focus op uw eigen perspectief
    Als uw baas aangeeft open te staan voor feedback, kan het erg verleidelijk zijn precies te vertellen wat u anders zou doen in zijn/haar positie. Geef echter alleen feedback op basis van wat u ziet en hoort. Formuleer uw feedback ook altijd vanuit uzelf. Zeg bijvoorbeeld: ‘het viel mij op dat u….’ Op deze manier toont u uw baas hoe hij/zij overkomt op anderen. Dit kan van onschatbare waarde zijn voor een leidinggevende. Uitgaan van uw eigen perspectief houdt ook in dat u zich de beperkingen van uw gezichtspunt realiseert. U ziet maar een deel van de totale prestaties en werkzaamheden van uw baas en u kent wellicht lang niet alle eisen die er aan hem/haar gesteld worden. Maak nooit de fout te veronderstellen dat u het allemaal beter weet. Ook hier gelden de algemene regels van goede feedback: wees eerlijk en baseer uw feedback op feiten. Begin met opbouwende kritiek en als er iets beter kan, zeg dan meteen hoe dat eventueel zou kunnen in uw ogen. Wees specifiek en gedetailleerd en wijs niet met een beschuldigende vinger.
  4. Als uw baas terugbijt
    Hoe goed en doordacht u uw feedback ook presenteert, de kans bestaat altijd dat uw baas boos wordt of zich aangevallen voelt. Heeft hij of zij u zelf gevraagd om feedback, leg dan duidelijk uit dat u alleen maar doet wat er van u gevraagd is. Soms kan het helpen om de feedback anders te formuleren. U kunt bijvoorbeeld toelichten waarmee specifiek gedrag het bereiken van specifieke doelen in de weg staan. Let goed op de reactie om in te schatten of de feedback goed valt en welke onderwerpen taboe zijn. Richt u op het positieve.
  5. Zeg bij twijfel liever niets
    Weet u niet zeker of uw baas uw feedback wel wil horen of ligt het onderwerp erg gevoelig, dan is het bijna altijd beter om maar niets te zeggen. Er is geen reden om uw relatie of uw baan op het spel te zetten, behalve als u vindt dat het gedrag van uw baas het bedrijf of uw afdeling schaadt. U kunt er in dat geval overigens beter voor kiezen om anoniem feedback te geven, bijvoorbeeld middels een 360 graden feedback procedure.

Bron:
Managersonline

 

Lees meer over: Opinie, Thema A-Z
antbiotica

Casus: antibiotica in geval van laag niveau goede bacterien?

Situatie
Mevrouw van 62 jaar. Heeft sinds 10 jaar M.S. en moet daarvoor soms prednison voor nemen. Mevrouw rookt niet.
Ze loopt al een paar jaar bij de mondhygiëniste. Haar mondhygiëne is duidelijk verbeterd, maar de conditie van de gingiva blijft onrustig. De pockets blijven aardig stabiel. Ze draagt een bovenprothese en in de onderkaak zijn ook al enige elementen afwezig en ze heeft een autologe etsbrug in het front. Ze heeft angulaire defecten. De pockets zijn tot 7 mm.

Kweekuitslag
Geen AA, geen PG, wel sterk verhoogde TF en verhoogde TD. Volgens de kweek zijn er weinig goede bacteriën om een stabiel evenwicht te verkrijgen.

Antwoord lab
Het lab geeft het volgende antwoord: Wanneer je Aa of Pg vindt bij een patiënt met parodontitis wil men liefst deze bacteriën kwijt omdat het zeer waarschijnlijk een mede-oorzaak is van het probleem. Geen Aa en Pg na behandeling zonder antibiotica leidt dan meestal tot verbetering van het klinisch beeld.

Bij afwezigheid van Aa en Pg, maar met veel Tf ziet men bij een refractaire parodontitis patiënt ook een duidelijke verbetering na gebruik van antibiotica. Echter, zoals we tot op heden weten is het niet nodig deze uit te roeien, maar terugbrengen naar lage aantallen kan ook voldoende zijn. Door het gebruik van een antibioticum tegen strikt anaërobe bacteriën – die ook het langzaamst groeien! – zorg je ervoor dat de sneller groeiende bacteriën (streptokokken, Actinomyces, Veillonella, enz) de kans krijgen om een groter deel van de microflora in te gaan nemen. De samenstelling verandert dan weer in een “gezondere” microflora.

Bron
W. van der Reijden, tandarts, microbioloog Laboral

Lees meer over: Casus, Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
5 tips voor omgaan met negatieve online recensies

Tips ultrasone scaler wisselen? Koelwatertoevoer opnieuw instellen.

Recent onderzoek toont aan dat het opnieuw instellen van de koelwatertoevoer bij het wisselen van tips van ultrasone scalers noodzakelijk is.

Adequaat koelen
Bij ultrasone scalers wordt elektrische energie omgezet in mechanische trillingen. Hierdoor ontstaat warmte. Om de temperatuur in de gebitselementen met niet meer dan 8° C te laten stijgen wordt gebruik gemaakt van koelvloeistof. Laboratoriumonderzoek liet zien dat bij gebruik zonder koelvloeistof een temperatuurstijging van 35 ° C in het dentine plaatsvindt. Voor adequaat koelen is 20-30 ml koelvloeistof per minuut noodzakelijk. Het is belangrijk dat de koelvloeistof het uiteinde van de tip bereikt, vooral bij gebruik in de diepe pocket. Wanneer hogere power instellingen worden gebruikt is dit vaak niet het geval.

Onderzoek
Onderzoekers van ACTA vergeleken de koelvloeistoftoevoer van vijf stand alone ultrasone scalers. Drie exemplaren van elk van de volgende merken werden onderzocht: EMS PM-400, EMS-PM600, Satelec P-max, Dürr Vector en Dentsply Cavitron. Een aantal verschillende tips werd gedurende één minuut getest op elk apparaat waarbij de koelvloeistoftoevoer werd ingesteld op verschillende standen. Met elke tip werd de test vijf keer herhaald.

Koeling bij meer of minder power?
Overschakelen van high power naar medium power betekende een reductie van 50% koelvloeistof bij de EMS apparaten, 40 % bij de Cavitron en 25 % bij de Vector. Bij maximale watertoevoer produceerden EMS en Cavitron meer dan de aanbevolen 20-30 ml per minuut. De indicatoren op de apparaten gaven geen accurate weergave van de hoeveelheid koelvloeistof. Bij de parotips van EMS en Cavitron was de hoeveelheid koelwatervloeistof minder dan bij standaard tips. Het verschil in de hoeveelheid vloeistof was evident wanneer verschillende tips met hetzelfde ontwerp met elkaar werden vergeleken.

Bron:
Koster, T., Timmerman, M., Feilzer, A., Van der Velden, U., Van der Weijden, F.: Water Coolant Supply in Relation to Different Ultrasonic Scaler Systems, Tips, and Coolant Settings. J Clin Perio 36: 127-131, 2009

Meer informatie over ultrasone scalers: “De stille kracht van ultrasoon”/ Van der Weijden, F.

Lees meer over: Praktijkhygiëne, Thema A-Z
Nationaal zorgonderzoek

Start nationaal lesproject ‘Hou je mond gezond!’

Een gezonde mond voor ieder kind. Dat is het doel van het nieuwe lesproject `Hou je mond gezond!’ voor basisscholen en peuterspeelzalen dat het Ivoren Kruis en de NMT op 17 november introduceerden op de Comeniusschool in Zeist. NMT-voorzitter Rob Barnasconi en Ivoren Kruis voorzitter Teun Rietmeijer verzorgden samen met Dolores Leeuwin en tandarts Laura Sprock de kick-off voor dit nieuwe landelijke onderwijsproject door het geven van poetstips aan Sinterklaas en zijn `poetspieten’. Aansluitend kregen de kinderen uit groep 4 de eerste `Hou je mond gezond! les over mondverzorging.

Onderwijsproject
Tijdens deze bijzondere les werd de leerlingen kennis bijgebracht over de mond en het gebit, tandenpoetsen, gaatjes, tanderosie (oplossen tandglazuur door zuren) en de zeven eet- en drinkmomenten. Alle 9.000 basisscholen, 4.000 peuterspeelzalen en 12.500 tandheelkundige professionals in ons land ontvangen kosteloos het onderwijsproject `Hou je mond gezond!’.

Kindergebitten verslechterd
“De verslechterde situatie van de kindergebitten in ons land is de aanleiding voor de ontwikkeling van het lesproject `Hou je mond gezond!’. Gebleken is dat 25% van de kinderen in Nederland zijn tanden niet of slecht poetst. Bovendien komen nog te veel kinderen niet of te laat bij de tandarts. Ouders horen kinderen vanaf jonge leeftijd -voor het tweede jaar- mee te nemen naar de tandarts of mondhygiënist”, aldus NMT-voorzitter Rob Barnasconi. “Over cariës hebben leerkrachten, kinderen en ouders behoorlijk wat kennis. Van tanderosie weten ze veel minder”, zegt Ivoren Kruis voorzitter Teun Rietmeijer. Centraal onderdeel van het lesproject is het geven van een `poetsles’ op school door een tandarts, mondhygiënist, (preventie)assistent of GGD-medewerker. Deze tandheelkundige zorgverlener leert de kinderen goed tandenpoetsen en legt uit dat onder andere frisdranken tandglazuur kunnen oplossen, dat tanden zonder glazuur erg pijn kunnen doen en dat eenmaal weggesleten glazuur nooit meer terugkomt. Twee keer per jaar bezoeken van de tandarts of mondhygiënist is belangrijk voor het krijgen en behouden van een gezonde kindermond. Veel ouders weten niet dat een bezoek aan de tandarts of mondhygiënist is opgenomen in de basisverzekering en dus voor kinderen tot 22 jaar gratis is verzekerd.

Terugdringen cariës en tanderosie
Het lesproject Hou je mond gezond! is ontwikkeld door het Ivoren Kruis en wordt georganiseerd in samenwerking met de NMT en het programma Kies voor gaaf! waarin tandartsen, mondhygiënisten en GGD-medewerkers zijn verenigd. Doel van het lesproject is het bevorderen van een gezonde mond door het terugdringen van cariës (gaatjes) en tanderosie en het stimuleren van tandartsbezoek. Verder willen de organisaties bij kinderen op peuterspeelzalen en basisscholen bewustwording creëren van de eigen invloed op de (mond)gezondheid. Kinderen die de juiste houding, kennis en vaardigheden aanleren om hun gebit en mond goed te verzorgen, zijn ook vaardiger in preventie en zelfzorg bij het voorkomen van ernstiger vermijdbare ziektes, zoals diabetes, hart- en vaatziekten en aan voedingsgedrag gerelateerde kankers.

Meer informatie: www.houjemondgezond.nl.
Bron: Nieuwsbank.nl

Lees meer over: Kindertandheelkunde, Thema A-Z
gaatjes

Gaatjes zoeken of cariësmanagement?

Cariësdiagnostiek is meer dan alleen het opsporen van carieuze laesies. Het International Caries Detection & Assessment System is een peer-reviewed en internationaal erkende methode om de gezondheidstoestand van gebitselementen te registreren. Er is nu een e-learning programma beschikbaar waarmee u met deze methode van registreren en monitoren van cariës kunt kennismaken en oefenen.

Kwalitatief betere informatie
De ICDAS Foundation heeft dit systeem ontwikkeld om de bekendheid en het gebruik van het ICDAS-systeem te bevorderen. Het ICDAS-systeem verschaft kwalitatief betere informatie als basis voor de besluitvorming ten aanzien van diagnose, prognose en klinisch management, zowel op het niveau van de individuele patiënt als op het niveau van de volksgezondheid. Het ICDAS-systeem maakt gepersonaliseerd cariësmanagement mogelijk.

Het 90-minuten durend e-learning programma geeft uitleg over het ICDAS onderzoeksprotocol en de wijze van registeren. Het programma is Engelstalig en gratis toegankelijk. Omdat de stichting geen winstoogmerk nastreeft wordt een donatie wel op prijs gesteld.

Bron:
ICDAS Foundation

E-learning programme ICDAS

Lees meer over: Cariës, Mondhygiëne, Thema A-Z
Aften

Aften: wat weten we ervan?

Aften komen veel voor (bij circa 20% v.d. populatie). Meestal gaat het om 1 of meerdere oppervlakkige, pijnlijke ulcera op het mondslijmvlies, die vanzelf overgaan in 1-2 weken. Er bestaan echter chronisch recidiverende varianten, waarbij patiënten continu ulcera hebben, en soms ontstaan grote ulcera die weken tot maanden persisteren.

Soorten aften:
De gewone aften worden ingedeeld in de groep recurrente stomatitis aphtosa, onder te verdelen in:
1. Minor aften:(80%), de gewone aften: 1-5 ulcera, < 10 mm (3-10 mm), ondiepe grijze erosies op erythemateuze halo, geneest littekenloos in 7-10 dagen, variabel recidiverend. Komt vanaf kinderleeftijd voor, bij 1% van kinderen onder de 5 jaar.
2. Major aften: 1-10 ulcera, > 10 mm (1-3 cm), grotere, diepe kratervormige ulceraties, geneest met littekens in 10-30 dagen, vaak recidiverend. Ontstaat doorgaans na puberteit.
3. Herpetiforme aften: 10-100 ulcera, 1-3 mm, 7-14 dagen, ondiepe ulcera, kleine erythemateuze halo. Begint tussen 20-30 jaar, klachten nemen toe tussen 30 en 40 jaar en daarna af.

Aften als onderdeel andere aandoeningen:
Aften kunnen ook voorkomen als onderdeel van Behçet’s syndroom (minor aphtae, plus 2 of meer geassocieerde symptomen zoals genitale ulcera, uveitis posterior, synovitis, cutane pustuleuze vasculitis, of meningoencephalitis), bij inflammatoire darmziekten (coeliakie, Crohn, colitis ulcerosa, malabsorptiesyndromen), bij enkele zeldzame syndromen (cyclische neutropenie, benigne familiale neutropenie, MAGIC syndroom (mouth and genital ulcers with inflamed cartilage), PFAPA syndroom, Sweet syndroom, Langerhans cel histiocytose), en tenslotte bij HIV. Herpes simplex recidivans, en andere oorzaken van orale ulceraties moeten worden uitgesloten.

Etiologie:
De oorzaak van de gewone aften is niet precies bekend. Genoemd worden ijzer, foliumzuur en vitaminedeficiënties (B1, B2, B6, B12), stress, lokaal trauma/beschadiging (pathergie), infecties, allergische reacties, een genetische aanleg, en abnormale reacties van het immuunsysteem. Onder rokers komt het minder voor.

Differentiaal Diagnose:
herpes simplex, hand-foot-and-mouth disease, candida, diepe mycose, lues, stomatitis van Plaut-Vincent, contactdermatitis, Behçet, erythema multiforme, pemphigus, m. Reiter, lichen planus, SLE, maligniteit, lokaal trauma (mechanisch, chemisch, contactallergisch), geneesmiddelen (NSAID’s, cytostatica). Lab: BSE, leuko’s, diff, ijzer, ferritine, foliumzuur, vitamine B-12, zonodig KOH, schimmelkweek, virus kweek of PCR. Eventueel circulerende immuuncomplexen en aanvullend onderzoek naar onderliggende syndromen.

Therapie:
Aften gaan over het algemeen vanzelf over in 4-14 dagen. Eventueel onderliggend lijden aanpakken (glutenvrij dieet bij coeliakie), zonodig mineralen/vitaminen suppletie. Bij veel hinder kunnen onderstaande therapeutica worden uitgeprobeerd:

Lokale steroïden:
R/ triamcinolon 0.1% in hypromellosezalf 20% FNA of in oculentum simplex (15 g), 4-6 dd aanstippen met wattenstaaf.
R/ klasse III (Topsyne gel) of klasse IV (Diprolene hydrogel, Dermovate hydrogel) gels, 4-6 dd aanstippen.
R/ corticosteroid dosis-aerosols: beclomethason (Becotide 100, Becloforte 250, Aerobec 100 of 250), budenoside (Pulmicort 200), of fluticason (Flixotide 125 of 250), 4-6 dd sprayen op de aften.
R/ Kenacort-A 10 of 40 (triamcinolon) onverdund intralesionaal.
R/ Buccalsone (hydrocortisonsuccinaat) zuigtab. à 2 mg. S/ 3-4 dd 1 tab tegen aften aan laten smelten (effect gering).
Lokale analgetica:
R/ lidocaïne 2% orale gel FNA, 4-6 dd aanstippen of spoelen, of voor de maaltijden.
R/ EMLA crème, 4-6 dd aanstippen met wattenstaafje.
Antiseptica en lokale antibiotica:
R/ tetracycline mondspoeling 5% (50 mg/ml) FNA (100 ml). 4-5 dd 5 min spoelen met 5 ml en dan uitspugen.
R/ caps tetracyclini 250 mg FNA no. 60. S. Capsule inhoud oplossen in 5 ml water. 4-6 dd 5-10 min spoelen.
R/ tetracycline 3% in oculentum simplex FNA.#
R/ chloorhexidine mondspoelvloeistof (Collutio chlorhexidini 0.2% FNA, Corsodyl), 2 dd 2 min spoelen met 10 ml.
R/ Hibitane (chloorhexidine) zuigtabletten 2.5 mg, 1 tab per uur (effect gering).
R/ natriumperboraat spoelvloeistof (Bocasan, zakje à 1.7 g voor 30 ml water), 3 dd 2-3 min spoelen.
R/ waterstofperoxide 3% FNA, 4 dd mondspoelen met 10-15 ml 1:1 verdunde oplossing.#
R/ zilvernitraatoplossing 2% of aanstippen met zilvernitraatstift.#
Combinaties:
R/ tetracycline 3% in lidocaïne 2% orale gel FNA.#
R/ triamcinolon 0.1%, tetracycline 3% in lidocaïne 2% orale gel FNA.#
R/ triamcinolon 0.1%, tetracycline 3% in hypromellosezalf 20% FNA.#
Diversen:
R/ Ulcogant (sucralfaat) suspensie 200 mg/ml, sachets a 5 ml/flacon 250 ml. 4 dd lokaal spoelen met 5 ml.
R/ Zendium tandpasta.
R/ zinksulfaat (1-3 dd 1 caps zinci sulfas à 200 mg).
R/ Aphthasol (amlexanox 5%) is een product uit de VS, nog niet verkrijgbaar in Nederland.
R/ Pyralvex (salicylzuur, antrachinonglycosiden) applicatievloeistof, 10 ml. Effect dubieus.
R/ orale anticonceptiva, als er een relatie lijkt te zijn met de menstruatie. Evidence gering.
Systemische therapie (NB: onderstaande middelen komen alleen voor de ernstiger vormen in aanmerking).
R/ korte kuur prednison bij hevige aanval (20-40 mg per dag gedurende 3-5 dagen).
R/ doxycycline 2 dd 100 mg gedurende 2-4 weken.
R/ colchichine 2-3 dd 0.5 mg.
R/ thalidomide 100-200 (50-400 mg per dag (bewustzijnsverklaring nodig).
R/ Dapson (diaminodifenylsulfon, DDS) 50-100 mg per dag.
R/ ciclosporine 3-5 mg/kg (of topicaal 3 dd 500 mg/5ml), m.n. bij m. Behçet.
R/ mesalazine systemisch (of lokaal mesalazine 5% in oculentum simplex) bij verdenking op orale Crohn.#
R/ cimetidine (m.n. bij PFAPA syndroom).
R/ pentoxyfylline 3 dd 400 mg (evidence gering).

Bron: www.huidziekten.nl
Meer informatie (NTvT) over syndroom van Behçet
Referenties:
1. Green JJ, Jorizzo JL. Aphthous stomatitis. In Lebwohl M, Heymann WR, Berth-Jones J, Coulson I. Treatment of skin disease. Mosby, London, 2002, pp. 53-57.
2. Orbak R, Cicek Y, Tezel A, Dogru Y. Effects of zinc treatment in patients with recurrent aphthous stomatitis. Dent Mater J 2003;22:21-29.
3. Fridh G, Koch G. Effect of a mouth rinse containing amyloglucosidase and glucose oxidase on recurrent aphthous ulcers in children and adolescents. Swed Dent J 1999;23:49-57.
4. Binnie WH, Curro FA, Khandwala A, Van Inwegan RG. Amlexanox oral paste: a novel treatment that accelerates the healing of aphthous ulcers. Compend Contin Educ Dent 1997;18:1116-1118.
5. Collier PM, Neill SM, Copeman PW. Topical 5-aminosalicylic acid: a treatment for aphthous ulcers. Br J Dermatol. 1992;126:185-188.

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
Meten - open mond

Weten wat we meten

De vorm van de sondetip en de sondeerdruk zijn de belangrijkste parameters bij het sonderen van parodontale pockets. Dit blijkt uit het onderzoek”Probing around teeth”, waarop parodontoloog Dick Barendregt begin november promoveerde aan ACTA.

Weten wat we meten
Met zijn onderzoek wilde Barendregt inzicht krijgen in de verschillende aspecten van het gebruik van een parodontale sonde bij gingivitis, onbehandelde en behandelde parodontitis. Gebleken is dat voor de dagelijkse praktijk de handsonde met een taps toelopende tip het meest geschikte instrument is.

Te veel druk
Volgens Barendregt zullen behandelaars veelal te hard drukken tijdens het meten en het parodontale probleem mogelijk overschatten. Een lichte sondeerdruk van circa 1270 kPa (bij een tipdiameter van 0,5 mm en sondeerkracht van 0,25 N) is volgens Barendregt voldoende om in onbehandelde parodontitis het niveau van de meest coronale bindweefselaanhechting vast te stellen.

Meten in behandelde pockets
Het meten van behandelde pockets met dezelfde sonde en dezelfde druk zorgt ervoor dat de sondetip zich coronaal van het niveau van de bindweefselaanhechting zal bevinden. In sommige gevallen ondervindt de gebruikte sondetip (met een diameter van 0,5 mm) in behandelde pockets zo veel weerstand door de toegenomen weefseltonus dat het binnendringen wordt bemoeilijkt.

Nader onderzoek

Nader onderzoek moet de hypothese gaan onderbouwen dat de meest coronale epitheelaanhechting als relevant aanhechtingsniveau moet worden gezien. Barendregt pleit in zijn dissertatie voor het ontwikkelen van een sonde die dat punt ook na behandeling reproduceerbaar kan vaststellen.

Bronnen: Nederlands Tandartsenblad, november 2009
Nederlands Tijdschrift voor Mondhygiëne, november 2009

.

Lees meer over: Parodontologie, Thema A-Z
Personeelshandboek

Parodontologie: handboek voor in de praktijk

Veel voorkomende gebitsproblemen vinden hun oorsprong in ziekten van de tandomgevende weefsels, het kaakbot en de orale mucosa. In Parodontologie is de meest actuele wetenschappelijke informatie op dit gebied samengebracht, met focus op de etiologie, de pathogenese en de behandeling van parodontale ontstekingen en de betekenis van deze aandoeningen voor mond- en algemene gezondheid.

Bruikbaar in de praktijk
Dit leerboek onderscheidt zich van andere uitgaven over parodontologie doordat de auteurs de wetenschappelijke informatie zo vertalen dat nieuw verworven kennis direct in de klinische praktijk kan worden toegepast. Daarbij laten de internationaal erkende auteurs ruimte voor discussie, indien over bepaalde zaken consensus ontbreekt. Het boek geeft een compleet overzicht van parodontologische aandoeningen door niet alleen plaque-gerelateerde maar ook de niet-plaquegerelateerde problemen te bespreken. Daarnaast wordt aandacht besteed aan orale implantaten en hun omgevende weefsels.

Voor wie?
Parodontologie is een onmisbare uitgave voor alle professionals in de mondzorg en in het bijzonder ook voor studenten tandheelkunde en mondzorgkunde.

Parodontologie
Auteurs: W. Beertsen; M. Quirynen; D. van Steenberghe; U. van der VeldenISBN978903136886 Uitgever: BSL

Lees meer over: Parodontologie, Thema A-Z

Toetsenbord en muis bron van infectie

De recente uitbraak van de griep veroorzaakt door het virus H1N1 benadrukt de noodzaak van effectieve protocollen voor infectiepreventie.
Richtlijnen worden daarvoor gegeven in het WIPrapport (rapport van de werkgroep infectiepreventie van de gezondheidsraad).

Richtlijn desinfectie administratieve apparatuur
Als richtlijn voor desinfectie van toetsenborden wordt in het WIP rapport beschreven:

  • Administratieve apparatuur staat bij voorkeur buiten de spatzone
  • Computer, telefoon en andere kantoorbenodigdheden worden huishoudelijk gereinigd
  • Het toetsenbord en de muis kunnen het beste worden beschermd met een vlakke, gladde plastic bedekking, die gemakkelijk te reinigen en te desinfecteren dan wel te vervangen is
  • Indien de apparatuur tijdens de behandeling met vuile handen of handschoenen is aangeraakt, moet deze na de behandeling ook worden gedesinfecteerd.

Vaak over het hoofd gezien
Sterilisatie- en desinfectieprocedures in tandartspraktijken zijn gericht op het voorkomen van overdracht van ziekteverwekkers van patiënt op patiënt of tussen behandelaar en patiënten.  Sterilisatie en desinfectie wordt zorgvuldig toegepast maar toetsenborden, computermuizen en telefoons worden vaak over het hoofd gezien. Uit onderzoek van Pegasus Lab bleek dat er op een gemiddeld computertoetsenbord (dus niet in de tandartspraktijk) meer bacteriën leven dan op een normale toiletbril. Een toetsenbord heeft maar liefst 265 keer meer bacteriën per vierkante centimeter. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het Zweedse tijdschrift PC För alla. Op een gemiddeld computertoetsenbord leven 33.000 bacteriën per vierkante centimeter. Op een normale toiletbril leven ongeveer 130 bacteriën per vierkante centimeter.

Onderzoek
In een artikel in Dimensions of Dental Hygiene wordt een onderzoek beschreven naar het vóórkomen van microorganismen op o.a. toetsenborden in de tandartspraktijk.  Doel van dit onderzoek was te laten zien dat contaminatie van computertoetsenborden (met  Staphylococcus aureus, enterokokken en Gram-negative bacillen) zoals beschreven in de medische literatuur ook plaatsvindt in de tandartspraktijk.

Conclusies artikel

  • Wanneer conventionele en verzegelde toetsenborden en  muizen 3 x daags werden ontsmet vond wel een reductie plaats van het aantal microorganismen maar werden potentiële ziekteverwekkers zoals enterokokken en Staphylococcus aureus nog steeds aangetroffen.
  • Desinfectie veroorzaakt geen zichtbare schade aan het toetsenbord
  • Gladde toetsenborden zijn gemakkelijker te desinfecteren dan conventionele toetsenborden
  • Desinfectie van toetsenbord, muis, bureaublad, pennen en telefoon helpt het aantal microorganismen te reduceren.

Bronnen en meer informatie:

WIP rapport Gezondheidsraad
www.pcmweb.nl/nieuws.jsp?id=1081036

Contaminated Surfaces:A look at multidrug-resistant organisms and computer keyboard/mouse devices in the dental office.
By Roger Stambaugh, DMD, MS, MSEd, FACD, and Leanne Elson, MS, M(ASCP) Dimensions of Dental Hygiene. June 2009; 7(6): 42-45.

Lees meer over: Praktijkhygiëne, Thema A-Z
T-cellen mogelijk verantwoordelijk voor orale disfunctie bij hiv-patiënten

Genmutaties ondermijnen afweer tegen schimmelinfecties

Onderzoek in Engeland en Nijmegen
DNA-onderzoek bij een Nederlandse en een Iraanse familie waarin regelmatig gruwelijke schimmelinfecties voorkomen heeft geresulteerd in de vondst van twee genmutaties die de afweer ondermijnen. Alle familieleden leken normaal werkende afweersystemen te hebben. Van bacteriën en virussen hebben ze niet meer last dan andere mensen, maar sommige familieleden, met de genmutaties, hielden maar last van schimmelinfecties. Binnen de Iraanse familie waren er zelfs mensen aan overleden. Engelse en Nijmeegse onderzoekers ontdekten de mutaties onafhankelijk van elkaar (The New England Journal of Medicine, 29 oktober).

Immunologisch raadsel
Candidaschimmels veroorzaken soms hardnekkige infecties van huid en nagels en van het slijmvlies in de mond en geslachtsorganen. Patiënten met een zwak immuunsysteem, zoals hiv-patiënten, lopen vaak dit soort infecties op. Bij de patiënten uit beide onderzochte families was het echter een immunologisch raadsel waarom  zij steeds weer geinfecteerd raakten.

Afweersysteem
Het afweersysteem herkent eiwitten op de celwand van de schimmel Candida albicans. De herkenning gebeurt met een eiwit (dectine-1) op de buitenkant van afweercellen. Dectine-1 geeft signalen door aan CARD9, een eiwit in de afweercel. Deze signalering activeert afweercellen om schimmels op te ruimen. De ene mutatie zit in het CARD9 gen en de andere in het dectine-1 gen.

Genmutaties
De groep van het University College Londen ontdekte de CARD9 mutatie. Dat bleek recessief: leden van de Iraanse familie die tegenover het gemuteerde gen ook een gaaf CARD9-gen bezaten, hadden nergens last van. De familieleden met twee gemuteerde CARD9-genen hadden vaak schimmelinfecties. Het effect van de dectine-1 genmutatie, ontdekt door een groep van de Radboud Universiteit Nijmegen, was complexer. Drie dochters uit een Nederlands gezin bezaten de mutatie op beide chromosomen en kregen al in hun jeugd last van infecties. Hun ouders hadden de mutatie slechts op één chromosoom. Zij kregen pas op latere leeftijd klachten. Die infecties waren bovendien minder ernstig.

Mogelijk nieuw medicijn
Patiënten met chronische schimmelinfecties zijn nu voortdurend afhankelijk van schimmeldodende medicijnen. De ontdekkking van de genmutaties kan leiden tot een nieuw medicijn dat dieper ingrijpt in het ziektemechanisme.

Bron: NRC handelsblad Wetenschap

Lees meer over: Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Onderzoek, Thema A-Z
Vaccinatie hpv

Nog geen vaccinatie tegen Nieuwe Influenza A voor mondzorg

Vaccinatie tegen Nieuwe Influenza A wordt aangeboden aan hulp- of zorgverleners die face to face contact hebben tijdens verpleging, verzorging, behandeling of onderzoek met patiënten uit de medische risicogroep en werkzaam zijn in 8 door  minister Klink benoemde sectoren:
1.Ziekenhuizen
2.Ambulancepersoneel
3.Huisartsen (incl. ondersteunend personeel) + huisartsenposten
4.Verpleeghuizen
5.Verzorgingshuizen
6.Instellingen voor gehandicapten
7.Thuiszorg
8.Verloskundigen

Argument voor gekozen afbakening
Het belangrijkste argument voor de gekozen afbakening van die 8 sectoren in de gezondheidszorg is dat de vaccins snel en efficiënt kunnen worden ingezet op de plaatsen waar de meeste patiënten uit de medische risicogroep en hun zorgverleners zich bevinden. Met andere woorden, naar verwachting zal met deze keuze de grootste gezondheidswinst te boeken zijn. Hoewel ook binnen andere instellingen, zoals bij voorbeeld in mondzorgpraktijken, contacten zullen zijn met patiënten uit de medische risicogroepen, worden deze momenteel nog niet onder de doelgroep voor vaccinatie tegen Nieuwe Influenza A geschaard. Of dit nog wordt aangepast hangt af van de levering van vaccin, de logistieke haalbaarheid en het verloop van de epidemie. Binnenkort adviseert de Gezondheidsraad minister Klink over eventuele uitbreidingen van het aantal risicogroepen.

Maatregelen mondzorgpraktijken
De Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Tandheelkunde (NMT) adviseert mondzorgverleners om zich op de hoogte te houden van actuele ontwikkelingen.  Zie onder aan pagina links naar websites met actuele informatie.
In mondzorgpraktijken moet men vooralsnog handelen alsof de Nieuwe Influenza A een normale griepepidemie is, waarbij de maatregelen uit de richtlijn infectiepreventie (WIP) moeten worden opgevolgd. Verder zijn maatregelen als de praktijk meer ventileren, de airco instellen op meer buitenlucht en minder recirculatie, de ramen een uur per dag openzetten en deurklinken, liftknoppen, trapleuningen, balie, computertoetsenbord met toebehoren frequent reinigen, wegwerphanddoeken en -zakdoeken gebruiken en groepsbijeenkomsten vermijden aan te bevelen.

Besmetting en besmettingsgevaar

Bij griepverschijnselen (hoesten, verkouden, spierpijn en koorts boven 38,5 º) na contact met een bevestigd geval van de Nieuwe Influenza A kan men ervan uitgaan de infectie te hebben opgelopen. Het advies is dan om de huisarts te bellen (er niet er heen te gaan) en thuis uit te zieken.
Er zijn nog onvoldoende evidence-based gegevens over de duur van de besmettelijke periode. Het is niet met zekerheid aan te geven wanneer het besmettingsgevaar voor anderen voorbij is. Daarom is besloten om het verdwijnen van koorts als criterium te hanteren om weer veilig aan het werk te gaan.

Websites met informatie over Nieuwe Influenza A epidemie:

http://www.rivm.nl/cib/themas/nieuwe-influenza/professionals.jsp
http://www.grieppandemie.nl/home/veelgestelde_vragen

Bronnen:
www.grieppandemie.nl
www.NTvT.nl

 

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
Tand - pijn

Rood haar? Meer pijn en angst bij tandarts.

Roodharige mensen zijn banger voor de tandarts en vermijden meer tandheelkundige hulp dan anderen met donker haar. Genetische variaties spelen hierbij een rol. Tenminste dat suggereert de Amerikaanse onderzoeker J.C.Binkley (Journal of the American Dental Association, 1 juli). Rood haar is het gevolg van verschillende vormen van het melanocortine-1-receptor MC1R-gen. Dit gen is in hersenweefsel gevonden en het is bekend dat het ook hormonen stimuleert die gerelateerd zijn aan ervaringen van angst en pijn. Omdat uit ander onderzoek bekend is dat roodharigen slecht kunnen reageren op verdovingen veronderstelden de onderzoekers dat mensen met rode haren met een MC1R-gen of een variant ook wel eens meer angst voor tandheelkundige behandelingen zouden hebben.

Onderzoek
Zij onderzochten 144 gezonde personen zonder herkenbare psychologische problemen tussen de 13 en 41 jaar van wie 67 met rode haren en 77 met donker haar. De twee groepen waren in allerlei opzichten goed vergelijkbaar. De deelnemers vulden verschillende vragenlijsten in over hum tandheelkundig gedrag en hun eventuele pijn en angst daarvoor tijdens tandartsbezoek. Verder werd bloed bij hen afgenomen om het genotype van iedere deelnemer te bepalen. Omdat het MC1R-gen vele typen kent, werden 12 vormen onderscheiden die een relatie hebben met rood haar. Uit de analyse bleek dat bij 65 van de 67 roodharigen een van deze vormen aanwezig was en bij 20 van de 77 donkerharigen. De deelnemers met de MC1R-genvarianten rapporteerden significant vaker het voorkomen van pijn bij en angst voor de tandarts dan de andere deelnemers. Bovendien bleek bij deze personen dat zij tandheelkundige zorg zoveel mogelijk vermeden.

Invloed genetische variaties
De auteurs stellen naar aanleiding van hun onderzoek vast dat het zeer waarschijnlijk is dat deze angsten worden beïnvloed door genetische variaties. Tandartsen en anesthesisten kunnen met deze onderzoeksgegevens hun voordeel doen en mogelijk beter begrip hebben voor de pijnen en angsten van mensen met rode haren.

Bron: M.A.J. Eijkman in NRC Handelsblad Wetenschap 17 oktober 2009

Lees meer over: Pijn | Angst, Thema A-Z
k

Erosieve gebitsslijtage: bent u alert?

Als dental professional speelt u een belangrijke rol bij de diagnose en preventie van erosieve slijtage.
Erosie komt vaak voor in combinatie met andere vormen van slijtage. Herkent u de oorzaken?

Oorzaken:
A) Extrinsieke zuren
(Uit omgeving of uit voeding)
Erosieve voedings- en leefgewoonten:

  • Frequent gebruik van frisdranken
  • Frequent gebruik van alcohol
  • Frequent gebruik van fruit en groente
  • Medicijnen, drugs en mondhygiëne producten
  • Aspirine, vitamine C tabletten, ijzerpreparaten
  • Sommige mondwaters
  • Sommige asthma-inhalers en drugs (ecstasy)

B) Intrinsieke zuren:

  • Eetstoornissen
  • Frequent overgeven door sporters
  • Herkauwen

Modificerende factoren:

  • Poetsen na iedere consumptie
  • Speekselfactoren
  • Individuele factoren

Advies Preventie Erosieve Gebitsslijtage Ivoren Kruis:
Een vroegtijdige diagnose en identificatie van de etiologische factoren is van belang. Daarnaast is het vastleggen van de gegevens en het monitoren van de voortgang en het evalueren van het effect van preventieve maatregelen belangrijk.
(Zie onderstaand schema)

A) Bij extrinsieke oorzaken:

• Voeding en dranken
– Frequentie verminderen
– Duur consumptie verminderen
– Geen zure consumpties: ’s nachts en vóór het naar bed gaan
– Geen zure consumpties een uur voor het tandenpoetsen
– Spoel direct met water of melk na consumptie zuur product,
voedingssupplementen en medicijnen

• Tandenpoetsen
– Niet binnen uur na consumptie van zuur product
– Gebruik zachte tandenborstel en laag-abrasieve tandpasta
– Borstelgreep en poetsvolgorde aanpassen

•  Patientenfolder Erosie meegeven

• Fluoride
– Klinische effectiviteit van extra fluoride is (nog) niet bewezen
– Extra fluoride kan

B) Bij intrinsieke oorzaken:

• Overgeven en oprispingen
– Naspoelen met water
– Verwijzen naar huisarts

Aandachtspunten bij observatie
• Locatie en mate slijtage
• Verschijningsvorm slijtage
• Betrokkenheid van restauraties
• Mondhygiëne
• Frequentie en methode tandenpoetsen
• Soort tandpasta
• Speekselvloed
• pH, buffercapaciteit
• Vergrote speekselklieren (auto-immuunziekte,anorexia
of alcoholisme?)
• Vergrote kauwspieren
• Frequentie gebruik zure voedingsmiddelen en
dranken, fruit, alcoholgebruik
• Lacto-ovo-vegetarisch dieet
• Methode kauwen, doorslikken etc.
• Wijnproeven
• Laag lichaamsgewicht (anorexia)
• Bruxisme (tandenknarsen/klemmen)
• Overbelasting gebitselementen tijdens articulatie
• Tandenknarsen tijdens slaap
• Ochtend spierpijn in de kaken
• Gebruik van een occlusal guard
• Veel overgeven
• Eetstoornis
• Gastro oesophagale reflux disease
• Oprispingen
• Gebruik antimaagzuurtabletten
• Auto-immuunziekte
• Bestraling  hoofd/halsgebied
• Droge mond / droge ogen
• Medicijnen die speekselvloed beïnvloeden
• Zure geneesmiddelen


Bron en meer informatie: Advies Preventie Erosieve gebitsslijtage Ivoren Kruis

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Nieuwe risicofactoren voor HPV-gerelateerde orale kanker ontdekt

Humane Papillomavirus ook oorzaak hoofd-halskanker

Humane Papillomavirus belangrijke verwekker hoofd-halskanker
In 10%-20% van de gevallen blijkt het Humane Papillomavirus (HPV) de oorzaak van het ontstaan van tumoren in het hoofd-halsgebied. HPV is bekend als de veroorzaker van baarmoederhalskanker bij vrouwen. Tot nog toe werd aangenomen dat roken en overmatig alcohol gebruik de hoofd oorzaken van hoofd-halskanker waren. HPV was al wel eerder gevonden in deze tumoren, maar het was tot op heden onduidelijk of het ook daadwerkelijk een rol speelde in het ontstaan van deze tumoren.

Voor de eerste keer aangetoond
Onderzoeker Serge Smeets promoveerde onlangs op dit onderwerp en toonde als eerste zeer overtuigend aan dat dit virus inderdaad leidt tot de ontwikkeling van tumoren in het hoofd-halsgebied. Smeets vond deze resultaten na DNA onderzoek uit tumor weefsel van 51 patiënten en bootste het effect van een HPV-infectie na in een speciaal modelsysteem voor hoofd-halskanker. Smeets ontwikkelde ook een nieuwe detectiemethode, waarmee met een stukje weefsel dat uit de tumor wordt genomen, met 100% zekerheid vastgesteld kan worden of HPV de veroorzaker is. Uit literatuuronderzoek bleek namelijk dat er geen goede detectiemethode bestond om te bepalen of de tumor veroorzaakt wordt door HPV.

Relevant voor keuze behandeling
Jaarlijks krijgen in Nederland ongeveer 2.500 mensen te maken met kanker in het hoofd- en/of halsgebied. Het blijkt nu dat in 250 tot 500 van de gevallen van hoofd-halskanker een besmetting met het HPV-virus de oorzaak is. Voor de behandeling van patiënten is het belangrijk om te weten of de tumor wordt veroorzaakt door HPV. Uit het literatuuronderzoek blijkt namelijk dat HPV-tumoren beter reageren op therapieën, zoals chemotherapie en bestraling. In de toekomst zou het mogelijk kunnen zijn patiënten met een door HPV veroorzaakte tumor minder belastende behandelingen te geven. Ook wordt nu onderzoek gedaan naar behandelingen die precies gericht zijn op het virus.

Orale seks verantwoordelijk?
Hoe HPV in het hoofd-halsgebied terecht komt heeft Smeets niet onderzocht. Wel is in de Verenigde Staten een aantal onderzoeken gedaan, die allemaal een relatie leggen met wisselende sekspartners en orale seksuele activiteiten. Ook zal nog meer onderzoek gedaan moeten worden naar de consequenties voor bijvoorbeeld vaccinatie voor HPV. Nu worden meisjes gevaccineerd voor HPV om baarmoederhalskanker te voorkomen.Het is nog onduidelijk of door deze vaccinatie ook hoofd-halskanker voorkomen kan worden.

Bron: Persbericht VU Medisch centrum

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z

Obesitas risicofactor parodontitis?

Is obesitas een risicofactor voor parodontitis?
Obesitas is wereldwijd in toenemende mate een gezondheidsprobleem. In 2006 was in de Verenigde Staten 34% van de volwassenen ouder dan 20 jaar obees. Obesitas wordt geassocieerd met levensbedreigende aandoeningen zoals hart- en vaatziekten, kanker en diabetes. Verschillende recente publicaties laten zien dat obesitas ook geassocieerd wordt met een verhoogd risico voor parodontale aandoeningen.

Onderzoek
Wetenschappers van de afdeling Parodontologie van het Forsyth Institute in Boston onderzochten in totaal 745 personen die deelnamen aan 15 verschillende studies. Doelstelling was vast te stellen of overgewicht of obesitas geassocieerd kon worden met een verhoogd risico voor parodontitis. Ook werd de samenstelling van de subgingivale biofilm vergeleken van personen met obesitas met die van personen met een gezond gewicht.

Meer parodontitis
Tweederde van de groep als gezond/gingivitis geclassificeerde personen had een normale BMI. Van de groep personen met parodontitis had daarentegen slechts eenderde een normale BMI. Personen met overgewicht of met obesitas hadden drie tot vijf maal vaker parodontitis. Bij personen jonger dan 45 jaar met obesitas werd meer parodontitis vastgesteld dan bij dezelfde leeftijdsgroep zonder obesitas. Bij personen jonger dan 47 jaar met overgewicht en obesitas werd bijna vier keer meer parodontitis vastgesteld dan bij personen met een normale BMI.

Tannerella forsythia
Tannerella forsythia is een bacterie die doorgaans geassocieerd wordt met de aanwezigheid van verdiepte pockets. In de groep als gezond/gingivitis geclassificeerde personen werden grotere aantallen Tannerella forsythia aangetroffen bij personen met obesitas dan bij personen met een gezond gewicht.

Bron:  Hygienetown.com Perioreports vol. 21 no. 4
Haffajee, A., Socransky, S.: Relation of Body Mass Index, Periodontitis and Tannerella Forsythia. J Clin Perio 36: 89-99, 2009

Lees meer over: Parodontologie, Thema A-Z
infectiepreventie

Nieuwe namen paropathogenen

Bacteriologie parodontitis
De bacteriologie van parodontitis wordt steeds complexer; het aantal bacteriesoorten in de verdiepte parodontale pocket op op basis van moleculaire technieken wordt geschat op enkele duizenden soorten.

Nieuwe namen
Enkele van de de bekende paropathogene bacteriën hebben een andere naam gekregen. Dit gebeurt op basis van nieuw inzicht van de taxonomische status van deze bacteriën.

Oude naam Nieuwe naam
Actinobacillus actinomycetemcomitans Aggregatibacter actinomycetemcomitans
Bacteroides forsythus Tannerella forsythia
Peptostreptococcus micros Parvimonas micra

Indicatorbacteriën
Bacteriën zoals Aggregatibacter actinomycetemcomitans (Aa), Porphyromonas gingivalis (Pg), Tannerella forsythia (Tf) zijn belangrijke indicatorbacteriën die bepalend zijn voor het soort behandeling dat de patiënt dient te krijgen.

Bron: Van Winkelhoff, A.J., Nederlands Tijdschrift voor Mondhygiëne 2009, nr. 6, 22-25

Lees meer over: Parodontologie, Thema A-Z
Prijs - beker

Onderscheidinging prof. dr. Ubele van der Velden

Op 18 september j.l. vond het afscheidssymposium plaats van prof. dr.Ubele van der Velden. Ter gelegenheid van zijn afscheid ontving  Van der Velden zowel een koninklijke onderscheiding als de Gouden Molaar voor zijn brede inzet en professionele en maatschappelijke betekenis voor de ontwikkeling van de klinische parodontologie. Van der Velden was 40 jaar verbonden aan de UvA en het latere ACTA en kan terugblikken op een indrukwekkende wetenschappelijke carrière. Aan de NVvP vertelde hij wat voor hem de drie belangrijkse hoogtepunten waren uit deze periode.

Aa risicofactor parodontitis
Van der Velden noemt als eerste hoogtepunt het 20 jaar durende Indonesië-onderzoek waarin kon worden aangetoond dat de bacterie Aggregatibacter actinomycetumcomitans (Aa) een echte risicofactor is voor het ontstaan van parodontitis: een belangrijke mijlpaal op het gebied van wetenschappelijk onderzoek.

Basis voor kwaliteit
De introductie in Nederland van het begrip “parodontoloog” met erkenning van de NVvP op basis van opleidingscriteria en criteria voor de herbenoeming. Als lid van het Consilium Parodontologicum was Van der Velden nauw betrokken bij de strikte controle op het systeem van herbenoeming na elke 5 jaar dat een onmisbare basis vormt voor de kwaliteit van het beroep.

Erelidmaatschap

De toekenning van het erelidmaatschap van de Britse vereniging voor parodontologie vindt Van der Velden een grote eer.
Hij dankt deze benoeming aan het door hem verrichte onderzoek en zijn betrokkenheid bij de oprichting en de uitbouw van de Europese Federatie voor Parodontologie (EFP).

Vitamine C en parodontitis
Onderzoek naar de rol van voeding en vitamine C op parodontitis en het versterken van de afweerreactie van de gastheer blijft de bijzondere belangstelling van Van der Velden houden. Als gastonderzoeker bij het ACTA zal Van der Velden hier voorlopig nauw betrokken bij blijven.

Bron: NVvP

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z
website

Voorlichtingswebsite voor kinderen en hun ouders

Toothie
Op de website www.toothie.nl kunnen kinderen en hun ouders informatie vinden over het gebit en mondverzorging.
Het leuke kiesje Toothie is de hoofdpersoon op de site, waar o.a. instructiefilmpjes op staan over (elektrisch) poetsen, flossen en stokeren.

Spreekbeurten en vragen stellen
Ook voor de voorbereiding van spreekbeurten is van alles op de site te vinden. Kinderen of hun ouders kunnen vragen  mailen die dan door de tandarts worden beantwoord.

Bijdrage mondgezondheid kinderen
De site werd ontwikkeld door tandarts Edwin van den Broek i.s.m. een communicatiedeskundige. Met de site willen de bedenkers bijdragen aan de promotie van mondgezondheid van kinderen op scholen en bij GGD-en, tandartsen, huisartsen en consultatiebureaus.

Meer informatie: Toothie

Lees meer over: Kindertandheelkunde, Thema A-Z