Deel zorgpremie moet naar patiëntenorganisatie
De patiëntenbeweging moet een veel sterkere speler op de zorgmarkt worden, naast zorgaanbieders en zorgverzekeraars. Dit stelt de Raad voor Volksgezondheid en Zorg in een advies dat deze week verscheen. Er moet een brancheorganisatie komen voor alle grote patiëntenclubs, reageert Martin Vermeer, directeur van de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie.
Met het advies De patiënt als sturende kracht pleit de Raad voor Volksgezondheid en Zorg (RVZ) voor een versterking van de patiëntenbeweging. Net als de Consumentenbond zouden patiëntenorganisaties kwaliteitskeurmerken moeten formuleren, strategisch van internet gebruik moeten maken en minder afhankelijk moeten worden van overheidssubsidie. De huidige financiering via de subsidieprocedures en uit publieke middelen wordt als beknellend ervaren. Een derde geldstroom is te vinden in het vermarkten van de ervaringsdeskundigheid, aldus de RVZ.
Sturende kracht
Martin Vermeer, directeur van de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF), is blij met het pleidooi van de Raad voor Volksgezondheid en Zorg (RVZ). Een titel als De patiënt als sturende kracht klinkt ons natuurlijk als muziek in de oren. Het ontwikkelen van kwaliteitskeurmerken op basis van patiëntenervaringen gebeurt in praktijk al, vertelt hij. Sinds 1 januari loopt er bijvoorbeeld een project van de NPCF en de zes grote patiëntenorganisaties om inkoopcriteria voor zorgverzekeraars te ontwikkelen. De verzekeraars ondersteunen dit van harte en we gaan dit de komende jaren ook uitbreiden naar kleinere patiëntengroepen.
Beknellende subsidie
Dat patiëntenorganisaties minder afhankelijk moeten worden van de beknellende overheidssubsidies, zoals de RVZ stelt, is Vermeer uit het hart gegrepen. Patiëntenorganisaties moeten altijd de hand ophouden bij de overheid. Tegelijk is er wel 100 miljoen euro beschikbaar voor innovatieprojecten van zorgaanbieders. Wat dat betreft zitten wij altijd in een ongelijke situatie. Ik pleit er dan ook voor om een deel van de zorgpremies vast voor de ondersteuning van patiëntenorganisaties te reserveren.
Brancheorganisatie
Om de rol van derde marktpartij goed te kunnen spelen, moet er een brancheorganisatie komen waarin alle grote patiëntenclubs verenigd zijn, stelt Vermeer. De financiering daarvan kan bestaan uit een basisfinanciering van de zorgpremies, mogelijk gecombineerd met programmafinanciering door verschillende marktpartijen, zoals zorgverzekeraars, bedrijven en farmacie, maar dan wel onder de voorwaarde van onafhankelijkheid.
Zorgkaartnederland.nl
Ook het pleidooi om meer strategisch gebruik te maken van internet, vindt bij Vermeer gehoor. Dat doen we ook al; op de website www.zorgkaartnederland.nl is het mogelijk om van alle ziekenhuizen en elke individuele zorgverlener, artsen en fysiotherapeuten een recensie te plaatsen. Dat gaan we nog verder ontwikkelen.
Ervaringsdeskundigheid vermarkten
De RVZ vindt ook dat de directe beïnvloeding van de patiëntenbeweging door de overheid moet worden afgebouwd. Dat zou kunnen door de ervaringsdeskundigheid van patiënten te verkopen aan marktpartijen. Martin Vermeer betwijfelt echter of die gebundelde kennis van patiënten wel verkoopbaar is. Dat kan maar heel erg beperkt, dat gaat niet zo maar. Ik ben het ook er ook niet mee eens dat deze informatie over patiëntenervaringen verkoopbaar is.
Duur lidmaatschap
Ook het idee dat de patiëntenclubs als een soort Consumentenbond door contributies van leden kunnen worden gefinancierd, is volgens Vermeer niet realistisch. Consumenten zijn vaak niet bereid om voor patiënteninformatie te betalen. Zij vinden dat patiëntenorganisaties dat vanzelfsprekend moeten ophoesten. Bovendien zijn dure lidmaatschappen door patiënten ook helemaal niet op te brengen. Het is al een hele kunst om ze lid te laten worden, in praktijk is maar zon tien procent van de patiënten lid van een organisatie.
Bron:
Zorgwelzijn.nl
Foto NPCF
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!