geld

De Grave wil inkomen specialist tot drie ton

Medisch specialisten mogen in de toekomst niet meer verdienen dan 300.000 euro bruto. Dat stelt de nieuwe voorzitter van de Orde van Medisch Specialisten Frank de Grave zaterdag in NRC Handelsblad. Hij werd afgelopen donderdag benoemd.

Nu verdient een aantal specialisten nog meer dan drie ton. De specialisten zijn al een tijdje in gesprek met hoge ambtenaren van minister Edith Schippers (Volksgezondheid) over de vergoedingen. Eerder dit jaar werden tot drie keer toe kortingen op de inkomens van specialisten aangekondigd. Twee maanden geleden voerden de specialisten nog actie tegen een nieuw vergoedingensysteem.

De Grave wil schoon schip maken. ,,We moeten uiteindelijk de kortingen accepteren. Ook Schippers wil af van het beeld dat specialisten graaiers zijn”, aldus de oud-VVD-minister.

Bron:
De Pers

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
vakantiegeld

Pensioenfonds tandartsen kort onverwacht

De Stichting Pensioenfonds Tandartsen en Tandarts-specialisten (SPT) kort per 1 juli de pensioenen. De bekendmaking komt als een verrassing, omdat het fonds niet op de lijst van veertien staat waarmee De Nederlandsche Bank (DNB) sinds deze zomer in gesprek is.

De financiële positie van SPT staat onder druk door de sterk gestegen levensverwachting, meldde het fonds donderdag. Eind september bedroeg de dekkingsgraad 88%. Dat is ver onder de richtlijn van 105% die DNB hanteert. Het fonds is dus onvoldoende in staat om in de toekomst aan de verplichtingen te voldoen.

De korting bedraagt tussen de 9 en 15%. Volgens een woordvoerder scheelt een korting van 10% gemiddeld zo’n 130 euro op de uitkering van de huidige gepensioneerde.

Bron:
De Telegraaf

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
Ondernemen

Boekentip: Kleine gids pensioenen

Moeilijke zaken, makkelijk uitgelegd. Gids met informatie over het pensioenstelsel in Nederland, de AOW en ANW, aanvullend pensioen, individueel pensioen, pensioenuitvoerders

Pensioenen horen bij de grootste investeringen in een mensenleven. Nederlanders hebben naar schatting 40 procent van hun netto vermogen in pensioenen gestoken. De Nederlandse pensioenfondsen beheerden eind 2008 een vermogen van in totaal 575 miljard euro. Daarbij zijn pensioenen een onoverzichtelijk onderwerp. Hét pensioen bestaat namelijk niet. Er zijn vele vormen en varianten. Als mensen over pensioenen praten, bedoelen ze dan ook vaak niet hetzelfde. Het kan om de AOW gaan, het overheidspensioen, maar ook om het aanvullende pensioen dat je via de werkgever krijgt. Daarnaast is ook de lijfrente die je individueel van een verzekeraar krijgt uitgekeerd een pensioenvorm.

Al met al gaat het bij pensioenen dus om een ingewikkelde materie, waarbij de ‘Kleine Gids Pensioenen een goede leidraad kan bieden om alles van pensioenen te begrijpen. In simpele taal worden de verschillende pijlers van het Nederlandse pensioenstelsel beschreven en heldere voorbeelden verduidelijken de tekst. ‘De Kleine gids pensioenen’ geeft de lezer een duidelijk overzicht zodat pensioenen een wat begrijpelijker gezicht krijgen.

Auteur dhr. G. Mooij

Lees meer over: Financieel, Folders, Ondernemen
belastingtarieven

Vennootschapsbelasting structureel omlaag

De vennootschapsbelasting (vpb) gaat structureel omlaag naar 20 procent, per 1 januari. Deze maatregel levert ondernemers jaarlijks een voordeel op van ongeveer euro 250 miljoen.

Tariefverlaging
De tariefverlaging geldt voor de eerste 200.000 euro winst die een bedrijf boekt. Dat levert een onderneming 8.050 euro winst op. Het tarief voor de eerste twee ton geldt al als tijdelijke maatregel voor 2009 en 2010. Voor deze maatregel betaalden ondernemers 25,5 procent belasting over winst boven 60.000 euro.

Nederland aantrekkelijk vestigingsland
Winstbelasting boven de 200.000 euro gaat met een half procentpunt omlaag naar 25 procent. De verlagingen van de belasting moet Nederland aantrekkelijker maken als vestigingsland.

Lastenverlichting
Het bedrijfsleven profiteert volgend jaar van een geringe lastenverlichting. De verruiming van de regeling voor speur- en ontwikkelingswerk (WBSO) wordt volgend jaar voortgezet. Ook blijft het Rijk tot en met 2011 garant staan bij kredietverstrekking aan bedrijven.

Bron:
Zibb

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
pensioen

13 pensioenblunders

Wie later een royale appel voor de dorst wil hebben, moet nu niet onnodig veel geld naar de fiscus kruien. De veertien meest gemaakte pensioen- en lijfrenteblunders. En hoe u voorkomt dat u berooid sterft.

Als dga hebt u de mogelijkheid pensioen in eigen beheer op te bouwen. Waar moet u rekening mee houden en wat zijn de valkuilen?

  1. Mijn bedrijf is mijn pensioen
    U heeft geen pensioen opgebouwd omdat u straks van de opbrengst van uw bedrijf wilt leven. Als bij verkoop de opbrengst tegenvalt, heeft u veel minder pensioen dan verwacht.
  2. Pensioenen kosten alleen maar geld
    Niet waar. Pensioen opbouwen kan de liquiditeit juist verruimen omdat u er een aftrekpost mee creëert. De opbouw van een pensioenreserve in een bv kan beperkt blijven tot een boekhoudkundige handeling. Hetzelfde principe geldt voor de fiscale oudedagsreserve (FOR) bij vof’s en eenmanszaken. De opbouw van de pensioenreserve wordt van de winst afgetrokken, komt op de balans en is dus een fiscale aftrekpost.
  3. Mijn partner blijft goed achter
    Stel: uw partner heeft zich nooit met het bedrijf bemoeid en u komt te overlijden. Hij of zij zal het bedrijf dan vaak te snel en dus te goedkoop van de hand doen. Grote kans dat de opbrengst te klein is voor een leuk inkomen. Regel dus in privé een overlijdensrisicoverzekering. Na uw overlijden ontvangt uw partner dan een netto bedrag. De premies betaalt u ook netto. Of regel een partnerpensioen in een pensioenverzekering. Na uw overlijden ontvangt uw partner dan levenslang van te voren vastgestelde uitkeringen. De premies zijn aftrekbaar en over de uitkeringen betaalt uw partner inkomstenbelasting.
  4. Ik vertrouw op mijn pensioenverzekeringen
    Als u een pensioenverzekering sluit, wil dat niet zeggen dat u gegarandeerd een bepaald pensioen ontvangt. Wie een pensioenverzekering sluit met een gegarandeerde uitkering, komt een heel eind. In dat geval bent u alleen nog afhankelijk van de marktrente op uw pensioenleeftijd. Hoe hoger de marktrente, hoe hoger de pensioenuitkeringen.
  5. Ik ben en blijf kerngezond
    In een pensioenregeling wordt vaak het risico van arbeidsongeschiktheid gedekt. U spreekt met de bv af dat de pensioenopbouw gewoon doorgaat als u arbeidsongeschikt raakt. In de praktijk komt er weinig van terecht als er niets wordt geregeld. Verzeker dus het arbeidsongeschiktheidsrisico. De verzekeraar betaalt dan uw pensioenopbouw gewoon door.
  6. Er staat genoeg pensioenreserve op de balans
    De papieren pensioenreserve in een bv zal ooit gevuld moeten worden met geld. Want ook pensioenopbouw is niet meer dan uitstel van fiscale executie. Stel, de opgebouwde reserve in de bv is opgelopen tot 400.000 euro. De fiscus geeft u dan maar één optie: pensioen uitkeren. Want de fiscus aast op de inkomstenbelasting die u over de pensioenuitkering betaalt.
  7. Ik ben nu toch al te laat
    Wie hiervan uitgaat, laat een enorm belastingvoordeel liggen. Als u hier de middelen voor heeft, kunt u in één klap met terugwerkende kracht pensioen opbouwen over de complete periode dat het bedrijf in uw bezit is. Dit is in jaren van grote winst een gigantische aftrekpost waarvoor u niets hoeft te doen. De pensioenreserve opvoeren op de balans kan ook in een aantal stappen. Zo kunt u een aantal jaren de winst minimaliseren en die dus fiscaal optimaliseren.
  8. Ik laat mijn pensioenvermogen in de werk-BV
    Niet slim, want als u failliet gaat, is uw pensioen weg.
  9. Mijn geld is in de pensioen-BV onbereikbaar
    Geld in een pensioen-bv is niet ‘verloren’. U kunt het geld lenen, zoals u ook geld uit elke andere bv kunt lenen. Dat wil dus zeggen: onder bepaalde voorwaarden. Zo moet tegenover het geleende bedrag een zekerheid staan. Een pensioen-bv kan wel zonder problemen lenen aan een werk-bv, bijvoorbeeld om de grootste leemtes te dichten als de nood aan de man komt. Dit druist natuurlijk wel in tegen de gedachte achter een pensioen-bv, namelijk het veiligstellen van het vermogen.
  10. De FOR is mijn netto spaarpotje
    In een eenmanszaak of een VOF kan geen pensioenreserve worden opgebouwd. In plaats daarvan heeft u de Fiscale Oudedags Reserve (FOR), een papieren reserve. De papieren aftrek op de winst is jaarlijks maximaal 12 procent van de winst. Dit levert een aanzienlijk liquiditeitsvoordeel op zonder dat het u iets kost. Maar op het moment dat u uw bedrijf stopt, moet u iets met de FOR doen. En daar heeft u geld voor nodig.
  11. Ik kan de FOR pas gebruiken als ik met mijn bedrijf stop
    U doet mee aan de FOR-regeling en vindt het bedrag te hoog worden. Bovendien heeft u nu vermogen en wilt u dat veiligstellen. Stop het in een lijfrenteverzekering. De FOR neemt dan af met het bedrag dat u in de lijfrente stopt én het geld is veiliggesteld. Uiteraard kunt u de premie dan niet meer aftrekken. Dat heeft u immers al gedaan toen u het geld naar de FOR overhevelde.
  12. Mijn lijfrente-aftrek is beperkt
    Heeft u besloten de maximale lijfrenteaftrekposten te benutten, dóe dat dan ook. De basisaftrek is vervallen, maar u kunt de jaarruimte benutten. En er is ook nog de inhaalruimte. Deze biedt mogelijkheden als u in het verleden te weinig pensioen heeft opgebouwd.
  13. Ik stort jaarlijks een lijfrentekoopsom
    Lijfrenteverzekeringen zijn alleen zinvol als u gebruik kunt maken van het belastingvoordeel. U trekt u premie af tegen 52 procent. De lijfrente komt in de toekomst tot uitkering en u betaalt 42 procent. Andersom is geen optie: u maakt dan bij voorbaat al 10 procent verlies. Ook als u na uw pensionering in hetzelfde belastingtarief valt, zijn lijfrentes weinig zinvol. Door de hoge kosten maakt u weinig rendement. Wilt u er echter zeker van zijn dat er aan het einde van de rit vermogen is, kunt u toch een lijfrente overwegen. Bij een faillissement heeft u altijd uw lijfrente nog.

Aanbevolen websites
Pensioen Magazine
– PensioenPlatform
Pensioen opbouwen
DGA Pensioenopbouw
Pensioen en WAO

Bron:
Zibb.nl

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
Rekening

De 10 meestgestelde vragen over deblokkeren spaarloon

Sinds 15 september 2010 mogen werknemers het spaarloon over de jaren 2006 tot en met 2009 zonder fiscale consequenties opnemen (deblokkeren). Wat moet een werknemer hiervoor doen en wanneer moet hij beslissen?

Tien meestgestelde vragen met antwoorden.

1. Ben ik verplicht de geblokkeerde spaarloontegoeden op te nemen?
Nee. Opname van het spaarloon is niet verplicht. Per 15 september 2010 kan het spaarloon dat in de jaren 2006 tot en met 2009 is opgebouwd worden gedeblokkeerd. Spaarders beslissen zelf wat er met dat geld gebeurt. De werknemer kan het spaarloon opnemen en uitgeven of overboeken op een eigen spaarrekening, maar het is ook mogelijk om het geld op de geblokkeerde rekening te laten staan. Zolang het geld op de speciale spaarloonrekening staat, profiteert de werknemer van de fiscale voordelen.

2. Wat moet een werknemer doen als hij het opgebouwde spaarloon wil opnemen?
Mensen met een spaarloonrekening ontvangen van de bank of verzekeraar een brief waarin wordt uitgelegd welke opties de werknemer heeft. Mogelijk moet hij een formulier invullen, waarna het geld op de vaste ‘tegenrekening’ wordt gestort.

3. Kan de werknemer ook later beslissen?
Ja. Het in de jaren 2006 tot en met 2009 opgebouwde spaarloon wordt op 15 september 2010 gedeblokkeerd. Veel mensen zullen direct in september een keuze maken, maar dat kan ook later. De werknemer kan het spaarloon uit de periode 2006 – 2009 dus ook in de loop van 2011 nog opnemen.

4. Mag de werknemer het geld ook over laten maken naar een eigen spaarrekening?
Ja, dat kan. Maar hij moet er in dat geval rekening mee houden dat het saldo op een reguliere spaarrekening (in tegenstelling tot het saldo van de spaarloonrekening) onderdeel is van het eigen vermogen. Over het eigen vermogen boven de vrijstelling (€ 20.661 voor alleenstaanden, € 41.322 voor fiscale partners) betaalt de werknemer belasting in de vorm van vermogensrendementsheffing.
5. Het spaarloon is direct op mijn betaalrekening gestort. Wat moet de werknemer doen?

Het kan zijn dat sommige banken ervoor kiezen om het spaarloon automatisch over te boeken naar de gekoppelde betaalrekening. Ook in dat geval ontvangt de werknemer een brief waarin de bank uitlegt wat de verschillende opties zijn. Als de werknemer wil blijven profiteren van de fiscale voordelen, kan hij het ontvangen bedrag terugstorten op de geblokkeerde spaarloonrekening.

6. Betekent dit het einde van de spaarloonregeling?
Nee. Het opgebouwde spaarloon over de jaren 2006 tot en met 2009 valt weliswaar vrij, maar de spaarloonregeling blijft bestaan.

7. Wat gebeurt er met het in 2010 opgebouwde spaarloon?
Het in 2010 opgebouwde spaarloon blijft geblokkeerd. Dat valt dus niet vrij. Voor het spaarloon dat in en na 2010 wordt opgebouwd, gelden de reguliere regels. Dat betekent dat dat deel na vier jaar automatisch wordt gedeblokkeerd. In bepaalde situaties kan de werknemer het geld ook tussentijds opnemen, bijvoorbeeld bij de aankoop van een woning of wanneer hij een eigen bedrijf begint.

8. Waarom is tot deblokkering van het spaarloon besloten?
Circa twee miljoen Nederlanders hebben een spaarloonrekening en het totale saldo op die rekeningen is ruim € 4 miljard. Door het spaarloon vrij te geven, kunnen mensen eerder dan gepland over het opgebouwde saldo beschikken. Dat leidt volgens het kabinet tot extra aankopen en een extra stimulans aan het prille herstel van de economie.

9. Er is al eerder voorgesteld om het spaarloon vrij te geven. Waarom toen niet en nu wel?
In 2008 en 2009 is ook gevraagd om deblokkering van het spaarloon. Dat lag toen niet voor de hand, gezien de onzekerheid op de financiële markten. Inmiddels is de financiële positie van de banken stabieler. En hoewel niet iedereen het opgebouwde spaarloon direct zal uitgeven, is de extra bestedingsruimte een prima stimulans de economie.

10. Hoe werkt de spaarloonregeling?
Met de spaarloonregeling kunnen werknemers belastingvrij een deel van hun brutoloon sparen. Het gaat daarbij om een bedrag van maximaal € 613 per kalenderjaar. Het geld moet op een aparte spaarrekening worden gestort en ten minste vier jaar vast staan. In bepaalde gevallen, zoals bij de aankoop van een eigen woning of de start van een eigen bedrijf, mag het geld eerder – belastingvrij – worden opgenomen.
­
Als de werknemer het spaarloon tussentijds opneemt op een wijze die niet binnen de voorwaarden valt, dan wordt het opgenomen spaarloon aangemerkt als ‘gewoon’ loon en is de werknemer via zijn werkgever loonheffingen verschuldigd. Geblokkeerde spaartegoeden zijn tot een gezamenlijk bedrag van maximaal € 17.025 vrijgesteld van belastingheffing.

Bron:
Plein+

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
geld

Verplichte bijtelling privégebruik auto van de zaak

Hoe zat het ook al weer met de bijtelling voor privégebruik auto van de zaak?

  • Zodra meer dan 500 privékilometers met de auto van de zaak wordt gereden, is de bijtelling verplicht.
  • De Belastingdienst gaat standaard uit van meer dan 500 privékilometers (en dus bijtellen), minder privékilometers moeten aannemelijk worden gemaakt.
  • De 500-kilometergrens geldt op jaarbasis, bij gebruik gedurende een gedeelte van het jaar moet naar een volledig jaar worden herleid.
  • Bij het volledig vergoeden van alle kosten van een privéauto is de bijtelling verplicht.
  • Een werkgever is verplicht de belasting over de bijtelling op het loon van de werknemer in te houden.
  • Een ondernemer/resultaatgenieter moet de bijtelling via zijn aangifte inkomstenbelasting afrekenen.

Bron:
Pleinplus

Sep 2010

 

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
documenten - database

Fiscale steunmaatregel versneld afschrijven met één jaar verlengd

Twee fiscale steunmaatregelen voor het bedrijfsleven worden met één jaar verlengd tot en met 2011. Het betreft de verruiming om verliezen te verrekenen met in het verleden betaalde belasting, en de mogelijkheid om investeringen sneller af te schrijven.

Demissionair minister van Financiën Jan Kees de Jager zal de verlenging van de in 2008 ingevoerde maatregelen op Prinsjesdag bekend maken, zo schrijft Het Financieele Dagblad. De maatregelen zijn bedoeld om de liquiditeit van bedrijven te versterken en bedrijfsinvesteringen te stimuleren.

Sneller afschrijven
De mogelijkheid om investeringen sneller af te schrijven (de zogeheten willekeurige afschrijving) houdt in dat bedrijven ervoor kunnen kiezen investeringen versneld (in twee jaar) kunnen afschrijven.

Verliezen verrekenen
De verruiming om verliezen te verrekenen met in het verleden betaalde belasting houdt in dat bedrijven een verlies niet één maar drie jaar terug kunnen verrekenen met de belastingen. Tegelijkertijd is de termijn voor verliesverrekening in de toekomst ingekort van negen naar zes jaar.

Bron:
Zibb

 

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
Ouderen

Extra pensioenstrop: we worden nog ouder

De pensioenfondsen moeten er rekening mee houden, dat Nederlanders langer zullen leven. De uitkomsten van een nieuwe zogeheten prognosetafel van het Actuarieel Genootschap laten een duidelijke stijging van de levensverwachting zien ten opzichte van de vorige.

Moeten meer reserveren
In de nieuwste tafel wordt gerekend met een levensverwachting van 85,9 jaar voor mannen en 87,6 jaar voor vrouwen. In de vorige prognose was dat nog respectievelijk 82,5 en 84,3 jaar. Dit komt bij zowel mannen als vrouwen neer op een verschil van drie jaar in het jaar 2050.

Pensioenfondsen zullen dus op grond van die berekeningen meer moeten reserveren. Voor een gemiddeld pensioenfonds zou dat tussen de 5 en 7 procent kunnen zijn.

Premie verschilt per pensioenfonds
Veel pensioenfondsen en pensioenverzekeraars zagen dit al enigszins aankomen en hebben eind 2009 al gedeeltelijk rekening gehouden met de ontwikkelingen in de levensverwachting.

De gevolgen van de nieuwe berekeningen van het genootschap zullen per fonds sterk verschillen. Dit hangt vooral af van de leeftijdsopbouw van de verzekerden.

Bron:
Zibb

Lees meer over: Communicatie, Financieel, Ondernemen
orthodontist - Beugel

Tarieven orthodontisten definitief omlaag

De tarieven voor orthodontie gaan met ruim een derde omlaag. Dat heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) woensdag bekendgemaakt. Volgens de marktmeester in de gezondheidszorg staan de verdiensten van orthodontisten en tandartsen met een orthodontiepraktijk niet meer in verhouding tot de kosten die zij maken.

De NZa besloot al in 2007 de tarieven voor orthodontie te verlagen, maar kreeg van de rechter opdracht dat besluit eerst beter te onderbouwen. Nader onderzoek heeft volgens de toezichthouder opnieuw uitgewezen dat het de betaalbaarheid van de mondzorg ten goede komt, als de tarieven omlaaggaan. De tarieven voor complexe orthodontische zorg, bijvoorbeeld bij schisis (open gehemelte), blijven buiten schot. Die zijn twee jaar geleden verhoogd, omdat de vergoedingen die toen golden de kosten niet dekten.

Uitzondering
De NZa bekijkt nog of ook een uitzondering moet worden gemaakt voor de zorg voor speciale patiëntengroepen, bjvoorbeeld kinderen met een verstandelijke handicap, autisme of ADHD. Sommige tandartsen en orthodontisten hebben aangegeven dat die door lagere tarieven in het gedrang kan komen. De Vereniging van Orthodontisten (VvO) en de tandartsenvereniging NMT vrezen dat door de tariefverlaging beugels alleen nog met verlies kunnen worden geplaatst. Zeker een op de vijf orthodontisten zal daarom zijn praktijk sluiten en de helft van de tandartsen stopt met orthodontie, voorspellen de brancheorganisaties. ”De NZa raakt met haar beleid 40.000 kinderen”, stellen VvO en NMT in een verklaring. ”De wachttijd voor orthodontische zorg zal in enkele jaren snel oplopen. Als gevolg hiervan zullen meer kindergebitten in Nederland langer scheefgroeien. Voor veel kinderen is het dan te laat om nog op eenvoudige wijze hun gebit te corrigeren.”

Bron:
AD

 

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
vakantiegeld

Werkgevers willen af van gegarandeerd pensioen

Door de financiële crisis zijn er miljardentekorten ontstaan in de pensioenfondsen. Steeds meer Nederlandse werkgevers willen niet meer bijspringen in de pensioenfondsen als een economische crisis voor tekorten zorgt. De werkgevers willen dat het risico van een dergelijke crisis bij de werknemers zelf terecht komt, schreef De Telegraaf 6 augustus.

Het defined contribution (DC) pensioen trekt door alle kritiek op de pensioentekorten een steeds grotere achterban onder werkgevers. In dit pensioentype staat de premie vast, maar schommelt de hoogte van het pensioen mee met de dagkoersen op de beurs. Dekkingstekorten worden uitgesloten omdat er geen vast nominaal pensioen is toegezegd.

Amerikaanse gepensioneerden op zwart zaad
Wijzigingen van de regelgeving rond het garantiepensioen kunnen grote gevolgen hebben voor individuele werknemers. In Amerika hebben vele werknemers die in de afgelopen twee jaar met pensioen gingen de negatieve gevolgen van de kredietcrisis in combinatie met het defined contribution systeem ervaren. Zij slijten hun laatste dagen nu in een tentenkamp of camper.

Tekort voor achterblijvende deelnemers
In Nederland vallen weinig werknemers onder zo’n individueel contract. Werkgevers dragen over het algemeen het beleggingsrisico en het nominaal pensioen blijft gegarandeerd. Toen veel pensioenfondsen in 2008 grote tekorten op begonnen te bouwen kregen gepensioneerden toch 100 procent van hun nominale pensioen uitgekeerd. De achterblijvende deelnemers deelden het tekort.

Meer risico voor werknemers
Pensioenfondsen die aan één onderneming zijn verbonden zijn voor werknemers nog stabieler. Als het pensioentekort op begint te lopen, stort het bedrijf bij om verlaging van het pensioen te voorkomen.

Veel bedrijven willen daar vanaf en pleiten voor defined contribution, waarbij werknemers zelf een deel van het beleggingsrisico gaan dragen. Dit heeft ook de consequentie dat het bedrijf eventuele overwinsten in het fonds niet langer mag afromen.

Deur op een kier voor defined contribution
Pensioenfondsen merken overal dat tekorten steeds moeilijker te ondervangen zijn. Bedrijven schrappen eerst de inflatiecorrectie en verhogen daarna de premie. Als het vermogen van een bedrijf tijdens een beurscrisis daalt dan is dat tekort echter nauwelijks nog met een verhoging van de premie te dekken, omdat beursfondsen bij veel bedrijven inmiddels een schijntje zijn in vergelijking met hun vermogen.

Mede daardoor is in het recent gesloten pensioenakkoord de deur voor defined contribution op een kier gezet. Hoeveel het Nederlandse pensioenstelsel zal veranderen is nog de vraag. Wel is duidelijk dat het binnen het huidige stelsel steeds lastiger zal worden om een nominaal pensioen te garanderen, waardoor het voor bedrijven steeds verleidelijker wordt om het garantiepensioen (deels) te laten wegvallen.

Extra sparen
Mocht het die kant op gaan dan zullen werknemers in ruil voor die onzekerheid over hun pensioenuitkering een hogere premiebijdrage van de werkgever eisen en meer individuele beleggingsvrijheid. Zelf extra sparen is een manier voor werknemers om de onzekerheid af te dekken, mits zij zaken als inflatie, beleggingsrendement en rente goed in de gaten houden.

Bron:
Zibb

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
geld

Zakelijke winstverdeling tussen echtpaar met tandarts-en mondhygiënepraktijk

De winstverdeling tussen een echtpaar met een tandarts-en mondhygiënepraktijk is zakelijk. De vrouw voldoet aan het urencriterium en heeft recht op de zelfstandigenaftrek.

Winstverdeling
Het echtpaar exploiteert vanaf mei 1990 in firmaverband een tandarts- en mondhygiënepraktijk. De man is tandarts en de vrouw werkt als mondhygiëniste (maar is daarvoor niet gediplomeerd). De firma heeft daarnaast een tweede mondhygiëniste en twee tandartsassistenten in dienst. De winstverdeling is 75% voor de man en 25% voor de vrouw.

Navorderingsaanslagen
Over de jaren 1999 t/m 2004 legt de inspecteur aan het echtpaar navorderingsaanslagen op en corrigeert de aangiften. De inspecteur stelt dat de winstverdeling tussen de firmanten onzakelijk is, de vrouw geen recht heeft op de zelfstandigenaftrek, en doet een bijtelling wegens privégebruik auto van de man. Het echtpaar laat het hier niet bij zitten en gaat in bezwaar en daarna in beroep.

Zakelijke winstverdeling
Rechtbank Haarlem beslist dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat sprake is van een onzakelijke winstverdeling. Gelet op de door de vrouw behaalde omzet, is de in aanmerking genomen winstverdeling zakelijk. Dat de vrouw niet voor de door haar verrichte en gefactureerde werkzaamheden gediplomeerd is en daarom niet zelfstandig bevoegd is te declareren, verandert dit oordeel niet.

Geen ongebruikelijk samenwerkingsverband
Anders dan de inspecteur, beslist de rechtbank dat geen sprake is van een ongebruikelijk samenwerkingsverband, waarbinnen de vrouw slechts ondersteunende werkzaamheden verricht. De ondersteunende werkzaamheden worden in hoofdzaak verricht door de twee tandartsassistentes. De vrouw heeft de werkzaamheden van de -arbeidsongeschikt geraakte (gediplomeerde)- mondhygiëniste overgenomen. De vrouw voldoet dan ook aan alle vereisten voor toepassing van de zelfstandigenaftrek.

Geen privégebruik auto
Tot slot schrapt de rechtbank de correcties over het privégebruik auto door de man. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat het woon-werkverkeer geacht wordt zakelijk te zijn en dat geldt ook als het plaatsvindt tussen de middag om thuis de lunch te gebruiken.

Bron:
Plein+

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
fietsen

Valt fiets onder werkkostenregeling?

De Tweede Kamer heeft van minister De Jager van Financiën schriftelijk uitleg gekregen over de positie van de fiets binnen de werkkostenregeling, die op 1 januari 2011 van kracht wordt.

Forfait
Diverse bestaande fiscale regelingen, waaronder de bedrijfsfietsenregeling, komen onder een algemeen forfait tot een maximum van 1,4% van de totale loonsom. Binnen het forfait kan de werkgever vergoedingen en verstrekkingen aanwijzen waarover geen belasting hoeft te worden betaald. De werkgever heeft binnen het forfait de keuze wat hij wel en wat niet onbelast wil vergoeden of verstrekken aan zijn werknemers.

Vrijstelling geldt ook voor fiets
Binnen de werkkostenregeling is er een beperkt aantal gerichte vrijstellingen. Deze gerichte vrijstellingen vallen buiten het forfait. De gerichte vrijstellingen zijn bedoeld voor de belangrijkste zakelijke kosten, met de bijbehorende normeringen en beperkingen. Een van de gerichte vrijstellingen betreft de vergoeding van € 0,19 per zakelijke kilometer, waaronder woon-werkverkeer. Daarbij maakt het niet uit hoe de reis wordt gemaakt. De vergoeding geldt dus ook voor de afgelegde kilometers op de pedalen.

Bron:
HR Praktijk

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
geld

Vrijstelling omzetbelasting tot 1 januari 2011 (para)medici

De BTW vrijstelling voor (para)medici voor de gezondheidskundige verzorging van de mens blijft gelden tot 1 januari 2011. Daarna verandert de BTW heffing.

In de media verschenen niet juiste berichten waarin werd gesteld dat per 1 juli 2010 BTW geheven zou gaan worden.

Lees de officiële tekst van het Ministerie van Financiën

Bron:
NMT

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
Orale infecties, boos, vrouw, mond

Boos op NZa over aangekondigde tariefsverlaging orthodontie

Alexander Tolmeijer geeft een reactie op de aangekondigde tariefsverlaging voor orthodontie door de NZa.

Het is u vast niet ontgaan dat de NZa forse kortingen aankondigt op de orthodontietarieven voor tandarts en orthodontist. Ik ben met stomheid geslagen dat het jarenlange constructieve overleg met de NZa over transparantie, innovatie en patiëntenwensen deze wending neemt. De NZa propageert opeens eenheidsworst in plaats van mogelijkheden te creëren voor kwaliteit en service op maat.

Methodiek gebaseerd op norminkomen
Het gaat om de methodiek die gehanteerd wordt: gemiddeld inkomen- norminkomen= generieke korting over allen diensten. De NZA neemt haar verantwoordelijkheid niet door te komen met een creatievere oplossing die recht doet aan de door haar gesignaleerde spreiding in uitkomsten.
De generieke korting die door de NZa is aangekondigd, is gebaseerd op een enkelvoudig gegeven als het norminkomen. De marktmeester negeert de gunstige lage internationale prijs. Uit haar eigen onderzoek blijkt een enorme variatie in praktijkvoering, maar de korting wordt fantasieloos generiek doorgevoerd. Een simpele en kortzichtige methode. Bovendien gaat het onderzoek voorbij aan verschillen in praktijkvoering en het feit dat orthodontisten gemiddeld tien overuren per week draaien. Al onze punten van kritiek worden door de NZa niet gehoord. Of beter gezegd, ze luisteren stoicijns om het formele puntje “we hebben iedereen gehoord, edelachtbare”maar af te werken.

Actie NMT
De door de NZa ingeslagen weg leidt gegarandeerd tot een kaalslag in de zorg. De NMT onderneemt dan ook volop actie om het tij te keren. We worden daarbij geassisteerd door experts als een advocaat en communicatiedeskundigen. Ook is een tegenonderzoek uitgevoerd door Deloitte.

Definitieve tarieven in oktober
Het besluit van de NZa wordt eind juni/medio juli verwacht. De daarop volgende definitieve tariefsbeschikking wordt in oktober verwacht. Dan of zo mogelijk eerder, starten we juridische procedures op. Voor die tijd kunt u onze actie steunen. Het is belangrijk dat zoveel mogelijk tandartsen en orthodontisten de NZa een brief sturen waarin zorgen worden geuit over de voorgenomen besluitvorming. Zeker brieven van zorgverleners die serieus overwegen om te stoppen, raad ik aan een brief te sturen.

Geschreven door Alexander Tolmeijer, vice-voorzitter en penningmeester NMT, in zijn nieuwsbrief Mondzorg.

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
Geld, pot

Investeer nu en maak gebruik van tijdelijke regeling afschrijvingen

De tijdelijke regeling Willekeurige afschrijvingen geldt voor alle nieuwe bedrijfsmiddelen en is geldig voor investeringen die dit jaar worden gedaan. Hiermee kunt u een interessant belastingvoordeel behalen.

Willekeurig afschrijven
De regeling houdt in dat u de mogelijkheid krijgt de in 2010 gedane investeringen in twee jaar af te schrijven. U kunt maximaal 50% in 2010 afschrijven en maximaal 50% in 2011 op de aanschaffingskosten of voortbrengingskosten van nieuwe bedrijfsmiddelen.

Meer informatie
VGT

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Bereid u goed voor op een bezoek van de fiscus

De belastingdienst gaat het aantal boekonderzoeken fors uitbreiden. Deze how-to guide helpt u bij een goede afwikkeling van deze controle.

Eens in de vijf jaar vindt er bij ieder bedrijf een boekenonderzoek plaats. Dit was ten minste de stelregel in het verleden. Maar zoals velen van u ongetwijfeld al hebben gemerkt: deze regel gaat niet meer op. Sterker nog: de kans is groter dat u tijdens uw gehele ondernemerschap slechts een keer wordt gecontroleerd. Niet vreemd dus dat de Belastingdienst het aantal boekenonderzoeken fors gaat uitbreiden.

De aanleiding voor een boekenonderzoek is eveneens veranderd. Werden in het verleden bedrijven willekeurig uitgekozen, tegenwoordig is er meestal sprake van een directe aanleiding. Zoals bijvoorbeeld tips van een ex-werknemer, een voormalige partner of een klant van u. Een andere bron is de kliklijn Meld Misdaad Anoniem. Hier kan iedereen zijn tips over belastingfraude of belastingontduiking kwijt. Bij negen van de tien zaken die via de kliklijn worden aangemeld, is wel wat te vinden dat niet klopt. Andere redenen voor een boekenonderzoek zijn onder meer afwijkende cijfers ten opzichte van voorgaande jaren. Ook media-aandacht, zowel positief als negatief, kan aanleiding geven voor een boekenonderzoek bij uw bedrijf.

Soorten controles

 

  • Het meest uitgebreide controle is een volledig algemeen boekenonderzoek. Hierbij wordt uw gehele administratie doorgelicht. Dit onderzoek vindt het minst vaak plaats, en meestal naar aanleiding van iets, zoals de door u ingediende aangiften, een klikbrief of onderzoek bij derden.
  • Een tweede mogelijkheid is een deelcontrole naar de juiste afdracht van de omzetbelasting of loonbelasting. Bij een controle inzake de omzetbelasting wordt gekeken of er aansluiting is tussen uw jaarrekening en de aangiftes omzetbelasting. Verder wordt gekeken of u het nultarief correct toepast, of u daadwerkelijk datgene exporteert wat u zegt te exporteren en de facturen worden nagelopen.
  • De snelste en eenvoudigste controle, die de fiscus ook nog vaak het meeste oplevert, is de loonbelastingcontrole. Bij deze controle wordt alles gecontroleerd wat te maken heeft met uw werknemers.

Per 1 januari 2007 zijn een groot aantal administratieve regeltjes, zoals vergoeding voor uw mobiele telefoon, kerstpakket en lunchvergoedingen, vereenvoudigd of afgeschaft. De controle die vanaf 2007 plaatsvindt heeft echter betrekking op de jaren 2001 t/m 2006, toen ze nog wel van toepassing waren. Er wordt dus gecontroleerd of u de regels in het verleden wel juist heeft toegepast. Naast de genoemde controles kan het natuurlijk ook voorkomen dat er een klein deelonderzoek wordt gehouden, dat zich op een specifiek onderwerp toespitst.

Rechten en plichten
Wat zijn uw rechten en plichten bij een boekenonderzoek? Simpel gezegd komt het er helaas op neer dat de fiscus vrij veel mag. Maar ook voor de controleur geldt het beginsel van behoorlijk bestuur. Hij moet zich netjes en redelijk gedragen. Nu is dit een vrij vaag begrip, maar mocht u twijfelen aan de redelijkheid van de controleur dan kunt u protest aantekenen. Ondanks de vrij ruime bewegingsruimte van de fiscus zijn er een aantal zaken die u niet hoeft over te dragen aan de controleur:

  • Fiscale adviezen van uw accountant of belastingadviseur.
  • Medische informatie van het personeel.
  • Privé-zaken, zoals inkomsten partner en kinderen, een agenda etc.
    Als particulier heeft u, in tegenstelling tot bedrijven, geen bewaarplicht.

U behoudt altijd het recht om te weigeren iets af te geven. Maar dat is niet altijd even slim. Indien u cruciale informatie achterhoudt, kan de fiscus besluiten om een aanslag op basis van een eigen schatting op te leggen. Het is dan aan u om te bewijzen dat de schatting onjuist is. De bewijslast wordt in feite omgedraaid. In het ergste geval kunt u strafrechtelijk worden vervolgd met een maximale gevangenisstraf van zes maanden, maar dit komt vrijwel niet voor.

Tips

  • Neem het onderzoek serieus, bereid het goed voor.
  • Laat u in zowel het openings- als het slotgesprek bijstaan door uw accountant of belastingadviseur.
  • Vraag waarom er een onderzoek bij u plaats vindt. Vaak krijgt u als antwoord ‘zomaar’ of ‘willekeurig’, maar dat is het tegenwoordig bijna nooit. Vraag dus door, veelal beschikt de Belastingdienst over meer informatie dan u vermoedt.
  • Beperk u tot het beantwoorden van de gestelde vraag. Ga geen hele verhalen houden; de controleur hoeft niet wijzer te worden dan dat hij al is.
  • Zet geen kopieerapparaat in de kamer van de controleur. Als hij iets wil kopiëren kan hij dat via u of via het centrale aanspreekpunt doen. Zo kunt u zien wat de controleur belangrijk acht voor het onderzoek en in welke richting het onderzoek gaat.
  • Wees niet te snel met het afgeven van de dossiers waar de controleur om vraagt. Overleg gerust eerst met uw adviseur voordat u de gevraagde documenten overhandigt. Geef ook alleen de documenten waarom wordt gevraagd, niet meer.
  • Vraag ook gerust aan de controleur of het betreffende dossier relevant is voor het onderzoek. Laat de controleur maar bewijzen dat het relevant is.
  • De beste kaarten voor een vermindering of ter voorkoming van een naheffing heeft u tijdens het onderzoek en de gesprekken met de controleur.
  • Zorg dat u tijdens het slotgesprek alles hebt opgehelderd. Zodra de controleur zijn rapport gaat schrijven kunnen zaken moeilijk worden teruggedraaid.
  • Maak altijd bezwaar tegen het rapport als er onjuistheden in staan.

Aanbevolen websites

Bron:
Zibb

Met medewerking van mr. Dennis Jongbloed, fiscaal jurist en eigenaar van Jongbloed Fiscaal Juristen in Enschede

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
Recht

De Jager vereenvoudigt aangifte ondernemer

De elektronische aangifte voor winst– en inkomstenbelasting wordt eenvoudiger voor ondernemers. Demissionair minister Jan Kees de Jager (Financiën) heeft dat maandag bekendgemaakt. In de aangifte over 2010 moet de helft minder gegevens worden ingevuld.

Zo hoeven ondernemers niet meer de gegevens van de commerciële jaarrekening in hun aangifte op te nemen. Dit betekent dat ze informatie over de inventaris, voorraadwaardering en onderhandse leningen niet meer hoeven in te vullen.

„Ik ben blij met deze volgende stap in de vereenvoudiging. De helft minder gegevens invullen scheelt een ondernemer veel tijd en geld”, aldus De Jager.

Bron:
Nu

 

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
Waardebepaling, geld

Hoe financiert u uw sabbatical?

Misschien droomt u er wel eens van: een halfjaar of zelfs een jaar stoppen met uw gewone werk om eens iets compleet anders te gaan doen, zoals vrijwilligerswerk in het buitenland of een wereldreis maken. In samenspraak met uw werkgever kunt u daarvoor een sabbatical opnemen. Naast de praktische invulling moet u ook goed nadenken over de financiële aspecten van uw verlof. Er zijn verschillende manieren om dat te bekostigen.

Levensloopregeling
De belangrijkste financieringsmethode voor uw sabbatical is de levensloopregeling, een fiscale regeling die sparen voor een vervangend inkomen tijdens een periode van onbetaald verlof voordeliger maakt. Daarbij wil ‘onbetaald’ zeggen dat de werknemer geen salaris ontvangt, maar in plaats daarvan een uitkering uit zijn eigen levenslooptegoed. Heel in het kort houdt de levensloopregeling in dat uw werkgever jaarlijks maximaal 12 procent van uw brutoloon stort op een speciale spaarrekening die op uw naam staat. Daarnaast kan uw werkgever bijdragen aan uw levensloopregeling. Hij is daar echter niet toe verplicht. U kunt uw geld onderbrengen bij een verzekeraar, een bank, een dochter van een pensioenfonds of een beheerder van een beleggingsinstelling. Een snelle rekensom leert dat u na vier jaar 12 procent sparen een halfjaar verlof kunt opnemen tegen 100 procent van uw salaris. Sparen via een levensloopregeling is fiscaal gunstig; u hebt jaarlijks recht op een korting op uw inkomstenbelasting van maximaal € 195. U krijgt dat bedrag uitgekeerd als u geld opneemt van uw levenslooprekening. Wat betreft uw pensioenopbouw: wettelijk gezien zou die tijdens uw sabbatical volledig door moeten lopen – controleer voor de zekerheid uw CAO of vraag ernaar bij uw werkgever. Uitgebreide informatie over de levensloopregeling vindt u bij de Belastingdienst en het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Spaargeld
De levensloopregeling heeft als nadeel dat het een paar jaar duurt voor u voldoende kapitaal heeft opgebouwd om uw sabbaticalplannen financieel te kunnen realiseren. U kunt natuurlijk ook ander spaargeld of een eventuele erfenis voor dat doel inzetten, eventueel in aanvulling op een levensloopregeling.

Sponsoring en fondsenwerving
Als u uw sabbatical gebruikt om vrijwilligerswerk te doen voor een goed doel, dan kunt u overwegen om u te laten sponsoren door particulieren (familie en vrienden). Laat uw sponsors wel weten wat er met hun geld gebeurt door middel van een website of nieuwsbrieven. U kunt ook fondsen werven bij bedrijven, de overheid of bestaande fondsen zoals het Oranje Fonds, het Prins Bernhard Fonds. De site van Vrijwilligerswerk.nl heeft veel informatie over fondsenwerving.

Bron:
ING

 Mrt 2010

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
pensioen

Pensioentips

Er is veel te doen over pensioenen tegenwoordig. We moeten langer doorwerken en door de crisis zijn veel pensioenfondsen en verzekeraars in de problemen gekomen. Drie pensioentips voor een onbezorgde oude dag voor de dga.

Let op pensioenindexatie bij echtscheiding

Door rechtspraak in de afgelopen jaren is echtscheiding voor de dga, die pensioen in eigen beheer opbouwt, een soort tijdbom onder zijn onderneming geworden. In geval van echtscheiding geldt als hoofdregel de standaardvereveningsregeling van pensioen. Volgens deze regeling heeft de ex-partner recht op 50% van het tijdens het huwelijk opgebouwde pensioen, alsmede op het gehele opgebouwde nabestaandenpensioen.

De ex-partner zal over het algemeen de pensioenrechten waarop hij/zij recht heeft liever niet in de risicosfeer van de onderneming wensen. Tot begin 2007 kon de ex-partner slechts afstorting buiten de onderneming eisen indien de gerede kans bestond dat de pensioengelden op de pensioeningangsdatum niet meer aanwezig zouden zijn. Vanaf 2007 is dit gewijzigd en kan de ex-partner altijd afstorting eisen. De onderneming mag dit weigeren indien zij niet beschikt over voldoende liquide middelen om het pensioen af te storten, en hiervoor ook geen geld kan lenen.

Tot zover zijn er nog geen problemen. Die steken pas de kop op als er in de pensioenregeling sprake is van een open geïndexeerd pensioen. Bij de meeste pensioenen die in eigen beheer worden opgebouwd is dit het geval. Bij een open geïndexeerd pensioen wordt het pensioen na de pensioeningangsdatum niet jaarlijks met een vast percentage verhoogd, maar met een door het CBS vastgesteld indexcijfer (loonindex of prijsindex). Het probleem is dat deze indexatie fiscaal niet mag worden geïndexeerd op de balans. Deze verplichting is dus ook niet terug te vinden op de balans, hiervoor is ook geen reserve opgebouwd.

Deze indexatie is echter wel aan de pensioengerechtigde toegezegd. Afzien van deze indexatie betekent dat er wordt afgezien van pensioen. Daar staat een fiscale sanctie op. Indien de indexatielast in de pensioenverplichting tot uitdrukking wordt gebracht, zal de wettelijke verplichting circa 1,5 tot 2 keer hoger uitvallen dan de fiscale, op de balans aanwezige, pensioenverplichting. De werkelijk uit te keren verplichting aan de ex-partner zal dus dubbel zo hoog zijn, en ongeveer gelijk zijn aan het gehele pensioen dat voor beide partners fiscaal op de balans is gereserveerd.

Een toegezegde na-indexatie zal bij echtscheiding een ‘wolf in schaapskleren’ blijken te zijn. Het valt te overwegen de pensioentoezegging daarom aan te passen, in die zin dat toekomstige pensioenaanspraken niet meer geïndexeerd zullen worden. Doe dit tijdig en op een juiste wijze.

Overigens is een standaardverevening van het pensioen vaak niet eens de beste wijze om de pensioenrechten te verdelen. Het ligt meer voor de hand om te kiezen voor zogenaamde conversie van de pensioenrechten, waarbij de ex-partner eigen pensioenrechten krijgt, en deze kan onderbrengen in een eigen besloten vennootschap. Dit is aantrekkelijk als het om een aanmerkelijk pensioenkapitaal gaat. Laat u hierbij begeleiden door een pensioenadviseur.

Stap over op een middelloonregeling

Als u pensioen in eigen beheer opbouwt is de kans groot dat u een eindloonregeling heeft. Bij de eindloonregeling vindt, met terugwerkende kracht, pensioenopbouw plaats over het laatst genoten salaris. Met deze regeling bouwt u, indien u regelmatig uw salaris verhoogt, het hoogste pensioen op.
Ontvangt u al het fiscaal optimale salaris, en bent u niet van plan uw salaris verder te verhogen, dan kunt u een hoger pensioen bereiken door de eindloonregeling te vervangen door de middelloonregeling. Bij een middelloonregeling wordt elk jaar pensioen opgebouwd over het in dat jaar daadwerkelijk genoten salaris. In een eindloonregeling kunt u maximaal 2% pensioen opbouwen over de pensioengrondslag, terwijl dit percentage in de middelloonregeling 2,25% bedraagt. Bij een overstap van de eindloonregeling naar een middelloonregeling wordt het percentage van 2,25% toegepast vanaf het moment dat de nieuwe pensioenregeling van kracht is. Een rekenvoorbeeld laat het verschil zien.

Voorbeeld 1: Eindloonregeling vs middelloonregeling bij een stijgend salaris

Salaris jaar 1: 40.000 euro
Salaris jaar 2: 50.000 euro
Salaris jaar 3: 60.000 euro
AOW-franchise: 18.000 euro

Pensioenopbouw in een eindloonregeling:
(60.000 – 18.000) * 2% * 3 jaren = €2.520

Pensioenopbouw in een middelloonregeling:
(40.000 – 18.000) * 2,25% = 495
(50.000 – 18.000) * 2,25% = 720
(60.000 – 18.000) * 2,25% = 945

Totaal: €2.160

In dit voorbeeld bereikt u met een eindloonregeling een hogere pensioenopbouw (€2.520 vs €2.160).

Voorbeeld 2: Eindloonregeling vs middelloonregeling bij een gelijkblijvend salaris
Stel nu dat uw salaris drie jaar lang 60.000 euro bedraagt.

Pensioenopbouw in een eindloonregeling bedraagt dan wederom €2.520

Pensioenopbouw in een middelloonregeling:
(60.000 – 18.000) * 2,25% * 3 jaren = €2.835

In dit voorbeeld kunt u bij een gelijkblijvend salaris met een middelloonregeling een hoger ouderdomspensioen opbouwen (€2.835 vs €2.520).

Verzeker uw pensioen bij arbeidsongeschiktheid

Pensioenopbouw in eigen beheer kent een risico dat door velen onvoldoende wordt onderkend: bij arbeidsongeschiktheid stopt ook de pensioenopbouw.

Wanneer een ‘gewone’ werknemer arbeidsongeschikt raakt, gaat de financiering van het pensioen gewoon door, ondanks dat het dienstverband wordt beëindigd. Daarvoor sluit de werkgever een aanvullende verzekering af, dat recht geeft op premievrije voortzetting van de pensioenopbouw bij arbeidsongeschiktheid. De voortzetting van de pensioenopbouw voor de werknemer komt in dat geval voor rekening van de verzekeraar.

In de Model Pensioenovereenkomst van de Belastingdienst staat dat de bv het pensioen van de dga zal blijven financieren indien de dga arbeidsongeschikt wordt. Dit kan grote financiële gevolgen voor de bv hebben, zeker als de arbeidsongeschiktheid van de dga ruim voor de pensioendatum intreedt. De bv is dan verplicht tot aan de pensioendatum ouderdomspensioen op te bouwen. Maar dan moet ze wel over voldoende financiële middelen, of voldoende inkomsten beschikken.

Veel bv’s verzekeren wèl het risico van arbeidsongeschiktheid zodanig dat daarmee het inkomen van de dga tot aan de pensioendatum is gewaarborgd. Ze houden er echter geen rekening mee dat ook de pensioendotatie moet worden voortgezet. Veelal voorziet de verzekering in onvoldoende uitkering om ook deze pensioenlasten te kunnen dragen.

Het is daarom raadzaam om bij de bepaling van het (totale) risico van arbeidsongeschiktheid niet alleen rekening te houden met voldoende inkomen tot de pensioendatum, maar ook de financiering van het pensioen zelf voldoende te waarborgen.

Uiteraard is dit niet nodig als de bv over voldoende financiële middelen beschikt. De ervaring leert echter dat met name voor de jonge dga het risico van arbeidsongeschiktheid veelal wordt onderschat. Voldoende verzekeren is dan ook het advies. Heeft de bv eenmaal genoeg financiële middelen om het pensioen zelf op te bouwen, dan kan de verzekering worden opgezegd.

Bron
Zibb

Bij echtscheiding letten op uw pensioenindexatie: Edzo Boven, pensioenadviseur bij Grant Thornton in Woerden
Stap over op een middelloonregeling: Ginie Hamhuis, fiscalist bij Berk in Zwolle
Verzeker u pensioen bij arbeidsongeschiktheid: Frank Hoffmans, pensioenadviseur in Klap in Amsterdam

Lees meer over: Financieel, Ondernemen