Leiderschap in de tandartspraktijk: 9 voorwaarden

Leiderschap

Als praktijkhouder heeft u meerdere rollen: ondernemer, manager en natuurlijk tandarts. Praktijkvoering wordt steeds complexer en de kwaliteit van werken wordt in toenemende mate beïnvloed door externe ontwikkelingen. Hierdoor wordt de rol van manager steeds belangrijker.  9 voorwaarden voor goed leiderschap in de tandartspraktijk.

 Als praktijkhouder heeft u meerdere rollen: ondernemer, manager en natuurlijk tandarts. Veel praktijkhouders doen het liefste waarvoor ze zijn opgeleid, namelijk aan de stoel staan en tandheelkundige zorg verlenen. Praktijkvoering wordt steeds complexer en de kwaliteit van werken wordt in toenemende mate beïnvloed door externe ontwikkelingen. Hierdoor wordt de rol van manager steeds belangrijker. U kunt ervoor kiezen om deze rol alleen te vervullen of in samenwerking met ander ondersteunend personeel. In het artikel ‘De tandarts als ondernemer; voldoet u praktijk nog? wordt daar aandacht aan besteed.

Voorwaarden goed leiderschap
Het management van de praktijk wordt in grote mate bepaald door goed leiderschap. Organisatiepsychologen hebben veel studies gedaan naar dit onderwerp en visies op dit thema ontwikkelen zich continu. Er zijn vele manieren van leidinggeven. Of de aanpak succesvol is, is afhankelijk van vele factoren. In algemene zin zijn er wel een aantal belangrijke voorwaarden voor goed leiderschap in de tandartspraktijk en hoe dit in de praktijk te realiseren:

  1. Missie, visie en plannen
    Goed leiderschap is in lijn met de missie, visie en de daarvan afgeleide plannen die u voor de praktijk heeft geformuleerd.
    Zorg dat u deze scherp voor ogen houdt door ze bijvoorbeeld uit te printen en op te hangen in de gemeenschappelijke ruimte. Om de stand van zaken goed voor ogen te houden kunt u de ‘stoplichtmethode’ hanteren – (nog) niet gerealiseerde doelen rood kleuren, doelen waar hard aan gewerkt wordt en deels gerealiseerd zijn oranje en de gerealiseerde doelen groen.  Als u maandelijks de uitgeprinte versie dan vervangt, weet u altijd waar u staat. U en het gehele team blijven dan gefocust op doelen van de praktijk. Besteed er ook regelmatig aandacht aan in de praktijkvergaderingen.
  2. Voorbeeldfunctie
    Een leider heeft een voorbeeldfunctie en faciliteert het werken op de werkvloer. Zo is het bijvoorbeeld belangrijk dat u zelf smetteloze praktijkkleding draagt en er goed functionerende units in de praktijk staan.
  3. Aandacht
    Om de medewerkers goed tot hun waarde te laten komen is het belangrijk dat u ze aandacht geeft en oprecht geïnteresseerd luistert, een kop koffie drinken met uw team en vragen hoe het weekend was zorgt al voor veel betrokkenheid.
  4. Samenwerken stimuleren
    Voor het teamgevoel is het belangrijk dat samenwerken gestimuleerd wordt en dat het team zich ook verantwoordelijk voelt voor hun werk.
  5. Vertrouwen en ruimte
    Laat blijken dat u uw medewerkers vertrouwt en geef ze de ruimte om zaken zelfstandig zaken aan te pakken. Heeft u wel eens gedacht aan het formeren van een projectgroep om bepaalde problemen op te lossen of innovaties vorm te geven? Als u met uw praktijk naar een nieuw pand verhuist kunt u een ‘kantineteam’ formeren om over de indeling na te denken en een goede espressomachine uit te kiezen. Succes gegarandeerd als u dit koppelt aan de grote ‘koffietest’. Democratische koffieselectie zorgt voor blije koffiedrinkers.
  6. Bescheidenheid
    De uitspraak ‘bescheidenheid siert de mens’ is vooral van toepassing op een goede leider. U zet de kaders uit en geeft richting, maar staat daarmee niet vanzelfsprekend in het middelpunt. In moeilijke situaties waarin snel beslissingen genomen moeten worden kunt u gebruik maken van uw gezag, een door het team aanvaarde machtspositie. De manier van leiderschap stemt u af op de situatie en de personen met wie u te maken heeft, het zogenaamde ‘situationeel leiderschap’.
  7. Kwetsbaarheid
    Aansluitend op punt 6 toont u juist kracht door u soms kwetsbaar op te stellen . U kunt tijdens een functioneringsgesprek eens vragen wat ze van uw manier van leidinggeven vinden. Het geeft u handvaten om te verbeteren. U zult vast ook wel eens twijfelen over het nemen van een belangrijke beslissing. Vraag input en meedenkers, het maakt u alleen maar menselijker.
  8. Passend
    De manier van leidinggeven moet wel bij u passen, u moet uzelf blijven anders werkt het niet. Hanteer uw eigen normen en waarden die als het goed is ook aansluiten bij de kernwaarden van de praktijk.
  9. Verandering
    Een goede leider ziet altijd hoe het beter kan en is dus niet wars van verandering. Hij leidt de verandering in goede banen en creëert draagvlak door veel informatie te verstrekken zoals de reden van de verandering en de consequenties hiervan voor de individuele medewerker.

ISO 9001 normen
In de nieuwe 9001 normen, de ISO 9001:2015, is een heel hoofdstuk gewijd aan het onderwerp ‘leiderschap’. Het feit dat dit thema uitgebreid aan bod komt in de ISO normen bevestigt dat goed leiderschap essentieel is om een organisatie te sturen en te verbeteren. Aangezien de directie ook een voorbeeldfunctie heeft, is het ook belangrijk dat de directie zichzelf ook ontwikkelt door ondermeer nascholing en coaching. Het metafoor ‘zelfs het scherpste mes kan zichzelf niet slijpen’ is hier op zijn plaats en verwoordt pakkend een belangrijke voorwaarde voor goed leiderschap.

Boeken
Meer informatie over leiderschap vindt u in de volgende boeken:

  • Situationeel leidinggeven, auteur Paul Hersey
  • De zeven eigenschappen van effectief leiderschap, auteur Steven R. Covey

Door:
Ing. Petra van der Zwan

Lees meer over: Management, Ondernemen