IGJ verlangt geen vaccinatiebewijzen bij adequate titer

IGJ verlangt geen vaccinatiebewijzen bij adequate titer

De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) voert op het ogenblik controles uit of zorgverleners zijn ingeënt tegen hepatitis B. Na overleg met het RIVM is besloten dat in een mondzorgpraktijk geen vaccinatiebewijzen aanwezig hoeven te zijn als de zorgverlener over een adequate titer beschikt.

Hepatitis B

Hepatitis B is een virus dat onder andere door bloedcontact of bloedproducten kan worden overgedragen. Volgens het advies van de Landelijke richtlijn preventie transmissie van hepatitis B van medisch personeel naar patiënten moeten alle mondzorgverleners tegen hepatitis B gevaccineerd zijn. Omdat volgens de IGJ hieraan in mondzorgpraktijken te weinig aandacht wordt besteed, gaat zij hier de komende tijd op controleren.

Richtlijn

De verplichtingen voor de mondzorgpraktijken staan beschreven in de Richtlijn Infectiepreventie in mondzorgpraktijken. Volgens deze richtlijn moet van elke zorgverlener in de praktijk een kopie van het vaccinatiebewijs en de titer-uitslagen aanwezig zijn. De IGJ heeft nu in samenspraak met het RIVM besloten dat aanwezigheid van een adequate titer van HBsAg>100 IE/L voldoende is.
HBsAg staat voor hepatitis B surface Antigen. Dit is een antigeen dat bij het bij het hepatitis B-virus voorkomt.
Een vaccinatiebewijs moet wél in de praktijk aanwezig zijn als de titer lager is dan 100.

Respons vaccinatie

De respons van de vaccinatie moet altijd vier tot zes weken na de vaccinatie gecontroleerd worden. Verdere actie is afhankelijk van de waarde van de titer:
• titer < 10IE/l
• titer 10-90 IE/l
• titer >100 IE/l

Titer < 10IE/l

Bij een titer <10 IE/l is de zorgverlener een non-responder. Aanvullende vaccinatie kan plaatsvinden als de zorgverlener HBsAg en anti-HBc negatief (geen antistoffen tegen het core-antigen van het virus) is. Deze vaccinatie moet dan gevolgd worden door een titercontrole. Als ondanks de aanvullende vaccinatie de titer <10 IE/I blijft, mag de zorgverlener risicohandelingen blijven verrichten, maar dan moet er wel elke drie maanden een HBsAg-bepaling plaatsvinden.

Titer 10-90 IE/l

Bij een titer 10-90 IE/l is de zorgverlener een hypo-responder, dat wil zeggen dat hij/zij beschermd is tegen het doormaken van klinische hepatitis B. Door verder onderzoek kan een infectie uitgesloten worden. Met aanvullende vaccinaties kan een titer boven de 100 IE/L bereikt worden. Als daarna de titer 10-100 IE/I blijft, moet vijf jaar later nogmaals gevaccineerd worden met een aanvullende titercontrole.

Titer >100 IE/l

Bij een titer >100 IE/I is de zorgverlener langdurig beschermd tegen hepatitis B, waarschijnlijk zelfs levenslang.

Bron:
ANT
RIVM

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z