De man die zijn tandarts onlangs met een hamer sloeg is veroordeeld tot drie jaar gevangenisstraf, meldt RTVUtrecht.
De tandarts wilde de man niet behandelen wegens niet betalen van rekeningen. De man was het daar niet mee eens en wachtte de tandarts in de ochtend op en sloeg hem vervolgens twee keer met een hamer op zijn hoofd. De tandarts herkende zijn patiënt en kon daarmee aangifte doen.
De man mag van de rechter ook geen contact meer met de tandarts hebben. De man is veroordeeld tot poging tot doodslag.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/13941985-s-recht-5005.jpg480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-05-09 00:00:002016-05-27 13:29:38Drie jaar gevangenisstraf voor man die tandarts met hamer sloeg
70% van de Engelse tandartsen heeft aangegeven dat zij negatief zouden adviseren als vrienden of familieleden overwegen om tandarts te worden. Dat blijkt uit een peiling van de National Health Services in Engeland (NHS).
Peiling De peiling werd gehouden om inzicht te krijgen over de ervaringen van de mondzorgprofessionals met het gezondheidssysteem (NHS). 590 tandheelkundige professionals hebben hier aan deelgenomen en zijn onder andere gevraagd naar hun toekomstige loopbaan, de inschatting van de toekomst van NHS en naar hun patiënten tevredenheid.
Resultaten De resultaten zullen worden voorgelegd aan een panel bestaande uit tandheelkundige professionals, die zal debatteren over de betekenis en de gevolgen voor de toekomst van het NHS. De bevindingen van het panel worden vervolgens gedeeld met alle mondzorgprofessionals in het Verenigd Koninkrijk.
Poll Zou u uw beroep als tandarts of mondhygiënist aan uw familie en vrienden adviseren? Laat het ons weten via deze poll. Klik hier als tandarts Klik hier als mondhygiënist
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/vraag.jpg480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-05-09 00:00:002016-05-27 13:29:5070% van de Engelse tandartsen raadt het beroep niet aan
Arbeidsgerelateerde fysieke klachten bij tandartsen, assistenten en mondhygiënisten worden met name veroorzaakt door een combinatie van een statische werkwijze en langdurig zitten. Waardoor ontstaat pijn in de rug en hoe kunt u dit voorkomen?
Een zeer hoog percentage van tandartsen (65%) en mondhygiënisten (90%) ervaart fysieke klachten bij het uitvoeren van de dagelijkse werkzaamheden. Dit hoge percentage klachten beïnvloedt het werk op een negatieve manier. Onderzoek heeft aangetoond dat dit zelfs de belangrijkste reden is voor tandartsen om eerder te stoppen met werken (Brown, 2010).
Risico op rugklachten
Arbeidsgerelateerde klachten bij tandartsen, assistenten en mondhygiënisten worden met name veroorzaakt door combinatie van een statische werkwijze en langdurig zitten. Het werk is zeer precies, op een klein oppervlak en vergt vaak veel concentratie. De plaatsing en welzijn van de patiënt is een complicerende factor.
De spieren worden vaak langdurig en eenzijdig aangespannen, al dan niet in combinatie met een ongunstige werkhouding. Hierdoor werkt de spierpomp onvoldoende en hopen stofwisselingsproducten zich op in het weefsel. Dit veroorzaakt pijn, vermoeidheid, een nog hogere spierspanning en zelfs pathologische veranderingen in spieren, pezen, kapsel, banden en gewrichten.
Voorkom belastende houdingen Pijn in de rug komt veelvuldig voor. De pijn kan bijvoorbeeld ontstaan door:
Overbelasting van aanhechtingen
Te sterk aangespannen rugspieren (krampachtige houding)
Overbelasting van de tussenwervelschijven
Artrose
Om overbelasting van de tussenwervelschijven goed te begrijpen, kijken we naar de intradiscale drukmeting van Nachemson.
In deze figuur wordt duidelijk dat zitten een zware belasting is voor de rug. Van nature heeft de rug een holling in de onderrug, een lichte bolling in de bovenrug en een holling in de nek (S-vorm). In deze stand wordt de rug optimaal belast en is de druk op de tussenwervelschijven gelijkmatig. In de zittende houding (ook al zit u rechtop), is het moeilijker deze S-vorm in stand te houden. De rug wordt vaak gebogen in een C-vorm, waardoor de druk op de tussenwervelschijven flink toeneemt. Met name de onderrug wordt in deze houding overbelast. In combinatie met (latero)rotatie (buigen en draaien) van de rug, neemt de belasting exponentieel toe.
Hierdoor kunnen diverse fysieke klachten ontstaan, zoals overbelasting van spieren en pezen, HNP (hernia) en een verhoogde druk op inwendige organen waardoor de bloedcirculatie achteruit gaat. Dit kan ook een verhoogde bloeddruk als gevolg hebben.
Goed zitten
Begin bij een goede basishouding. Plaats de voeten stevig op de grond, op heupbreedte. De kniehoek is ongeveer 110 graden of iets meer. Zit achterop de stoel en gebruik afwisselend wel en geen lendesteun. Zit in een ontspannen, actieve houding (S-vorm). De rug mag 10-20 graden naar voren buigen, maar voorkom (latero)rotatie. Om de S-vorm goed in stand te houden en de druk op de onderste tussenwervelschijven te verminderen, dient u de buikspieren licht aan te spannen. Werk altijd dynamisch en wissel houdingen af.
De juiste zithoudingBuikdruk vermindert druk op
tussenwervelschijven
Voorkom en verminder rugklachten door minimaal 1x per week de rug te trainen, thuis of in de sportschool. Doe vooral oefeningen om de grote rugspieren te versterken en ook de rompstabiliteit voor de kleine spieren (balansoefeningen, zitten op een skippybal). Vraag een instructeur, fysiotherapeut of goede personal trainer om advies.
Tips
Zitten is belastend, dus werk dynamisch. Haal zelf de patiënt uit de wachtkamer en sta tijdens de behandeling op om iets te pakken. Beweeg de rug tijdens een gesprek met de patiënt.
Zit afwisselend rechtop met rugleuning en actief zonder rugleuning.
Zoek altijd naar een symmetrische houding. Verplaats de patiënt zoveel als mogelijk, zodat u altijd loodrecht op het werkveld kijkt.
Probeer lange en korte behandelingen af te wisselen. Bespreek uw agendaplanning met uw balieassistent.
Rooster een lunchwandeling in.
Bronnen: Winkel en Aufdemkampe: Orthopedische geneeskunde en manuele therapie, Nachemson A: The load on lumbar discs in different positions of the body, Hokwerda en de Ruijter, innemen van een gezonde zittende houding bij patiëntbehandeling Fotocredit: Kenniscentrum RUG dentale ergonomie
Door: Amber Elings, ergonomiedeskundige en bedrijfsoefentherapeut specialist in tandheelkundige ergonomie, Aeflex. Gezond, comfortabel en klachtenvrij werken.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/rug-500.jpg480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-05-09 00:00:002024-11-06 12:50:09Rugklachten voorkomen door goed zitten
12 mei wordt de campagne de Europese dag van de Parodontologie gelanceerd met de slogan “Gezond tandvlees voor een beter leven”.
Europese Federatie voor Parodontologie
De campagne is opgezet door de Europese Federatie voor Parodontologie (EFP). Het doel van de campagne is om mensen er bewust van te maken dat een goede gezondheid van het tandvlees een effectieve manier is om de mondgezondheid en de algemene gezondheid te verbeteren. Door de bewustwording zouden ook agressieve of chronische tandvleesaandoeningen tijdig kunnen worden behandeld.
Parodontitis
Parodontitis is een van de meest voorkomende infectieziekten ter wereld. Veel mensen zijn zich er niet van bewust dat ruim 80% van de EU-burgers ouder dan 35 jaar lijdt aan een vorm van tandvleesontsteking. Met de parodontale bewustwordingscampagne wordt ook het verband aangetoond tussen parodontitis en ziekten zoals diabetes en hart- en vaatziekten.
17 juni
De EFP organiseert op 17 juni een bijeenkomst in het Europees Parlement in Brussel om de rol van parodontologie in de algemene- en volksgezondheid onder de aandacht te brengen bij leden van het Europees Parlement, leden van de Europese Commissie en andere belanghebbenden.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/120620998-mond-spiegel-vierkant-5001.jpg480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-05-09 00:00:002020-11-11 13:36:5012 mei: De Europese dag van de Parodontologie
Wetenschappers hebben een nieuwe methode ontwikkeld voor de kwaliteitsverbetering van keramisch materiaal voor de productie van implantaten. Het onderzoek is gepubliceerd in Scientific Reports.
Nieuwe methode Wetenschappers van de Friedrich-Schiller-Universität Jena hebben in samenwerking met het Spaanse Instituto de Ciencia de Materiales een methode ontwikkeld voor kwaliteitsverbetering van het keramisch materiaal bestaande uit zirkoniumoxide en aluminiumoxide. Met deze methode is het keramiek aanzienlijk sterker en beter bestand tegen veroudering.
Materialen Steeds vaker wordt een mengsel van zirkoniumoxide en aluminiumoxide als keramisch materiaal gebruikt bij de productie van implantaten door de goede biocompatibiliteit, hoge slijtvastheid en hoge corrosiebestendigheid. Met behulp van de nieuw ontwikkelde technologie worden deze eigenschappen versterkt, door onder andere de homogeniteit van het mengsel te verbeteren.
LAVA Het poedermengsel bestaande uit yttrium, zirconium en aluminiumoxide wordt verdampt met behulp van een “verdamping-laser” (LAVA) waarna bij afkoeling de kleine druppeltjes stollen tot nanodeeltjes. De nanodeeltjes worden vervolgens gesinterd bij meer dan 1000 graden Celsisus. Het gehele proces leidt uiteindelijk tot een zeer homogeen keramisch materiaal met een zeer fijne korrel. In vergelijking met het huidig beschikbaar keramisch materiaal, neemt met behulp van de nieuwe technologie de sterkte met ongeveer 50 procent toe en heeft het materiaal ook een betere breuktaaiheid.
Schaal De nieuwe methode is onderzocht op laboratoriumschaal. De wetenschappers zijn ervan overtuigd dat de productie van het keramisch materiaal ook op grote schaal mogelijk is.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/implantaat-5001.gif480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-05-09 00:00:002016-05-27 13:29:50Nieuwe technologie voor kwaliteitsverbetering van implantaten
Maar liefst een op de tien Britse volwassenen (12%) houdt liever een vogelspin vast dan plaats te nemen in de tandartsstoel. Sommigen gaan nog liever het toilet schoonmaken (30%) of belastingaangifte doen (14%). Dat blijkt uit onderzoek van Oasis Dental care.
Angsten 33% van degenen die ooit op tandartsbezoek zijn geweest, was angstig. 31% van de ondervraagden was vooral bang dat zij eventueel een tandheelkundige ingreep moest ondergaan. Daarnaast zijn een angst voor naalden en injecties (30%) en slechte (jeugd)herinneringen (22%) redenen om niet naar de tandarts te gaan.
Oorzaak Veel van de angsten ontstaan door wantrouwen en even geen controle te hebben over de situatie. Terwijl een regelmatig bezoek aan de tandarts juist kan helpen om een relatie op te bouwen met het tandheelkundige team, zodat de patiënt zich meer op zijn of haar gemak gaat voelen.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/vogelspin.jpg480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-05-09 00:00:002016-05-27 13:30:38Liever een vogelspin vasthouden dan naar de tandarts
Wanneer er een acute medische noodsituatie (bijvoorbeeld het wegvallen van de patiënt) zich voordoet in de praktijk dan is het goed om te onthouden dat de tandarts niet moet gaat uitzoeken wat er precies aan de hand is. Door de ABCDE (hieronder uitgelegd) stap voor stap na te lopen, kan de tandarts de acute situatie onder controle houden totdat er medische hulp aanwezig is. Met de ABCDE wordt datgene behandeld waar de patiënt het eerst dood van gaat, wordt de situatie niet erger gemaakt en kan er op tijd en gericht hulp gezocht worden.
Verslag van de lezing van Martine Oosterloo, spoedeisende hulp arts, tijdens het congres Medische aspecten in de Tandheelkunde van de Stichting PAOT-Noord Nederland.
Wat kan een tandarts systematisch doen in de tijd totdat de spoedeisende hulp er is?
Wanneer er een acute medische noodsituatie (bijvoorbeeld het wegvallen van de patiënt) zich voordoet in de praktijk dan is het goed om te onthouden dat de tandarts niet moet gaan uitzoeken wat er precies aan de hand is. Door de ABCDE (hieronder uitgelegd) stap voor stap na te lopen, kan de tandarts de acute situatie onder controle houden totdat er medische hulp aanwezig is. Met de ABCDE wordt datgene behandeld waar de patiënt het eerst dood van gaat, wordt de situatie niet erger gemaakt en kan er op tijd en gericht hulp gezocht worden.
Bij een gecollabeerde patiënt moet het volgende protocol in acht genomen worden:
Spreek de patiënt aan.
Kijk, luister en voel de ademhaling, maximaal 10 seconden.
Indien geen ademhaling: Start reanimatie/BLS-AED en bel 112.
Indien wel een ademhaling: Zoek hulp en bel 112. Voer de ABCDE uit.
ABCDE
A =Airway
Zorg dat de luchtweg vrij is. Eventueel slijm of bloed of braaksel kan weggezogen worden. Om de luchtweg meer ruimte te geven kan de kaak naar voren worden gehouden.
B = Breathing
Om te erachter te komen of er ademhaling is, moet er naar de patiënt worden gekeken, geluisterd en gevoeld. Indien geen ademhaling: start BLS. Zeer trage ademhaling: overweeg beademen.
C= Circulation
Om te controleren of er sprake is van circulatie zijn ook de zintuigen belangrijk. In de hals kan gevoeld worden of er sprake is van een hartslag. Verder zijn kleur, duizeligheid en zweten belangrijke factoren waar naar gekeken kan worden. Wanneer een patiënt zweet dan is dit een alarm signaal. Leg de patiënt plat, eventueel met de benen omhoog, bij een zwakke pols. Geen pols of tekenen van leven (meer)?: start BLS.
D = Disability
Hier wordt gekeken naar reactie van de patiënt. Er kan bijvoorbeeld worden gekeken naar bewustzijnsniveau (indien gedaald, denk bv aan hypoglycaemie) en/of de patiënt zijn/haar ledematen symmetrisch kan bewegen (CVA).
E = Exposure
Hier wordt gelet op huidafwijkingen en temperatuur van de patiënt. Dit kan bijvoorbeeld wijzen op een allergische reactie of anafylactische shock. Bij een anafylactische shock moet er een epipen/adrenaline 300 mcg intramusculair toegediend worden en direct 112 gebeld worden.
Noodset in de tandartspraktijk
Een noodset in de tandartspraktijk kan in acute situaties zeer van toepassing zijn. Hierin hoort bijvoorbeeld de epipen, glucagon en nitroglycerine. Veel praktijken hebben ook een AED. Open de discussie in uw praktijk(groep), eventueel in samenwerking met de lokale apotheek of huisartsenpraktijk, over hoe u een dergelijke noodset kunt onderhouden. Train uw EHBO- vaardigheden regelmatig.
Martine Oosterloo is Emergency Physician/SEH-arts KNMG bij UMCG, Instructeur ALS, SBMS, CRM bij University Medical Center Groningen en Instructeur Advanced Life Support bij OSG VvAA, Voorzitter Centrale VIM Commissie bij Ambulance Zorg, Transformationeel trainer & coach bij Closing-the-loop training&coaching
Verslag door Marieke Filius, onderzoeker MKA-chirurgie, UMCG, voor dental INFO van het congres Medische aspecten in de Tandheelkunde van de Stichting PAOT-Noord Nederland.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/tandarts-400.jpg231399dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-05-09 00:00:002018-09-03 12:17:52Wat te doen bij acute medische noodsituaties?
Digitale mondfotografie met ultra-violet of blauw licht in combinatie met een groenfilter zou mogelijk beter zijn voor het beoordelen van gedemineraliseerd tandweefsel en andere klinische onderzoeken.
Onderzoek Met behulp van ultra-violet en blauw LED-licht (405- en 455-nm golflengte) en op maat gemaakte groenfilters hebben de onderzoekers de tanden gefotografeerd. Hierdoor fluoresceert de tand groen. De fotos laten een hoger contrast zien tussen gezond en gedemineraliseerd tandweefsel. In het onderzoek hadden tanden met cariës een lagere groene fluorescentie. De fluorescentie veranderde niet bij de aanwezigheid van speeksel op het tandoppervlak maar de aanwezigheid van bloed in speeksel leidde ook tot een lager groene fluorescentie.
Vervolgonderzoek De combinatie van groenfilters en ultra-violet of blauw licht helpt bij het maken van een goede beoordeling van de status van het tandweefsel. De resultaten van dit onderzoek vormen een basis voor vervolgonderzoek naar de verbetering van beeldvormende technieken die gebruikt kunnen worden in tandartspraktijken.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/ultra-violet.jpg480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-05-09 00:00:002016-05-27 13:30:39Gebruik ultra-violet of blauw licht met groenfilter bij het maken van een digitale foto
Patiënten met een chronische nierziekte hebben een hoger sterfterisico als zij ook lijden aan parodontitis. Dit blijkt uit een recent gepubliceerd onderzoek in de Journal of Clinical Periodontology.
Onderzoek Gegevens van bijna 14.000 Amerikaanse deelnemers aan de US-based Third National Health and Nutrition Examination Survey (NHANES III) zijn geanalyseerd. Uit deze analyse blijkt dat in de periode van 10 jaar, 42% van het aantal patiënten met parodontitis en een chronische nierziekte is overleden. Ter vergelijking, in dezelfde periode was 32% van de nierpatiënten zonder parodontitis overleden.
Risico Steeds meer onderzoeken suggereren dat parodontitis een risicofactor is voor verschillende ziekten zoals diabetes of hart- en vaatziekten. Vervolgonderzoek op basis van de huidige bevindingen zal moeten uitwijzen of er een causaal verband is tussen parodontitis en nierziekten.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/mondzorg-5004.jpg480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-05-09 00:00:002016-05-27 13:29:56Hoger sterfterisco bij nierpatiënten met parodontitis
In de dagelijkse praktijk zien we veel patiënten met botverlies in de kaak. Dit treedt op bij ontstekingen, kaakcystes en tumorinvasie in bot. Ook kennen we situaties waarbij bot niet meer resorbeert. Wat zijn de mechanismen van het verdwijnen van bot en hoe kunnen medicijnen dit beïnvloeden?
In de dagelijkse praktijk van tandarts en kaakchirurg zien we veel patiënten met botverlies in de kaak. Zo treedt dit op bij ontstekingen, kaakcystes en tumorinvasie in bot. Daarnaast kennen we situaties waarbij bot niet meer resorbeert. Wat zijn de mechanismen van het verdwijnen van bot en hoe kunnen medicijnen dit beïnvloeden? Verslag van de lezing van oncoloog dr. Max Witjes. Met enkele klinische beelden.
De mechanismen van botremodelering Resorptie van het bot gebeurd alleen door osteoclasten. Tot op heden is alleen van deze cellen bekend dat ze dit kunnen. De werkwijze van deze cellen is dat ze aan het bot hechten, een seal-zone onder de cel maken en in deze zone, HCl en proteasen uitscheiden die het bot (het HCl het hydroxyapatiet en de proteasen het collageen) vervolgens oplossen.
Een defect wordt weer gerepareerd door osteoblasten. Osteoblasten bouwen het botweefsel op door eerst osteoid af te scheiden waarna het osteoid calcificeert. Door calcificatie (vorming van hydroxyapatiet) verhardt het osteoid. Soms kunnen gebieden waar dergelijke botombouw heeft plaatsgevonden zichtbaar zijn op een röntgen foto. Vaak is er dan een dichtere botstructuur die als een opaciteit zichtbaar is. In feite is dit een litteken in het bot. Dit heet ook wel een endostosis of osteopetrotisch litteken. Voorbeelden hiervan op röntgenfotos worden getoond.
Wat zet aan tot remodelering?
De aansturing van botremoddeling gebeurd door de osteoblast. Dit is de centrale cel in afbraak en aanmaak van bot. Signaalmoleculen geproduceerd door de osteoblast (RANK ligand, ofwel RANK-L) zetten monocyten in het bloed aan om te fuseren tot een meerkernige osteoclast met RANK receptoren. RANK-L is een eiwit dat wordt afgegeven door osteoblasten en is belangrijk bij de vorming en regulatie van osteoclast activiteit. Osteoprotegerin (OPG) is een ander eiwit dat wordt afgegeven door de osteoblasten en de binding tussen RANK-L en de RANK receptor blokkeert, doordat OPG bindt aan RANK-L. Indien er veel RANK-L aanwezig is, is er sprake van meer osteoclast activiteit – en dus meer botresorptie – dan als er minder RANK-L aanwezig is.
Bot weg
Iedere pathologische conditie in het kaak kent een ander mechanisme van verstoren van de normale botremoddeling. Bijvoorbeeld bij infectie kunnen bacteriën stimuleren de productie van RANK-L. Vanuit de reumatologie is bekend dat B- en T-cellen vermoedelijk de osteoblast en osteoclast kunnen stimuleren tot resorptie.
Bij cysten wordt de druk die de cyste op het bot uitoefent geregistreerd door osteocyten in het bot – door de groei van de cyste – en stimuleren hierbij de RANK-L productie. Ter verduidelijking kun je het effect laten zien als de cystewand geopend wordt en gezorgd wordt dat de wand open blijft d.m.v. een pelotte. Als je de druk wegneemt hiermee stopt de botresorptie en vindt er weer botformatie plaats en kan de cyste kleiner worden (marsipualisatie van de cyste).
Tumoren kunnen parathormoon-achtige signaalmoleculen uitscheiden die vervolgens de osteoblast stimuleren om osteoclasten te vormen. Hiermee kan de tumor verder het bot in groeien.
Bot niet weg
Veel kennis over bot resorptie is opgedaan bij genetische afwijkingen en bijwerkingen van medicijnen.
Zo zijn er enkele genetische afwijkingen die leiden tot zeer dicht bot of een overmaat aan bot.
Genetische afwijkingen die leiden tot metabole stoornissen in de osteoclast.
Osteopetrose: er is geen HCl productie in de osteoclast. Hierdoor is er een slechte resorptie van bot. Hierdoor ontstaan abnormaal grote botten waarbinnen er weinig ruimte is voor merg. Als de osteopetrose ernstig is dan blijft er zo weinig merg over dat vaak kinderen op jonge leeftijd al overlijden aan de gevolgen van anemie of infecties.
Pycnodysostosis: De osteoclast produceert geen cathepsine K (breekt collageen af)
Hierdoor ontstaat dicht bot, wat erg gevoelig is voor osteomyelitis. Er is minder merg maar dit leidt bij deze ziekte niet tot ernstige anemie. Wel zijn de patiënten vaak klein van lengte. De botten zijn vaak erg bros en breken makkelijk. Bij de casus die werd getoond bleek dat er ook geen paranasale sinussen waren aangelegd.
Ziekte Van Buchem, een afwijking die vooral aanwezig is in populaties waar veel incest/inteelt is.
Er is een afwijking in het eiwit sclerostine, wat normaliter een stop signaal geeft aan de osteoblasten bij de aanmaak van osteoid. De vorming van osteoid gaat door en dit leidt tot vormafwijkingen van het skelet waarbij gigantiforme kaken ontstaan. Erg dicht bot met een forse toename van de botmassa. Doordat de vorming van bot doorgaat gaan de kanalen dicht waar hersenzenuwen door lopen. Hierdoor treedt er compressie van de hersenzenuwen (kan leiden tot uitval van de nervus facialis en de nervus acusticus)
Metabole stoornissen kunnen leiden tot een tekort aan bot resorptie. Door medicatie gebruik zoals bisfosfonaten, die worden voorgeschreven om bot afbraak tegen te gaan bij osteoporose, of het voorkomen van pathologische fracturen zoals bij /ziekte van Kahler.
Bisfosfonaten binden zich aan calcium en bij een actieve osteoclast worden de bisfosfonaten opgenomen in de cel. Hierdoor treedt apoptose van de osteoclast op. Dit vermindert/stopt de botresorptie. Als er langdurig en voornamelijk intraveneus bisfosfonaten zijn gegeven dan leidt dit tot een afname van de botresorptie, ook wanneer resorptie wel wenselijk is. Hierdoor vindt er bij een extractie geen botremodelering plaats en priemt het scherpe bot door de dunne mucosa heen. Het bot heeft daardoor geen mogelijkheid om goed te helen.
Voorbeelden botafwijkingen op een OPG
Er worden enkele voorbeelden gegeven van botafwijkingen waarbij ongeremde botafbraak is waarvan de oorzaak niet goed bekend is (Gorhams disease of Vanishing bone disease) Verder worden er voorbeelden getoond van osteopetrotische littekens en cementomen en fibro osseuze laesies.
Max Witjes is kaakchirurg-oncoloog bij het UMCG.
Verslag door Carina Boven, tandarts en onderzoeker UMCG, voor dental INFO van de klinische avond Mond-, Kaak- en Aangezichtschirurgie van het Wenckebach Instituut
Onderzoekers hebben een verband aangetoond tussen het gebruik van bisfosfonaten en een endodontische behandeling. Uit het onderzoek blijkt dat een patiënt die minder dan een jaar bisfosfonaat gebruikt, grotere kans heeft op een succesvolle endodontische behandeling dan een patiënt die langer dan een jaar de medicijnen gebruikt. Bisfosfonaten worden voorgeschreven tijdens de behandeling van een aantal botziekten.
Onderzoek De onderzoekers hebben gegevens van 24 patiënten onderzocht die een wortelkanaalbehandeling zijn ondergaan in de periode 2008-2012. Alle patiënten kregen destijds om de drie weken 4 mg bisfosfonaat (zoledronaat). De onderzoekers hebben met behulp van digitale röntgenfotos bepaald of de wortelkanaalbehandeling na een jaar succesvol is geweest. Dit hebben zij bepaald aan de hand van een score: totale genezing (functionele tand met weinig of geen apicale laesie), functionele genezing (functionele tand met apicale laesie) of geen genezing (niet-functionele tand).
Resultaten Patiënten die significant vaker scoorden op geen- of functionele genezing, blijken langer dan een jaar bisfosfonaat te hebben ingenomen. Op basis van deze bevindingen concluderen de onderzoekers dat er een verband is tussen de succesfactor van een wortelkanaalbehandeling en langdurig gebruik van de medicijnen: patiënten die minder dan een jaar bisfosfonaat gebruiken, hebben een grotere kans op een succesvolle wortelkanaalbehandeling.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/wortelkanaal4.jpg480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-05-09 00:00:002016-05-27 13:30:36Verband aangetoond tussen bisfosfonaten en een succesvolle wortelkanaalbehandeling
Het ontwikkelen van innovatieve tandenborstels en pastas kost veel tijd, vanwege de lange testprocedure. Een nieuwe uitvinding brengt hier echter nu verandering in.
Langdurig proces Er komt veel kijken bij het ontwikkelen van een nieuw tandheelkundig product. Een tandenborstel of tandpasta kan het gebit op allerlei verschillende manieren beïnvloeden, en moet daarom ook uitvoerig getest worden om er zeker van te zijn dat zon product alleen maar goede dingen aanricht, en niks slechts. Dit kan soms heel lang duren.
Simulatie Een nieuwe simulatie kan hier echter verandering in brengen. De simulatie heeft het vermogen om onder andere de vorm van de borstelharen of de grootte van de slijpende deeltjes in kaart te brengen, inclusief de mogelijkheid om deze met een klik te veranderen. Hierdoor kan de kwaliteit van nieuwe tandheelkundige producten makkelijk worden verhoogd en sneller op de markt worden gebracht.
Kwalitatieve vooruitgang Het systeem werd ontwikkeld door onderzoekers van het Fraunhofer Instituut voor Mechanica van Materialen in Freiburg. Met onze methode kan een fabrikant van tandheelkundige producten snel, goedkoop en betrouwbaar de invloed van verschillende elementen van het reinigen detecteren, aldus Dr. Christian Nutto. Dit uit zich vervolgens weer in de kwaliteit van de producten, omdat allerlei mogelijk problemen zo snel en makkelijk kunnen worden opgespoord, voordat een product daadwerkelijk ontwikkeld hoeft te zijn.
Hechting van composiet aan dentine wordt niet negatief beïnvloed door de donkere verkleuring door metalen uit amalgaam. Dit blijkt zowel uit laboratoriumproeven als onderzoek in de mond van patiënten: het promotieonderzoek van Hans Scholtanus. De combinatie van tin en zink, die voorkomt in amalgaam, repareert of stabiliseert mogelijk het door cariës veranderde tandweefsel. Hans Scholtanus van het ACTA verdedigt zijn proefschrift op 14 april 2016 aan de Universiteit van Amsterdam.
Amalgaam steeds minder gebruikt Wereldwijd wordt amalgaam steeds minder vaak gebruikt. In Nederland worden tandartsen in opleiding er zelfs niet meer in opgeleid. In plaats daarvan wordt gebruik gemaakt van composiet. Als een oude amalgaamvulling moet worden vervangen, gebeurt dat dus meestal met composiet. Gaaf tandweefsel Scholtanus voerde voor zijn onderzoek verschillende hechtproeven uit. Daaruit bleek dat ontkalkt tandweefsel zich minder goed hecht aan composiet dan aan gaaf tandweefsel. Het tandweefsel neemt door de ontkalking eerder metalen in zich op, zoals dat bijvoorbeeld gebeurt bij het ontstaan van gaatjes (cariës). Maar tandweefsel dat door metalen uit amalgaam is verkleurd, laat geen verschil zien in hechtsterkte in vergelijking met gaaf tandweefsel. Hij onderzocht verschillende patiënten met grote composietvullingen, die waren geplaatst nadat oud amalgaam was verwijderd. De vullingen bleken goed te functioneren en er traden geen problemen op die te wijten zijn aan onvoldoende hechting.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/scholtanus.gif480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-05-09 00:00:002016-05-27 13:29:43Donkere verkleuring door amalgaam heeft geen invloed op de hechting van composiet
De FGDP, een Britse beroepsvereniging van tandartsen, is geschokt door de grote hoeveelheden suiker die in verschillende hete dranken blijken te zitten, zoals is gebleken uit een enquête.
Meer dan dagelijkse aanbevolen hoeveelheid Uit een enquête bij 131 populaire cafés in het Verenigd Koninkrijk is gebleken dat een derde van de onderzochte drankjes wel 100 gram suikers bevatte. Dit is meer dan de dagelijkse aanbevolen hoeveelheid suiker voor een volwassene wat niet zou moeten kunnen, aldus de FGDP. Zij stellen voor om zo snel mogelijk grote maatregelen te nemen hiertegen, inclusief een belasting op suiker bevattende drankjes.
Ziek door suiker Suiker draagt een groot deel bij aan dagelijkse ziektegevallen, inclusief tandbederf, obesitas, diabetes, hart- en vaatziekten en verschillende vormen van kanker, aldus FGDPs Dr. Mick Horton. Mensen mogen dan wel steeds bewuster zijn van suiker in frisdrank, zij zijn dit hoogstwaarschijnlijk nog niet van diezelfde hoeveelheden suiker in hete dranken.
Label Mensen zouden de kans moeten hebben om beter geïnformeerde keuzes te maken, en moeten worden aangemoedigd om gezonde keuzes te maken. Dit soort producten zouden een duidelijk label moeten krijgen met daarop de vermelding van de grote hoeveelheid suiker.
Overheid De FGDP denkt dat een belasting op suikerrijke drankjes al zou helpen met het bewegen van mensen richting gezondere alternatieven. Dit niet per sé vanwege de prijs, maar voornamelijk vanwege de boodschap die hierachter verborgen zit.
Wanneer een premolaar agenetisch blijkt te zijn, dan zijn er verschillende behandelopties mogelijk. Welke tijdelijke en definitieve oplossingen zijn er? Verslag van de lezing van Marco Cune en Sandy van Teeseling.
Als de resorptie van het melkelement uitblijft en deze nog in goede conditie is, kan dit element zo lang mogelijk behouden blijven. Een melkmolaar gaat echter vaak niet een leven lang mee en daarom moet er ook nagedacht worden over andere (definitieve) behandelopties. Het profiel van de patiënt speelt een belangrijke rol in de behandelkeuze. Indien het mogelijk is het diasteem orthodontisch te sluiten dan is dit de voorkeurskeuze. Ook kan er gekozen worden voor de vervaardiging van een conventionele- of etsbrug, autotransplantatie of voor implantologie.
Tijdelijke oplossing
Melkmolaren Wanneer een premolaar agenetisch is, kan het melkelement op deze plaats nog jaren zonder problemen functioneren. Er zijn echter een aantal aspecten waar rekening mee gehouden moet worden.
Het occlusale niveau neemt bij melkmolaar toe met 1 millimeter, de melkmolaar ligt dus lager dan zijn blijvende buurelementen. Een gevolg hiervan kan zijn dat er overkanteling plaatsvindt van de blijvende molaren. Ook kan de antagonist erupteren. Om dit te voorkomen moet de melkmolaar opgebouwd worden met composiet.
Belangrijk om te weten is of het element meegroeit en niet ankylotisch is. Het verloop van het botniveau op de röntgenfoto is hier een goede indicator voor. Als het botniveau horizontaal loopt, zijn er geen problemen. Als er een verticaal botdefect ontstaat dan moet het melkelement worden geëxtraheerd om te voorkomen dat er een plaatselijk botdefect ontstaat. Dit zou problemen op kunnen leven bij het plaatsen van een implantaat.
Geconcludeerd kan worden dat melkmolaren een goede prognose hebben. 90% van de melkmolaren is op 28-jarige leeftijd nog aanwezig.
De mesiodistale dimensie van een melkmolaar is 9 millimeter, die van een premolaar is 6 millimeter. Wanneer er op latere leeftijd een implantaat geplaatst gaat worden kan er dus gekozen worden om de mesiodistale dimensie alvast te verkleinen.
Definitieve oplossingen
Brug
De 10-jaarsoveleving van een conventionele brug is 89%. De 5-jaarssuccespercentage van een glasvezelbrug is 50%. Een brug is dus niet de voorkeursbehandeling.
Autotransplantatie Soms zijn in de ene tandboog te weinig elementen aanwezig en zijn er in de andere tandboog te veel. Een goede oplossing hiervoor is autotransplantatie: het verplaatsen van een blijvend element van de ene naar de andere tandboog of binnen de tandboog. Voor een succesvolle autotransplantatie moet de wortel van het element voor tweederde tot drievierde afgevormd zijn en moet er atraumatsich geëxtraheerd worden om het parodontaal ligament niet te beschadigen. Op de receptorplaats moet voldoende bot aanwezig zijn. Het element wordt geplaatst op het niveau van het ontwikkelingsstadium. Het succespercentage ligt boven de 90. Een risico van autotransplantatie is het ontstaan van ontstekings- of wortelresorptie.
Implantologie
Het plaatsen van een implantaat is een andere behandeloptie. Soms kan in de bovenkaak bij een beperkte bothoogte beter gekozen worden voor het plaatsen van een kort implantaat om een sinusbodemlift te voorkomen. In gevallen waar dit niet mogelijk is, moet getracht worden de sinusbodemelevatie te combineren met het plaatsen van het implantaat. Dit levert drie maanden winst op. Een boormal is belangrijk bij het plaatsen van de implantaten.
In de postoperatieve fase moet er eerst een afdruk worden gemaakt. Er kan zowel gekozen worden voor een open- als een gesloten lepel techniek. Volgens onderzoek zijn er geen verschillen tussen deze afdruktechnieken. Er hoeft niet per se een individuele lepel vervaardigd te worden, een harde confectielepel is namelijk net zo precies. Voor het afdrukmateriaal kan gekozen worden tussen polyether of additiesilicoon. De uiteindelijk voorziening kan verschroefd of gecementeerd worden. Dit is onder andere afhankelijk van de eventuele plaats van het schroefgat. Het meest voorkomende probleem bij implantaatkronen is de porseleinbreuk.
Prof. dr. Marco S. Cune is hoogleraar restauratieve en reconstructieve tandheelkunde en hoofd van de sectie Orale Functieleer van het Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde van het UMC Groningen. Daarnaast is hij werkzaam in het Centrum voor Bijzondere Tandheelkunde van het St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein. Zijn klinische en onderzoeksinteresses bestrijken een breed scala aan onderwerpen, maar richten zich met name op de orale implantologie en restauratieve tandheelkunde.
Sandy van Teeseling studeerde tandheelkunde aan de Vrije Universiteit te Amsterdam en deed zijn specialisatie orthodontie aan de Katholieke Universiteit van Nijmegen. Hierna vestigde hij zich als orthodontist in Haarlem. Reeds geruime tijd is hij als consulent orthodontist verbonden aan diverse interdisciplinaire teams. Momenteel is hij ook als medewerker verbonden aan de afdeling Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurgie van het VU Medisch Centrum te Amsterdam en de afdeling Orthodontie van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Zijn interesse ligt de laatste jaren vooral bij de (interdisciplinaire) behandeling van patiënten, waarbij het onderling afstemmen van de diverse behandelingen (paro, implanto, ortho, restauratief en chirurgie) van het grootste belang is. Hij geeft voordrachten en cursussen op het gebied van de interdisciplinaire behandeling.
Verslag door:
Marieke Filius, onderzoekster afdeling kaakchirurgie, UMCG, voor dental INFO van het congres De tand in al zn facetten, georganiseerd door NVT NVvE NVVRT NVvK VvO NVMKA RTV NVM
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/prijs-5004.jpg480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-04-28 00:00:002016-05-27 13:30:45Tarieven Tandtechniek in eigen beheer en Bijzondere tandheelkunde per 1 januari 2016
Meer mondzorgpraktijken nemen nieuwe patiënten aan vergeleken met enkele jaren geleden. Dit blijkt uit onderzoek van tandarts.nl.
Oorzaken uitbreiding patiëntenbestand De dalende tarieven zijn waarschijnlijk een belangrijke oorzaak hiervan. Door uitbreiding van het patiëntenbestand blijft de praktijkomzet op peil. Ook zijn er steeds meer mondzorgpraktijken onderdeel van een keten waardoor meer eisen aan de productiviteit worden gesteld.
60% van de mondzorgpraktijken neemt nieuwe patiënten aan Bij het onderzoek zijn de huidige cijfers van praktijken vergeleken met 2013 en 2012. Hieruit komt naar voren dat 60% van alle praktijken nieuwe patiënten aanneemt, tegenover 46% in 2013 en 40% in 2012.
De gegevens zijn per provincie in kaart gebracht. In Limburg is het percentage praktijken dat nieuwe patiënten aanneemt het hoogst met 64%.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/tandarts-5008.jpg480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-04-20 00:00:002016-05-27 13:30:47Steeds meer tandartsen hebben ruimte voor nieuwe patiënten
Ralph Adolfsen is afgetreden als voorzitter van de ONT (Organisatie van Nederlandse Tandprotetici). Adolfsen was bijna tien jaar voorzitter en heeft volgens ONT-directeur Marnix de Romph de functie “”naar volle tevredenheid van de leden ingevuld met als belangrijke resultaten de positionering van de tandprotheticus binnen de mondzorg en het professionaliseren van de organisatie”, meldt Skipr.
Bart Kerdijk neemt zijn functie over op ad interim basis. Kerdijk was in 2005 en 2006 ook al interimvoorzitter van de beroepsvereniging.
Een 24-jarige Amerikaanse student kon niet naar een orthodontist en maakte daarom zijn eigen beugel met behulp van een 3d-printer.
Onzeker over gebit Voor de 24-jarige Amos Dudley was het krijgen van een beugel bij een orthodontist financieel gezien geen optie. Een beugel was niet noodzakelijk voor zijn gebit, maar dit was wel iets wat hij zelf heel graag wilde. Hij geeft aan altijd al heel onzeker geweest over de scheve tanden in zijn gebit. Ik glimlachte amper en dat kwam doordat ik niet tevreden was met mijn tanden.
3d-printer Zoekend naar een alternatief kwam hij er al snel achter dat zijn studie, digitaal ontwerp aan het New Jersey Institute of Technology, hier nog wel eens bij van pas kon komen. Hier had hij namelijk toegang tot een 3d-printer, wat hem de optie bood hiermee aan de slag te gaan.
Succesvol resultaat Met plastic mallen creëerde hij 12 beugelsetjes waarna hij animaties gebruikte om de juiste aanpassingen toe te passen. Daarnaast maakte hij de beugel zo dat deze vrijwel onzichtbaar was. Alles bij elkaar kostte dit nog minder dan 60 dollar, met al na 16 weken positief resultaat.
Ik heb regelmatig het genoegen studenten te mogen begeleiden bij hun onderzoek of stage. Hier mijn tips voor een optimale voorbereiding op stage en eerste baan.
Voor de studenten, maar ook leuk voor de praktijkbegeleiders, docenten en de instituten waaraan zij lesgeven. Een slimme jongen of meid, is op de toekomst voorbereid.
Wat zijn de waarden achter jouw motivatie?
Onthoud dat iedereen die voor de opleiding mondzorgkunde of tandheelkunde heeft gekozen initieel gemotiveerd is om deze af te maken. Motivatie is de wil om je doel te bereiken. Achter het behalen van dit doel kunnen verschillende waarden verscholen zijn.
Enkele waarden:
Erkenning krijgen
Status verkrijgen
Paps en mams gelukkig maken
Kennis vergaren over het onderwerp
Een leuke studententijd meemaken
Graag willen werken als tandarts of mondhygiënist
Vraag jezelf af: Waarom ben jij aan de opleiding begonnen?
Waar droom je van? Maak een toekomst visie. Hoe ziet jouw afgestudeerde leven er straks uit?
Waar ben je goed in? Wat spreekt je aan in het werk? Wat hoort er bij het werk maar maakt je niet gelukkig en waar droom je van? Als het je lukt dit in kaart te brengen kan je toewerken naar een stageplaats en afstudeerstage die je helpt deze positie in de toekomst te bereiken.
Wat voel je?
Wetenschappelijk geschoolde mensen zijn meestal rationeel ingesteld. Tijdens de opleiding – vooral het wetenschappelijk onderwijs – wordt dit aspect zeer goed onderwezen. Maar in de praktijk kan je niets met alleen je ratio. Je moet ook weten wat je voelt. Zo moet een student kunnen voelen: Wat voel ik nu ik kritiek krijg op mijn handelen? Maakt het me blij, verdrietig, boos of bang? Je zult merken dat veel mensen ook patiënten – niet weten wat ze voelen en dat terwijl ons handelen grotendeels wordt ingegeven door wat we voelen.
Overwin faalangst
Een tip voor opleidingen: laat de studenten testen op (sub-)assertiviteit en faalangst. Sub-assertieve en faalangstige studenten zullen meer moeite hebben door hun stage periode heen te komen, terwijl hier gewoon iets aan gedaan kan worden. Studenten kunnen ook zelf iets doen. Weet je dat je moeite hebt om voor jezelf op te komen of ben je bang om fouten te maken? Deze boekjes kunnen je waarschijnlijk op weg helpen:
Vergelijk jezelf niet met anderen Zet docenten, praktijkbegeleiders en mede-studenten niet op een voetstuk. Respecteer ze om wat ze kunnen en weten, maar vergelijk je niet met hen. Als je jezelf met anderen vergelijkt, kan je je minderwaardig voelen Observeer goed wat je van die ander zou willen leren: Wat vind je dat die ander goed kan en wil je jezelf ook eigen maken?
Blijf zelfstandig nadenken
Er is niet één waarheid. Het is maar van welke kant je iets bekijkt en met welk doel. Vraag je praktijkbegeleiders waarom ze doen wat ze doen en waarom. Maar wees ook kritisch ten opzichte van de aangeboden lesstof op de opleiding. Wetenschap geeft niet overal antwoord op. Soms moeten we aannames maken en onze behandelstrategie opzetten met kennis die we hebben vanuit beperkt wetenschappelijk onderzoek, de fysiologie en praktijk.
Zorg voor een open houding
Blijf geïnteresseerd in de opinie van mensen die niet jouw gelijkgestemden zijn. Ook zij vertellen een verhaal. Probeer er achter te komen wat zij daadwerkelijk willen zeggen. Luister ook naar vakgenoten die in de eerste instantie niet jouw mening delen. Onderzoek hun argumentatie en schiet niet in de weerstand. Er zijn tal van voorbeelden uit het verleden waarbij theorieën, gedachten ervaringen van professionals zijn weggehoond en achteraf toch een waarheid bleken te bezitten. Zo vertelde professor Abbas mij tijdens een interview dat in 1986 de gedachte bestond dat voeding geen rol bij parodontitis speelde. De aandacht van de wetenschap lag vooral bij bacteriën in de tandplaque en het afweermechanisme. Nu bijna 30 jaar later laat het geen twijfel dat voeding een rol speelt bij parodontitis.
Door: Louise Witteman, diëtist. Zij ontwikkelde het boek de Voedingspiramide en is eigenaar van Robinhealthgames in het Verenigd Koninkrijk.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/05/student.jpg480480dentalinfohttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgdentalinfo2016-04-20 00:00:002023-11-02 16:41:56Blog: Zo word je als mondzorg- of tandheelkundestudent future proof
Voor een optimale gebruikerservaring maakt dental INFO gebruik van cookies. Als u deze site blijft gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies.