Oorzaken van refractaire parodontitis

Oorzaken van refractaire parodontitis

Refractaire parodontitis is de frustratie van iedere behandelaar, want ondanks de goed uitgevoerde behandeling blijft herstel vaak uit. Er zijn veel mogelijke oorzaken voor het ontstaan van refractaire parodontitis, waaronder omgevingsfactoren en therapietrouw. Hieronder volgt een overzicht van de mogelijke oorzaken inclusief tips voor het helpen voorkomen en de behandeling ervan.

Wat is refractaire parodontitis?
Refractaire parodontitis is de verzamelnaam voor parodontitis die niet of nauwelijks gereduceerd kan worden door conventionele initiële en chirurgische therapie. Refractaire parodontitis wordt gediagnosticeerd op basis van de volgende kenmerken:

  1. Gedocumenteerde afwezigheid van pocketreductie na een goed uitgevoerde initiële behandeling en bij een goede mondhygiëne.
  2. Voortzetting van de parodontale afbraak ondanks een goed uitgevoerde initiële behandeling en bij een goede mondhygiëne.

Er is dus geen klinische verbetering, ondanks een goede initiële behandeling en een optimale mondhygiëne. Refractaire parodontitis kan worden verward met recidiverende parodontitis en met persisterende parodontitis. Recidiverende parodontitis is het opnieuw optreden van parodontitis na een succesvol verlopen behandeling. Persisterende parodontitis is parodontitis waarbij niet aan bovenstaande voorwaarden voldaan is, bijvoorbeeld als de initiële behandeling en/of de mondhygiëne onvoldoende zijn.

Studies
Refractaire parodontitis is gecompliceerd. Er zijn wel internationale studies (1, 2, 3) verschenen over de oorzaken van refractaire parodontitis, maar eenduidige conclusies zijn moeilijk te trekken:

  • De conventionele behandelmethodes in deze studies verschillen van elkaar. Ook is het onduidelijk of het mondhygiëneniveau van de patiëntpopulaties met elkaar te vergelijken is. Verschil in mondhygiëneniveau zal een zeer grote invloed op het resultaat hebben en dus tot andere conclusies leiden.
  • Het land waarin de studie uitgevoerd is, speelt een zeer belangrijke rol. In studies uitgevoerd in de VS of Azië zal antibiotica‐resistentie een belangrijke parameter zijn voor refractaire parodontitis, terwijl dit in Noord‐Europa veel minder een issue is. Ook een verschil in rookgedrag en bacteriepopulaties kan tot andere conclusies leiden.

Mogelijke oorzaken van refractaire parodontitis
Studies zijn dus onderling moeilijk met elkaar te vergelijken en conclusies zijn niet altijd vertaalbaar naar de situatie in Nederland. Ondanks het gebrek aan eenduidige conclusies zijn er wel een aantal algemene oorzaken voor het ontstaan van refractaire parodontitis aan te wijzen. Dit zijn:

  • Omgevingsfactoren
  • Therapietrouw
  • Bacteriële populatie
  • Gastheerfactoren
  • Systemische oorzaken
  • Herbesmetting vanuit omliggende weefsels
  • Antibioticaresistentie

Hieronder worden deze oorzaken kort toegelicht.

Omgevingsfactoren
Uit diverse studies blijkt dat de kans op refractaire parodontitis onder invloed van omgevingsfactoren significant hoger ligt (4, 5, 6). Waarschijnlijk komt dit door het effect op de immuunrespons en de afweer van de patiënt. Omgevingsfactoren zoals roken en stress spelen een belangrijke rol bij refractaire parodontitis. Andere belangrijke omgevingsfactoren zijn voeding en de blootstelling aan micro‐organismen.

Therapietrouw
Therapietrouw heeft vooral betrekking op problemen met inname van systemische antibiotica. Gebrek aan compliance (opvolgen van de adviezen) en persistence (volhouden van de kuur) zijn een bekend probleem binnen de medische wereld. Helaas is het niet altijd duidelijk of een patiënt zich aan de voorgeschreven kuur heeft gehouden.

Uit een internationale studie (7) van de GRACE Project Group blijkt dat bijna 40 procent van de Nederlandse patiënten die een antibioticumkuur krijgt voorgeschreven, niet start met de medicatie. Van de patiënten die wel start met de voorgeschreven kuur, maakt 20% deze kuur niet af. De therapietrouw onder Nederlanders is dus niet heel hoog en dit werkt refractaire parodontitis in de hand.

Bacteriële populatie
Onduidelijk is nog of de bacteriële populatie van patiënten met refractaire parodontitis afwijkt van patiënten met andere vormen van parodontitis. Soms wordt bij refractaire parodontitis een toegenomen aantal paropathogenen gevonden (8), maar in andere studies worden geen verschillen in de aanwezigheid van paropathogenen gevonden. Deze verschillen worden waarschijnlijk veroorzaakt door de patiëntselectie en het land waar de studie is uitgevoerd.

Recent is wel gepubliceerd (9, 10, 11) dat opvallend vaak exogene bacteriën zoals de Enterococcus faecalis aangetroffen wordt bij patiënten met refractaire parodontitis. Deze bacterie is resistent tegen de in de tandheelkunde gangbare antibiotica en dat zou een reden kunnen zijn van het ontstaan van refractaire parodontitis.

Gastheerfactoren
Er zijn zeer veel gastheerfactoren die een invloed hebben op het parodontale herstel. Een afwijking of verandering in een van de vele gastheerfactoren kan tot refractaire parodontitis leiden. Een zogenaamd chemotactisch defect is een voorbeeld van een verstoring van een gastheerfactor. Hierbij kunnen bepaalde witte bloedcellen niet meer naar de ontstekingshaard migreren met als gevolg dat de ontsteking blijft bestaan (12). Een ander voorbeeld betreft een tekort aan interleukine‐8 in de creviculaire vloeistof waardoor minder witte bloedcellen worden geactiveerd (13).

Systemische oorzaken
Een aantal systemische aandoeningen, waarvan diabetes de belangrijkste is, zijn in verband gebracht met refractaire parodontitis (14). Diabetes heeft onder andere een invloed op de collageensynthese en op de immuunrespons van de gastheer. Dit kan leiden tot refractaire parodontitis.

Herbesmetting vanuit andere locaties zoals het gastheer‐epitheel
Aangetoond is dat verschillende paropathogenen omliggende (epitheel) weefsels kunnen penetreren. Vanuit deze weefsels kan een pas schoongemaakte pocket binnen afzienbare tijd opnieuw besmet raken. De kans dat een herbesmetting plaatsvindt, is het grootst bij een initiële behandeling zonder ondersteuning met systemische antibiotica.

Antibioticaresistentie
Als een paropathogeen resistent is voor een antibioticum, zal de kans op refractaire parodontitis toenemen. Wereldwijd zijn er enorme verschillen in de mate van resistentie voor een antibioticum. Dit heeft vooral te maken met het verschil in antibiotica-inname. Resistentie speelt in Nederland een relatief kleine rol, omdat men hier altijd terughoudend is geweest in het voorschrijven van antibiotica. Nederlandse studies naar resistentie onder paropathogenen zijn erg schaars. Wel is bekend dat bijvoorbeeld resistentie van maagbacteriën tegen metronidazol zeer weinig voorkomt. Het is aannemelijk dat dit ook geldt voor paropathogenen.

Conclusie
Er zijn zeer veel oorzaken voor het ontstaan van refractaire parodontitis en helaas is meestal niet te achterhalen wat de exacte oorzaak is. Wel is duidelijk dat omgevingsfactoren en therapietrouw belangrijke veroorzakers van deze aandoening zijn. Onderstaande tips zullen de kans op het krijgen van refractaire parodontitis verkleinen en, als uw patiënt parodontitis heeft, de kans op een succesvolle therapie vergroten.

Tips
Tips om de kans op het ontstaan van refractaire parodontitis te verkleinen:

  • Start te behandeling pas als de patiënt er (100%) klaar voor is.
  • Start de behandeling pas als systemische aandoeningen zoals diabetes onder controle/stabiel zijn.
  • Verminder/vermijdt negatieve omgevingsfactoren rondom de behandeling.
  • Stimuleer de patiënt om te stoppen met roken.
  • Verbeter de therapietrouw door de patiënt goed te informeren over de noodzaak van de behandeling. Geef bijvoorbeeld een protocol mee, waarin de behandeling stap voor stap wordt uitgelegd.
  • Ondersteun de behandeling met een passend antibioticum.
  • Stuur de patiënt in het geval van een antibioticakuur een reminder in de vorm van een e‐mail of SMS‐bericht.

Tips als uw patiënt refractaire parodontitis heeft:

  • Bekijk of er een (verborgen) systemische aandoening aanwezig is. Verwijs de patiënt zo nodig door.
  • Ondersteun de initiële behandeling met een passend antibioticum.
  • Achterhaal of exogene (meer resistentere) pathogenen de oorzaak zijn.
  • Probeer te achterhalen of de patiënt zich aan de voorgeschreven therapie heeft gehouden.
  • In geval behandeling met een bepaald antibioticum onvoldoende effectief is, kan een antibioticum uit een andere groep wel effectief zijn.
  • Stimuleer de patiënt om te stoppen met roken.

Door:
Dr. H.E. van Beurden  Bio2Dental BV

Referenties
(1) McLeod DE, Lainson PA, Spivey JD. The effectiveness of periodontal treatment as measured by tooth loss. J Am Dent Assoc. 1997 Mar;128(3):316-24.
(2) Meador HL, Lane JJ, Suddick RP. The long-term effectiveness of periodontal therapy in a clinical practice. J Periodontol. 1984 Sep;55(9):505-9.
(3) Becker W, Becker BE, Berg LE. Periodontal treatment without maintenance. A retrospective study in 44 patients. J Periodontol. 1992 Nov;63(11):908-13.
(4) MacFarlane GD, Herzberg MC, Wolff LF, Hardie NA. Refractory periodontitis associated with abnormal polymorphonuclear leukocyte phagocytosis and cigarette smoking. J Periodontol. 1992 Nov;63(11):908-13.
(5) Johnson GK, Slach NA. Impact of tobacco use on periodontal status. J Dent Educ. 2001 Apr;65(4):313-21.
(6) Genco RJ, Ho AW, Kopman J, Grossi SG, Dunford RG, Tedesco LA. Models to evaluate the role of stress in periodontal disease. Ann Periodontol. 1998 Jul;3(1):288-302.
(7) Francis NA, Gillespie D, Nuttall J, Hood K, Little P, Verheij T, Coenen S, Cals, JW, Goossens H, Butler CC. GRACE Project Group. Therapietrouw bij antibioticagebruik voor hoestklachten in 13 Europese landen. Huisarts Wet 2013;56(8):384-7.
(8) Colombo AP, Bennet S, Cotton SL, Goodson JM, Kent R, Haffajee AD, Socransky SS, Hasturk H, Van Dyke TE, Dewhirst FE, Paster BJ. Impact of periodontal therapy on the subgingival microbiota of severe periodontitis: comparison between good responders and individuals with refractory periodontitis using the human oral microbe identification microarray. J Periodontol. 2012 Oct;83(10):1279-87.
(9) Balaei-Gajan E, Shirmohammadi A, Abashov R, Agazadeh M, Faramarzie M. Detection of enterococcus faecalis in subgingival biofilm of patients with chronic refractory periodontitis.
Med Oral Patol Oral Cir Bucal. 2010 Jul 1;15(4).
(10) Colombo AP, Haffajee AD, Dewhirst FE, et al. Clinical and microbiological features of refractory periodontitis subjects. J Clin Periodontol 1998;25:169-180.
(11) Rams TE, Feik D, Mortensen JE, Degener JE, van Winkelhoff AJ. Antibiotic Susceptibility of Periodontal Enterococcus faecalis. J Periodontol. 2013;84:1026-1033.
(12) Oshrain HI, Telsey B, Mandel ID. Neutrophil chemotaxis in refractory cases of periodontitis.J Clin Periodontol. 1987;14(1):52-5.
(13) Kurdowska AK, Noble JM, Adcock JE. Interleukin-8 and anti-interleukin-8 autoantibodies in gingival crevicular fluid from patients with
periodontitis. J Periodontal Res. 2003;38(1):73-8.
(14) Arrieta-Blanco JJ, Bartolomé-Villar B, Jiménez-Martinez E, Saavedra-Vallejo P, Arrieta-Blanco FJ. Dental problems in patients with diabetes mellitus (II): gingival index and periodontal disease. Med Oral. 2003;8(4):233-47.

Dec 2013

Lees meer over: Mondhygiëne, Parodontologie, Thema A-Z