Door IGZ gesloten praktijk uit Eibergen zoekt vervanger

Tandarts Heersink uit Eibergen, die vorige week van de Inspectie voor de Gezondheidszorg zijn praktijk moest sluiten, zoekt nu een vervanger. Dit meldt de Gelderlander.

Heersink moest zijn praktijk sluiten omdat hij niet bevoegd is om als tandarts te werken: zijn BIG-registratie is eerder door het Centraal Tuchtcollege doorgehaald. Onder begeleiding van een BIG-geregistreerde tandarts mag tandarts Heersink wel werken en nu zoekt hij een vervanger die hieraan voldoet.

De tandarts nam de praktijk in Eibergen afgelopen januari van Curaeos over, een bedrijf dat circa 60 mondzorgpraktijken in handen heeft.

Bron:
De Gelderlander

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z

Volwassenen positief over orthodontie

Bijna 20% van de volwassen Britten denkt dat een orthodontische behandeling bij hen zou helpen, blijkt uit onderzoek. Een mooi gebit wordt steeds belangrijker, schrijft Dentistry.

Zuinig op gebit
Het gebit wordt steeds belangrijker. 37% van de respondenten vindt hun gebit nu belangrijker dan 10 jaar geleden. Volgens de respondenten komt dat deels door de populariteit van cosmetische tandheelkunde.

Goed geïnformeerd
Britse volwassenen staan positief tegenover orthodontie en zijn op de hoogte van behandelmethoden. Een derde van de ondervraagden was bijvoorbeeld bekend met linguale orthodontie, waarbij een vaste beugel aan de binnenkant van het gebit geplaatst wordt.

Bron:
Dentistry.co.uk




Lees meer over: Cosmetische tandheelkunde, Orthodontie, Thema A-Z

Hoe belangrijk is een goede planning voor meerdere kamers?

Om goed te kunnen werken met meerdere kamers is een goede planning natuurlijk heel belangrijk. Maar is dat nu het enige? De vraag stellen is hem beantwoorden. Nee dus. Wat komt er nog meer bij kijken?

Meer werk
Regelmatig word ik gevraagd om de balieassistente beter te leren plannen. De gedachte van de tandarts lijkt een logische; als mijn planning beter is dan loopt mijn praktijk ook beter. In veel gevallen worden de bestaande problemen daarmee niet opgelost, maar versterkt. Het gevolg van een betere, lees beter gevulde planning, is dat er meer werk gedaan moet worden.

Aanpassen werkprocessen
Deze grotere hoeveelheid behandelingen worden dan uitgevoerd zoals er daarvoor ook gewerkt werd. De werkprocessen worden niet aangepast aan de eisen die een andere planning vragen en de conclusie die al gauw wordt getrokken is dat de meerkamer-planning ook niet goed werkt. En dat is jammer omdat dit de enige manier van werken is waarmee in de huidige tijd een tandartspraktijk financieel gezond kan blijven.

Niet de planning, maar wat dan wel?
Waar gaat het dan wel om? De belangrijkste factor voor een succesvolle meerkamer-praktijk is gedragsverandering van de tandarts. Alleen zeggen ik ga anders werken is niet voldoende. Het gaat erom daadwerkelijk zaken anders te doen, met maar één doel voor ogen, ‘ het belang van de praktijk’.
Als voorbeeld noem ik de caviteit die u bij de controle ontdekt en u besluit om die direct te restaureren. Fijn voor deze patiënt, maar heel vervelend voor al die patiënten die moeten wachten omdat u uitloopt. U zult zich moeten inhouden op zo’n moment en in ieder geval aan uw stoelassistente vragen of er tijd is om deze restauratie direct uit te voeren. Pas als zij aangeeft dat het kan, doet u het. Zo niet, dan wordt deze behandeling op een ander tijdstip ingepland.

Verantwoordelijkheden loslaten
Werken op een meerkamerplanning maakt het ook noodzakelijk om taken te delegeren.
Dit betekent verantwoordelijkheden loslaten en vertrouwen op de medewerkers die u aansturen. Zij zijn verantwoordelijk voor de patiëntenstroom en een belangrijk deel van de werkprocessen en daarmee voor de productie en dus de omzet. Voor veel tandartsen is met name dit heel lastig omdat zij de volledige regie in handen willen hebben. Het vraagt om een ander attitude van het gehele team. Het belang van de praktijk zal bij alles wat er wordt gedaan, voorop moeten staan. Individueel belang van een medewerker of patiënt is daaraan ondergeschikt en dat vraagt om een standvastige houding en soms wat moed.

Kunt u uzelf veranderen?
De vraag is of u deze gedragsveranderingen van uzelf en uw team kunt bewerkstelligen.
Het antwoord zal in bijna alle gevallen ontkennend zijn. Vrijwel niemand is in staat om zelfstandig zijn of haar gedrag te veranderen. Daar komt bij dat u als tandarts de belangrijkste productiefactor bent. Het is daardoor vrijwel onmogelijk om uw team te coachen en te sturen in de goede richting.

Laat u coachen
De oplossing voor dit dilemma is u laten begeleiden door een externe coach die u kan leren wat u anders moet doen maar ook regelmatig een spiegel kan voorhouden wanneer u weer terugvalt in ‘oud’ gedrag. Op deze wijze bent u in staat om daadwerkelijk uw gedrag te veranderen en de resultaten te behalen die u voor ogen heeft.

Resultaat
In veel praktijken die een externe coach hebben ingeschakeld zijn er zeer goede resultaten behaald. Omzetverdubbeling of verdrievoudiging is daarbij geen uitzondering. Naast de financiële verbeteringen wordt er ook veel resultaat bereikt in verbetering van het werkplezier en versterking van de teamgeest.


Door:
Verry van Rossum van www.pdi-nl.nl is praktijkadviseur en persoonlijke coach. Hij implementeert het meerkamerconcept al vele jaren in praktijken.

Jan 2014




Lees meer over: Samenwerken, Thema A-Z

Antibacterieel mondwater mogelijk slecht voor hart

Dagelijks spoelen met mondwater is waarschijnlijk minder gezond dan gedacht. Antibacterieel mondwater doodt niet alleen slechte, maar ook goede bacteriën, schrijft Daily Mail. Daardoor stijgt de bloeddruk en de kans op hart- en vaatziekten.

Studie
Het antibacteriële mondwater werd onderzocht met een studie onder 19 volwassenen. Zij gebruikten twee keer per dag mondwater van het merk Corsodyl. Al vanaf de eerste dag steeg hun bloeddruk.

Goede bacteriën
Het onderzochte antibacteriële mondwater doodt ook goede bacteriën. Deze goede bacteriën zorgen ervoor dat de bloedvaten niet vernauwen, waardoor de bloeddruk laag blijft.

Gezondheidsrisico
Een stijging van de bloeddruk leidt tot een grotere kans op overlijden aan een beroerte. Ook is er meer kans op overlijden aan een hartziekte, blijkt uit ander onderzoek.

Bron:
Daily Mail

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
Occlusie

Implantologie: Occlusie en articulatie

Orale implantologie is niet meer is weg te denken als mogelijke behandeloptie voor uw patiënt. Als tandarts algemeen practicus treedt u op als regisseur. Hoe houdt u controle? Wat delegeert u? Wat doet u zelf? Congresverslag over occlusie en articulatie bij implantologie.

Verslag van de lezingen van prof. dr. Daniël Wismeyer tijdens het congres Implantologie van Bureau Kalker. Het lezingenprogramma omvatte alles wat u moet weten over implantologie. Zo kunt u uw patiënt begeleiden bij de verwijzing en ervoor zorgen dat u de regie over de behandeling behoudt.

Verschillen hoektanddisclusie, groepsfunctie en gebalanceerde articulatie
In de tandheelkunde zijn veel occlusieconcepten. De drie belangrijkste groepen zijn:

  1. Hoektanddisclusie (canine protected articulation)
    Bij de laterale beweging is uitsluitend contact met de cuspidaten aan de actieve zijde.
  2. Groepsfunctie
    Aan de actieve zijde maken meerdere antagonisten paren contact, hierbij is aan de inactieve zijde sprake van disclusie.
  3. Gebalanceerde actriculatie
    Bij een gebalanceerde articulatie hebben alle elementen van boven- en onderkaak contact bij alle bewegingen.

Niet één occlusieconcept: Wanneer is welk occlusieconcept geïndiceerd?
Bij een prothese wordt altijd gekozen voor gebalanceerde articulatie. Het type hiervan is volgens prof. dr. Wismeyer niet van belang. Occlusieconcepten voor solitaire kronen en brugconstructies zijn ’Mutually protected articulation’: front of zijdelingsdelen of ‘canine protected articulation’. Er is tot op heden nog geen evidence-based implantaat-specifiek concept voor occlusie en articulatie. U moet vooral de bestaande situatie bij de patiënt goed analyseren. Een occlusieanalyse is daarom van belang. Na een occlusieanalyse maakt u bij solitaire kronen en brugcontructies een diagnostische opwas of proefopstelling van de elementen. Daarmee wordt voorkomen dat degene die de prothetiek gaat uitvoeren achteraf wordt geconfronteerd met occlusale problemen. U beoordeelt onder andere de antagonisten, premature contacten, balanscontacten en de mate van disclusie bij front- hoektandgeleiding.

Op lange termijn wordt vaak chipping gezien bij implantaatkronen door overbelasting. Implantaten kunnen niet in elke situatie de geleiding dicteren, soms moet dan voor een ander occlusie en articulatie concept worden gekozen om overbelasting te voorkomen. Bijvoorbeeld een groepsgeleiding in plaats van hoektandgeleiding. Daar waar mogelijk wordt de occlusie en articulatie gedicteerd door de gebitselementen. Voorkom overbelasting door te streven naar een verticale belasting van het implantaat en vermijd horizontale krachten. Maak de knobbelhellingen bij implantaten minder steil. Het verkleinen van het het occlusale oppervlak met 30% resulteert in een significante afname van horizontale kracht componenten. Het verkleinen van het occlusale oppervlak is aanbevolen bij ongunstige belastingen van het implantaat. Er kan ook gekozen worden voor premolariseren.

Premolariseren
Premolariseren is een begrip dat u soms hoort in de tandheelkunde. Hierbij wordt in de zijdelingse delen een molaar vervangen door een premolaar. De knobbelhellingen van de door de implantaat gedragen kronen zijn hierbij kleiner en vlakker. De optie van premolariseren zou resulteren in minder krachten, in de literatuur is hiervoor echter nog weinig bewijs.

Bruxisme wordt gezien als een contra-indicatie voor behandeling met tandheelkundige implantaten.

Prof. dr. Daniël Wismeyer rondde zijn studie tandheelkunde af in 1984 aan de KU Nijmegen en werkte in het CBT aldaar tot 1994. In 1995 ging hij naar de ACTA waar hij promoveerde op het proefschrift “BIOS, The Breda Implant Overdenture Study”. Van 1985 tot 2006 heeft hij gewerkt in het CBT van het Amphia Ziekenhuis te Breda. In 2006 is hij benoemd als Hoogleraar Orale implantologie en Prothetische Tandheelkunde aan de ACTA waar hij een 0,7 Fte aanstelling heeft. Tevens werkt hij in de verwijspraktijk voor Orale Implantologie Veluwe-zoom te Dieren die hij in 1991 heeft opgericht. Vanaf 2009 is hij voorzitter van de afdeling Functieleer en Restauratieve Tandheelkunde aan de ACTA.

Verslag door Joanne de Roos voor dental INFO van de lezing van prof.dr. D. Wismeyer tijdens het congres Implantologie van Bureau Kalker.

Lees meer over: Implantologie

Tandartsen merken mondkanker te laat op

Een Britse tandarts roept vakgenoten op om meer aandacht te schenken een het opsporen van mondkanker, schrijft Dentistry. Volgens de tandarts wordt mondkanker vaak te laat opgemerkt.

Symptomen
Voor patiënten is het moeilijk om mondkanker zelf op te merken. Ze kunnen de symptomen vaak zelf niet zien en hebben meestal geen last van pijn. In driekwart van de gevallen wordt mondkanker ontdekt door tandartsen, meldt The British Dental Health Foundation. Vaak is de ziekte dan al in een gevorderd stadium.

Scholing
Steeds meer Britten hebben mondkanker. In het Verenigd Koninkrijk wordt nu gepleit voor meer bijscholing over preventie en detectie van mondkanker. Als tandartsen de ziekte eerder opmerken, neemt de overlevingskans van patiënten toe.

Bron:
Dentistry


Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
Medicijnen: Pijnstillers en antitrombotica

Medicijnen: Pijnstillers en antitrombotica

Naast informatie over de gezondheid, is het belangrijk te weten welke medicijnen uw patiënt gebruikt. Waar moet u opletten als uw patiënt antitrombotica gebruikt? En welke pijnstillers schrijft u voor?

Verslag van de lezing van kaakchirurg Leander Dubois over Pijnstillers tijdens de thema avond ‘Patiënten en hun pillen’ georganiseerd door de NVT, NVMK en VMTI over pijnstillers en antitrombotica.

Pijnstillers
Naast antibiotica zijn pijnstillers de meest voorgeschreven medicijnen door tandartsen. Het is niet onbelangrijk te erkennen dat pijnstillers voornamelijk worden voorgeschreven tegen de pijn die de behandelaars veroorzaken door hun tandheelkundig of kaakchirurgisch handelen.

Ook komt een patiënt vaak zelf met klachten die verschillende oorzaken kunnen hebben.
Pijnklachten in tanden, kiezen, kaken, kaakgewrichten, speekselklieren en de sinus maxillaris behoren tot het diagnostisch gebied van de tandarts. De tandarts moet hierop voorbereid zijn en de juiste diagnoses kunnen stellen. Per definitie geldt: geen diagnose, geen behandeling. Is het dentogene pijn (pulpa, parodontium, deels doorgebroken kies, dentogene cyste of tumor) of is het niet-dentogeen (oren, maxilla)? Is er gekeken naar het KNO- gebied? Of heeft de pijn een neurologisch oorzaak?

Oorzaken en behandeling
Het spreekt voor zich dat er een goede anamnese moet worden afgenomen voor een goede diagnose. Een klacht dient geheel uitgevraagd te worden in combinatie met een grondig extra- en intra-oraal onderzoek, aangevuld met röntgenfoto’s. Na het opsporen van de pijn en de oorzaak, kan de behandeling veelal volstaan met het wegnemen van de oorzaak. Zo kan de behandeling van de pijnklacht bestaan uit een endodontische behandeling, subgingivale curettage, een splint, extractie of een abces incisie. Hierop volgend kan er gekozen worden voor een pijnstiller om post-operatieve pijn te onderdrukken.

Soorten pijnstillers
Er bestaan twee soorten pijnstillers:
– narcotische (centraal werkende) analgetica
– niet-narcotische (perifeer werkende) analgetica

Narcotische analgetica
Deze groep pijnstillers kent verschillende sterktes. Zo is een codeïne preparaat minder sterk dan tramadol en is morfine een veel sterkere vorm. De toedieningsvorm is echter meestal niet oraal en deze groep medicatie is niet koorts- en ontstekingsremmend. Daarnaast kan er verslaving of gewenning optreden, kent het veel bijwerkingen en zijn pijnstillers uit deze categorie matig pijnstillend: de duur van pijnstilling varieert. Al deze factoren maken de narcotische analgetica minder geschikt voor de tandheelkunde.

Niet-narcotische analgetica
Deze groep analgetica is meer geschikt als pijnstiller in de tandheelkundige praktijk, waarbij er voornamelijk gebruik wordt gemaakt van paracetamol en NSAID’s. Beide inhiberen het enzym cyclo-oxygenase (COX) en werken daardoor pijnverzachtend. Daarnaast hebben ze een koortsverlagend effect, terwijl NSAID’s ook nog ontstekingsdempend werken. Een belangrijk gegeven bij paracetamol is het feit dat de bloedspiegel opgebouwd moet worden.
Aspirine (acetylsalicylzuur) en Ascal (carbasalaatcalcium) zijn veel voorgeschreven NSAID’s. Voorzichtigheid is wel geboden: deze middelen remmen de trombocytenaggregatie en daarbij de bloedingstijd verlengen. Ook hebben ze een nadelig effect op maag- en damwand.

De meest belangrijke NSAID’s in de tandheelkunde zijn de propionderivaten, omdat deze de minste bijwerkingen hebben. Voorbeelden hiervan zijn ibuprofen en Naproxen.

Contra-indicaties bij NSAID’s

  • zwangerschap
  • nier- en hartfalen
  • patiënten met diuretica
  • patiënten met antitrombotica
  • lithium gebruikers voor bipolaire stoornissen

Voorzorgmaatregelen
Gezien het nadelige effect van NSAID’s op maag- en darmwand, worden maagbeschermers tegelijkertijd voorgeschreven. Met name bij patiënten die ouder dan 60 jaar zijn, langdurige NSAID’s gebruiken (langer dan een week), helicobacter pylori dragers, corticosteroïden gebruikers en patiënten met een maagulcus in het verleden.

Combinatiepreparaten
In enkele gevallen heeft het de voorkeur bepaalde medicatie te combineren. Een veel voorkomend combinatiepreparaat is paracetamol met codeïne. Dit heeft namelijk een versterkende werking. Het betreft veelal een combinatie van een narcotisch met een niet-narcotisch middel.

Toedieningsvorm
In de meeste gevallen zal in een tandheelkundig praktijk gekozen worden voor de orale toedieningsweg. Ook kan er in enkele gevallen gekozen worden voor een rectale toediening (zetpil), vooral bij kinderen. Transcutaan (pleister), subcutaan, sublinguaal, intraveneus en intramusculair komen niet in aanmerking.

Antitrombotica
In de afgelopen jaren is de aandacht voor de patiënt met een groot risico op een trombo-embolisch accident toegenomen. Waar er vroeger gemakkelijk gestaakt werd met anticoagulantia, is men daar nu veel terughoudender in. De antistollingsmedicatie kan vaak worden gecontinueerd bij ingrepen in de algemene praktijk, echter onder duidelijk omschreven voorwaarden. Daarnaast is er een nieuwe generatie middelen in opkomst en raadt Dubois aan om ‘nieuws’ op dit gebied goed in de gaten te houden.

Normale hemostase
De normale hemostase bestaat uit een primaire en een secundaire fase. Het principe van de primaire fase is de vorming van een bloedprop, die gevormd wordt door bloedplaatjes. Trombocytenaggregatie remmers spelen hierop in. Deze zorgen er dus voor dat er geen bloedprop gevormd kan worden.

Tijdens de secundaire hemostase wordt de bloedprop door middel van het fibrine-netwerk sterker gemaakt: het dient als een soort ‘lijmlaag’ op de prop met bloedplaatjes. Er zijn dertien stollingsfactoren die elkaar activeren en fibrine als eindproduct hebben. Vitamine-K antagonisten, bijvoorbeeld de coumarines, remmen de aanmaak van de vitamine-K afhankelijke stollingsfactoren en verstoren daarmee de secundaire hemostase. Met als gevolg een patiënt die minder goed stolt, wat natuurlijk het doel is van de behandeling.

INR
De gevoeligheid van vitamine-K antagonisten wisselt per persoon, een reden waarom patiënten altijd gecontroleerd moeten worden door de trombosedienst. Zo kan de dosering per patiënt bepaald worden. De INR is een internationaal gestandaardiseerde norm over de prothrombinetijd. Voor een gezonde volwassene ligt dit op 1,0 INR. De INR streefwaarde bij een ontstolde patiënt is afhankelijk van de indicatie en kan liggen tussen 2,5 en 4,0.

Per algemene tandartsenpraktijk zijn er vaak meer dan 20 gebruikers van trombocytenaggregatieremmers en coumarine-derivaten.

ACTA richtlijn
Recent is er een richtlijn opgesteld waarin wordt beschreven hoe een behandeling uitgevoerd moet worden bij een ontstolde patiënt. De richtlijn vind u hier.

Over de richtlijn bestaat discussie, toch hebben een aantal instanties de richtlijn al geaccepteerd. De richtlijn is kort, overzichtelijk, zoveel mogelijk evidence based en duidelijk. Het belangrijkste punt hierin is het continueren van de medicatie bij een ontstolde patiënt, ondanks de behandeling. Hiermee wordt geacht de risico’s voor de patiënt zo klein mogelijk te houden.

Trombocytenaggregatieremmers moeten niet gestaakt worden voor een invasieve tandheelkundige ingreep, mits de ingreep voldoet aan de richtlijn. Bij gelijktijdig gebruik van Ascal en Plavix moet een van beide tijdelijk gestaakt worden in overleg met de voorschrijvend specialist. Bij het gebruik van anticoagulantia behoeven deze niet routinematig gestaakt te worden voor een tandheelkundige ingreep, mits de INR waarde 24-72 uur voor de ingreep niet hoger is dan 3,5.

Het is een absolute voorwaarde, dat indien de richtlijn gevolgd wordt, deze in zijn geheel te hanteren en dus ook de voorzorgmaatregelen in acht te nemen!

Discussiepunten richtlijn
Vroeger mocht je na een invasieve ingreep niet spoelen, nu wordt er juist aanbevolen wel te spoelen met tranexaminezuur. In de richtlijn wordt wel aanbevolen voorzichtig te spoelen. Hier bestaat discussie over, gezien ‘voorzichtig’ geen zwart op wit begrip is.

Daarnaast wordt er in de richtlijn gesproken over maximaal te extraheren elementen. Er wordt dus geen onderscheid gemaakt tussen 1 of meerwortelige elementen. Daardoor zijn de meningen verdeeld over de nauwkeurigheid van de richtlijn.

Ook wordt er in de richtlijn niet gesproken over interacties van medicijnen onderling. Gebruik van bijvoorbeeld het antibioticum Cotrimoxazol of het antimycoticum Miconazol kunnen de INR ontregelen, waardoor het verstandig is de INR op de dag van de ingreep te bepalen en niet 24-72 uur van tevoren, zoals in de richtlijn beschreven.

Nieuwe generatie anticoagulantia
Er zijn op het moment twee bekende nieuwe middelen op de markt, te weten Xarelto en Pradaxa. Beide grijpen later aan op de cascade van de secundaire hemostase.
Een voordeel van deze medicijnen is dat er geen controle bij de trombosedienst nodig is. Daarnaast zijn ze goedgekeurd door zorgverzekeraars en hebben ze een korte halfwaardetijd vergeleken met coumarine-derivaten.

Tot slot
De heer Dubois adviseert de ACTA richtlijn voorlopig te volgen. Is er toch nabloeding, wat dan?

  1. Afdrukken
  2. Opnieuw overhechten
  3. Aanbrengen van wondverband

Indien er twijfel bestaat over een hoge INR waarde, dient de patiënt doorgestuurd te worden naar de MKA-chirurgie.

Leander Dubois is kaakchirurg. Hij studeerde tandheelkunde aan het ACTA en geneeskunde aan de Universiteit van Amsterdam. Zijn opleiding MKA-chirurgie volgde hij in het AMC. Sinds 2010 is hij verbonden als MKA chirurg en chef de clinique aan de afdelingen Mondziekten, kaak- & aangezichtschirurgie van het AMC te Amsterdam en het Antonius ziekenhuis te Nieuwegein. Al vroeg werd zijn interesse gewekt door de aangezichtstraumatologie, met in het bijzonder de orbita. Hij is actief betrokken in de richtlijn ontwikkeling en beleidsvoering binnen en buiten het ziekenhuis met betrekking tot aangezichtsletsel. Hij doet onderzoek binnen dit deelgebied en geeft hierover diverse voordrachten. Daarnaast heeft hij zitting in het schisisteam van het AMC. Buiten zijn klinische werkzaamheden is hij is onder andere bestuurlijk actief als bestuurslid van de Vereniging Medisch Tandheelkundige Interactie en van schisis en Noma team stichting Bridge the Gap.

Verslag door Fatimazarah Elbazi voor dental INFO van de thema avond Patiënten en hun Pillen georganiseerd door de NVT, NVMK en VMTI

 

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Pijn | Angst, Thema A-Z

NMT ontvangt predicaat Koninklijk

De NMT heeft op 14 februari het predicaat Koninklijk ontvangen van minister Schippers. Dit gebeurde tijdens het 100-jarige jubileum van de NMT in de Ridderzaal in Den Haag.

“Wij zijn buitengewoon vereerd met dit predicaat. Een indrukwekkende blijk van waardering voor de tandheelkunde, de zorg die de tandarts en tandarts-specialisten aan patiënten verlenen en de betekenis van de mondzorg voor de gezondheidszorg. Een mooier begin van ons jubileumjaar hadden wij ons niet kunnen denken”, zegt NMT-voorzitter Rob Barnasconi op de website van de NMT.

Bron:
NMT

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z

Mondhygiënist en tandarts in top 10 beste banen 2014

Tandarts en mondhygiënist zijn twee van de beste banen voor 2014 volgens een Amerikaanse ranglijst. Tandarts staat op de derde plaats en mondhygiënist op de tiende plaats in de lijst, meldt Dr Bicuspid.

In de lijst staan banen gerangschikt op onder andere salaris, baanzekerheid en doorgroeimogelijkheden. Ook de hoeveelheid stress woog mee.

Banen in de zorg
In de top 100 staan vooral veel banen in de zorg. Van alle banen in zorg staat tandarts op één en mondhygiënist op nummer zeven.

Groei
Verwacht wordt dat het aantal Amerikaanse mondhygiënisten tot 2022 met een derde zal toenemen ten opzichte van 2012. Ook het aantal Amerikaanse tandartsen zal waarschijnlijk stijgen door ongeveer 23.000 nieuwe banen in de komende 8 jaar.

Bron:
Dr. Bicuspid

Lees meer over: Carrière, Thema A-Z

Acteur trekt eigen kies voor rol

Acteur Shia LaBeouf bereidde zich op een bijzondere manier voor op zijn rol in de oorlogsfilm ‘Fury’. Hij besloot een van zijn eigen tanden te trekken, schrijft Filmstarts.

De film ‘Fury’ gaat over het einde van de Tweede Wereldoorlog. LaBeouf speelt een lid van een Amerikaanse tankbemanning die in gevecht is met het Duitse leger.

Inleven
Om zich goed in te kunnen leven in zijn rol trok de acteur niet alleen zijn eigen tand. Ook besloot LaBeouf om een tijd lang niet te douchen. Zijn collega-acteurs, waaronder Brad Pitt, vonden dat minder geslaagd.

Method acting
LaBeouf behoort tot de groep acteurs die zich voorbereidt op een rol door method acting. Method actors nemen zoveel mogelijk het leven aan van het karakter dat zij spelen, ook buiten de set.

Bron:
Filmstarts

Lees meer over: Opmerkelijk, Thema A-Z

Glasionomeer ook geschikt voor restauratie kiezen

Glasionomeervullingen worden vaak niet voor kiezen gebruikt, omdat de uitgeoefende druk te groot zou zijn. Uit een studie blijkt echter dat glasionomeer net zo goed presteert als amalgaam, schrijft ZWP online .

Restauraties
De onderzoekers vergeleken 10.000 tandrestauraties uit eerdere studies. Ze concluderen dat glasionomeer ook geschikt is voor kiezen. Voor glasionomeervullingen waren namelijk niet meer vervolgrestauraties nodig dan voor de andere materialen.

Tot zes jaar na de restauratie presteert glasionomeervullingen even goed als composiet of amalgaam.

Bron
ZWP online
University of the Witwatersrand 

Lees meer over: Restaureren, Thema A-Z

Inspectie sluit mondzorgcentrum Eibergen

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft Mondzorgcentrum Eibergen een bevel tot sluiting gegeven. In het centrum voerde de eigenaar/bestuurder Heersink onbevoegd tandheelkundige handelingen uit.

Heersink is sinds enkele weken bestuurder van het mondzorgcentrum. Naar aanleiding van recente meldingen van tandartsen in de regio heeft de Inspectie op 6 februari jl. een onaangekondigde inspectie gehouden in het centrum. Heersink is door het Centraal Tuchtcollege doorgehaald als tandarts, maar voerde in het Mondzorgcentrum toch handelingen uit, zoals het maken van vullingen, het geven van injecties en het maken van röntgenfoto’s, die voorbehouden zijn aan bevoegde tandartsen.

De instelling moet in elk geval gesloten blijven tot er tandheelkundige zorg geleverd wordt door minstens een bevoegde (BIG geregistreerde) tandarts. Als Heersink zelf weer tandheelkundige zorg gaat verlenen, in deze praktijk of vanuit de instelling elders, dan mag dat alleen in opdracht van een bevoegde (BIG-geregistreerde) tandarts.

Het bevel is ingegaan op dinsdagmiddag 11 februari 2014 en is zeven dagen geldig. De minister van VWS kan het bevel verlengen.

Bron:
IGZ

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z

3D-foto’s maken met een smartphone

Met een speciale app en een smartphone kunnen gebruikers sinds kort eenvoudig 3D-modellen van objecten maken, meldt ETHZ. Mogelijk kan de app voor 3D-foto’s ook gebruikt worden in de tandheelkunde.

Eenvoudig
Om een 3D-scan te maken beweegt de gebruiker de smartphone om het object. Op het scherm is direct te zien hoe het 3D-model wordt opgebouwd. Ontbrekende stukken kunnen meteen worden aangevuld door de smartphone er over te bewegen.

3D-printen
Door de komst van de app wordt het maken van 3D-modellen veel eenvoudiger. De app maakt niet alleen een driedimensionaal beeld, maar neemt ook de exacte afmetingen van het object over. Vervolgens kan het 3D-model direct verzonden worden naar een 3D-printer. Daardoor zou de fabricatie van bijvoorbeeld implantaten kunnen vereenvoudigen.

Bron:
ETHZ

Lees meer over: Actueel, Röntgen | Digitale tandheelkunde, Thema A-Z

Boekrecensie Lokale anesthesie: van cocaïne snuiven tot computergestuurde verdoving

Rond 1900 werd verslavende cocaïne gebruikt voor lokale anesthesie. Nu is er een keur aan lokale anesthetica die zelfs computergestuurd kan worden toegepast. Recensie van het boek Lokale anesthesie in de tandheelkunde.

Boekrecensie: Lokale anesthesie in de tandheelkunde
Tweede, herziene druk
Onder redactie van J.A. Baart en H.S. Brand

Het is snel gegaan met de ontwikkelingen voor verdoving. In 1844 werd – verslavende – algehele anesthesie gegeven door lachgassedatie en ether, 40 jaar later was er lokale anesthesie met cocaïne. Nog weer 20 jaar later werd een alternatief gevonden in procaïne en tegenwoordig is er een keur aan lokale – niet-verslavende – anesthetica op de markt die zelfs computergestuurd kan worden toegepast.

Wist je dat het mandibulair blok zelfs met alle kennis en veel ervaring toch nog ‘maar’ 85% kans van slagen heeft? Maar dat er ook alternatieven zijn, waaronder een hele nieuwe techniek? En dat geur van zeer grote invloed is op pijn? Lokale anesthesie, hoe zat het ook alweer?

Begrip
Om een goed begrip van de werking van anesthesie te verkrijgen, moet je toch eerst door de taaie stof van de farmacologie, pijn- en prikkelgeleiding en anatomie maar dit is noodzakelijk voor een goed begrip en de toepasbaarheid. De afbeeldingen en intermezzo’s verduidelijken het geheel en maken het gemakkelijker te begrijpen. Grotendeels is het boek echter toegespitst op de toepasbaarheid in de praktijk. Met de WIP-richtlijnen die worden aangescherpt door de diverse controles in de tandheelkundige praktijk wordt er in deze 2e versie ook veel aandacht besteed aan milieu, steriliteit en veiligheid.

Onderkaak
Het verdoven van de onderkaak kan na jaren ervaring nog een uitdaging zijn. Dit boek biedt uitgebreide uitleg over het verdoven in deze regio door het mandibulair blok, maar ook over alternatieven als intraligamentaire anesthesie en de Gow-gates-methode. In deze 2e versie wordt ook de nieuwe Varizani-akinosi-methode aan de hand van afbeeldingen duidelijk gemaakt.

Overzichtelijk
Duidelijke uitleg van de diverse anesthesietechnieken met illustraties en foto’s, direct beschreven met mogelijke risico’s van de toegepaste techniek, maakt dit boek overzichtelijk om te lezen. Een apart hoofdstuk omschrijft de risico’s bij de medisch gecomprimeerde patiënt, waar we in de praktijk steeds meer mee te maken krijgen. Ook de juridische aspecten komen uitgebreid aan bod, informatie die in de huidige samenleving zeker niet overbodig is.

Lokale anesthesie in de tandheelkunde
Tweede, herziene druk
Onder redactie van J.A. Baart en H.S. Brand
Bestellen

Recensie door Amée Swart, tandarts, voor dental INFO

Lees meer over: Kennis, Pijn | Angst, Thema A-Z

Drie tinten grijs: de geriatrische patiënt, een speciale zorggroep

Waar moet rekening mee worden gehouden bij het behandelen van ouderen? Verslag van de klinische avond Drie tinten grijs.

Medicatie
Ouderen krijgen te maken met allerlei (ouderdom)ziektes waar vaak medicatie voor nodig is. Hoe meer medicijnen er geslikt worden, hoe groter de kans is op een droge mond met alle gevolgen van dien. Te denken valt aan het welzijn van de patiënt, het ontstaan van cariës en klachten ten gevolge van een loszittende prothese.

(Mond)gezondheid
Voor de oudere patiënt kan het lastig zijn om zijn/haar mond na het eten vrij te maken van voedselresten, ook wel oral clearance genoemd. Daarnaast is het voor ouderen niet altijd mogelijk om hun eigen tanden te poetsen waardoor dit vaak te weinig gebeurt. Dit is niet bevorderlijk voor de mondgezondheid en heeft weer gevolgen voor de algehele gezondheid. Uit onderzoek blijkt dat er een significant hoger risico bestaat op het krijgen van een longontsteking bij een slechte mondgezondheid. Ook zijn er relaties bekend tussen een slechte mondgezondheid en diabetes mellitus of reuma.

Sociaal
Door een slechte mondhygiëne kunnen ouderen zich sociaal gaan afzonderen omdat ze zich bijvoorbeeld schamen voor hun gebit of last hebben van halithose.

Tandheelkundige behandeling
Steeds meer mensen houden gedurende het gehele leven hun eigen dentitie. Een tandarts krijgt daarom, bij het behandelen van ouderen, vaker te maken met zwaar gerestaureerde dentities. Ook komen er steeds meer ouderen met implantaten en omdat de mondhygiëne vaak niet meer optimaal is, lopen deze mensen een verhoogde kans op het krijgen van peri-implantitis. Daarnaast gebeurt het niet zelden dat er sprake is van een ‘oud’ implantaatsysteem waardoor het voor de tandarts lastig is om hieraan te ‘sleutelen’.

(Pijn)gedrag
Voor ouderen is het lastiger om pijn aan te geven. Hier moet de tandarts rekening mee houden. Er bestaat een lineair verband tussen aggitatie en pijn. Ook kunnen er gedragsveranderingen plaatsvinden, agressief gedrag hoort bijvoorbeeld bij Alzheimer.

Samengevat
Samenvattend is het belangrijk dat de tandarts kennis heeft van de (gezondheid)veranderingen die er optreden bij het ouder worden, deze veranderingen herkent en vervolgens zorg op maat kan leveren.

Spreker:  Mw. dr. A. Visser, tandarts Maxillo Faciaal Prothetist en verpleeghuistandarts, Kaakchirurgie – Bijzondere Tandheelkunde, UMCG.

Verslag door Marieke Filius voor dental INFO van de klinische avond Drie tinten grijs van het Wenckebach Instituut in het UMCG.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Ouderentandheelkunde, Thema A-Z

Aanvullende gegevens NZa kostenonderzoek verstrekt

De NZa heeft de NMT laten weten dat ruim 730 praktijken aanvullende gegevens hebben verstrekt. Slechts 78 praktijken hebben de aanvullende vragen nog niet beantwoord en verwacht wordt dat zij dit de komende dagen zullen doen. Volgens de NMT begrijpt de NZa dat praktijkhouders hiervoor vaak afhankelijk zijn van hun accountant.

Het is nog niet bekend wanneer de NZa de uitkomsten van het kostenonderzoek bekend zal maken.

Bron:
NMT

Lees meer over: Tarieven, Thema A-Z

IGZ controle vaker onaangekondigd

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft afgelopen jaar de werkzaamheden van 33 artsen en zorgaanbieders stilgelegd. Dit is twee keer zo veel als in 2012.

De inspectie komt vaker onaangekondigd langs, meldt Skipr. “We kijken nu naar de zorgaanbieders waar de risico’s hoog zijn en daar grijpen we sneller in als het mis dreigt te gaan”, zegt de inspecteur-generaal voor de gezondheidszorg Ronnie van Diemen in een interview in het AD.

Volgens Van Diemen is de kans dat een falende arts onopgemerkt blijft, tegenwoordig veel kleiner. “De tijden zijn veranderd. Besturen zijn nu veel opener richting de inspectie en hebben betere contacten met de werkvloer. Er is veel meer aandacht voor de interne signalen dat iemand door het ijs dreigt te zakken”, zegt ze.

Bron:
Skipr
AD

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z

Judith Bout gekozen tot mondhygiënist van het jaar

Tijdens het 13e VPM-congres op 7 februari is Judith Bout (links op foto) gekozen tot mondhygiënist van het jaar. Zij werd gekozen door een vakbekwame jury.

Judith is eigenaar van Mondhygiënisten Praktijk Alkmaar en is 30 jaar werkzaam als mondhygiënist. In 2013 ging haar grootste wens in vervulling. Ze kocht toen een originele Amerikaanse schoolbus en bouwde deze om tot poetsbus. Hiermee bezoekt zij scholen voor het geven van een poetsles.

De poetsbus werd ook ingezet tijdens de Heit & Mem-beurs in Leeuwarden in oktober afgelopen jaar. Speciaal voor deze beurs reed de voorlichtingsbus de beursvloer op. Ouders en hun kinderen waren welkom in de poetsbus. Zij kregen in de bus samples en een poetsles van een mondhygiënist. Ook konden zij een poetsdiploma behalen en meedoen aan een kleurplaatwedstrijd.

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z

Cosmetische artsen tegen botox door tandarts

De Nederlandse Vereniging voor Cosmetische Geneeskunde (NVCG) distantieert zich nadrukkelijk van tandartsen die na een dagcursus injectables behandelingen uitvoeren met botox.

Volgens dr. Catharina Meijer, vice-voorzitter van de NVCG, zijn tandartsen conform de Nederlandse wet niet bevoegd om buiten hun eigen behandelgebied – de mond – te injecteren, uitgezonderd de botulinetoxine behandelingen tegen tandenknarsen. Een stoomcursus is volgens de vice-voorzitter een illusie. De NVCG denkt dat er medisch specialisten en tandartsen zijn die af en toe een dag injectable behandelingen aanbieden om extra inkomsten te verwerven. Dit zou een bedreiging zijn voor de kwaliteit van de cosmetische sector.

Er wordt momenteel een tweejarig fulltime opleidingsprogramma ontwikkeld voor artsen om zich te specialiseren in de cosmetische geneeskunde. 

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
schippers6

Minister Schippers: geen twijfel over uitkomsten NZa marktscan

Minister Schippers twijfelt niet over de uitkomsten van de marktscan van de NZa. Dit antwoordt zij op vragen van het Kamerlid Pia Dijkstra (D66) over het Milliman onderzoek, dat in opdracht van de ANT is uitgevoerd. Uit dit onderzoek bleek dat tandartsen in 2012 slechts een inflatiecorrectie hebben doorgevoerd en geen prijsstijging van meer dan 10 procent zoals de marktscan van de NZa aangaf. ‘Ik zie dan ook geen reden om de NZa te vragen haar onderzoeksmethoden te evalueren’, antwoordt de minister op de kamervragen.

Geen vrije tarieven
De minister is niet van plan opnieuw vrije tarieven in te voeren voor de mondzorg. ‘We hebben van de sector veel gevraagd in aanloop naar en tijdens het experiment. Op verzoek van de Tweede Kamer is dit experiment vroegtijdig gestaakt. Ondanks mijn uitdrukkelijke advies om dit niet te doen, heeft de Tweede Kamer anders besloten. Gelet op de spanningen die zich rondom het experiment met de vrije prijzen hebben voorgedaan, zowel politiek/maatschappelijk als bij de betrokken beroepsgroepen, kies ik nu voor het creëren van rust en stabiliteit binnen de sector. Om die reden ben ik met de sector in gesprek om een meerjarenagenda op te stellen. Een nieuw experiment met vrije prijzen maakt daarvan geen onderdeel uit’, antwoordt zij op de kamervragen van Pia Dijkstra.

Bron:
Rijksoverheid.nl

Lees meer over: Tarieven, Thema A-Z