Casus: Herbehandeling van een 46

Enkele jaren geleden meldde deze patiënt zich bij onze verwijspraktijk Endodontie in Amstelveen. Hij wist onze praktijk te vinden via internet. De voorgeschiedenis verneem ik uitsluitend uit de mond van de patiënt, de behandelhistorie is door de vorige behandelaar nooit opgestuurd.

De patiënt had jaren van ongemak voor, tijdens en na iedere afspraak in een tandartspraktijk.
Resulterend in het beeld dat te zien is op de beginfoto’s, afbeelding 1 en 2.

afbeelding 1

afbeelding 2

De laatste afspraak eindigde met het opgeven van element 46 door de behandelaar. Hij/zij zag er geen gat meer in, de zilverstift liet zich niet verwijderen en de tijd was op, aldus het relaas van patiënt. De vorige behandelaar adviseerde een bezoek te brengen aan de implantoloog, het element te laten extraheren en er een prachtig implantaat in te laten schroeven.

Deze patiënt was echter ‘eigenwijs’ en wilde vooral zijn eigen kies behouden.

De zilverstift

Op het moment van de eerste afspraak had de patiënt forse pijn. We besloten tijd te reserveren om in ieder geval een begin te maken met de herbehandeling.

Een acute pulpitis is wat betreft het verhelpen van de pijn wat simpeler dan een acuut geworden laesie van endodontische oorzaak (LEO). Bij een pulpitis is de pijn meestal afkomstig van de kroonpulpa. Het verwijderen van dat stukje weefsel is vaak voldoende om de patiënt pijnvrij te krijgen. Het occlusaal openen, het puplpadak verwijderen en met de snelloop de pulpakamer ontdoen van het zachte weefsel volstaat. Enige tijd later kan de endo dan ingepland worden.

Een acute laesie is een ander verhaal. De pijn was nu afkomstig van de periapex, de ontsteking zorgde voor een drukverhoging in het spongieuze bot, het corticale bot zorgde ervoor dat de druk nergens heen kon en receptoren gaven de prikkel door aan de hersenen: de pijn werd gevoeld.

In deze gevallen moeten we de druk van de ketel halen door de kanaalinhoud te verwijderen en met het dunste handinstrument ‘patent’ te worden. Dat wil zeggen, de K-vijl 08, 10 of 15 wordt één millimeter voorbij de terminus gebracht en dus in de laesie. Het equivalent van een abcesincisie maar dan met vijltjes.

afbeelding 3

We zijn ‘patent’

afbeelding 4

afbeelding 5

Op afbeelding 4 en 5 is te zien dat de zilverstift verwijderd is. Dat lijkt gecompliceerder dan het in dit geval was. Het principe, zoals ik het bijna altijd hanteer, is dat er wat vijltjes (meestal gebruik ik er C+vijlen voor), enige millimeters langs de zilverstift worden gemanoeuvreerd. Zilverstiften worden gefabriceerd uit zuiver zilver en dat is vrij zacht. Meestal lukt het om, zelfs als er geen ruimte is naast de stift, een paar millimeter toegang te krijgen doordat de vijlen ook van het zilver afnemen.

Deze zilverstift was echter niet al te dik en nam niet alle ruimte van het kanaal in beslag. Geen enkel kanaal wordt door de schepping rond afgeleverd en vooral bovenin is vaak ruimte.

Met een C+vijl 20 is 5 millimeter erlangs meestal voldoende.

Het nut van Hedstrom vijlen

Hedstromvijlen zijn extreem agressief: ze werken alleen bij het uittrekken van de vijl uit het kanaal. Ik gebruik Hedstromvijlen alleen voor het verwijderen van zilverstiften en soms gutta percha stiften.

Wordt er aan de hedstromvijl getrokken, dan legt de vijl zich langs de binnenbocht van het kanaal en neemt ook alleen daar af. Veel stripperforaties zijn zo ontstaan.

Een C+vijl 20 geeft ruimte om een hedstromvijl 25 het kanaal in te schroeven langs de zilverstift. RC-Prep helpt door te smeren middels de glycerine en het houdt de geproduceerde vijldeeltjes, zilver of dentine in suspensie zodat ze uitgespoeld kunnen worden met natriumhypochloriet.

Het proces van inschroeven moet geleidelijk gedaan worden. In- en uitschroeven en iedere keer iets verder inschroeven, zo tappen we schroefdraad in het dentine, een beetje, en in het zachtere zilver, wat meer.

Nu pakken we een Kocher, oftewel een arterieklemmetje, en pakken de vijl vast vlakbij het occlusale vlak en de hefboomwerking doet de rest. Langzaam, dat wel, kun je de zilverstift uit het kanaal tillen. Doe je dat snel dan schraap je slechts zilver en dentine af en kun je opnieuw beginnen.

Op de controlefoto na het verwijderen van de zilverstift zagen we nog een stukje vijl zitten onderin het MB kanaal. We besloten dat te laten zitten: we konden erlangs en het eruit halen zou weer iatrogene schade opleveren.

Pusafvloed

Tot onze opluchting zagen we al snel de pusafvloed op gang komen. We stimuleerden dat door ook de kleine speekselzuiger even op de access opening van de kies te zetten en dat even vol te houden. Net zo lang tot er mooi rood bloed uit kwam.

De tijd was om en we maakten een afspraak met de patiënt om enige dagen later de endo af te maken.

Vier dagen later kwam de patiënt voor zijn afspraak.

Gutta percha of MTA?

In het distale kanaal was de terminus vrij wijd. Een K-vijl 60, Nitiflex, liep net vast op de door de elektronische lengtemeter vastgestelde lengte.

Op zich is een grotere apicale opening geen beletsel om gutta percha te gebruiken. Onderzoekers hebben laten zien dat een goed gereinigd kanaal met een wat grotere diameter bij de terminus een even goede prognose heeft: of het kanaal nu gevuld is met gutta percha of met MTA.

Ik voel mijzelf nog steeds meer vertrouwd met de materiaaleigenschappen van gutta percha en zal dan ook, als het kanaal vanaf de terminus naar occlusaal een geleidelijk toenemende diameter heeft, (oftewel taps is), steeds kiezen voor gutta percha.

De obturatie

Het aanbrengen van de kanaalvulling verliep routinematig.

Het passen van de gutta stiften in combinatie met EWT sealer is een beproefde methode die weinig risico met zich brengt. Al in 1973 is dit prachtig beschreven door professor Herbert Schilder: On the Shaping and Cleaning of Rootcanals, Dental Clinics of North America.

Op de eindfoto zagen we aan de apex van het mesiale kanaal wat surplus sealer en bij distaal zagen we de kanaalvulling iets voorbij de apex steken.

afbeelding 6

afbeelding 7

Gutta percha en EWT sealer van Kerr worden door het lichaam uitstekend verdragen dus enig surplus vulmateriaal is absoluut geen probleem. De essentiële eis die gesteld moet worden aan een endo is dat het kanaal volledig gereinigd en gevuld is. Bij de controle afspraak weten we meer.

Genezing

Na 2 maanden zagen we patiënt terug voor een controlefoto. De genezing bleek mooi op gang gekomen te zijn en volledig genezing was slechts een kwestie van tijd.

afbeelding 8

afbeelding 9

We adviseerden de patiënt een afspraak te maken voor het laten plaatsen van een in het laboratorium vervaardigde restauratie maar dit was aan dovemans oren gericht. De patiënt was ervan overtuigd dat iedere niet acuut noodzakelijke ingreep alleen maar tot ellende leidt en vermeden moet worden.

De patiënt heeft zich ook nooit meer gemeld voor een controle of een vervolgbehandeling.
We hopen dat het nog lang goed gaat.

Door: Rik van Mill

Rik van Mill is tandarts/endodontoloog en voerde tot 2019 een verwijspraktijk Endodontie in Amstelveen. Hij is nu werkzaam als endodontoloog in Den Haag bij Residentaal Tandartsen, onderdeel van de Lassusgroep.

Van Mill geeft cursussen Endodontie, Shape clean en Pack en de cursus Niet-Chirurgische Herbehandeling in het cursuscentrum van DentsplySirona te Zoetermeer.

Lees meer over: Casus, Endodontie, Kennis, Thema A-Z
k

Casus: Beeldvorming essentieel voor verwijderen van een kunstgebit uit de darm van een mentaal competente vrouw

Beeldvorming hielp bij het vinden en verwijderen van een kunstgebit uit de darm van een mentaal competente 52-jarige vrouw, volgens een casusrapport in het International Journal of Surgery Open. De casus toont aan dat zelfs mentaal bekwame patiënten onbewust vreemde voorwerpen kunnen inslikken, wat kan leiden tot complicaties met lastig vindbare oorzaak.

Per ongeluk inslikken

Het komt regelmatig voor dat mensen voorwerpen per ongeluk inslikken en op de spoedeisende hulp belanden. Meestal gebeurt dit echter bij kinderen, ouderen, of volwassenen met cognitieve achterstand of psychische aandoeningen. Hoewel veel vreemde lichamen meestal onschadelijk zijn en het verteringsstelsel passeren, komt het object soms vast te zitten waarna een operatie nodig is.

Beeldvorming gebruiken

Om ernstige complicaties, waaronder darmperforatie of obstructie, te voorkomen, moeten clinici volgens de auteurs grondige discussies hebben met patiënten en beeldvorming gebruiken om het vreemde lichaam te lokaliseren en het juiste behandelplan te kiezen.

52-jarige vrouw

De auteurs uit Portugal beschrijven het geval van een 52-jarige vrouw die naar de eerste hulp ging wegens pijn rechtsonder in de buik die verergerde en misselijkheid. Ze had geen koorts, braken of andere symptomen en had een voorgeschiedenis van diabetes, hoge bloeddruk en hoog cholesterol.

Laboratoriumonderzoek

Onderzoek onthulde gevoeligheid in de rechter iliacale fossa van de vrouw, evenals een ontsteking van haar buikvlies. Laboratoriumresultaten toonden een verhoogd aantal witte bloedcellen en C-reactief eiwitgehalte. Een thoraxfoto toonde geen teken van pneumoperitoneum.

CT-scan toont voorwerp

Een CT-scan van de buik en het bekken toonde een endoluminaal metalen voorwerp in het kwadrant rechtsonder. Desgevraagd kon de patiënt zich niet herinneren dat ze vreemde voorwerpen als een kunstgebit had ingenomen. Om het object te identificeren en de kans op perforatie te kunnen inschatten werd een 3D CT-reconstructie gemaakt. Dit beeld toonde een voorwerp met een scherpe haak die mogelijk de darm kon perforeren.

Kunstgebit in darmwand

Er werd voor gekozen om het object operatief te verwijderen. De chirurg voelde onmiddellijk een hard voorwerp bij het aanraken van de darmlussen van de patiënt. Ondanks tekenen van dreigende perforatie kon een object dat gespietst was in de wand van de darm succesvol worden verwijderd. Het voorwerp bleek een gedeelte van een kunstgebit te zijn. Gelukkig was het postoperatieve herstel van de vrouw voorspoedig. Ze werd zes dagen na de operatie ontslagen, schreven de auteurs.

Ongrijpbare diagnose

Deze casus “maakt ons bewust van het feit dat de diagnose vaak ongrijpbaar is, omdat zelfs mentaal bekwame patiënten het inslikken van vreemde voorwerpen, met name kunstgebitten, misschien niet opmerken of ernaar verwijzen”, schreef de groep.
Clinici zouden patiënten met buikpijn – ongeacht de geestelijke gezondheidstoestand – moeten vragen naar mogelijke inname van vreemde lichamen en follow-up met beeldvorming om andere aandoeningen uit te sluiten, concludeerden ze.

Bron:
International Journal of Surgery Open

Lees meer over: Casus, Kennis, Röntgen | Digitale tandheelkunde, Thema A-Z
Casus-non-prep---Beekmans-hoofdafb

Casus: Non-prep facings, een non-invasive esthetische behandeling

Het veranderen van de vorm en de kleur van de frontelementen kan door middel van een non-invasive behandeling. In deze casus laat ik zien hoe dat gedaan kan worden. Het is een delicate behandeling omdat de facings die op de tanden bevestigd worden zeer kwetsbaar zijn. Eenmaal geplaatst zijn ze erg sterk door de hechting aan het glazuur. Uit onderzoek is zelfs gebleken dat de elementen in zijn geheel nog sterker zijn dan daarvoor.

De randaansluiting kan erg mooi zijn, maar dat is geheel afhankelijk van de precisie van de tandtechnicus. Dat geldt natuurlijk ook voor de vorm en de kleur. Het is beslist geen makkelijke restauratie voor een technicus omdat er met heel weinig ruimte toch veel moet gebeuren. Klaus Mueterthies begon in de jaren 90 met het maken van dit soort restauraties, in Nederland volgden Derk-Jan de Haan en Benno van Wering zijn ontwikkeling op de voet en zijn ook bijzonder goed in deze tak van sport.

De casus

Elke had problemen met de grootte van haar tanden, ze vond ze iets te klein en ze had ook een spleetje tussen haar voortanden dat eerder was gesloten met composiet.

dia12voorhetpassen

Voor het passen

dia2 begin model

Begin model

dia10afdruk

Afdruk

Nadat we studiemodellen hadden gemaakt kon Benno de wax-up maken om een idee te krijgen van de nieuwe vorm, met deze wax-up maakten we een mock-up om de vorm te beoordelen. Hierbij bleek dat er ook iets teveel gingiva aanwezig was. De elementen waren nooit helemaal uit de gingiva vandaan gekomen en daardoor leken ze ook iets te klein.

dia3 wax up

Wax up

dia4mockup

Mock-up

dia5mockupgingiva

Mock-up gingiva

Mock-up gingivaMet een zwarte stift over de tand van de mock-up en de gingiva kon je precies zien waar de mock-up eindigde en hoeveel van de gingiva moest verdwijnen.

Dia6zwartestreep

Zwarte streep

dia7gingivacorrectie

Gingiva correctie

dia8nacorrectieginigiva

Na correctie gingiva

Meteen na het verwijderen van de gingiva en het composiet dat approximaal was aangebracht kon ik de retractie draden aanbrengen, dikte 0 van Gingibraid met retractievloeistof van Viscostat. Dit was voldoende om te bloeding te stoppen en ruimte te maken voor twee goede rubber afdrukken. De technicus heeft die nodig omdat hij zijn vuurvaste stompen moet kunnen terugplaatsen in een model.

Met behulp van gezichtsfoto’s, de foto’s van de mock-up en de wax-up kon Benno aan de gang om de facings te maken. In zijn lab heeft hij die samen met Elke gepast en kleine correcties gedaan om het ieder naar de zin te maken.

Plaatsen van de facings

Toen konden de facings geplaatst worden. Dat moet echt onder rubberdam gebeuren omdat het een tijdrovende en nauwkeurige behandeling is waar vocht zeer onwenselijk is.

dia11facings

Facings

Eerst komt het passen van de facings in de stoel alvorens de facings geplaatst kunnen worden. Eerst stuk voor stuk en dan allemaal samen, dit om de individuele pasvorm te kunnen controleren en ook het geheel, voor de vorm en de kleur.

dia13tryin

Tryin

dia14tryingeheel

Tryin geheel

dia15kleurpasta

Kleurpasta

Fasen

Als dat allemaal bepaald is, maak ik per element een notitie van de te gebruiken kleur cement. Later onder rubberdam is dat niet meer te checken, door uitdroging van de elementen.

  • Fase 1.  Plaatsing rubberdam, in dit geval gebruik ik de Optradam, zodat de gingiva zichtbaar blijft en er voldoende ruimte is voor de randen.
  • Fase 2. Plaatsen van de retractie draden dikte 0 met Viscostat vloeistof tegen de bloeding.
  • Fase 3. Schoonmaken van de 11, die als eerste geplaatst wordt. Ik werk altijd vanuit de centrale incisieven en dan naar de laterale elementen. Kleine discrepanties bij de centrale incisieven komen dan niet opeens naar boven als die volgorde anders wordt gekozen. Schoonmaken houdt in: plak verwijderen, licht opschuren met een diamant stripje approximaal en zandstralen met AlOxide poeder 27mu.
dia17diamantstrip

Diamantstrip

  • Fase 4. Zandstralen van de binnenkant van de facing met 27 mu AlOx en daarna 180 seconden in ultrasoon 30 % H2O2.

    dia18zandstralen

    Zandstralen

  • Fase 5. HFl zuur etsen van de facings gedurende 5 minuten en daarna afspoelen en weer 180 sec in het ultrasone bad met 30% H2O2.

    dia19fluorzuur

    Fluorzuur

  • Fase 6. Drogen van de facing en silaniseren.
  • Fase 7. Etsen van het element met fosforzuur 20 seconden en minimaal 30 seconden afspoelen met water, drogen.
  • Fase 8. Scotch bond bonding op de facing en het element.
  • Fase 9. Rely-X light cure only cement in de facing en voorzichtig plaatsen, zoveel mogelijk overmaat verwijderen en de seat heel goed checken.
  • Fase 10. Uitharden met licht. Belangrijk hierbij is het uitharden van een afstand te starten, ongeveer drie centimeter en dan langzaam dichterbij, NOOIT tegen het element aanhouden, dat geeft teveel spanning in het composiet en op de facings, die kan daardoor barsten!
  • Fase 11. Afwerken van de restauratie met een scherp scalpel mesje nr 12 schuurschijfjes en een scherpe H6H7.
    dia22afwerkenmesje12

    Afwerken mesje 12

    dia23afwerkenschijfje

    Afwerkenschijfje

Daarna komt de volgende facing, belangrijk is om weer goed te passen, contactpunt controleren, aanpassen en soms is het nodig om kleine correcties aan de facing te doen om te zorgen voor een echt goede seating. De cementkleur is al bepaald, zorg ervoor dat dat duidelijk is genoteerd!

Om de buurelementen te beschermen gebruik ik Shimstock folie en geen teflon. De Shimstock geeft nog de mogelijkheid bij het plaatsen de folie aan te trekken bij het uitharden zodat het cement goed tegen de approximale wanden aanligt.

dia20etsenshimstock

Etsen Shimstock

Bij het zandstralen gebruik is een kunststof stripje, dat is steviger en zorgt ervoor dat het straalmiddel niet tegen de buurelementen aanligt.

Het voorbereiden, plaatsen en afwerken van één facing neemt ongeveer 45 minuten tijd, neem dus vooral de tijd voor het plaatsen van 6 facings, zodat het geen haastwerk hoeft te worden. Zo worden er hele mooie restauraties geplaatst die een life time mee kunnen gaan.

dia21plaatsen

Plaatsen

dia24weeknaplaatsen

Week na plaatsen

dia25na2 jaar

Na 2 jaar

dia25na2 jaar

Resultaat

Door:
Hans Beekmans, tandarts en auteur van het boek Esthetische tandheelkunde, met casuïstiek en tips.

 

 

Lees meer over: Casus, Cosmetische tandheelkunde, Kennis, Thema A-Z
Casus Mycotisch aneurysma ontstaat na tandabces bij 53-jarige vrouw

Casus: Mycotisch aneurysma ontstaat na tandabces bij 53-jarige vrouw

Een 53-jarige vrouw ontwikkelde een zeldzaam mycotisch aneurysma van de interne halsslagader dat zich ontwikkelde toen een tandabces-gebonden kiem de slagader infecteerde. De casus wordt beschreven in het Journal of Vascular Surgery Cases, Innovations and Techniques en is waarschijnlijk het eerste gerapporteerde geval waarin dit fenomeen zich ontwikkelde uit Haemophilus parainfluenzae, een ziekteverwekker die wordt geassocieerd met tandheelkundige abcessen en infecties.

Ongebruikelijke gevallen

Mycotische extracraniële halsslagader-aneurysma’s zijn ongebruikelijke gevallen van een halsslagader-aneurysma. Er zijn slechts ongeveer honderd casussen beschreven in de literatuur. De meeste hiervan zijn gelinkt aan de pathogenen Staphylococcus aureus en Salmonella.

Mogelijke oorzaken

Clinici zijn van mening dat deze aneurysma’s om een aantal redenen voorkomen. Ze kunnen worden veroorzaakt door een bacteriële infectie van de wand van de halsslagader of door een verspreiding van een nabijgelegen infectie. Ook kan een bestaand aneurysma leiden tot een bijzonder geval, net als septische occlusie van de vasa vasorum of immuuncomplexdepositie gevolgd door beschadiging van de arteriële wand.

Snel herstel vereist

Hoewel een mycotische extracraniële halsslagader-aneurysma zelden scheurt, moet chirurgisch herstel binnen drie dagen worden voltooid om ernstige complicaties te voorkomen. Als een bloedstolsel in een aneurysma ontwikkelt en losbreekt, kan het voorkomen dat bloed naar de hersenen stroomt en een beroerte veroorzaakt.

Unieke casus

Een unieke casus wordt beschreven door tandartsen van de University of Michigan. Na drie dagen toenemende zwelling van de weke delen aan de linkerkant van haar nek te hebben ervaren besloot een 53-jarige vrouw naar de spoedeisende hulp te gaan. De dag ervoor was tand #18 bij haar verwijderd en had ze significante etterende drainage, volgens het rapport.

CT-scan toont aneurysma

De vrouw onderging een computertomografie (CT)-scan die een groot extracraniële halsslagader–aneurysma onthulde van 2,3 x 2,7 x 2,3 cm, dat zich 1,3 cm voor een klein restabces bevond. Na het raadplegen van tandheelkundigen kreeg ze intraveneuze antibiotica voorgeschreven.

Nabij tandabces

Vanwege de nabijheid van het aneurysma tot het tandabces, maakten clinici zich zorgen over een mogelijk mycotisch aneurysma. Daarom onderging ze drie dagen later reparatie van het halsslagader-aneurysma, schreven de auteurs.

H. parainfluenzae gevonden in aneurysmaweefsel

Op de derde dag na de operatie werd de vrouw ontslagen en kreeg ze te horen dat ze zes weken antibiotica moest blijven gebruiken. Hoewel haar bloedmonsters negatief waren, groeide H. parainfluenzae in aneurysmaweefsel. Deze ziekteverwekker is in verband gebracht met endocarditis. Op een transthoracaal echocardiogram waren echter geen tekenen van valvulaire vegetatie te zien. Gelukkig blijft de patiënt in dit geval meer dan twee jaar na de operatie symptoomvrij.

“Voor zover wij weten, is de aanwezigheid van H. parainfluenzae niet gemeld als een potentiële pathogene aanjager van mycotisch ICA-aneurysma,” schreven de auteurs. Echter toont deze casus “directe bacteriële invasie van een tandabces naar de ICA [extracraniële halsslagader] aan als mechanisme voor snelle ontwikkeling van een mycotisch aneurysma”.

Bron:
Journal of Vascular Surgery 

 

 

Lees meer over: Casus, Kennis
Casus Debridementbehandeling introduceert lucht in schedel van peri-implantitispatiënt

Casus: Debridementbehandeling introduceert lucht in schedel van peri-implantitispatiënt

Een submucosaal debridement met een luchtpolijstapparaat veroorzaakte de levensbedreigende aanwezigheid van lucht in het schedel van een 62-jarige vrouw, volgens een casusrapport in Clinical and Experimental Dental Research. Wegens het risico op meningitis werd ze onmiddellijk opgenomen in het ziekenhuis, waar de patiënt herstelde na een antibioticabehandeling.

Zeldzaam maar levensbedreigend

Een subcutaan emfyseem is een zeldzame maar potentieel levensbedreigende complicatie waarbij er lucht in onderhuids weefsel komt. Dit kan optreden na een tandheelkundige behandeling met instrumenten die werken met perslucht. Introductie van lucht die waarschijnlijk besmet is met orale bacteriën in de intracraniale ruimte brengt het risico op het ontwikkelen van meningitis met zich mee.

Lucht in intracraniale ruimte

Sinds 1960 zijn er ongeveer 150 gevallen gemeld van patiënten die door een tandheelkundige procedure subcutaan emfyseem ontwikkelden. Volgens de auteurs is dit echter het eerste geval van directe ontwikkeling van pneumocephalus, het hebben van lucht in de intracraniale ruimte, tijdens submucosaal debridement van een peri-implantitis laesie met een luchtpolijstapparaat.

Implantaten met peri-implantitis

Het casusrapport beschrijft een vrouw met twee implantaten die deelnam aan een routineprogramma voor de behandeling van peri-implantitis aan de Medische Universiteit van Wenen. Bij het eerste onderzoek in 2019 had de vrouw pocketdieptes van 6-7 mm, bloeding bij sonderen en pusafscheiding in het gebied van de implantaten. In de daaropvolgende maanden ontving ze twee ronden niet-chirurgische peri-implantitistherapie, naast aanvullende systemische en lokale antibiotica.

Luchtpolijstapparaat

Na een onderbreking die werd veroorzaakt door de COVID-19-pandemie keerde ze in maart 2021 terug naar het programma. Bij een van de implantaten was haar pocketdiepte opnieuw 7 mm. De kliniek koos ervoor om haar supragingivale en subgingivale biofilm te verwijderen met een luchtpolijstapparaat met een supragingivaal handstuk en een poeder op erythritolbasis.

Extreem ongemak aan het gezicht

Twee seconden na het inbrengen en activeren van het apparaat meldde de patiënt extreem ongemak aan de linkerkant van haar gezicht en hoofd en werd de behandeling stopgezet. De patiënt werd rechtop gezet. Ze was wakker en georiënteerd, meldde minimale kortademigheid, pijn achter het linkeroog en moeite met slikken. Haar bloeddruk, hartslag en lichte pupilreactie waren normaal. Extraorale en intraorale onderzoeken brachten niets ongewoons aan het licht.

Onderhuis emfyseem

Vanwege de vreemde gewaarwordingen die door de patiënt werden gemeld en onduidelijke klinische symptomen, onderging de patiënt een CT-scan. Hierop was de ontwikkeling van een onderhuids emfyseem te zien. De lucht verspreidde zich vanuit het gezicht in caudale en craniale richtingen. Volgens het rapport werd ook lucht gedetecteerd in het linker halskanaal en intracraniaal.

Risico op meningitis

Door het risico op meningitis werd de vrouw direct opgenomen in het ziekenhuis. Ze werd nauwlettend gevolgd en kreeg driemaal daags intraveneuze antibiotica. Een CT-scan wees uit dat de pneumocephalus was verdwenen en het emfyseem van de weke delen was afgenomen. Drie dagen na opname werd ze ontslagen met een vijfdaags recept voor orale antibiotica. Haar herstel was onopvallend, schreven auteurs. Ze vermoeden dat botdefecten bij het implantaat en de sinuswand een rol hebben gespeeld bij het verspreiden van de lucht.

Steeds meer implantaten

Aangezien steeds meer patiënten implantaten krijgen, komen peri-implantaatcomplicaties steeds vaker voor. Wanneer luchtpolijstapparaten worden gebruikt om deze aandoeningen te beheersen, moeten clinici verwachten dat emfyseem vaker voorkomt.

Uitgebreidere beeldvorming

Meer studies zijn nodig om aanbevelingen te kunnen doen voor het gebruik van luchtpolijstapparaten bij de behandeling van peri-implantitis. Verder moet uitgebreidere beeldvorming worden overwogen wanneer een subcutaan emfyseem wordt vastgesteld, zodat het risico op complicaties kan worden beoordeeld, volgens de auteurs.
“In het geval van uitgebreid subcutaan emfyseem als gevolg van een tandheelkundige ingreep, moet een uitgebreider radiografisch onderzoek worden overwogen, inclusief de mediastinale en craniale ruimte, om het risico op mogelijk levensbedreigende complicaties te beoordelen,” schreven ze.

Bron:
Clinical and Experimental Dental Research

 

 

Lees meer over: Casus, Implantologie, Kennis, Thema A-Z
Casus en uitleg de oorzaken van gebitsproblemen 400 230

Casus en uitleg: de oorzaken van gebitsproblemen

De twee oorzaken van gebitsproblemen zijn een gebrek aan voldoende calcium en magnesium en een verkeerde beet. Tandarts Hans Beekmans beschrijft deze problemen en toont veel casusfoto’s om een goed beeld te geven van gebitsproblemen.

De twee oorzaken van gebitsproblemen:

1. Gebrek aan voldoende calcium en magnesium.
2. Een verkeerde beet, de occlusie niet in de neutrale positie en geen ongestoorde articulatie, dat wil zeggen: geen hoektandgeleiding zonder balanscontacten.

Verkeerde beet

Al sinds de tandheelkunde zich bezig houdt met restauraties, is het sluiten van de kaken een onderwerp van de wetenschap. Tientallen jaren hebben de grootste deskundigen zich ermee bezig gehouden: Peter Thomas, Arne Lauritzen, Arthur Ash, Jan Pameijer, Alexander Gutowski, John Kois, Peter Dawson en Rudolf Slavicek. Afijn deze lijst kan meer dan twee pagina’s beslaan en nog niet compleet zijn. In ieder geval was de uitkomst van al deze grote namen dat de occlusie moest plaatsvinden in de centrale relatie en dat een hoektand geleiding te prevaleren was boven een gebalanceerde articulatie. Hierover bestaat inmiddels weinig discussie meer en is dat een mooi uitgangspunt. Echter…
De centrale relatie bleef altijd het discussiepunt, met meer dan tien definities en vele manieren om de centrale relatie te vinden, maar helaas die wordt vaak niet gevonden en daarom zijn de kaken verkeerd gepositioneerd ten opzichte van elkaar. En met een verkeerd uitgangspunt blijft het eindresultaat een verkeerde occlusie en articulatie. Het voortdurende trauma om deze scheefstand te corrigeren wordt hogelijk onderschat. Als het niet door actief hoorbaar knarsen gebeurt, dan wel door onmerkbaar kleine acties 24 uur per dag 7 dagen per week.

Uit mijn onderzoek blijkt dat slechts 10 van de 1000 patiënten een goede occlusie heeft en daarvan heeft weer de helft een verkeerde articulatie. En dit gaat dus over in knarsen en klemmen om dat te corrigeren. Over de vraag hoe dat kan en waarom zal ik later ingaan. Belangrijker is wat de gevolgen zijn van een verkeerde occlusie en articulatie.

Gevolgen verkeerde occulsie en articulatie

Hierbij kom ik bij punt 1: gebrek aan calcium en magnesium.
Uit mijn uitgebreide onderzoek over een periode van 12 jaar is gebleken dat calcium en magnesium uit het gebit en het bot rondom de tanden wordt gehaald als er via de voeding een tekort is ontstaan. Dit wordt gedaan als de bloedwaarden van calcium onder de 6 nano mol per milliliter komen. Een heel mechanisme wordt ingeschakeld om aan deze noodsituatie direct een eind te maken; immers de calcium en magnesium zijn onmisbaar voor de energieproductie in de mitochondriën, dus daarom van cruciaal belang voor vitaliteit, het leven van iedere lichaamscel. Het proces waarbij mineralen door botafbraak worden geleverd, is niet snel genoeg als er een tekort aan calcium is. Hierbij spelen vitamine D3 en K2 ook een belangrijke rol. Bij een tekort aan deze vitamines vindt dit proces niet plaats, met als gevolg dentale problemen en botontkalking.

Knarsen en klemmen

Knarsen en klemmen zijn de eerst acties die het tekort kunnen aanvullen. Door de slijtage van glazuur en dentine komen de mineralen in de mond en verplaatsen zich via het slijmvlies direct naar de bloedbaan. Stress, een van de hoofdoorzaken van een calcium- en magnesiumtekort, is daarom ook sterk gerelateerd aan knarsen en klemmen. Stress kan komen door diverse omstandigheden en knarsen is een symptoom. Het knarsen komt niet door de stress maar wordt veroorzaakt door een tekort aan calcium en magnesium. Zelfs het stressgevoel is een aanwijzing van een tekort aan calcium en magnesium. Bij mensen met een stressgevoel is een suppletie van calcium en magnesium een directe oplossing om het gevoel van stress te stoppen en daarmee ook het knarsen en klemmen.

Andere gevolgen

Ook cariës, terugtrekkend tandvlees, parodontitis, abrasie, attritie , gevoelige tandhalzen en peri-implantitis zijn een direct gevolg van een tekort aan calcium, magnesium en overbelasting.

Wat heeft dit nu te maken met een verkeerde occlusie en articulatie?

De elementen die zwaarder belast worden omdat ze in een verkeerde occlusie staan, zijn actiever. Daar is de bloedcirculatie in de tand en rondom de tand groter, naast het Plataan effect. Daarom wordt daar sneller calcium en magnesium afgevoerd, met als gevolg dentale en parodontale problemen. Cariës en pockets, maar ook abrasie en attritie – dus langer wordende tanden – zijn suppleties van deze mineralen aan het lichaam. Een nauwelijks opgemerkt fenomeen is het zogenaamde Plataan effect, het afschilferen van het dentine oppervlak. Dit ziet er dan net zo uit als de schors van een plataan boom. Daar is geen bothechting meer mogelijke en zo worden de tanden langer en ontstaan pockets en uitgeholde oppervlakken.

Wat maakt nu dat de centrale relatie zo moeilijk te vinden is?

De spieren van de kaak worden onder meer gestuurd door zenuwen van het parodontale ligament. Dit uiterst sensitieve orgaan is in staat om belastingen kleiner dan 0,03 mm waar te nemen. Iedere overbelasting wordt daarmee waargenomen, en ook gecorrigeerd, zodat deze niet voor kan komen. Vraag iemand zijn mond te sluiten en hij of zij doet dat altijd in de minst traumatische positie, gestuurd door de kaakmusculatuur. De patiënt bijt dus voor zijn gevoel altijd goed dicht en de tandarts zal dus zelden de juiste centrale relatie vinden: immers bij bijna iedereen is de beet incorrect.

De correcte occlusie zou moeten zijn in de neutrale positie (NP) daar waar de kaakgewrichten losjes ronddraaien zonder enige inmenging van spieren. Een losse beweging dus, net als bijvoorbeeld een los polsgewricht. Het is heel goed voelbaar wanneer spieren interveniëren. Het oefenen met andere gewrichten, zoals de pols, de knie en de enkel, helpt bij het voelen van een los bewegend kaakgewricht. En dat in de laatste 2 mm voor het sluiten. Daar zal ook de interventie starten van de musculatuur.

Restauratie in verkeerde beet

De meeste restauraties worden dus gemaakt in de verkeerde beet, de tandarts vraagt immers altijd, bijt u maar even dicht. Ingeslepen tot het goed voelt en voilà een nieuwe restauratie ingepast in de verkeerde occlusie. De articulatie zal dus ook uit gaan van een scheve kaakpositie en daarmee nooit komen tot een goede; immers het uitgangspunt is al verkeerd.

Samen met een tekort aan mineralen, is dit een start en voortgang van verval en de voortduring van blijvende schade. Aan de hand van een aantal foto’s laat ik zien wat de schade is en wat het resultaat kan zijn van een goede occlusie en een goede mineraalhuishouding.

Verdwijnen van tandmateriaal ten gevolge van een verkeerde occlusie en articulatie en een gebrek aan calcium magnesium

Verdwijnen van tandmateriaal ten gevolge van een verkeerde occlusie en articulatie en een gebrek aan calcium magnesium 1

Verdwijnen van tandmateriaal ten gevolge van een verkeerde occlusie en articulatie en een gebrek aan calcium magnesium 2

Verdwijnen van tandmateriaal ten gevolge van een verkeerde occlusie en articulatie en een gebrek aan calcium magnesium 3

Verdwijnen van tandmateriaal ten gevolge van een verkeerde occlusie en articulatie en een gebrek aan calcium magnesium 4

Verdwijnen van tandmateriaal ten gevolge van een verkeerde occlusie en articulatie en een gebrek aan calcium magnesium 5

Verdwijnen van tandmateriaal ten gevolge van een verkeerde occlusie en articulatie en een gebrek aan calcium magnesium 6

Verdwijnen van tandmateriaal ten gevolge van een verkeerde occlusie en articulatie en een gebrek aan calcium magnesium 7

Verdwijnen van tandmateriaal ten gevolge van een verkeerde occlusie en articulatie en een gebrek aan calcium magnesium 8

Verdwijnen van tandmateriaal ten gevolge van een verkeerde occlusie en articulatie en een gebrek aan calcium magnesium 9

verlies van tandmateriaal linguaal

Op deze foto is ook verlies van tandmateriaal linguaal te zien, door occlusale overbelasting

Overbelasting zichtbaar op de frontelementen

Overbelasting zichtbaar op de frontelementen met als resultaat de slijtage aan de linguale vlakken.

Occlusale overmatige slijtage

Occlusale overmatige slijtage ten gevolge van de verkeerde articulatie en gebrek aan mineralen.

Occlusale schade

Occlusale schade aan restauraties ten gevolge van de verkeerde beet en mineraal tekort.

zichtbare schade aan het front

Duidelijk zichtbare schade aan het front en de ontstoken gingiva bij het element wat overbelast wordt. Het plataan effect treedt hier op.

Occlusale schade ten gevolge van de verkeerde beet.

Occlusale schade ten gevolge van de verkeerde beet.

Overmatige schade

Overmatige schade ten gevolge van een articulatie probleem.

functionele restauratie

Combinatie van een niet functionele restauratie en een verkeerde articulatie

molaren slijten

Met name de laatste molaren slijten overmatig door een verkeerde articulatie.

balans contact

Het balans contact is overbelast en geeft daarom overmatige schade, de composiet restauratie houdt de occlusie niet in stand.

restauratie die de occlusie

Wederom een restauratie die de occlusie niet in stand houdt en aan de actieve zijde aan de linguale knobbel een overbelasting geeft.

deze splint

Ook nieuwe restauraties houden geen stand, een veel voorkomend probleem in de restauratieve tandheelkunde. Veelal wordt ter bescherming van restauraties een splint gekozen. Helaas veroorzaakt deze splint of knarsplaat nog meer occlusie- en articulatieproblemen.

Overmatige slijtage

Overmatige slijtage aan de laatste molaar.

Parodontale problemen

Parodontale problemen door overbelasting vooral goed zichtbaar aan de 48 en 38

Diepe pocket

Diepe pocket distaal 26 ten gevolge van overbelasting en mineralentekort

Veel botverlies mesiopalatinaal

Veel botverlies mesiopalatinaal van de 26, overbelasting en mineraaltekort.

Diepe pocket distaal van de 21

Diepe pocket distaal van de 21, overbelasting, geen occlusie in NP en storende contacten zowel aan de actieve zijde als aan de balanszijde en in het front geen gelijkmatige verdeling van de articulatie.

het Plataaneffect

Voorbeeld van het Plataaneffect, zichtbaar ontstoken gingiva met name bij de 31 en 41. Overbelasting en mineraal tekort. De gingiva ontsteekt zodra de deeltjes dentine afsplinteren van het element. Er is geen hechting meer mogelijk en een pocket ontstaat. Bij een mineraal tekort ontstaat er ook direct meer tandplak. De combinatie van overbelasting en tandplak zorgt voor aanvulling van de mineralen calcium en magnesium in de bloedbaan.

Meting van de pocket

Meting van de pocket laat duidelijk botverlies zien.

Na oppervlakkige reiniging is dit het beeld.

 

afgeschilferde deeltjes dentine

Op deze foto zijn de minuscule afgeschilferde deeltjes dentine te zien, GEEN tandsteen maar gedeeltelijk en werkelijk loszittende tandbeen schilfers.

Plataan effect afschilferen van oppervlak.

Wortelfractuur ten gevolge van overbelasting.

Overbelasting op de linguale knobbels van de 37 en 36, daardoor in combinatie met mineralen tekort groot parodontaal defect aan de 36 en mesiale radix 37.

Na occlusale correctie met behoud van de occlusie op de buccale knobbels.

Zichtbare schade aan linguale radices van de 36.

Ook bucco distaal effect van het botverlies zichtbaar.

Linguaal aspect na chirurgie en herstel van het bot met Ethoss.

Cariës ten gevolge van overbelasing en mineraaltekort, daar waar de occlusie prematuur is bij een maximale occlusie niet in NP treedt cariës als eerste op bij deze plaatsen.

Premature contacten zichtbaar gemaakt.

Dat cariës in het dentine begint en pas daarna door het glazuur breekt, is het resultaat van de omgekeerde vloeistofstroom in de dentine kanalen. Remineralisatie is mogelijk als het proces nog niet te ver is. Zodra het dentine zijn structuur verliest door voortgaande demineralisatie is het proces niet meer omkeerbaar, tot die tijd wel.

Detail opname van de cariës, glazuur is niet doorgebroken wel gedeeltelijk gedemineraliseerd, white spot. Ook deze occlusie punten zijn in de NP positie en daarmee prematuur en dus begint de cariës hier.

Ook deze occlusie punten zijn in de NP positie en daarmee prematuur en dus begint de cariës hier.

Aan de buccale zijde van de 46 4n 47 cariës, ten gevolge van overbelasting op de kauwvlakken en een tekort aan mineralen, zie ook de grote slijtage aan de occlusale vlakken.

In volgende artikelen zal ik uitvoerig beschrijven hoe de maximale occlusie in NP kan worden gevonden, getest en gecorrigeerd, naast het corrigeren van de articulatie, zodat er geen overbelasting meer is.

Door:
Hans Beekmans, tandarts en auteur van de boeken:
Esthetische tandheelkunde, met casuïstiek en tips
Het brilliant verborgen geheim van een gezond gebit

 

 

Lees meer over: Casus, Kennis
Casus: Tandheelkundige röntgenfoto toont zeldzame horizontaal geïmpacteerde molaren bij man

Casus: Tandheelkundige röntgenfoto toont zeldzame horizontaal geïmpacteerde molaren bij man

Bij een 20-jarige man werden zeldzame, identieke bilaterale horizontaal geïmpacteerde onderste molaren ontdekt op een routinematige tandheelkundige röntgenfoto. De vroege detectie leidde ertoe dat de molaren werden getrokken waardoor ernstige toekomstige complicaties werden vermeden, volgens een casusrapport in Cureus Journal of Medical Science.

Geïmpacteerde tanden vaak asymptomatisch

Geïmpacteerde tanden zijn een fenomeen waarbij de tand niet in de juiste positie door het tandvlees kan groeien. Mandibulaire en maxillaire derde kiezen zijn de meest getroffen tanden, volgens de auteurs op. Impactie kan optreden als gevolg van ruimtegebrek of een pathologische verandering die de typische tanduitbarsting kan verstoren. De geïmpacteerde kiezen kunnen onopgemerkt blijven omdat ze vaak asymptomatisch zijn.

Symmetrische horizontale impacties zijn zeldzaam

Bilaterale symmetrische impacties worden volgens de auteurs zelden gerapporteerd. Bijzonder zeldzaam zijn symmetrisch linguoverted geïmpacteerde bilaterale onderste derde molaren. Dit zijn horizontale impacties die oriënteren in de buccolinguale richting met een kroon die de wortel overlapt.

Routinematige röntgenfoto

In een casusrapport beschrijven de auteurs van Qassim University uit Saoedi Arabië hoe tijdens het routinematige tandartsbezoek van de man bilaterale geïmpacteerde mandibulaire derde molaren werden geïdentificeerd op een panoramische tandheelkundige röntgenfoto. De kiezen stonden dwars in de linguobuccale richting.

Bevestiging door CBCT-scan

Een CBCT-scan bevestigde dat de kiezen aan beide zijden in een linguobuccale richting waren gepositioneerd. Er waren geen pathologische bevindingen of symptomen. De geïmpacteerde tanden waren niet volledig gevormd en er was idiopathische osteosclerose in het tweede premolaargebied, schreven de auteurs. Na overleg met de clinicus werd de patiënt doorverwezen naar een centrum voor orale en maxillofaciale chirurgie om de geïmpacteerde tanden te laten trekken.

Extractie vaak beste behandelingsoptie

Omdat een geïmpacteerde tand in de loop van de tijd problemen kan veroorzaken, waaronder het verhogen van het risico op cysten, is extractie vaak de beste behandelingsoptie. Ook nemen postoperatieve complicaties toe met de leeftijd van de patiënt. Daarom moeten extracties, indien mogelijk, vóór de leeftijd van 25 worden gedaan.
Voor gevallen als deze raden de auteurs “ten zeerste aan om beide aangetaste tanden aan weerszijden van de onderkaak operatief te verwijderen om late complicaties te voorkomen”.

Bron:
Cureus Journal of Medical Science

 

 

Lees meer over: Casus, Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
Casus: Medicijn tegen hoge bloeddruk veroorzaakt gingiva hyperplasie bij 52-jarige man

Casus: Medicijn tegen hoge bloeddruk veroorzaakt gingiva hyperplasie bij 52-jarige man

Het gebruik van een veelgebruikt medicijn voor hoge bloeddruk leidde tot gingiva hyperplasie bij een man met een slechte mondgezondheid. Door een verlopen tandartsverzekering liep zijn zorg vertraging op en is hij nu van plan om alle tanden te laten trekken, wordt geschreven in The Journal for Nurse Practitioners.

Medicijn tegen hoge bloeddruk

Hypertensie is wereldwijd een belangrijke doodsoorzaak en oorzaak van invaliditeit. Veel patiënten krijgen calciumkanaalblokkers als amlodipine als medicijn om hun bloeddruk onder controle te houden. In de VS worden jaarlijks meer dan 70 miljoen recepten voor amlodipine geschreven.

Zeldzame bijwerking

De auteurs onder leiding van verpleegkundige P. Suzanne Portnoy, de associate programme director van straatgeneeskunde voor CommuniCare Health Centers in Californië, beschrijven de zeldzame bijwerking van door amlodipine geïnduceerde overgroei van het tandvlees. Dit wordt gekenmerkt door een toename van het volume van bindweefselmatrix in het tandvlees.

Gingivagroei leidt tot lijden

Verschillende factoren, waaronder gingivitis als gevolg van slechte mondhygiëne, genetische aanleg en mannelijk zijn, zorgen ervoor dat een persoon een groter risico loopt om door medicijnen veroorzaakte gingivagroei te ontwikkelen, schreven de auteurs. Doorgaans wordt amlodipine-geïnduceerde gingiva hyperplasie (AIGO) gediagnosticeerd op basis van comorbiditeiten, symptomen, medicatieprofiel, laboratoriumresultaten en lichamelijk onderzoek. Als de groei niet wordt gecontroleerd, kan dit pijn, tandverlies, psychosociaal lijden en financiële lasten veroorzaken.

52-jarige man

De casus die wordt beschreven betreft een obese 52-jarige man die gediagnosticeerd was met hoge bloeddruk, prediabetes en linkerventrikelhypertrofie. Vanwege zijn aandoeningen slikte hij al zeven jaar dagelijks 10 mg amlodipine, 40 mg lisinopril en 25 mg hydrochloorthiazide.

Verschuivende tanden

Een paar jaar na het starten met amlodipine merkte de patiënt dat zijn tanden begonnen te verschuiven. Hij linkte dit echt niet aan de medicatie. Vanwege angst voor de tandarts en inconsistente gezondheidsdekking was de man al jaren niet naar de tandarts geweest. De patiënt had geen andere symptomen en zijn vitale functies waren volgens de auteurs normaal.

Ginigiva hyperplasie door medicatie

Een lichamelijk onderzoek onthulde dat de man stevig, roze, vochtig, overgroeid tandvlees had waardoor de meeste van zijn tanden werden verplaatst. Op basis van zijn geschiedenis, het onderzoek en het ontbreken van enige andere pathologie, werd de man gediagnosticeerd met door amlodipine veroorzaakte gingiva hyperplasie. Hij werd daarom opgedragen om te stoppen met het innemen van de medicatie.

Binnen twee weken terugkeren

De patiënt kreeg het advies om zijn andere medicijnen te blijven gebruiken, zijn bloeddruk eenmaal per dag te meten en een logboek bij te houden van de metingen. Hij kreeg te horen dat hij binnen twee weken naar de faciliteit moest terugkeren.

Tanden laten verwijderen

Helaas miste de patiënt de vervolgafspraak en niet lang daarna verloor hij zijn verzekeringsdekking. Ruim een jaar later sloot hij een verzekering af via zijn nieuwe werkgever en zocht hij zorg bij een andere zorginstelling. Hij worstelde nog steeds met de losse tanden, wat pijn, moeite met eten en psychisch letsel veroorzaakt. Daarom was hij van plan om snel al zijn tanden te laten verwijderen, schrijven de auteurs.

Specifieke bijwerking onderzoeken

In de afgelopen vier jaar zijn 17 gevallen van door amlodipine geïnduceerde gingiva hyperplasie gemeld, merkten de auteurs op. Een overzicht van het onderzoek suggereert dat de prevalentie van AIGO hoger kan zijn dan 1% – hoger dan wat wordt gerapporteerd in de bronnen van voorschrijvers en patiënten. Daarom moeten cohort- of gecontroleerde onderzoeken worden uitgevoerd om deze specifieke bijwerking te onderzoeken, voegde ze eraan toe.

Interventies van zorgverleners

Volgens de auteurs belicht de casus verschillende doelen voor interventies van zorgverleners. Patiënten zouden moeten worden geïnformeerd over deze zeldzame maar ernstige bijwerking. Zodra ze veranderingen aan tanden of tandvlees ervaren zouden ze dit moeten melden. Ook zou er direct moeten worden gestopt met het gebruiken van amlodipine als men vermoedt dat er sprake is van AIGO. Patiënten moeten dan worden doorverwezen naar een kaakchirurg voor behandelplanning.

Armste patiënten lopen grootste risico

“De armste patiënten lopen het grootste risico op AIGO en lopen het grootste letsel op door een gebrek aan toegang tot tandheelkundige zorg om deze aandoening te voorkomen en te behandelen. Door onze patiënten voor te lichten over het risico voor AIGO, kunnen verpleegkundig specialisten deze iatrogene ziekte voorkomen”, concluderen de auteurs.

Bron:
The Journal for Nurse Practitioners 

 

 

Lees meer over: Casus, Kennis
Zeldzaam geval van duizeligheid na tandextractie

Zeldzaam geval van duizeligheid na tandextractie

Een 26-jarige vrouw ervoer duizeligheid nadat twee tanden operatief waren verwijderd, zo wordt beschreven in een casusrapport in het British Dental Journal. Volgens de auteurs zijn er slechts vier soortgelijke gevallen gemeld van deze vreemde relatie.

Extractie onder plaatselijke verdoving

De vrouw kwam naar de tandarts met bilaterale recidiverende pericoronitis van derde molaren in de onderkaak.

Beide tanden werden onder plaatselijke verdoving operatief verwijderd. Clinici verwijderden eerst een tand en vier weken later haalden ze de tweede tand eruit.

Klachten van pijn en misselijkheid

Bij een virtueel consult drie dagen na de tweede procedure klaagde de vrouw over matige pijn, beperkte mondopening en misselijkheid. Ze was gerustgesteld en aangespoord om een goede mondhygiëne te handhaven, schrijven de auteurs.

Duizeligheid en verergerende misselijkheid

Later meldde de patiënt dat ze duizeligheid en verergerende misselijkheid ervoer, die erger werden met beweging en onbalans. Ze ontkende recentelijk een trauma te hebben opgelopen of deze symptomen in het verleden te hebben gehad.

Eerste hulp en opname

De vrouw ging naar de eerst hulp en werd 24 uur opgenomen. Artsen hielden haar in de gaten en dienden prochlorperazine toe. Nadat haar evenwicht verbeterde werd ze ontslagen. Ze kreeg ook een kuur met anti-emetica voorgeschreven waarmee ze stopte vanwege spontane verbetering van de situatie.

Zeldzaam geval

Deze casus beschrijft een zeldzaam geval van duizeligheid na een tandextractie. Auteurs van de weinig andere rapporten die postoperatieve duizeligheid opmerkten bij patiënten beschreven onder andere een langere operatieduur, het gebruik van roterende instrumenten en de aanwezigheid van comorbiditeiten als mogelijke oorzaken.

Toeval of door langdurig openen van de mond?

In het beschreven geval werd volgens de auteurs een chirurgische boor gebruikt om bot te verwijderen. Ook sluiten ze niet uit dat de timing van de duizeligheid toeval is, hoewel dit de verzwakking van de patiënt niet verklaart. Tenslotte merketen de auteurs op dat “langdurig openen van de mond tijdens tandheelkundige procedures een bekende risicofactor is voor temporomandibulaire aandoeningen die otologische symptomen kunnen vertonen”.

Bron:
British Dental Journal 

 

 

Lees meer over: Casus, Kennis
tand - tandarts

Casus: Botox vermindert niet-odontogene kiespijn bij 39-jarige vrouw

Een 39-jarige vrouw kreeg linksonder van haar kaak een niet-odontogene kiespijn. Na wortelkanaalbehandeling, vervanging van inlay en gedragsaanpassingen verminderde de kiespijn uiteindelijk na een injectie met botulinumtoxine A (BoNT), waarvan Botox een merknaam is, volgens een casusrapport in Clinical Case Reports.

Niet-odontogene oorzaken

Bij het diagnosticeren van de oorsprong van kiespijn moeten clinici rekening houden met een niet-odontogene oorzaak als onderzoeken geen pathologieën aam het licht brengen. Spieraandoeningen, neuropathische of neurovasculaire pijn, sinus- en neusslijmvliesproblemen en andere ziekten kunnen niet-odontogene tandpijn veroorzaken.

Botox tegen myofasciale pijn

In 1989 stond de Amerikaanse Food and Drug Administration het gebruik van BoNT, wat tijdelijk spieren verlamt, toe voor het beheersen van ongecontroleerde oogbewegingen. In de loop der jaren is de neurotoxine gebruikt om vele andere aandoeningen te behandelen, waaronder myofasciale en neuropathische pijn, chronische migraine en gewrichtspijn. Bij myofasciale pijn vermindert BoNT de frequentie, intensiteit en duur van terugkerende episodes.

39-jarige vrouw

De auteurs uit Tokushima University in Japan beschrijven een geval waarin een injectie met BoNT werd gebruikt om de niet-odontogene kiespijn van een patiënt te behandelen, hoewel er geen standaardprotocol is voor het gebruik ervan bij deze tandheelkundige aandoening. De casus betreft een 39-jarige vrouw met doffe, pijnlijke pijn in haar rechter onderkaak. De pijn verergerde toen ze kauwde, en een onderzoek wees uit dat er geen spontane pijn was. Haar eerste molaar linksonder testte echter positief op kou en percussie, schreven de auteurs.

Inlay en parodontitis

Bovendien had de patiënt cariës op tand #19 en een inlay in #18. Ook had ze bij tand #18 een parodontale pocket van 4 mm die bloedde bij sonderen, schreven de auteurs. Toen de inlay werd verwijderd, verlichtte het haar symptomen.

Pijn blijft ondanks behandeling

Tijdens de volgende afspraak twee manden later klaagde de vrouw echter over spontane pijn in #19. Deze tand reageerde positief op de elektrische pulpatest, en hoewel #19 een wortelkanaalbehandeling onderging, hielden haar symptomen aan. Ook tand #18 had een positieve koudetest. Haar pijn bleef ondanks overgevoeligheidsbehandeling en occlusale spalk, volgens het rapport.

Doorverwijzing naar orofaciale pijnkliniek

Vervolgens werd de patiënt doorverwezen naar een orofaciale pijnkliniek waar ze een röntgenfoto en een occlusale correctie onderging. Clinici merkten op dat haar bilaterale kauwspieren gevoelig waren. Er waren echter geen afwijkingen in haar kaakgewrichten, schreven de auteurs. Toen haar kauwspier werd aangeraakt, ervoer de vrouw pijn, schouderstijfheid en spanningshoofdpijn. Haar pijn was 30 op 100 op de visuele analoge schaal (VAS).

BoNT-injectie

Artsen besloten de vrouw door te verwijzen naar de afdeling neurologie voor een BoNT-injectie. Na de injectie was haar kiespijn verminderd tot een 9 op 100 op de VAS. De patiënt ervoer echter een lichte asymmetrie van het gezicht. Na vier maanden nam haar pijn af tot 0 op 100 op de VAS. Zeven maanden later klaagde de patiënte dat haar kiespijn terugkeerde en beschreef het als een 20 op 100 op de VAS. De patiënt weigerde echter nog een BoNT-injectie omdat haar tandpijn draaglijk was, schreven de auteurs.

Verschillende factoren

Ze concluderen dat orofaciale pijn van odontogene of niet-odontogene oorsprong kan zijn. Niet-odontogene kiespijn kan het gevolg zijn van verschillende factoren die samen of één enkele factor werken. Daarom vereist het een zorgvuldige diagnose en behandeling. In dit geval lijkt de niet-odontogene kiespijn te zijn veroorzaakt door de bijdrage van verschillende factoren.

Waarschuwen voor bijwerkingen

Een injectie van BoNT hielp om de pijn te verminderen. Hoewel het relatief veilig en aanvaardbaar is, kunnen er enkele nadelen aan het gebruik van BoNT kleven. Hoewel bijwerkingen bij kleine doses niet altijd voorkomen en mild zijn kunnen sommige patiënten, waaronder de vrouw die in dit geval rapporteert, negatieve symptomen ervaren. Daarom moeten clinici volgens de auteurs patiënten waarschuwen voor mogelijke bijwerkingen, zodat ze weloverwogen beslissingen kunnen nemen over de behandeling.
Niettemin hielp de “directe injectie van botulinumtoxine deze niet-odontogene kiespijn van myofasciale pijnoorsprong te verminderen”, aldus de auteurs.

Bron:
Clinical Case Reports

 

 

Lees meer over: Casus, Kennis, Pijn | Angst, Thema A-Z
tandextractie

Casus: Vrouw verliest gezichtsvermogen door ontsteking na tandextractie

Een 54-jarige vrouw ontwikkelde orbitale cellulitis na een tandextractie, volgens een recent casusrapport dat is gepubliceerd in Advances in Oral and Maxillofacial Surgery. Ondanks medische behandeling verslechterden de symptomen, wat uiteindelijk leidde tot volledig verlies van het gezichtsvermogen in één oog.

Ongebruikelijke complicatie

Odontogene orbitale cellulitis is een levensbedreigende bacteriële infectie die een ontsteking van het oog veroorzaakt en een ongebruikelijke complicatie is van een tandheelkundige infectie. Vaak wordt het veroorzaakt door veel voorkomende soorten bacteriën, waaronder Staphylococcus– en Streptococcus-soorten. Naast blindheid kan onbehandelde orbitale cellulitis zich verspreiden naar de lymfeklieren en bloedbaan van een persoon en dan snel tot de dood leiden. Dit komt echter niet vaak voor.

Periorbitale zwelling

Het rapport beschrijft het geval van een vrouw die naar het ziekenhuis ging na drie dagen van periorbitale zwelling aan de linkerkant, loopneus en toenemende pijn in het gezicht. Haar symptomen begonnen nadat een tand was getrokken, schreven de auteurs.

Steeds waziger zicht

Toen ze aankwam had ze een snelle hartslag en vertoonde ze tekenen van koorts. Haar linkeroog stak uit en ze had beperkte oogbewegingen en rood slijmvlies. De patiënte zei dat haar zicht in haar linkeroog steeds waziger werd. Na een paar uur verloor ze het volledige zicht in dat oog, schreven ze.

Druk verlichten

Om de druk in haar oog te verlichten, werd een laterale canthotomie uitgevoerd. Uit de beoordeling bleek dat haar linkeroog geen licht meer kon waarnemen. Ook werd de ader naar het netvlies van het oog geblokkeerd. Om de intra-oculaire druk onder controle te houden werd volgens het rapport gestart met een zalf, intraveneuze antibiotica en lokale steroïdedruppels.

Orbitale cellulitis

CT-scans toonden aan dat de sinussen van de patiënt significante preseptale en postseptale zwelling hadden. Ook was gedeeltelijke opacificatie van de linker maxillaire sinus en de luchtcellen van de voorste zeefbeenderen zichtbaar. Deze symptomen voldeden volgens de auteurs aan de criteria van orbitale cellulitis.

Zicht keert niet terug

Tijdens endoscopische sinuschirurgieprocedures om de infectie te behandelen kwam er onmiddellijk pus vrij uit haar zeer verstopte maxillaire sinus. Laboratoriumresultaten toonden aan dat Staphylococcus aureus, een bacterie die kan koloniseren in de mondholte, de cellulitis veroorzaakte. Hoewel de uitpuiling en de zwakte van de oogspieren drie dagen na de operatie verdwenen, keerde het zich in het linkeroog van de patiënt niet terug.

Zeldzaamheid

“Verlies van gezichtsvermogen secundair aan odontogene orbitale cellulitis is een zeldzaamheid, maar vroege herkenning van IOD [intra-oculaire druk]-stijging en de vermindering ervan via medische maatregelen kan ischemie van de oogzenuw en occlusie van de centrale retinale arterie voorkomen en uiteindelijk het gezichtsvermogen behouden”, schrijven de auteurs.

Bron:
Advances in Oral and Maxillofacial Surgery

 

 

Lees meer over: Casus, Kennis
tandenknarsen

Casus: parodontitis apicalis ontstaan na ernstige bruxisme

Een intense periode van bruxisme bleek op basis van de anamnese uiteindelijk de oorzaak van parodontitis apicalis aan twee gave ondermolaren van een gezonde 28-jarige man. Volgens het casusverslag uit BMC Oral Health is dit het eerste klinische geval van parodontitis apicalis dat uitsluitend wordt veroorzaakt door bruxisme.

Veelvoorkomende aandoening

6-20% van de bevolking vertoont gedurende het leven bruxisme. Dit kan leiden tot tandfracturen, spierpijn, occlusaal trauma en zelfs beschadiging van de pulpa. Talloze factoren, waaronder stress, genetica, alcohol- en/of cafeïneconsumptie en drugsgebruik, kunnen een rol spelen bij het ontstaan van bruxisme. Eerdere literatuur beschreef al de gevolgen van occlusaal trauma voor de pulpa, maar nog nooit zo drastisch als in dit specifieke geval.

Onbekende oorzaak

Het casusrapport beschrijft een man met parodontitis apicalis parodontitis aan de elementen #36 en #46. Hij was door zijn primaire tandarts doorverwezen naar de tandheelkundekliniek van Saarland University in Duitsland. Hoewel de endodontische behandeling al was begonnen, nam volgens het verslag de periapicale botafbraak toe aan beide kiezen.
De primaire tandarts van de patiënt kon de oorzaak van de parodontitis apicalis niet vaststellen. De kiezen hadden geen vullingen of cariës, noch had de patiënt trauma of een ongeval meegemaakt. De tandarts constateerde wel een verhoogde tandmobiliteit en bifurcatie bij een sondeerdiepte van 4 mm. Bij de 36 en 46 werden pockets van 10mm gemeten, terwijl in de rest van de mond geen enkele sprake was van parodontale afbraak. Ook was er wat uitpuilende elastische zwelling bij het vestibulum. Andere testen en beeldvorming brachten geen problemen aan het licht.

Antibioticabehandelingen zonder diagnose

De man meldde dat hij anderhalf jaar voor het eerste bezoek de pijn voor het eerst had gevoeld aan de rechterkant ter hoogte van de 46. De pijn was uitstralend, trekkend , moeilijk te lokaliseren. en  kloppend bij het slapen gaan. Verder ervoer de man oorpijn en pijn in het kaakgewricht. Twee dagen voordat de pijn verdween was sprake van percussiepijn. De door zijn eigen tandarts uitgevoerde percussietest was negatief en sensibiliteitstest gaf een verminderde reactie. Na doorverwijzing naar een KNO-arts kreeg de patiënt zonder diagnose een week lang antibiotica voorgeschreven. De medicatie loste zijn pijn volledig op.
Zo’n anderhalve maand later ervoer de patiënt opnieuw dezelfde pijn. Na het maken van röntgenfoto’s kon de geraadpleegde spoedtandarts geen diagnose stellen. Een antibioticabehandeling loste het probleem echter weer op.

Diagnose van parodontitis apicalis

Toen twee en een halve maand later de pijn van de patiënt weer terugkeerde liet zijn eigen tandarts een nieuwe röntgenfoto maken. Deze tandarts stelde de parodontitis apicalis aan de 36 en de 46. De kiezen leken avitaal en de tandarts startte een endodontische behandeling.

Tandenknarsen

Toen de behandelend tandarts van het academisch ziekenhuis de patiënt expliciet vroeg hoe zijn leven was tijdens de periodes van pijn, meldde de patiënt veel stress te ervaren door het afronden van zijn studie en ‘s nachts te knarsetanden , aldus het verslag.
Gedurende een korte periode (1,5 jaar na de eerste aanval van pijn en 2 weken voor de endodontische behandeling) droeg de man een bijtspalk. Zijn eigen tandarts kon het bestaande bruxisme echter niet in verband brengen met de klachten van de patiënt over de kiezen #36 en #46. De diagnose parodontitis apicalis ten gevolge van occlusaal trauma werd gesteld door de behandelend tandarts van het academisch ziekenhuis.

Endodontische behandeling

Na de wortelkanaalbehandeling is de patiënt klachtenvrij gebleven en gebruikt hij regelmatig een splint. Een jaar na de wortelkanaalbehandeling zullen röntgenfoto’s worden gemaakt ter controle.

Het belang van medische geschiedenissen

Volgens de auteurs moeten tandartsen in gevallen van onbegrepen tandpijn denken aan bruxisme. Bovendien benadrukt deze casus het belang van afnemen van een volledige anamnese en van het routinematig maken van röntgenfoto’s bij patiënten, schreven ze. Door middel van een correcte anamnese kan mogelijk bruxisme aan het licht komen, in dit geval als mogelijke/waarschijnlijke oorzaak van parodontitis apicalis. Meer onderzoek is nodig om het verband tussen bruxisme en parodontitis apicalis definitief aan te tonen.

Diagnose van uitsluiting

In dit geval “werd de etiopathogenese van de parodontitis apicalis verklaard door een diagnose ‘bij uitsluiting’, aangezien geen van beide gebitselementen cariës, vullingen of trauma had ondergaan”, schreven de auteurs.

Bron:
BMC Oral Health

 

Lees meer over: Casus, Kennis, Parodontologie, Thema A-Z
Casus patiënt met peri-implantitis bij de 21 en het belang van gedrag van patiënt

Casus: patiënt met peri-implantitis bij de 21 en het belang van gedrag van patiënt

Een patiënt wordt ingestuurd met peri-implantitis bij de 21. Het implantaat is 10 jaar eerder geplaatst. Deze casus laat over een periode van 12 jaar zien hoe bepalend het niveau van de dagelijkse verzorging door de patiënt is voor een gezond parodontium en het behoud van het implantaat. Casus van parodontoloog en implantoloog Lodewijk Gründemann.

Na het verlies van een natuurlijk gebitselement wordt er tegenwoordig steeds vaker besloten tot het plaatsen van een tandheelkundig implantaat. Dat betekent ook dat tandheelkundige zorgverleners telkens frequenter geconfronteerd worden met mensen met tandheelkundige implantaten: elke praktijk heeft wel een aantal patiënten met een implantaat. Hoe gaan wij daar mee om?

In het verleden was hier in de opleidingen geen aandacht voor omdat de behandeling immers nog niet een algemene behandeloptie was. Tegenwoordig ligt dit anders en is een implantaat een algemeen goed geworden. Terwijl in het verleden de aandacht met name uit ging naar het voorspelbaar plaatsen van een tandheelkundig implantaat is de hedendaagse uitdaging om een reeds geplaatst implantaat zo lang en ontstekingsvrij mogelijk in de mond te houden.

Mondverzorging op hoog niveau

Vaak wordt er nog van uit gegaan dat wanneer een implantaat geplaatst, het probleem opgelost is. Meestal is dat ook zo, maar niet altijd. De realiteit is dat juist bij een patiënt met een tandheelkundig implantaat de mondverzorging op een hoog niveau behoort te zijn of moet worden gebracht. Hier wringt soms wel eens de schoen. Een tandheelkundig implantaat is eigenlijk niets anders dan een piercing die door de gingiva rechtstreeks in het bot geplaatst wordt, in een vochtige omgeving van 37 graden Celsius vol met bacteriën. Een soort broedstoof.

Richtlijn

Over hoe de nazorg bij een implantaat dient te verlopen daar wordt op dit moment in de opleidingen nog beperkt aandacht aan besteed. De NVvP en de NVOI hebben een aantal jaren geleden de handen ineengeslagen en in gezamenlijkheid daarvoor een duidelijke richtlijn ontwikkeld. Daarin is niet alleen aandacht voor de peri-implantaire nazorg omschreven maar wordt ook gewezen op de noodzaak van implantaire voorzorg. Dat betekent dat er eerst gezorgd dient te worden voor een parodontaal gezonde situatie voordat er geïmplanteerd gaat worden.

Uit onderzoek weten we inmiddels dat het ontstaan van peri-implantitis vaker voorkomt bij personen die gevoelig zijn voor parodontitis, die roken en waarbij de dagelijkse mondhygiëne niet op niveau is. In de nazorg is er een grote taak weggelegd voor het sonderen rond de implantaten om te onderzoeken hoe de conditie van de peri-implantaire weefsel is. Heel kort door de bocht kan gesteld worden dat bij constatering van mucositis (ontsteking rond een implantaat zonder botverlies) dit behandeld kan worden door het instellen / aanleren van een effectieve dagelijkse reiniging rond de restauratie op het implantaat. Wanneer er botverlies rond een implantaat geconstateerd wordt, aan de hand van een solo röntgenfoto, is er sprake van peri-implantitis en dient dit operatief behandeld te worden en is alleen het instellen van een effectieve dagelijkse mondhygiëne niet afdoende. De presentatie van een casus uit de praktijk laat zien wat er op dit moment mogelijk is en maakt duidelijk hoe belangrijk niet alleen een bezoek aan de mondhygiënist is maar dat er met name gefocust dient te worden op het niveau van de dagelijkse verzorging door de patiënt zelf. Ik maak dit regelmatig aan patiënten duidelijk door het behandelen van roest als metafoor te gebruiken:

Wij als zorgverleners kunnen de roest weghalen (plaque en tandsteen). Dan blijft er blank staal over. Of het weer gaat roesten hangt daarna van de verzorging van de patiënt af. Hoe nauwkeuriger en consequenter de patiënt het gebit verzorgt, hoe minder snel het weer zal gaan ontsteken (roesten).

Casus: patiënt met peri-implantitis bij de 21

Een patiënt wordt ingestuurd met peri-implantitis bij de 21. Het implantaat is 10 jaar eerder (in het jaar 2000) extern geplaatst en de uitgevoerde nazorg is gestopt omdat het volgens de behandelaar goed ging. De status met solo opname van het implantaat laat een gegeneraliseerde adulte parodontitis zien met peri-implantitis rond het implantaat 21 (zie status 1+ solo opname, 22 juni 2010)

Status 1

Casus-status-1

Klik hier voor een vergrote versie van de afbeeldingen

Status 2

Besloten is te beginnen met een initiële parodontale behandeling en nog een jaar parkeerfasebehandeling om de mondhygiëne op een hoger niveau te krijgen (gedrag). Bij de evaluatie van de initiële behandeling op 19 januari 2012 constateren we een zo goed als gezond gereduceerd parodontium – met ruimte voor verdere verbetering – en een verbeterde botsituatie rond het implantaat 21 (status 2 + solo opname).

Casus-status-2

Status 3

Op verzoek van de patiënt wordt de nazorg weer in de eigen omgeving voortgezet. Na twee jaar (8 oktober 2014) roepen wij de patiënt op voor controle op stabiliteit en wordt geconstateerd dat de parodontale en peri-implantaire conditie achteruit gaat en dat het niveau van de dagelijkse verzorging niet meer is wat hij was en zou moeten zijn. De verwijzer wordt gevraagd de nazorg aan te passen en te intensiveren: focussen op niveau dagelijkse mondhygiëne / gedragsverandering. Na wederom twee jaar (2 maart 2016) roepen wij de patiënt op voor controle op stabiliteit. Geconstateerd wordt dat de parodontale situatie niet stabiel is, met verhoogde bloeding, pockets en pusafvloed bij het natuurlijk element 15 en het implantaat 21. De botsituatie rond het implantaat is weer iets minder gunstig. (status 3 + solo opname).

Casus-status-3

Besloten wordt niet langer af te wachten en operatief in te grijpen en te werken aan een dagelijks toereikende mondhygiëne (gedragsverandering). Het doel is het peri-implantaire weefsel weer gezond te maken en het bot, voor zo ver mogelijk, te regenereren middels het aanbrengen van humane botkorrels en een bindweefseltransplantaat als membraan. Op de foto’s is duidelijk te zien hoe uitgebreid het verval rond het implantaat is.

Casus---4-x-foto

Status 4

Bij de evaluatie op 11 mei 2017 wordt geconstateerd dat de doelstellingen zijn gehaald en er sprake is van een gezond peri-implantair weefsel met regeneratie van bot rond het implantaat (status 4 + solo opname).

Casus-status-4

Status 5

De nazorg wordt bij ons in de praktijk voortgezet waarbij de focus ligt op de beïnvloeding van het gedrag van de patiënt ten aanzien van de dagelijkse mondverzorging en niet op de reiniging door de zorgverlener. We merken dat het voor zorgverleners best wel eens lastig is om ingesleten gewoontes los te laten en de focus binnen een behandeling om te draaien van curatief naar preventief (gedragsbeïnvloeding). We zijn geneigd om de meeste aandacht te geven aan het sub- en supragingivaal reinigen van het gebit. Het komt bij ons in de praktijk geregeld voor dat de zorgverlener het gebit nauwelijks reinigt en de meeste tijd besteed wordt aan het toepassen van gedragsinterventietechnieken. Te denken valt aan motivational interviewing, goalsetting / planning, motivatie berichten, zelf controle, beeldbellen en de Tell show do methode.
De volgende evaluatie, na twee jaar, laat een stabiel en gezond parodontium / peri-implantair weefsel zien met een voortgaande verbetering van de botsituatie rond het implantaat 21 (status 5 + solo opname).

Casus-status-5

Situatie vóór en na chirurgie

Casus-voor-chirurgie

Situatie 2017 voor chirurgie

Casus-na-chirurgie

Situatie 2 jaar na chirurgie

Nu de situatie stabiel is, verzoekt de patiënt wederom om nazorg in de eigen omgeving. Dit lijkt mij nu geen enkel probleem meer. De patiënt geeft aan dat haar duidelijk is dat de eigen inzet het resultaat op termijn bepaalt. Met de patiënt is afgesproken dat we jaarlijks haar parodontale / peri-implantaire situatie monitoren middels een evaluatie.

5 jaar na chirurgie

Op 28 april 2022, vijf jaar na chirurgie, roepen wij de patiënt weer op en heeft de laatste evaluatie plaatsgevonden. We troffen onderstaande situatie aan.

Casus-5-jaar-na-chirurgie

Casus-laatste-foto

Er is sprake van een gezond gereduceerd parodontium / peri-implantair weefsel bij een erg goede dagelijkse mondhygiëne.
De patiënt, van inmiddels 76 jaar, is erg blij met het resultaat. Op mijn vraag of ze denkt de huidige situatie nu zelf onder controle te kunnen houden reageert ze emotioneel: “ja, absoluut! Ik wil mijn implantaat niet kwijt. Ik ben me nu heel bewust van wat er voor nodig is om mijn gebit goed te houden. Ik ben u daar eeuwig dankbaar voor”.
Mijn voorstel is dat zij de nazorg voort blijft zetten bij haar eigen mondzorgverleners in de buurt van haar woonplaats en bij mij afbehandeld is. Zij is daar zo blij mee dat zij mij vraagt of ze me een knuffel mag geven.

 

Wat kunnen we leren van deze casus?

  1. Niet vanzelfsprekend

    Een leermoment van deze casus is dat het niet vanzelfsprekend is dat de parodontale situatie rond een implantaat stabiel / gezond blijft.

  2. Bewust maken

    Er dient, zowel aandacht besteed te worden aan een stabiel en gezond parodontium voorafgaand aan het implanteren als aandacht aan een strikte parodontale / peri-implantaire nazorg. Daarbij is er een belangrijke rol weggelegd voor het jaarlijks sonderen rond het implantaat (of bij elke nazorg visite) en het regelmatig scoren van de plaque (PI <20%) om de zorgverlener en de patiënt bewust te maken van de staat van het parodontium / peri-implantair weefsel en het niveau van de gehanteerde dagelijkse reiniging.

  3. Zo vroeg mogelijk stadium actie

    Mocht er uiteindelijk toch mucositis of peri-implantitis ontwikkelen dan is het zaak om in een zo vroeg mogelijk stadium actie te ondernemen en te verwijzen zodat er nog kans is om het proces een halt toe te roepen zodat de patiënt nog lang plezier kan hebben van het geplaatste implantaat.

  4. Gedrag

    Het resultaat van ons (curatief) handelen wordt voor een heel groot deel bepaald door het niveau van de dagelijkse verzorging door de patiënt (gedrag). Wat misschien belangrijk is om ons te realiseren is dat het hebben van parodontitis of parodontaal verval een patiënt kenmerk is. Dat gaat niet meer weg. Dat is net zo iets als het hebben van diabetes of hoge bloeddruk. Behandeling daarvan is alleen succesvol als de patiënt zijn leefpatroon aanpast en / of consequent is met de medicatie. Het drie of vier keer per jaar bezoeken van de diabetesverpleegkundige of huisarts zal de (chronisch) aandoening niet doen verdwijnen. Het drie of vier keer per jaar bezoeken van de tandheelkundig zorgverlener zal het parodontaal / peri-implantair (dentaal) verval niet stoppen, hooguit remmen. De dagelijkse inzet van de patiënt zorgt voor ons succes; een stabiel, gezond, (gereduceerd) parodontium / peri-implantair weefsel. Het advies is dan ook (ongeveer) de helft van de behandeltijd te besteden aan het ondersteunen van de patiënt in het verkrijgen of onderhouden van een optimale mondhygiëne en motivatie.

Klik hier voor een vergrote versie van de afbeeldingen

Door:
Lodewijk Gründemann, parodontoloog en implantoloog bij Parodontologie Praktijk Friesland

Bekijk ook www.dentalcoach.app

Dental Coach is het tandheelkundige e-health preventieprogramma met een app voor het optimaliseren van de mondgezondheid.

 

 

Lees meer over: Casus, Kennis
Beeldvorming helpt bij diagnose en behandeling van oogcellulitis veroorzaakt door tandabces

Casus: Beeldvorming helpt bij diagnose en behandeling van oogcellulitis veroorzaakt door tandabces

Beeldvorming heeft geholpen bij de diagnose en behandeling van een tweejarig meisje dat de levensbedreigende aandoening orbitale cellulitis ontwikkelde als gevolg van een tandabces. Deze casus, gepubliceerd in Cureus, benadrukt het belang van eerstelijnstandzorg bij kinderen: een gebrek aan zorg kan fatale complicaties tot gevolg hebben.

Mogelijk levensbedreigend

Pediatrische orbitale cellulitis is een mogelijke gezichts- en levensbedreigende aandoening. De ernstige infectie bij kinderen kan leiden tot aanzienlijke complicaties als blindheid, meningitis en hersenabces. Van de patiënten met deze aandoening stierf 17% aan meningitis en had 20% van de overlevenden permanent gezichtsverlies. Het is dus erg belangrijk om orbitale cellulitis snel vast te stellen en vroeg te behandelen.

Zeldzame complicatie van tandinfectie

Staphylococcus- en Streptococcus-soorten en Haemophilus influenzae zijn de meest voorkomende soorten bacteriën die verantwoordelijk zijn voor de aandoening, en sinusitis en trauma zijn de meest voorkomende risicofactoren ervoor. Het is echter ook een zeldzame complicatie van een tandinfectie.

Tweejarig meisje

Een groep artsen van de University of Science Malaysia School of Medical Sciences beschrijft het geval van een tweejarig meisje dat naar het ziekenhuis werd gebracht na lichte koorts en progressieve periorbitale zwelling aan de linkerkant gedurende drie dagen. De zwelling verscheen eerst in de linkerbovenhoek en strekte zich uit naar de wang en het linker onderooglid. Ze had geen geschiedenis van trauma en haar oog was niet rood of waterig.
Het meisje was actief en had stabiele vitale functies. Alle oogonderzoeken waren normaal en haar ooguitstrijkje en bloedkweken waren negatief. De patiënt werd opgenomen en behandeld voor preseptale cellulitis met intraveneuze antibiotica en een antibioticumcrème voor haar oog.

Beeldvorming toont abces

Op de derde dag na de opname verslechterde de toestand. Tandheelkundig onderzoek toonde volgens de auteurs meerdere tandcariës, zwelling van het tandvlees en een abces, en twee losse melktanden aan. Contrastversterkte computertomografie (CECT) van de oogkas, het paranasale gebied en de hersenen vertoonden een linker periostale abcescollectie aan die zich uitstrekte tot het inferomediale gebied van de oogkas.

Mogelijke bron van infectie

Onder algemene anesthesie werden vervolgens een tandheelkundig onderzoek en tandextractie uitgevoerd. Tijdens het onderzoek ontdekte de tandarts een abces in de linkerbovenhoek van het tandvlees, mogelijk de bron van de infectie die vervolgens naar haar oog en sinussen ging, volgens de auteurs. Na een week van intraveneuze antibiotica nam de zwelling van het meisje af en werd ze ontslagen.

Bewustwording mogelijke verspreiding infectie belangrijk

De casus toont aan dat beeldvorming cruciaal is voor het diagnosticeren en behandelen van orbitale ontsteking, vooral wanneer de aandoening verslechtert. Ook werpt het een licht op een zeldzame complicatie van een tandinfectie. “Bewustwording van de mogelijke verspreiding van odontogene infectie naar de oogkas is buitengewoon belangrijk, zodat een krachtige behandeling zo vroeg mogelijk kan beginnen”, schrijven de auteurs.

Eerstelijns tandzorg belangrijk bij kinderen

Tenslotte benadrukt dit geval het belang van eerstelijns tandzorg bij kinderen. Volgens de auteurs kan “een gebrek aan zorg leiden tot verspreiding op afstand van de infectie en daarmee samenhangende complicaties, zoals verlies van gezichtsvermogen en overlijden”.

Bron:
Cureus

Lees meer over: Casus, Kennis, Röntgen | Digitale tandheelkunde, Thema A-Z
Casus: Getrokken derde molaar veroorzaakt gevaarlijk longabces bij gezonde 45-jarige man

Casus: Getrokken derde molaar veroorzaakt gevaarlijk longabces bij gezonde 45-jarige man

Een gezonde 45-jarige man kreeg een gigantisch levensbedreigend longabces na een verstandskiesextractie. Hoewel hij na twee maanden herstelde benadrukt de casus, gepubliceerd in Chest, het belang van het monitoren van patiënten op tekenen van infectie na tandextracties – ook als ze immunocompetent zijn, een goede mondhygiëne hebben en na de operatie behandeld worden met antibiotica.

Complicaties door orale bacteriën

Tussen 60% en 80% van de gevallen van longabces wordt veroorzaakt door anaerobe bacteriën, met name Peptostreptococcus, Bacteroides, Prevotella en Fusobacterium-soorten, die worden gedetecteerd als normale orale flora. Tandextracties en een slechte mondgezondheid verhogen het aantal orale bacteriën en het risico van een persoon om een longabces te ontwikkelen. Als zo’n abces niet wordt behandeld kan dit complicaties veroorzaken waaronder empyeem, bloedingen en overlijden.

45-jarige Japanse man

De casus beschrijft een 45-jarige Japanse man die twee dagen na een verstandskiesextractie pijn op de borst kreeg aan zijn rechterkant. Twee weken later ging hij naar het ziekenhuis omdat hij aanhoudende koorts en ademhalingsmoeilijkheden had. Ook had hij last van hoesten en etterend sputum, schrijven de auteurs van het Saga University Hospital in Japan.

Onopvallende medische geschiedenis

De medische geschiedenis van de man was onopvallend en bij een medische controle twee maanden voor het ziekenhuisbezoek werden geen afwijkingen ontdekt. Daarnaast ging de man twee keer per jaar naar de tandarts en had hij geen cariës.

Tandextractie met antibiotica

Tijdens de ziekenhuisevaluatie merkte de patiënt op dat er een derde molaar was getrokken waarna hij vijf dagen antibiotica voorgeschreven had gekregen. Er was een lichte ontsteking in het tandvlees in de buurt van de extractieplaats, maar er waren geen tekenen van infectie op het moment van extractie, aldus de auteurs.

Mondholtebacteriën in vloeistof uit thorax

Ademhalingsgeluiden waren zwak aan de rechterkant van de man en aan zijn linkerkant was gekraak te horen. Een thoraxfoto toonde verminderde doorlaatbaarheid en een vloeistof aan de rechterkant en lichte infiltratie aan de linkerkant. Na het plaatsen van een thoraxslang werd 1200 ml van een troebele vloeistof met vieze geur verwijderd. Vloeistofmonsters testten positief voor verschillende bacteriën die de mondholte koloniseren.

Herstel na twee maanden behandeling

De man werd onder mechanische beademing behandeld met een combinatie van verschillende antibiotica. Na tien dagen werd de tracheostomiebuis verwijderd en werd hij van de beademing gehaald. De man herstelde van ademhalingsfalen en werd ontslagen na twee maanden behandeling met antibiotica. Op dat moment toonden zijn thoraxfoto’s en computertomografie (CT) -scans een vermindering van de holte aan de rechterkant, met resterende infiltratie aan de linkerkant.

Studie met meer patiënten nodig

Omdat de frequentie en het typische klinische verloop van gigantische longabcessen na routinematige extractie van verstandskies onduidelijk zijn, zouden volgens de auteurs toekomstige studies met meer patiënten moeten worden uitgevoerd.

Duidelijk oorzakelijk verband tandextractie en longabces

Desalniettemin toonden de “gegevens duidelijk een oorzakelijk verband tussen tandextractie en het longabces, vanwege het optreden van symptomen na tandextractie met pathologische identificatie van orale bacteriën in het longabces”, schreven ze. “Snel overleg en onderzoek zijn nodig wanneer koorts en luchtwegsymptomen optreden na het trekken van tanden, zelfs bij een patiënt die na een operatie onder schone tandheelkundige omstandigheden met antibiotica wordt behandeld”.

Bron:
Chest 

 

 

Lees meer over: Casus, Kennis
Tandheelkundig implantaat veroorzaakt levensbedreigende bloedingen

Tandheelkundig implantaat veroorzaakt levensbedreigende bloedingen

Een jonge vrouw kreeg wekenlang zeldzame, levensbedreigende perioden van mondbloeding na het blootleggen van een tandheelkundig implantaat. De episodes werden uiteindelijk met succes behandeld door de embolisatie van een slagader, schrijven artsen in Clinical Implant Dentistry and Related Research.

Meestal kleine complicatie

Postoperatieve intraorale bloeding is meestal een kleine, zeldzame complicatie van implantaatchirugie. In de meeste gevallen is het bloeden gemakkelijk onder controle te houden. Desondanks kunnen alsnog levensbedreigende situaties ontstaan, die doorgaans verband houden met mandibulaire implantaten.

Vaak tot kort na operatie

Als het gebeurt, treedt bloeding tijdens implantaatplaatsingen vaak op tijdens de procedure of tot zeven uur na de operatie. In eerdere gevallen toen bloeding optrad was deze in de voorste bovenkaak en te wijten aan schade aan de sublinguale of submentale slagader. In het huidige casus is dat niet het geval, schrijven twee artsen van King’s College uit Londen.

Meer dan 40 bloedingsepisodes

In het rapport beschrijven ze een vrouw die de spoedeisende hulp bezocht na meer dan veertig bloedingsepisodes. Hieronder waren drie significante voorvallen van intraorale bloeding gedurende twee weken na het blootleggen van een tandheelkundig implantaat in de rechterbovenkant. Uiteindelijk zou de vrouw drie keer in het ziekenhuis terecht komen.

Behandelingen stoppen bloedingen slechts tijdelijk

Vier maanden eerder had de patiënt een sinusliftoperatie en een implantaat gekregen. Ze had juveniele parodontitis en hypodontie, maar geen andere gezondheidsproblemen. Conventionele lokale en systemische behandelingen konden de bloedingen slechts tijdelijk stoppen, voor maximaal zes dagen.

Slechte toestand

De eerste keer in het ziekenhuis daalde de bloeddruk en hartslag van de patiënt ernstig en wegens een geschat bloedverlies van 1,5 / 2 l kreeg ze vier eenheden bloed en vier eenheden plasma toegediend, schreven de auteurs.

Geen actieve bloeding op beeldvorming

Na de transfusie onderging de patiënt computertomografie-angiografie maar dit bracht geen actieve bloeding aan het licht. Een dag later vertoonde digitale subtractie-angiografie (DSA) van de rechter externe halsslagader ook geen bloeding of vasculaire misvorming. Artsen brachten fibrine-afdichtmiddel distaal van het implantaat aan, met hechting van de gingivaflap, en er werd een andere afdekplaat aangebracht.

Morfologische verandering in slagader

Vijf dagen later ging ze weer naar het ziekenhuis met bloedingen, en DSA onthulde een morfologische verandering in de grotere neergaande palatinale slagader met intra-alveolaire vaten die zicht dicht bij het implantaat bevonden. Hierop werd een embolisatie van de slagader gepland.

Succesvolle embolisatie

Op de ochtend van de geplande embolisatie ervoer de vrouw haar derde episode van aanzienlijke bloeding. Later op de dag kon de embolisatieprocedure rustig en met succes worden uitgevoerd. Zeven maanden later wordt de patiënt nog steeds gevolgd maar zijn geen verdere bloedingen voorgekomen.

Juveniele parodontitis

Als gevolg van plaatselijke juveniele parodontitis had de vrouw tandverlies in alle vier de kwadranten van haar mond. Haar tandverlies kan de morfologische verandering in haar palatinale slagader verklaren, volgens de auteurs. Eerder onderzoek suggereerde namelijk dat tandverlies veranderingen in de vasculaire anatomie veroorzaakt.

“Pas op voor vertraagde complicaties, ongewone bloedingsplaatsen (bijv. de bovenkaak) en mogelijke anatomische variaties na tandverlies”, waarschuwen de auteurs.

Bron:
Clinical Implant Dentistry and Related Research

 

 

Lees meer over: Casus, Implantologie, Kennis, Thema A-Z
Casus Vrouw krijgt gevoel in mond terug na directe zenuwreparatie tijdens kaakoperatie

Casus: Vrouw krijgt gevoel in mond terug na directe zenuwreparatie tijdens kaakoperatie

Een vrouw in Japan kan na 15 maanden weer pijn en temperatuur in haar mond voelen dankzij de reparatie van haar alveolaire zenuw. Deze was beschadigd tijdens een kaakoperatie, wordt beschreven in een casusrapport in het Journal of Oral and Maxillofacial Surgery, Medicine, and Pathology.

Bekende risico’s

Een bilaterale sagittale gespleten osteotomie is een type kaakoperatie waarbij de onderkaak naar voren of achteren wordt bewogen om de uitlijning van de tanden te verbeteren. Breuken, overmatig bloeden of zenuwschade zijn bekende risico’s van de procedure. Hoewel dit laatste een goed gedocumenteerde complicatie is en medische professionals het erover eens zijn dat vroege herstel betere resultaten oplevert, is er weinig bewijs dat resultaten van onmiddellijke reparatie beschrijft.

Zenuw doorgesneden tijdens kaakoperatie

In augustus 2019 onderging een twintigjarige vrouw een bilaterale sagittale gespleten osteotomie onder algehele anesthesie om haar uitstekende onderkaak te behandelen. Tijdens de procedure bevestigden chirurgen dat haar inferieure alveolaire zenuw volledig was doorgesneden. Deze zenuw geeft gevoel aan de ondertanden. Ze reorganiseerden haar behandelplan zodat de chirurgen de zenuw onmiddellijk konden herstellen, schrijft een groep van het Tokyo Dental College.

Beter zicht op zenuw

Eerst werd de gespleten osteotomiestomp van het distale segment van de rechterkant van de kaak verwijderd om beter zicht op de distale inferieure alveolaire zenuw te krijgen. Vervolgens hechtten clinici de zenuwstomp en verwijderden ze het rechter distale deel van het buccale corticale bot om een beter zicht te krijgen op de proximale zijde van de zenuw.

Reparatie voor fixatie

Omdat het verplaatsen van de kaak ertoe zou kunnen leiden dat de zenuwherverbinding mislukt, hebben ze de zenuw gerepareerd voordat de intermaxillaire fixatie werd uitgevoerd. Na het hechten werd het gerepareerde gedeelte beschermd met polyglycolzuursheets.

Geen afwijkingen

Ten slotte plaatsten de chirurgen het verwijderde distale corticale bot terug. Ze controleerden de mondopening en occlusie van de vrouw na het verwijderen van de draden en sluiten van de wond. Röntgenfoto’s gemaakt na de procedures toonden geen afwijkingen.

27 injecties

Tijdens de procedure werd de vrouw 27 keer geïnjecteerd met een verdovend middel. Aangenomen wordt dat dit het eerste rapport is waarin neurosensorische stoornissen worden geëvalueerd na onmiddellijke reparatie van deze doorgesneden tandzenuw met behulp van een polyglycolzuursheet en stellaat ganglionblok.

Gevoel terug na vijftien maanden

Na de operatie kreeg ze nog twee weken medicatie voorgeschreven, en gedurende zes maanden erna moest de patiënt vitamine B12 innemen. Direct na de operatie reageerde de rechter tandzenuw van de vrouw niet op pijn of temperatuur. Bij een test na zes maanden begon ze wat gevoel te krijgen en daarna bleef het verbeteren. Volgens de auteurs waren de sensaties van druk, pijn en temperatuur na vijftien maanden hersteld tot het preoperatieve niveau.

Bron:
Journal of Oral and Maxillofacial Surgery, Medicine, and Pathology 

 

 

Lees meer over: Casus, Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
Casus: Eerste bekende geval van trombose van de vena jugularis interna gelinkt aan orale bacterie G. adiacens

Casus: Eerste bekende geval van trombose van de vena jugularis interna gelinkt aan orale bacterie G. adiacens

De orale bacterie Granulicatella adiacens veroorzaakte trombose van de vena jugularis interna (IJV) bij een man met slechte mondhygiëne en parodontitis. De auteurs van een casusrapport in BMJ Case Reports geloven dat dit het eerste geval is waarbij IJV-trombose wordt geassocieerd met G. adiacens.

Lemierre-syndroom

Deze soort trombose wordt meestal veroorzaakt door normale orofaryngeale flora, meestal Fusobacterium necrophorum. Als dit het geval is wordt dit het Lemierre-syndroom genoemd. De aandoening is vaak het gevolg van hoofd- en nekinfecties en primaire tandinfecties. G. adiacens is een variant streptococcus die van nature voorkomt in tandplak en endodontische infecties en tandabcessen kan veroorzaken.

58-jarige man

De casus betreft een 58-jarige man die met lithium werd behandeld voor een bipolaire stoornis. Nadat hij buiten bewustzijn op de grond van zijn huis was gevonden werd hij naar het ziekenhuis gebracht. De man had geen relevante medische geschiedenis, zag er ziek uit en had koorts.

Slechte mondhygiëne

Hoewel uit tandheelkundig onderzoek bleek dat de patiënt een slechte mondhygiëne en parodontitis had waren er geen tekenen van faryngitis of tonsillitis en er werd geen zwelling of erytheem in zijn nek waargenomen. De eerste bloedtesten lieten verhoogde inflammatoire markers en een verminderde nierfunctie zien.

G. adiacens in het bloed

Nadat bij de man lithiumvergiftiging was vastgesteld onderging hij hemodialyse. Omdat clinici dachten dat hij mogelijk septische encefalopathie had, waren en bloedmonsters genomen. Na drie dagen incubatie werd G. adiacens geïdentificeerd.

Trombose en abcessen

Om de oorsprong van de infectie te identificeren werd een pan-scan computertomografie (CT)-onderzoek met contrast uitgevoerd. Hierdoor werden trombose van de linker cervicale ader, meerdere intramusculaire gluteale abcessen rond het trochantergebied van het linkerdijbeen en een longembolie gevonden. Hij had geen andere focale infectieplaatsen in zijn mondholte en geen vegetatie of klepstoornissen, volgens de auteurs.

Behandeling met antibiotica

De clinici vermoedden dat G. adiacens de infectie in de mond had verspreid naar de IJV waardoor de septische metastasen in de long- en gluteale spieren waren veroorzaakt. Ze besloten hem langdurig met antibiotica te behandelen totdat de abcessen en tromboflebitis waren verdwenen.

Incisie en drainage

Op dag 40 toonde een CT-scan aan dat de longembolie verdwenen was. De trombus van de linker cervicale ader was echter niet kleiner geworden en de abcessen rond zijn linkerdijbeen waren groter. Dit vereiste incisie en drainage, waarna de edoxabantherapie werd gestart.

Beperkte geneesmiddeldiffusie

Ruim twee weken later bleek uit een nieuwe CT-scan dat de trombus en abcessen waren verdwenen. Desalniettemin toonde een MRI-scan op dag 90 gebieden met beperkte geneesmiddeldiffusie rond het trochantergebied van het linkerdijbeen. Daarom werd voortzetting van antibiotica voorgeschreven door geraadpleegde radiologen en microbiologen.

Opname voor psychiatrische zorg

Uiteindelijk werd de man na 98 dagen uit het ziekenhuis ontslagen. Hij kreeg voor nog twee weken amoxicilline voorgeschreven en langdurige toediening van edoxaban. Ook werd de patiënt voor uitgebreide psychiatrische zorg naar een ander ziekenhuis gestuurd.

Complicaties van orale aandoeningen

De casus geeft aan dat clinici moeten weten dat orale bacteriën tal van medische aandoeningen kunnen veroorzaken. “In gevallen van [bacteriëmie] veroorzaakt door orale microflora moeten we ons ervan bewust zijn dat deze organismen IJV-tromboflebitis kunnen veroorzaken met complicaties van meerdere metastasen naar andere organen”, schreven ze.

Bron:
BMJ Case Reports

 

 

Lees meer over: Casus, Kennis, Parodontologie, Thema A-Z
Casus: Tandextractie na COVID-19-infectie leidt tot gezichtsverlies bij 69-jarige man

Casus: Tandextractie na COVID-19-infectie leidt tot gezichtsverlies bij 69-jarige man

Een recent casusrapport beschrijft een incident waarbij een diabetische, van COVID-19 herstelde patiënt het gezichtsvermogen aan één oog verloor nadat een tandextractie leidde tot de ontwikkeling van caverneuze sinustrombose. De auteurs pleiten daarom in het Journal of Oral and Maxillofacial Surgery voor het uitstellen van kleine tandheelkundige ingrepen vlak nadat een persoon hersteld is van COVID-19.

Ziekenhuisopname door COVID-19-infectie

De auteurs van de Beni-Suef University in Egypte beschrijven in het verslag het geval van een 69-jarige man met diabetes die in het ziekenhuis werd opgenomen met corona. Na een behandeling van zeven dagen met steroïden, intraveneuze antibiotica en vloeistoffen, antivirale middelen en anticoagulentia verbeterde de gezondheid van de patiënt aanzienlijk. Vijf dagen later testte hij negatief op SARS-CoV-2 en werd hij ontslagen uit het ziekenhuis. Op dat moment kreeg hij te horen dat hij dagelijks een antistollingsmiddel moest blijven gebruiken.

Pijn in gebroken tweede molaar

Twaalf dagen na ontslag kreeg de man pijn in een gebroken rechter maxillaire tweede molaar. Een algemene tandarts beoordeelde zijn medische geschiedenis en diagnosticeerde een achtergebleven wortel in de rechter bovenkaak. De tandarts besloot dat het alleen een routinematige extractie vereiste, zonder profylactische antibiotica voor te schrijven of het D-dimeerniveau van de man te controleren, een aanduiding voor mogelijk diepe veneuze trombose.

Trombose na extractie

Na de extractie kreeg de patiënt hevige hoofdpijn en verstoorde bewustzijnsniveaus. Terug in het ziekenhuis werd hij opgenomen op de intensive care. Een magnetic resonance venogram (MRV) van de hersenen onthulde caverneuze sinustrombose en sinusitis in de rechter maxillaire en wigvormige sinussen, schreven de auteurs.

Moeite om oog te bewegen

De patiënt werd negen dagen behandeld en een vervolgonderzoek van de MRV van de hersenen toonde aan dat zijn transversale en sigmoïde veneuze trombose was verbeterd. Toen de man zou worden ontslagen meldde hij echter dat hij een grote, stevige zwelling in zijn rechterwang had en moeite had om zijn rechteroog in alle richtingen te bewegen.

Zicht in rechteroog niet hersteld

Een klinisch onderzoek wees uit dat de man een intra-orale infectie van de infraorbitale ruimte had met extraorale zwelling van de buccale ruimte aan de rechterkant. Door een oogarts werd de diagnose van caverneuze sinustrombose bevestigd. De man onderging een functionele endoscopische sinusoperatie en zijn hoektandruimte werd leeggemaakt. Hoewel hij herstelde van de caverneuze sinustrombose en zijn oog- en ooglidbewegingen verbeterden, verloor hij het zicht in zijn rechteroog.

Meer dan griepachtige symptomen

Naast het veroorzaken van griepachtige symptomen, ademnood en meer, kan COVID-19 volgens de auteurs endotheliale ontsteking en hypercoagulabiliteit veroorzaken. Dit verergert de bestaande endotheeldisfunctie bij patiënten met diabetes en zorgt voor een hoger risico op agressieve trombose, voegde ze eraan toe.

Overweeg om kleine operaties uit te stellen

Clinici moeten daarom overwegen om kleine kaakoperaties bij diabetespatiënten met een SARS-CoV-2-infectie tot acht tot twaalf weken na herstel uit te stellen. Gedurende drie maanden na herstel van COVID-19 moeten patiënten vóór een chirurgische ingreep worden getest op indicatoren van bloedstolsels. Ondertussen moet elke verandering in het antistollingsregime van de patiënt worden aangepakt door de behandelend arts. Ook zou een profylactisch antibioticum moeten worden overwogen voorafgaand aan het trekken van tanden om agressieve infecties te voorkomen.

Klinisch onderzoek loopt

Hoewel de auteurs schrijven dat de aanbevelingen slechts hun mening zijn wachten ze op de resultaten van klinische proeven om op bewijs gebaseerde regelgeving te bieden. “Concluderend, de COVID-19-infectie en DM [diabetes mellitus] vertegenwoordigen twee wereldwijde pandemieën, waarbij, wanneer gecombineerd, de patiënten vatbaar zijn voor agressieve ontstekingsreacties en morbide trombose”, schreven ze.

Bron:
Journal of Oral and Maxillofacial Surgery

 

 

Lees meer over: Casus, Corona, Kennis, Thema A-Z
tand trekken - verstandskies

Vroege interventie redt leven van 18-jarige met syndroom van Lemierre na extractie verstandskiezen

Beeldvorming en vroege antibiotische interventie hebben het leven gered van een 18-jarige man in Kansas. Na extractie van verstandskiezen werd de ‘vergeten ziekte’ het Lemierre-syndroom gediagnosticeerd – een mogelijk levensgevaarlijke trombose van de halsader.

Bloedvergiftiging met sterftecijfer van 18%

Het syndroom van Lemierre is een vorm van bloedvergiftiging die gewoonlijk wordt veroorzaakt door Fusobacterium necrophorum, wat leidt tot een uitgezaaide infectie met een sterftecijfer van 18%. Het werd eerst beschreven in 1935 maar komt na het ontdekken van de meeste antibioticaklassen tegenwoordig zelden meer voor. Meestal wordt het syndroom veroorzaakt door orofaryngale infecties als tonsillitis en mastoïditis, maar soms ook uit een tandheelkundige infectie na het trekken van tanden zoals in dit geval.

18-jarige met misselijkheid en kaakklachten

Een groep onder leiding van Dr. Aarati Keshary van de University of Kansas School of Medicine beschrijft in Cureus Journal of Medical Science de casus van een 18-jarige man. Na een driedaagse geschiedenis van misselijkheid en braken die begon met pijn en zwelling in zijn linker kaak meldde hij zich bij de artsen. Zijn medische geschiedenis was onopvallend maar zijn verstandskiezen waren 20 dagen eerder verwijderd.

Bloedonderzoek

Naast een rode en gezwollen kaak had de man een snelle hartslag en een lage bloeddruk maar geen koorts. Uit onderzoek bleek dat hij last had van diffuse pijn in de onderbuik en in het linker kwadrant. Bloedtesten wezen uit dat de patiënt leukocytose had van 30,0×103 mg/µl met 35% banden, verhoogd creatinine van 2,64 mg/dl en melkzuurconcentratie van 2,3mEq/l. Het stollingsprofiel vertoonde een international normalised ratio (INR) van 1,5 en een partiële tromboplastinetijd van 39,5 seconden. De rest van het bloedonderzoek was onopvallend.

Opname in het ziekenhuis

Verschillende CT-scans lieten een bilaterale extractie van maxillaire en mandibulaire kiezen, bilaterale cervicale lymfadenopathie, een vergrote milt en een paar kleine knobbels in zijn mesenterium zien. Na het toedienen van intraveneuze antibiotica werd de man opgenomen voor verdere evaluatie.

Situatie verslechtert maar patiënt overleeft

Op de derde dag in het ziekenhuis werd ernstig acuut hypoxisch ademhalingsfalen vastgesteld en werd hij geïntubeerd. De toestand van de patiënt verslechterde snel en hij ontwikkelde een septische shock en falen van meerdere organen. Zijn bloed testte positief voor F. necrophorum en resultaten uit verdere CT(A)-scans, echo en röntgenfoto’s duidden op septische longembolieën. Een vaatchirurg adviseerde om de toestand te behandelen zonder operatie.

Uiteindelijk verbeterde de situatie van de tiener en na twaalf dagen in het ziekenhuis werd hij ontslagen. Tijdens een follow-up bleek uit een CT-scan dat de kaak een periostale reactie had die moest worden behandeld met een antibioticum. Een maand na ontslag waren de pulmonale infiltratie en oppervlakkige interne trombose van de halsader verdwenen en was de osteomyelitis van de linker onderkaak verbeterd.

Vroegtijdige interventie essentieel

Volgens de auteurs is vroegtijdige diagnose en interventie de sleutel tot behandeling van het syndroom van Lemierre. “De aanwezigheid van een odontogene infectie met verergering van pijn en zwelling van de nek zou hoge argwaan moeten wekken om de nodige bloedkweken en beeldvorming te verkrijgen voor een vroege diagnose. […] Gezien het hoge sterftecijfer is snelle beeldvorming cruciaal, en er mag geen vertraging zijn bij de start van de antibioticabehandeling”, schreven ze.

Bron:
Cureus Journal of Medical Science

Lees meer over: Casus, Kennis