taakherschikking

Met ingang van 1 juli 2025 stopt het experiment geregistreerd-mondhygiënist

Met het stoppen van het experiment vervalt de BIG-registratie van deelnemende mondhygiënisten. Daarnaast vervalt de volledige zelfstandige bevoegdheid voor het geven van anesthesie en het boren van primaire cariës (ten behoeve van het restaureren) en het maken van röntgenfoto’s.

Tijdens het debat in de Tweede Kamer op 19 december 2024 over het toekennen van de drie zelfstandige bevoegdheden aan mondhygiënisten werd een motie aangenomen. Uit deze motie volgde een verzoek van de Tweede Kamer aan het ministerie van VWS om het Zorginstituut Nederland een opdracht te geven om het beroep van mondhygiënist te laten toetsen voor regulering in het zware regime van de Wet BIG. Toenmalig Minister Agema van VWS gaf aan het oordeel van de Tweede Kamer te zullen volgen. De motie werd ingediend door Tweede Kamerleden Mariska Rikkers-Oosterkamp (BBB) en Judith Tielen (VVD) om het besluit van VWS ongedaan te maken en de mondhygiënisten de zelfstandige bevoegdheid voor de drie voorbehouden handelingen te verlenen. De status van dit vervolgonderzoek is momenteel niet bekend.

Wat betekent het stoppen van het experiment feitelijk voor mondhygiënisten in de praktijk?

Mondhygiënisten zijn vanaf 1 juli 2025 weer functioneel zelfstandig bevoegd voor het geven van anesthesie en het prepareren van primaire cariës, dus na opdracht van de tandarts.

Voor een deel van onze leden betekent dit weer terug naar hoe het geweest is voor het experiment. Voor diegenen die zijn afgestudeerd tijdens het experiment, betekent het een nieuwe manier van werken met een functioneel zelfstandige bevoegdheid, waarmee zij nog niet eerder hebben gewerkt.

NVM-mondhygiënisten heeft een informatiedocument stoppen experiment ontwikkeld, waarin je veel informatie leest over het stoppen van het experiment en de functioneel zelfstandige bevoegdheid. Daarnaast vind je een veelgestelde vragenlijst, waarin je veel vragen en antwoorden vindt, waarmee we je hopelijk op weg helpen. Tot slot is er een “modelformulier opdracht” gemaakt, waarmee je de opdracht met een tandarts goed kunt vastleggen.

Meer informatie en de toolkit vind je hier

Bekijk hieronder het webinar: Stoppen experiment van NVM-mondhygiënisten

 

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
NVM-mondhygiënisten overhandigt petitie aan de Tweede Kamer

NVM-mondhygiënisten overhandigt petitie aan de Tweede Kamer: Volgende stap verlenen zelfstandige bevoegdheid mondhygiënisten

Op 14 januari biedt de voorzitter van NVM-mondhygiënisten de petitie “Laat mondhygiënisten doen waarvoor ze opgeleid zijn” aan de voorzitter en leden van de commissie VWS van de Tweede Kamer aan. Met een brede meerderheid in de Tweede Kamer is de motie Rikkers-Oosterkamp/Thielen aangenomen. Deze motie houdt in dat de Tweede Kamer het ministerie van VWS oproept om een opdracht te geven aan het Zorginstituut Nederland om het beroep mondhygiënist te toetsen voor regulering in het zware regime van de Wet BIG.

“Mooi dat de Tweede Kamer heeft ingestemd met de motie in het belang van de preventie mondzorg, maar we zijn er nog niet. Boven het hoofd van de geregistreerde-mondhygiënist hangt op 1 juli 2025 nog steeds het zwaard van Damocles van 1 juli 2025. Dan stopt formeel de looptijd van het experiment en is er nog steeds geen duidelijkheid voor patiënten, collega mondzorgverleners en de mondhygiënisten zelf. Het kan toch niet zo zijn dat er nog geen formeel besluit is genomen en de bevoegdheid van de geregistreerd-mondhygiënist afloopt? Zo lang er geen formele uitspraak ligt is het onwenselijk en zeer verwarrend om de verworven bevoegdheden wellicht tijdelijk te beëindigen,” aldus Loes Velthoven-Verlinden, voorzitter NVM-mondhygiënisten.

Petitie door leden

Juist de verontwaardiging over dit besluit heeft één van de leden van NVM-mondhygiënisten gemotiveerd om een petitie te starten, die reeds meer dan 4000 maal ondertekend is door een brede achterban van mondhygiënisten en collega-mondzorgverleners. Kamle Mantel, mondhygiënist uit Groningen: “Met het Experiment Tijdelijke Zelfstandige Bevoegdheid Mondhygiënisten kregen wij de kans om onze bekwaamheid te bewijzen. Dat is met vlag en wimpel geslaagd! Nu wordt het experiment ingetrokken, daar zijn wij het absoluut niet mee eens.” Hiermee vertolkt ze het geluid van onze achterban en heeft Kamle Mantel onze leden en vele anderen op sleeptouw genomen, om deze petitie te ondertekenen.

 

 

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
experiment met taakherschikking

Tweede Kamer neemt motie experiment mondhygiënist aan: Zorginstituut gaat vervolgonderzoek doen

Tijdens het debat in de Tweede Kamer op 19 december over het toekennen van de drie zelfstandige bevoegdheden aan mondhygiënisten is een motie aangenomen. Uit deze motie volgt een verzoek van de Tweede Kamer aan het ministerie van VWS om het Zorginstituut Nederland een opdracht te geven om het beroep van mondhygiënist te laten toetsen voor regulering in het zware regime van de Wet BIG.

Minister Agema van VWS heeft aangegeven het oordeel van de Tweede Kamer te zullen volgen. De motie werd ingediend door Tweede Kamerleden Mariska Rikkers-Oosterkamp (BBB) en Judith Tielen (VVD) om het besluit van VWS ongedaan te maken en de mondhygiënisten de zelfstandige bevoegdheid voor de drie voorbehouden handelingen te verlenen.

NVM-mondhygiënisten: “Goed nieuws”

“Goed nieuws voor de mondhygiënisten! Mooi dat de Tweede Kamer het positieve evaluatierapport van MUMC+ op waarde heeft geschat, en groen licht heeft gegeven voor een vervolgstap in de verlening van het zelfstandig functioneren van de mondhygiënisten in het kader van de wet BIG.”, aldus Loes Velthoven-Verlinden, voorzitter NVM-mondhygiënisten.

KNMT beraadt zich op vervolgstappen

De KNMT zegt zich te beraden op vervolgstappen. “Voorafgaand aan en ook nog tijdens het debat heeft ons bestuur in verschillende contacten met Tweede Kamerleden en ambtenaren onze zienswijze naar voren gebracht. We analyseren nu de uitkomst van het besluit van de Tweede Kamer en beraden ons op te nemen vervolgstappen.”

Experiment tot 1 juli 2025

Het Experiment Tijdelijke zelfstandige bevoegdheid mondhygiënisten startte op 1 juli 2020 en loopt tot 1 juli 2025. Tijdens het experiment mag een deel van de mondhygiënisten zonder tussenkomst van een tandarts primaire caviteiten boren, verdoving toedienen en röntgenfoto’s maken. Ook is het tuchtrecht van toepassing voor deze mondhygiënisten.
Hoe lang het traject bij Zorginstituut Nederland gaat duren is ook nog niet bekend.

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
taakherschikking 400 230

Besluitvorming experiment zelfstandige bevoegdheid mondhygiënisten: KNMT vraagt Tweede Kamer om steun | NVM-mondhygiënisten dient een WOO-verzoek in om alle documenten in te zien

Het Ministerie van VWS besloot onlangs om het Experiment Tijdelijke zelfstandige bevoegdheid mondhygiënisten geen vervolg te geven. De KNMT vraagt de Tweede Kamer nu om steun terwijl NVM-mondhygiënisten verbijsterd is en een WOO-verzoek indiende om alle documenten over de besluitvorming in te zien.

Onderzoek

“Wij onderschrijven de conclusie van de minister dat het onderzoek naar de resultaten van het experiment onvoldoende bewijs levert dat de uitbreiding van de zelfstandige bevoegdheid van mondhygiënisten om zonder tussenkomst van een tandarts kleine gaatjes te boren, verdoving toe te dienen en röntgenfoto’s te maken significant tijd en kosten bespaart”, schrijft de KNMT.
Bekijk de brief die de KNMT schreef aan de Tweede Kamer

WOO-verzoek

NVM-mondhygiënisten is verbijsterd en verontwaardigd over het stopzetten van het Experiment en heeft nu een verzoek op grond van de Wet open overheid (Woo), gedaan om alle informatie, correspondentie en documenten over het Experiment ‘Tijdelijke zelfstandige bevoegdheid mondhygiënisten’ openbaar te maken vanaf 1 januari 2020 tot en met heden. Dat houdt niet alleen alle stukken van het ministerie van VWS in, maar ook alle correspondentie tussen het ministerie en allerlei partijen in de mondzorg en de wetenschap. Loes Velthoven-Verlinden, voorzitter NVM-mondhygiënisten: “In het belang van onze leden willen we dat de onderste steen boven komt. Deze besluitvorming ligt totaal niet in de lijn van onze constructieve gesprekken met het ministerie van VWS, het positieve rapport van MUMC+ en de ervaringen van patiënten.

NVM-mondhygiënisten stuurde een open brief aan het KNMT-bestuur  als reactie op de KNMT brief aan de Tweede Kamer.

Tweede Kamer

Volgens de KNMT hebben Tweede Kamerleden Mariska Rikkers-Oosterkamp van BBB en Judith Tielen van de VVD aangegeven de conclusies van de minister niet te delen. De twee Kamerleden zullen mogelijk bij het komende debat hun aangehouden motie alsnog indienen, waarbij ze mondhygiënisten de 3 in het experiment onderzochte voorbehouden handelingen definitief willen toekennen.

Bronnen:
KNMT
NVM-mondhygiënisten

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
VWS besluit negatief over Experiment Tijdelijke zelfstandige bevoegdheid mondhygiënisten

VWS stopt vervolg Experiment Tijdelijke zelfstandige bevoegdheid mondhygiënisten

Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft onverwacht negatief besloten over het Experiment Tijdelijke zelfstandige bevoegdheid mondhygiënisten. “We kunnen ons volstrekt niet vinden in dit besluit en dat hebben we inmiddels het Ministerie van VWS laten weten door middel van een rechtstreekse brief aan Minister Agema”, zegt NVM-mondhygiënisten. Zo anders is het bij de KNMT. “Wij zijn blij dat de minister onze argumenten deelt en deze heeft laten meewegen in haar besluit”, stelt KNMT-voorzitter Hans de Vries.

“Het besluit lijkt op geen enkele wijze te worden gedragen door de ervaringen met het experiment en strookt al helemaal niet met de al lang geleden ingezette beleidslijn van VWS om te komen tot meer taakherschikking in de mondzorg. Wij vragen ons dan ook sterk af hoe dit heeft kunnen gebeuren.

Dit advies is volstrekt niet in lijn met de uitkomst van het onderzoek naar het experiment. De onderzoeksgroep van het Maastricht UMC+ heeft immers in opdracht van het Ministerie van VWS een eindevaluatie van het Experiment Taakherschikking in de mondzorg opgeleverd met een positieve uitkomst. Het rapport is positief over de inzet, doelmatigheid en effectiviteit van de mondhygiënisten bij de zelfstandige voorbehouden handelingen. Dit advies wordt volstrekt genegeerd. Bovendien past dit experiment naadloos in de beleidslijnen van het Ministerie van VWS; juiste zorg op de juiste plek, een verschuiving van de zorg naar de eerste lijn, vermindering van de administratieve lasten en taakherschikking. Ook hier wordt volkomen aan voorbij gegaan. We zullen de leden van de Tweede Kamer oproepen om het besluit te herzien”, zegt NVM-mondhygiënisten.

De Vries: “Doeltreffende zorgverlening is gebaat bij afstemming tussen mondhygiënisten en tandartsen en die werd in dit experiment met taakherschikking juist niet bevorderd. Mondzorg is immers teamwork, met oog en waardering voor ieders rol en expertise, waarbij de patiënt altijd centraal staat.”

Voorgeschiedenis

Sinds 1 juli 2020 doen geregistreerd-mondhygiënisten mee aan het experiment ‘Tijdelijke zelfstandige bevoegdheid mondhygiënisten’. Hiermee doen mondhygiënisten een stap vooruit binnen de preventieve mondzorg. Door taken in de mondzorg te herschikken kunnen tandartsen complexe zorg verlenen en mondhygiënisten de focus nog meer op preventie leggen.

Taakherschikking

De mondhygiënist is al jaren zelfstandig bevoegd voor het grootste deel van het deskundigheidsgebied. Alleen voor de voorbehouden handelingen; verdoven, en de behandeling van primaire caviteiten, was nog een opdracht van een tandarts vereist om de handeling uit te mogen voeren. Voor het maken van röntgenfoto’s naast een opdracht ook nog tussenkomst van de tandarts. “Deze constructie werkt belemmerend voor de beroepsuitoefening van de mondhygiënist en de taakherschikking binnen de mondzorg. Taakherschikking draagt bij aan het doelmatiger organiseren van zorg met behoud en verbetering van de kwaliteit en draagt bij aan passende zorg voor de patiënt.  Daarbij is het prettig dat de zorg meer efficiënt geleverd kan worden”, zegt NVM-mondhygiënisten.

Einddatum

Het experiment ging van start op 1 juli 2020 en stopt op 1 juli 2025.

 

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
Voorbehouden handelingen en taakdelegatie in de mondzorg: hoe zit het ook alweer?

Voorbehouden handelingen en taakdelegatie in de mondzorg: hoe zit het ook alweer?

De IGJ vindt het belangrijk dat taakdelegatie in de mondzorg goed georganiseerd is. Zij let bij haar inspecties in het bijzonder op de vraag of sprake is van ‘behandelingen door een onbevoegd of onbekwaam behandelaar, al dan niet via taakdelegatie.’ Het is dus nog steeds belangrijk om goed op een rijtje te hebben wie binnen de praktijk bevoegd is welke handelingen uit te voeren. Over voorbehouden handelingen en bevoegdheidsvraagstukken bestaat, ter bescherming van de patiënt, zeer gedetailleerde wet- en regelgeving. De belangrijkste zaken op een rij.

Uit het nieuwe “Toetsingskader Taakdelegatie in de mondzorg” (hierna: het “Toetsingskader”) van de Inspectie Gezondheidszorg & Jeugd (hierna: de “IGJ”), dat geldt sinds eind 2023, volgt waar de IGJ naar kijkt bij het uitvoeren van voorbehouden handelingen door niet-tandartsen in opdracht van een tandarts. De IGJ let in het bijzonder op de thema’s i) opdracht, ii) toestemming en iii) aanwijzingen, toezicht, tussenkomst en bekwaamheid. De IGJ toetst of taakdelegatie op de juiste wijze wordt uitgevoerd, hetgeen zij in eigen woorden als volgt toelicht:

“De inspectie gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) vindt het vanuit het oogpunt van patiëntveiligheid, kwaliteit van zorg en transparantie noodzakelijk dat taakdelegatie op een juiste wijze is georganiseerd in de praktijk.” […] Vanwege de wettelijke rol die de inspectie heeft in het toezicht op kwaliteit en veiligheid binnen de mondzorg voert ze een projectmatig onderzoek uit naar het werken met taakdelegatie.”

Wet- en regelgeving voorbehouden handelingen

In de wet is vastgelegd dat bepaalde medische handelingen voorbehouden zijn aan specifieke (beschermde) beroepstitels. De genoemde voorbehouden handelingen zijn van zodanige aard, dat het als onveilig wordt geacht als deze worden uitgevoerd door onbevoegden. Denk hierbij aan het geven van een injectie of het toepassen van defibrillatie.

De regelgeving omtrent de voorbehouden handelingen is te vinden in de wet Beroepen op de Individuele Gezondheidszorg (hierna: de wet BIG). Op grond van artikel 36 van de wet BIG hebben ook tandartsen de zelfstandige bevoegdheid tot een aantal van die voorbehouden handelingen, te weten:

  • Het geven van injecties
  • Het onder narcose brengen
  • Het gebruik van radioactieve stoffen en ioniserende straling (mits wordt voldaan aan de Kernenergiewet).
  • Heelkundige handelingen
  • Het voorschrijven van UR (Uitsluitend op Recept) geneesmiddelen

NB: tandartsen zijn dus – logischerwijs – niet bevoegd tot het uitvoeren van de andere voorbehouden handelingen die genoemd worden in wet BIG, zoals bijvoorbeeld het verrichten van een katheterisatie.

Deze opsomming geeft de tandarts daarnaast niet de bevoegdheid de handelingen zonder meer uit te voeren, de voorwaarde is dat handeling valt binnen het domein van de tandheelkunde. Niet alle verrichtingen die binnen een tandartspraktijk plaatsvinden worden genoemd in artikel 36 wet BIG. Handelingen zoals het verwijderen van tandsteen, het reinigen van het tandvlees of het stellen van een diagnose staan niet opgesomd in dit artikel. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat de tandarts deze niet mag uitvoeren, het betekent slechts dat niet alleen de tandarts gerechtigd is tot de uitvoering.

Taakdelegatie naar niet-tandartsen

Om meer aan te sluiten op de dagelijkse praktijk, is het onder bepaalde voorwaarden toegestaan dat anderen, bijvoorbeeld tandartsassistenten, de voorbehouden handelingen uitvoeren in opdracht van de tandarts. De wet en de IGJ stellen bepaalde voorwaarden aan deze zogenoemde “opdrachtrelatie”.

Wij sommen een aantal belangrijke aspecten op:

  • De zelfstandig bevoegde opdrachtgever, in dit geval de tandarts, geeft de opdracht. Belangrijk is dat de opdracht per patiënt wordt gegeven, inclusief eventuele instructies. De uitvoering van de opdracht moet door de tandarts worden geëvalueerd.
  • De tandarts dient zich ervan te overtuigen dat de opdrachtnemer bekwaam genoeg is de handeling uit te voeren. Deze bekwaamheid zou bijvoorbeeld kunnen blijken uit een diploma of certificaat. Enkel een verwijzing naar een interne instructie of werkervaring volstaat daarbij niet. De IGJ stelt dat er bij een interne opleiding tenminste toezicht door professionals uit het opleidingscircuit moet zijn geweest.
  • Andersom wordt ook van de opdrachtnemer verwacht dat hij binnen de grenzen van zijn kennen en kunnen blijft. Hij moet zichzelf in staat achten de opdracht tot een goed einde te brengen.
  • De tandarts moet, indien nodig, aanwijzingen geven over het verrichten van de voorbehouden handeling en de opdrachtnemer moet handelen conform die aanwijzingen. De tandarts dient het toezicht op het verrichten van de voorbehouden handeling(en) door opdrachtnemer voldoende te verzekeren. Of dit altijd een fysieke nabijheid – de tandarts bevindt zich in de praktijk – vereist, is niet in de wet uitgewerkt. Dit volgt wel uit het Toetsingskader: daarin is opgenomen dat de tandarts fysiek in de praktijk aanwezig moet zijn voor overleg, advies en de mogelijkheid van tussenkomst. De IGJ merkt daarin expliciet op dat telefonische bereikbaarheid, of bereikbaarheid anderszins op afstand, onvoldoende is. Met dit toetsingscriterium bevestigt de IGJ de tuchtjurisprudentie die al gold op dit punt en wordt de onduidelijkheid die gold ten aanzien van de vraag of fysieke aanwezigheid vereist is, weggenomen.
  • De patiënt moet ervan op de hoogte zijn dat diegene die hem helpt niet zelfstandig bevoegd is. De patiënt moet toestemming geven voor het uitvoeren van de handeling door de niet-zelfstandig bevoegde. Daarnaast moet deze toestemming vastgelegd worden in het patiëntendossier. Ook de geleverde prestatie (inclusief datum en code) en de zorgverlener die de prestatie heeft uitgevoerd moeten opgenomen zijn in het patiëntendossier.
  • Het is niet toegestaan invasieve cosmetische mondzorgbehandelingen te delegeren naar zorgverleners die geen tandarts zijn.
  • De opdrachtbeschrijving moet schriftelijk vastgelegd worden in een protocol taakdelegatie dat aanwezig moet zijn in de praktijk.  

Handhaving en sancties

Wanneer de IGJ – bijvoorbeeld in het kader van de door haar uitgevoerde controles – vaststelt dat de voorwaarden met betrekking tot de uitvoering in opdracht niet (voldoende) in acht zijn genomen, kan dit leiden tot het opdragen van verbetermaatregelen. Ook heeft de IGJ de bevoegdheid over te gaan tot bestuursrechtelijke maatregelen, zoals een boete, een aanwijzing of een bevel. In bepaalde gevallen kan de IGJ ook een tuchtprocedure initiëren. Kortom: maatregelen die u of uw praktijk behoorlijk kunnen schaden.

Om dergelijke maatregelen te voorkomen is het raadzaam de taakdelegatie binnen uw praktijk onder de loep te nemen. Dat geldt eens te meer gelet op de regels voor IGJ, waardoor IGJ sneller en meer informatie zal moeten publiceren over door haar uitgevoerde controles.

Door: Vivian Slotboom en Daniël Post – advocaten, zorgmakelaars en juridisch adviseurs bij Eldermans|Geerts

 

Lees meer over: Ondernemen, Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z, Wet- en regelgeving
NVM-mondhygiënisten Hoofdlijnenakkoord

NVM-mondhygiënisten: Hoofdlijnenakkoord zet in op preventie, maar nog geen concrete oplossingen voor de mondzorg

NVM-mondhygiënisten ziet veel waardering in het Hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB van de voor de professionals in de zorg en de gezondheidszorg. Loes Velthoven-Verlinden, voorzitter NVM-mondhygiënisten: “Deze woorden zijn mij uit het hart gegrepen. Gezondheidszorg is van onschatbare waarde”. Respect voor de zorgprofessionals staat centraal. Ook wordt de focus op preventie en de toegankelijkheid van de zorg benadrukt, maar concrete plannen voor de financiering en realisatie hiervan in de mondzorg ontbreken.

Toegankelijkheid van de preventieve mondzorg

NVM-mondhygiënisten is bereid om hier binnen de krappe financiële kaders mee te denken. De toegankelijkheid van de preventieve mondzorg kan sterk verbeterd worden door drie concrete en snel in te voeren maatregelen, waardoor minder mensen de mondzorg mijden of ontberen. En dat levert op termijn gezondheidswinst op en gezondere monden.

  • Consultatiebureau
    Preventieve mondzorg vanaf het eerste tandje door mondhygiënisten op het consultatiebureau. Hierdoor wordt voorkomen dat veel kinderen op jonge leeftijd gaatjes hebben.
  • Instemmen met het Experiment tijdelijk zelfstandige bevoegdheid op de voorbehouden handelingen
    Ten tweede: Instemmen met het Experiment tijdelijk zelfstandige bevoegdheid op de voorbehouden handelingen boren, verdoven en röntgenfoto’s maken. Hierdoor worden tandartsen ontlast, kunnen zij aan de slag met complexe curatie en worden mondhygiënisten effectiever en efficiënter voor de patiënt ingezet.
  • Hernieuwde aandacht in publieke gezondheid
    Ten derde moet mondzorg hernieuwde aandacht krijgen in de publieke gezondheid, bijvoorbeeld door doelgroepgerichte voorlichting, informatievoorziening aan hulpverleners, en mondzorg als onderdeel van de preventieketens.

Problemen arbeidsmarkt zorg niet vergroten

“Mondhygiënist is een prachtig beroep en zeer veel mensen willen hiervoor opgeleid worden. De behoefte aan preventieve mondzorg is groot, maar de opleidingscapaciteit moet uitgebreid worden, Het aanscherpen van de criteria op basis waarvan iemand als zzp’er kan werken (wet Vbar) – om zo schijnzelfstandigheid te voorkomen onderschrijven we als NVM-mondhygiënisten. Maar er moet wel aandacht blijven voor de situatie piek, ziek en uniek in de mondzorg. Gaten die nu vallen in de roosters kunnen nu alleen door zzp’er opgelost worden, de wet Vbar moet niet overhaast en ongenuanceerd ingevoerd worden”, aldus Loes Velthoven-Verlinden.

“Een gezonde mond staat niet los van een goede gezondheid. Samenwerking tussen zorgprofessionals en overheid is nodig voor een mondgezonde generatie. Belangrijk is dan dat besluiten zoals het Experiment tijdelijke zelfstandige bevoegdheid mondhygiënist, mondhygiënisten op het consultatiebureau en meer opleidingsplaatsen voor mondhygiënisten snel genomen worden.”

Lees meer over: Ondernemen, Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z, ZZP-er
onderzoek

IGJ start met onderzoek naar taakdelegatie in mondzorg

De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) onderzoekt vanaf april tot eind 2024 hoe de taakdelegatie uitgevoerd wordt in de mondzorg. Hierbij krijgen ca. 50 tot 100 mondzorgpraktijken een onaangekondigd bezoek van de IGJ, zo meldt de KNMT.

“Taakdelegatie in de mondzorg komt veel voor. De inspectie gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) vindt het vanuit het oogpunt van patiëntveiligheid, kwaliteit van zorg en transparantie noodzakelijk dat taakdelegatie op een juiste wijze is georganiseerd in de praktijk. Zo moeten patiënten op de hoogte zijn welke zorgverlener (gedelegeerde) behandelingen uitvoert zodat zij hiervoor toestemming kunnen geven. Vanwege de wettelijke rol die de inspectie heeft in het toezicht op kwaliteit en veiligheid binnen de mondzorg voert ze een projectmatig onderzoek uit naar het werken met taakdelegatie”‘, meldt de IGJ op haar website.

Bekijk op de website van de IGJ:

De KNMT noemt op haar website de vragen die de IGJ in haar onderzoek beantwoord wil krijgen.

Rapportage op totaalniveau

De verzamelde informatie zal de IGJ in één rapport opnemen, dus niet op praktijkniveaus, schrijft de KNMT. De IGJ publiceert dit rapport naar verwachting in de eerste helft van 2025 op haar website.

Bronnen:
KNMT
IGJ

Lees en bekijk ook:

Taakdelegatie: heeft u het goed vastgelegd?

Video: Uitleg taakdelegatie
Voorbeeld beleid Taakdelegatie
Formulier Taakdelegatie

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
tandarts

KNMT zet vraagtekens bij onderzoek naar experiment geregistreerd-mondhygiënist

Uit het onderzoek dat is gedaan naar het experiment om een deel van de mondhygiënisten toe te staan 3 soorten risicovolle (be)handelingen uit te voeren zonder dat daarvoor een opdracht van een tandarts nodig is, kan niet geconcludeerd worden of het experiment al dan niet geslaagd is. Dat stelt de KNMT in reactie op de publicatie ervan door het ministerie van VWS.

Lacunes

De beroepsvereniging van tandartsen ziet 2 grote lacunes in het door de onderzoeksgroep van het Maastricht UMC+ in opdracht van het ministerie uitgevoerde onderzoek naar de zogenaamde geregistreerd-mondhygiënist. Ten eerste is dat het gebrek aan onderscheid tussen geregistreerd-mondhygiënisten die in een eigen praktijk werken en zij die in teamverband in een mondzorgpraktijk actief zijn. Daardoor is het niet betrouwbaar onderbouwd of de geregistreerd-mondhygiënist de nieuwe bevoegdheden daadwerkelijk zonder enige vorm van afstemming met de tandarts heeft gebruikt. En dan kun je dus ook niet concluderen dat dat succesvol is gebeurd, aldus de KNMT.

Ten tweede deden, vooral in de eerste jaren van het experiment, te weinig mensen aan het onderzoek mee, zo stelt de KNMT. Daardoor konden de ontwikkeling van het gebruik van de zogenaamde zelfstandige bevoegdheden door geregistreerd-mondhygiënisten niet betrouwbaar in kaart kon worden gebracht.

In het rapport wordt bepleit dat respondenten aangeven dat goede afspraken over samenwerking bijdragen aan een goede afstemming van de zorg en tevredenheid van professionals. KNMT en NVM-mondhygiënisten hebben volgens de KNMT voorafgaand aan het experiment samenwerkingsafspraken vastgelegd. Deze zijn indertijd ook door de minister met de Tweede Kamer gedeeld. De KNMT ziet die afspraken als cruciaal voor de kwaliteit van mondzorg, en dus als randvoorwaardelijk. De samenwerkingsafspraken zorgen ervoor dat de patiënt niet de dupe wordt van de versplintering die het experiment veroorzaakt.

Het experiment taakherschikking in de mondzorg is van start gegaan op 1 juli 2020. Vierjarig opgeleide mondhygiënisten die zich hebben ingeschreven in het BIG-register en aan een aantal aanvullende voorwaarden voldoen mogen sinds dat moment zonder opdracht van een tandarts anesthesie toedienen, röntgenfoto’s maken en primaire caviteiten behandelen.

Definitieve zelfstandige bevoegdheid

In hun rapport bevelen de onderzoekers aan om mondhygiënisten definitief zelfstandige bevoegdheden toe te kennen waar het gaat om het geven van verdoving en het maken van röntgenfoto’s. De onderzoekers raden verder aan om bij het boren van primaire caviteiten de bestaande functionele bevoegdheid in stand te houden, wat wil zeggen dat voor deze behandeling altijd een opdracht van een tandarts nodig is.

KNMT-voorzitter Hans de Vries: “Onze vrees voor onvolledige diagnoses, overbehandeling en onnodige kosten is met dit onderzoek niet weggenomen. Daarnaast wordt overal in de zorg ingezet op efficiënte samenwerking, terwijl dit initiatief juist versnippering stimuleert. En dat in een tijd dat er een mondzorginfarct dreigt door de grote tekorten aan menskracht. Doeltreffende zorgverlening is verder gebaat bij afstemming tussen mondhygiënisten en tandartsen, en die wordt in het experiment juist niet bevorderd. De bestaande functionele bevoegdheden sluiten juist wel naadloos aan op de wens tot optimale samenwerking. Het onderzoek geeft geen enkel steekhoudend argument om deze functionele bevoegdheden om te zetten in zelfstandige.”

Besluitvorming

In de brief aan de Tweede Kamer waarin minister Helder van VWS het rapport aanbiedt laat ze weten dat ze besluitvorming voorbereidt rond de zelfstandige bevoegdheden voor geregistreerd-mondhygiënisten. Een besluit erover laat ze echter over aan het nieuwe kabinet. De KNMT zal de Tweede Kamer de komende periode informeren over haar zienswijze in dit dossier, net zoals ze dat de afgelopen jaren consequent heeft gedaan, besluit De Vries: “Wij blijven daarbij de boodschap uitdragen dat mondzorg teamwork is, met oog en waardering voor ieders rol, waarbij de patiënt altijd centraal staat.”

Bron:
KNMT

Lees ook de reactie van NVM-mondhygiënisten op het rapport van Maastricht UMC+ in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS)

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
Tandarts

NVM-mondhygiënisten roept Tweede Kamer op tot besluitvorming over experiment zelfstandige bevoegdheid mondhygiënist

De onderzoeksgroep van het Maastricht UMC+ heeft in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) een eindevaluatie van het Experiment ‘Tijdelijke zelfstandige bevoegdheid mondhygiënist’ in de mondzorg opgeleverd met een positieve uitkomst.

Geregistreerd-mondhygiënisten hebben de afgelopen vijf jaar doeltreffend en effectief aangetoond dat zij handelingen als lokale verdoving, het indiceren en beoordelen van röntgenfoto’s en het behandelen van kleine gaatjes naar volle tevredenheid uitvoeren, echter over het behandelen van kleine gaatjes wordt ten onrechte twijfel gezaaid.

Doelmatig en effectief

De boodschap van NVM-mondhygiënisten voor de minister van VWS en de Tweede Kamer blijft: Mondhygiënisten zijn doelmatig en effectief bij een minstens gelijkblijvende kwaliteit bij het volledig zelfstandig bevoegd uitvoeren van alle voorbehouden handelingen. Hierdoor kunnen patiënten sneller geholpen worden, zonder onnodige bureaucratie of tijdverlies. Voor alle handelingen, lokale verdoving, indiceren en maken van röntgenfoto’s en het behandelen van kleine gaatjes, zijn mondhygiënisten adequaat opgeleid.

NVM-mondhygiënisten roept de Tweede Kamer op deze weeffout in het onderzoeksrapport te herstellen en aan te dringen op spoedige besluitvorming in het belang van de mondzorg.

Deelname onder mondhygiënisten stijgt nog steeds

Sinds 1 juli 2020 doen er 1278 geregistreerd-mondhygiënisten mee aan het experiment ‘Tijdelijke zelfstandige bevoegdheid mondhygiënisten’ en het aantal neemt nog steeds toe. Door taken in de mondzorg te herschikken kunnen tandartsen de complexe zorg verlenen en mondhygiënisten de focus nog meer op preventie leggen. Hierdoor worden onnodige en ingewikkelde administratieve procedures voorkomen en kunnen patiënten sneller en beter geholpen worden.

Taakherschikking

De mondhygiënist is al jaren zelfstandig bevoegd voor het grootste deel van het deskundigheidsgebied. Alleen voor de voorbehouden handelingen, te weten verdoven, het indiceren en maken van röntgenfoto’s en de behandeling van kleine gaatjes (primaire caviteiten), waren mondhygiënisten functioneel zelfstandig bevoegd en was nog een opdracht van een tandarts vereist om de handeling uit te mogen voeren. Deze opdracht werkt belemmerend voor de beroepsuitoefening van de mondhygiënist en de taakherschikking binnen de mondzorg. Taakherschikking draagt bij aan het doelmatiger organiseren van zorg met behoud en verbetering van de kwaliteit en draagt bij aan passende zorg voor de patiënt. Daarbij is het voor de bezoeker van de mondhygiënist prettig dat de zorg meer efficiënt geleverd kan worden.

Wat betekent dit voor de sector?

Mondhygiënisten worden specifiek opgeleid voor de preventieve mondzorg. De handelingen die in het experiment zelfstandig kunnen worden uitgevoerd zitten al tientallen jaren in de hbo-opleiding tot mondhygiënist. Mondhygiënisten gaan door dit besluit dus geen nieuwe werkzaamheden uitvoeren, alleen het wettelijk kader waarbinnen de zorg wordt verleend verandert. En de verandering van het wettelijk kader maakt dat mondhygiënisten optimaal kunnen uitvoeren waar zij voor zijn opgeleid.
Ook zal het tuchtrecht van toepassing zijn. Het tuchtrecht is bedoeld om de kwaliteit van de beroepsuitoefening te bevorderen en te bewaken. NVM-mondhygiënisten ziet dit als een positieve ontwikkeling omdat zij vertrouwt op de professionaliteit van de beroepsgroep en deze zich toetsbaar opstelt. Gedurende het experiment heeft de tuchtcommissie nog geen enkele zaak in behandelingen hoeven nemen. Inmiddels zijn al 1278 geregistreerd- mondhygiënisten ingeschreven in het tijdelijke BIG-register.

Bron:
NVM-mondhygiënisten

Lees ook de reactie van de KNMT: KNMT zet vraagtekens bij onderzoek naar experiment geregistreerd-mondhygiënist

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
experiment met taakherschikking

Ruim 1.000 mondhygiënisten met tijdelijke zelfstandige bevoegdheid

Per 1 juli zijn er ruim 1.000 mondhygiënisten geregistreerd in het BIG-register voor het experiment voor tijdelijke zelfstandige bevoegdheid.
“Mondhygiënisten laten zien dat ze het belang van de preventieve mondzorg en het belang van de patiënt scherp in het vizier hebben en zijn enthousiast over deelname aan het experiment”, aldus Manon van Splunter-Schneider, voorzitter van NVM-mondhygiënisten.

“Mondhygiënisten spelen een essentiële rol als het preventie in de mondzorg betreft. Door taken in de mondzorg te herschikken kunnen tandartsen de complexe zorg verlenen en mondhygiënisten de focus nog meer op preventie leggen.”

Experiment voor 5 jaar

Het experiment ‘Zelfstandige bevoegdheid Mondhygiënist startte op 1 juli 2020 voor een periode van 5 jaar. Gedurende het experiment mogen mondhygiënisten die aan het experiment deelnemen zonder tussenkomst van een tandarts primaire caviteiten boren, verdoving toedienen en röntgenfoto’s maken. Ook is het tuchtrecht van toepassing voor deze groep mondhygiënisten. “Gedurende het experiment heeft de tuchtcommissie nog geen enkele zaak in behandelingen hoeven nemen”, zegt NVM-Mondhygiënisten.

Evaluatie medio 2024

Als het experiment succesvol wordt beoordeeld, dan zal de tijdelijke zelfstandige bevoegdheid worden omgezet als definitief. De geregistreerde mondhygiënist wordt dan opgenomen onder artikel 3 van de Wet BIG. Medio 2024 wordt de evaluatie van het experiment verwacht.

Bronnen:
Big-Register
NVM-Mondhygiënisten

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
Voorbehouden handelingen in de mondzorg. Wie mag wat doen en wanneer?

Voorbehouden handelingen in de mondzorg. Wie mag wat doen en wanneer?

Wie mag nu wat doen in de mondzorg en onder welke voorwaarden? Een verheldering van de wet BIG en de zelfstandige bevoegdheid. Dit al eerder geplaatste artikel is ge-update met de nieuwe regels voor geregistreerd-mondhygiënisten.

Voorbehouden handelingen binnen de tandheelkunde

  • Vervaardigen van röntgenfoto’s
  • Geven van anesthesie
  • Prepareren
  • Hechten
  • Parodontale chirurgie
  • Extracties
  • Voorschrijven van medicatie

En wat dus niet: diagnostiek. Men gaat er vanuit dat bij verkeerde diagnose (en dus behandeling) de patiënt een klacht kan indienen en zo het juridische systeem in gang gezet zou kunnen worden.

Regels

Regels bij het uitvoeren van voorbehouden handelingen door een niet-tandarts of niet-geregistreerd-mondhygiënist zelfstandige bevoegdheid:

  • Fysiek aanwezig

    De tandarts of geregistreerd-mondhygiënist moet fysiek aanwezig zijn in de praktijk voor overleg, advies en de mogelijkheid tot tussenkomst. Telefonische bereikbaarheid is niet voldoende.

  • Bekwaam

    De tandarts of geregistreerd-mondhygiënist moet overtuigd zijn van de bekwaamheid van de niet-tandarts / niet-geregistreerd-mondhygiënist. De niet-tandarts / niet-geregistreerd-mondhygiënist moet zich tegelijkertijd ook bekwaam achten.

  • Relevante docent

    Opleiding van een niet-tandarts / niet-geregistreerd-mondhygiënist door de tandarts of geregistreerd-mondhygiënist voor voorbehouden handelingen is alleen acceptabel als er toezicht op de opleiding is door professionals. Dit betekent dat dit onder toezicht moet staan van een relevante docent en die uiteraard zelf bekwaam en bevoegd is voor de relevante voorbehouden handeling. Een docent staat tenminste in het Centraal Register Kort BeroepsOnderwijs (CKRBO).

  • Opdracht per patiënt

    De tandarts geeft opdracht per patiënt en indien nodig aanwijzingen en evalueert de uitvoering: de opdrachtbeschrijving wordt schriftelijk vastgelegd in een protocol.

  • Toestemming patiënt vragen

    De niet-tandarts of niet-geregistreerd-mondhygiënist informeert de patiënt dat hij of zij de voorbehouden handeling uitvoert in opdracht van de tandarts en vraagt de patiënt toestemming hiervoor.

Deze regels gelden dus altijd voor (preventie)assistenten en studenten.

Let op: Diagnose stellen geen voorbehouden handeling

Een diagnose stellen is niet opgenomen binnen de voorbehouden handelingen. Op dit moment geldt als uitgangspunt voor de diagnostiek: wie bekwaam is, is bevoegd. Binnen het eigen terrein van deskundigheid en verantwoordelijkheid is voor een inhoudelijke eindverantwoordelijkheid van andere beroepsbeoefenaren, bijvoorbeeld de arts, geen ruimte. Zie: Legemaate in zijn annotatie bij het arrest van de Rechtbank Almelo van 23 september 2003:

Voorbehouden handelingen door tandartsen
Tandartsen mogen alle genoemde voorbehouden handelingen doen, mits hij/zij zichzelf hierin bekwaam acht.

Voorbehouden handelingen door mondhygiënisten
Voor mondhygiënisten zonder speciale aantekening binnen de röntgenologie gelden de bovenstaande regels voor het vervaardigen van röntgenfoto’s. De mondhygiënist mag dus geen röntgenapparatuur hebben in een eigen praktijk waarin geen tandarts aanwezig is.

In de post-HBO opleiding Kindertandverzorgende (die niet meer bestaat) heeft de mondhygiënist kunnen leren om te extraheren in het melkgebit. Hiervoor heeft de mondhygiënist geen zelfstandige bevoegdheid.

De geregistreerd-mondhygiënist heeft de TMS-opleiding gedaan; dit is een eis ter registratie. Dat betekent dat voor de geregistreerd-mondhygiënist dezelfde regel geldt als voor de tandarts en dat hij wel röntgenapparatuur in eigen beheer mag hebben na afronding van de TMS-opleiding. De solo’s moeten gedeeld worden met de tandarts mits de patiënt hiertoe toestemming geeft. De behandeling door de geregistreerd-mondhygiënist kan wel worden voorgezet zonder dat de tandarts de foto heeft beoordeeld.

Een mondhygiënist mag zonder tussenkomst het volgende doen (mits opgeleid hiervoor):

  • Het toepassen van lokale anesthesie door het geven van injecties
  • Het behandelen van primaire caviteiten

De mondhygiënist heeft hiervoor een functionele bevoegdheid. De vereisten van opdracht, bekwaamheid en – indien nodig – aanwijzingen blijven overeind staan. Uitzondering vormt de geregistreerd-mondhygiënist die hier bovengenoemde eisen als opdracht en aanwijzingen niet nodig heeft.

Prepareren/restaureren door de mondhygiënist

De mondhygiënist krijgt tijdens de 4-jarige opleiding de volgende preventieve en eenvoudige restauratieve behandelingen in de permanente dentitie en/of in de melkdentitie met behulp van composiet, compomeer en glasionomeer (plastische materialen):

– Klasse 1 (O)
– Klasse 2 (MO, DO)
– Klasse 4 (Frontrestauratie zonder hoekopbouw)
– Klasse 5 (B)
– RVS-kronen in de melkdentitie

Behandeling primaire cariës

Er staat in de omschrijving dat de mondhygiënist enkel primaire cariës mag behandelen. Men kan zich afvragen wanneer precies cariës in een caviteit secundair is. Is een laesie naast een restauratie altijd secundair? De mondhygiënist moet de opdracht afslaan als hij denkt deze niet aan te kunnen. De opleiding raadt de mondhygiënist af om erg grote en diepe restauraties te repareren/restaureren om exponaties te voorkomen. In het algemeen geldt dit voor cariës dat verder is voortgeschreden dan tweederde vanaf de glazuur-dentinegrens richting de pulpa.
De geregistreerd-mondhygiënist hoeft geen opdracht te ontvangen om primaire cariës te behandelen. Ook kan er tijdens cursussen en andere opleidingen na het afronden van de opleiding Mondzorgkunde geleerd worden om grotere vullingen (bijvoorbeeld MOD of klasse 3) te prepareren/restaureren en zich zodoende hierin te bekwamen. De omlijning van de klassen wordt namelijk niet specifiek genoemd in artikel 36A van de Wet op de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) voor het experiment zelfstandige bevoegdheid geregistreerd mondhygiënisten. Ook worden facings niet genoemd waarbij er ook geen sprake hoeft te zijn van cariës.

Opdracht tandarts-mondhygiënist

Protocol

NVM-Mondhygiënisten heeft de Richtlijn opdrachtrelatie voorbehouden handelingen tandarts – mondhygiënist ontwikkeld. Dit kan u worden aanbevolen:

De tandarts en mondhygiënist sluiten een overeenkomst inzake de opdrachtrelatie waarin in elk geval afspraken worden vastgelegd over:

  • Intentie
  • Duur van de overeenkomst
  • Begrippen
  • Opdrachtprocedure
  • Communicatie, overleg
  • Bijzondere situaties
  • Bereikbaarheid
  • Spoedgevallenzorg
  • Klachtenregeling
  • Verantwoordelijkheden
  • Informatie aan en documentatie over patiënten
  • Rapportage en evaluatie

De tandarts en mondhygiënist ondertekenen deze schriftelijke overeenkomst opdrachtrelatie. Deze overeenkomst beoogt een optimale zorgverlening te bevorderen en de kwaliteit van de opdrachtrelatie voor een langere tijdsperiode te borgen.

De opdracht per patiënt: de kern
De tandarts legt een opdracht aan een mondhygiënist schriftelijk of digitaal vast.
In deze opdracht staat in elk geval:

  • Gegevens van de patiënt
  • De opdracht (voorgestelde behandeling)
  • Documentatie (zoals röntgenfoto’s, statussen)
  • Bijzonderheden, belangrijke aandachtspunten

De geregistreerd-mondhygiënist heeft in principe geen opdracht nodig maar deze is vaak wel welkom vanwege de informatie. Ook moeten er afspraken gemaakt worden met de tandartsen als er spoedgevallen worden verwacht.

Weigeren

Wanneer de opdrachtnemer zichzelf niet bekwaam acht, is deze verplicht de opdracht te weigeren. Dit geeft echter in loondienst regelmatig problemen vanwege het statusverschil van de opdrachtnemer (de werknemer) en opdrachtgever (in dit geval de werkgever). De opdrachtnemer durft weleens de opdracht niet te weigeren. Soms wordt er zelfs door de werkgever gedreigd met ontslag wegens werkweigering. En wat als de opdrachtnemer exact de aanwijzingen van de werkgever moet opvolgen en de opdrachtnemer het niet verantwoord vindt om dit op die manier te doen? De mondhygiënist blijft namelijk altijd zelf verantwoordelijk voor zijn eigen handelen, ook in loondienst. De opdrachtnemer moet dus een opdracht weigeren als hij deze onjuist vindt. Ook moet de opdracht geweigerd worden als hij deze onnodig vindt.

Voorbehouden handelingen door assistenten
Assistenten kunnen de volgende vaardigheden leren via cursussen:

  • Het vervaardigen van röntgenfoto’s
  • Toepassing van oppervlakte-anesthesie, infiltratie-anesthesie en geleidingsanesthesie
  • Composiet-fisuurlak; restaureren van de eerste blijvende molaren op het occlusale vlak
  • Klasse 1 restauraties in het blijvende gebit met plastische materialen.
  • 2 vlaks restauraties in (pre)molaren bij primaire cariës met adhesieve restauratie materialen

Assistenten hebben geen zelfstandige bevoegdheid, alle bovenstaande regels gelden dus hiervoor.

Anesthesie
Volgens de Wet op de Geneesmiddelenvoorziening mogen tandheelkundige groothandelaren geen vloeistoffen voor lokale anesthesie leveren aan mondhygiënisten of tandartsen. Dat betekent dat je de vloeistoffen die voor de behandelingen nodig hebt, niet via de groothandel kan bestellen. Groothandelaren mogen op rond van de Geneesmiddelenwet en Europese regelgeving alleen afleveren aan terhandstellers. Dit zijn onder andere apothekers, apotheekhoudende huisartsen en ziekenhuisapotheken. Mondhygiënisten en tandartsen zijn geen terhandstellers, hooguit toedieners. In theorie zou u de vloeistoffen dus moeten bestellen bij de apotheker of apotheekhoudende arts. In de praktijk blijkt dit niet nodig te zijn….

Bronnen:
GeneesmiddelenWet
Wet BIG
NVM-mondhygiënisten
Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde
Medische diagnose; kiezen voor deskundigheid (advies RvZ)
Post-BHO Restauratieve Zorg door de Mondhygiënist
Overheid.nl

Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Laatste update: september 2020

Lees ook een update: Voorbehouden handelingen en taakdelegatie in de mondzorg: hoe zit het ook alweer?

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
De toekomst van de preventieassistent

De toekomst van de preventieassistent

Over preventieassistenten wordt veel gepraat maar een stuk minder mét hen. Hierdoor kunnen er beslissingen vallen die hen betreffen zonder dat zij daadwerkelijk geconsulteerd zijn. Een van de vragen die er zijn: Wat is nu precies de deskundigheid van dit beroep binnen de mondzorg? Het is een vrij beroep en dus geen beroep met titelbescherming. Dat terwijl de meeste medische beroepen zijn beschermd. Voert de preventieassistent zoals we die kennen medische handelingen uit? Moeten zij bekwaam zijn voor hun handelingen en wie beslist dat zij bekwaam zijn?

Risicovolle handelingen

Op dit moment ligt er voor de mondzorg niet vast welke handelingen risicovol zijn. Dit zou u vreemd kunnen vinden gezien deze binnen andere zorgdomeinen wel zijn vastgelegd. Risicovolle handelingen zijn handelingen waarbij een onbekwaam persoon schade zou kunnen aanrichten of er door onzorgvuldigheid schade bij de consument zou kunnen optreden. In principe gelden voor risicovolle handelingen dezelfde regels als bij voorbehouden handelingen. Dat betekent dat er sprake moet zijn van opdracht van iemand die opdracht mag verlenen, er tussenkomst gegarandeerd is van deze persoon en de uitvoerende preventieassistent bekwaam is. De opdracht zal per patiënt moeten worden verstrekt en daarnaast schriftelijk vastgelegd moeten worden in een protocol.

Bekwaam

Wat is bekwaam nu eigenlijk? Als men googelt, komt men diverse definities tegen zoals deze twee:
Iemand is bekwaam als hij:

  • de handeling, vaardigheid beheerst
  • de kennis heeft en weet waarover hij het heeft
  • de risico’s en gevolgen van de handeling kan benoemen
  • kan reageren op onvoorziene situaties
  • kan aantonen dat hij de handeling nog met regelmaat uitvoert

Een zorgverlener is bekwaam als diegene kennis heeft over de handeling en bijkomende activiteiten – zoals beslissen en informeren -, de technieken, het doel, de anatomie, de risico’s, voor- en nazorg en eventuele complicaties en dit alles goed uitvoert.

Op de site van de KNMT staat:
“In de Wet BIG wordt geen invulling gegeven aan het begrip ‘bekwaam’. Dat laat de wetgever over aan de tandarts die de opdracht geeft en de tandartsassistent die de opdracht krijgt. Uit een aantal tuchtrechtelijke uitspraken volgt dat de opdrachtgevend tandarts zich dient te overtuigen van de bekwaamheid van de tandartsassistent.”

In het NTVT in het artikel van Brands van 2016 is genoemd: “Bekwaamheid kan worden gedefinieerd als: het bezitten van voldoende kennis en vaardigheden om een behandeling volgens de regelen der kunst en als een goed hulpverlener uit te voeren. Waarbij dan verwezen kan worden naar art. 7:453 Burgerlijk Wetboek, het wetsartikel over de professionele standaard. Dit artikel wordt wel de kern van de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) genoemd. Het begrip bekwaamheid is op te splitsen in de deskundigheid (voldoende opleiding), bekwaam handelen (volgens de professionele standaard) en voldoende ervaring. In tegenstelling tot de later te bespreken eis van bevoegdheid geldt de bekwaamheid als eis voor alle medisch-tandheelkundige handelingen.”

Onderwijs

Volgens de circulaire van 2009 die nog steeds geldt, is iemand bekwaam als er tenminste toezicht van een externe docent is geweest: “De belangrijkste eis die de wet BIG stelt, is dat men bekwaam is. Deze eis geldt zowel voor de niet‐voorbehouden handelingen als voor de voorbehouden handelingen. Het is goed te weten dat de hulpverlener in principe aan moet tonen dat hij bekwaam is om een bepaalde handeling te doen. Soms kan dan gewezen worden op een bepaalde gereguleerde opleiding, bijvoorbeeld die tot mondhygiënist, tandprotheticus of tandarts (art. 20 en 34 BIG). Het is natuurlijk ook mogelijk om bepaalde competenties te verwerven door middel van niet-centraal gereguleerde opleidingen. In het laatste geval kost het meer moeite het vereiste niveau van bekwaamheid aan te tonen. Dit geldt met name als een tandarts een andere hulpverlener zelf opgeleid heeft. De Inspectie voor de Gezondheidszorg gaat er op basis van jurisprudentie vanuit, dat opleiding uitsluitend door de tandarts alleen acceptabel is als er toezicht is door derden (professionals in het opleidingscircuit) op de opleiding (IGZ 2008, RTC Amsterdam, 04/107T). Uiteraard is jurisprudentie flexibel, dat wil zeggen dat nieuwe jurisprudentie op dit punt ook nieuwe inzichten met zich mee kan brengen over de eisen die aan niet‐gereguleerde opleidingen gesteld kunnen worden.”

Grijs gebied

De meeste preventieassistenten in Nederland zijn opgeleid door een commercieel cursusbureau. Zij worden niet opgeleid om zelfstandig te werken. Wel zouden zij zelfstandige handelingen kunnen uitvoeren bij behandelingen op gebied van preventie. De KNMT spreekt van bijscholing door geaccrediteerde cursussen. De eisen waaraan deze cursussen moeten voldoen zijn door het Register Preventieassistenten.opgesteld. Echter is dit niet bindend. Het staat vrij om de assistent (met of zonder ervaring of met of zonder MBO-diploma) op een andere manier op te leiden. De door de KNMT genoemde taken zijn ook anders dan de door het Register gevraagde toetsonderdelen.

Dan is er nog het ABC waarbij een bepaald cursusbureau niet schuwt om de woorden ‘Mondhygiënist Light’ in de mond te nemen. NVM-mondhygienisten heeft laten blijken niks te voelen voor de paro-assistent. Een gedeelte van hun studentleden werkt echter wel als (paro)preventieassistent.

Helderheid

In de rapportage Onderzoek naar voorbehouden handelingen en toelating beroepen in de wet BIG is opgenomen:
Rondom zelfstandige bevoegdheid en voorbehouden handelingen speelt ook de discussie over het vastleggen van bekwaamheden een rol. De commissie Gevers constateerde in 2009 dat meer aandacht nodig was voor de bekwaamheidseis in beleid, toezicht en hulpverleningspraktijk, omdat het een integraal deel van de regeling voorbehouden handelingen is en destijds te weinig aandacht kreeg. Bij de tweede evaluatie van de Wet BIG was deze aandacht al meer aanwezig en bleek dat instellingen steeds vaker zelf beleid maken waarin bijvoorbeeld is geregeld hoe de bekwaamheden moeten worden bepaald. De zorgaanbieders hebben door de tijd heen een steeds grotere rol gekregen bij (het toezicht op) de bekwaamheid van beroepsbeoefenaren. Zowel in de tweede evaluatie van de Wet BIG als in het rapport van de RVS wordt voorts in relatie tot bekwaamheden gesproken over het vastleggen van competenties. In de evaluatie van de Wet BIG wordt voorgesteld dat zorginstellingen een overzicht creëren in de bekwaamheden van opdrachtnemers (zorginstellingen hebben nu ook al een rol bij de uitwerking van de opdrachtregeling in protocollen).In het rapport van RVS wordt nog een stap verdergegaan en wordt voorgesteld een register van bekwaamheden in te richten. Dat leidt echter tot een uitgebreide wijze van regulering waarvan het maar de vraag is of die haalbaar en uitvoerbaar is. Het zal bijvoorbeeld kunnen leiden tot een omvattend systeem van registraties, met aanzienlijke administratieve lasten.

Op dit moment vinden er gesprekken plaats met de beroepsverenigingen en bespreken zij met partijen als IGJ wanneer in de mondzorg nu daadwerkelijk iemand bekwaam is. Welke scholing is nodig voor welke taak? De wet BIG – zoals hij er nu uitziet – wordt zorgbreed bediscussieerd bij VWS. De B van Bekwaam wordt hierbij genoemd. Met name onder verpleegkundigen die zowel MBO als HBO geschoold kunnen zijn, bracht dit veel weerstand. Sindsdien is het stil rond de plannen voor BIG II. Men zal terug naar de tekentafel moeten, want er wordt aardig op de deur geklopt door zorgberoepen die graag onder artikel 3 van BIG komen: Momenteel heeft ongeveer de helft van de anesthesiemedewerkers en operatieassistenten een verpleegkundige vooropleiding. Zij staan in het BIG-register en mogen een beschermde verpleegkundige titel voeren. De andere helft mag dit niet, ook al zouden ze dezelfde competenties hebben en hetzelfde werk doen.
Diverse beroepsorganisaties spreken van een ‘weeffout’ in het huidige zorgstelsel. Remko ter Riet, voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Anesthesiemedewerkers (NVAM): “Dagelijks worden voorbehouden handelingen, al dan niet geprotocolleerd, zelfstandig uitgevoerd door operatieassistenten en anesthesiemedewerkers. Dit gebeurt zonder tussenkomst of bijzijn van een arts, zonder dat dit goed is vastgelegd in de Wet BIG. Dit is een onwenselijke en wettelijk onjuiste situatie en dient hersteld te worden, met name in het belang van de patiënt”.

Afvaardiging

Frappant is dat er bij de gesprekken tussen beroepsverenigingen in de mondzorg en stakeholders geen afvaardiging is vanuit de preventieassistenten. Zij zijn namelijk niet georganiseerd tot bijvoorbeeld een beroepsvereniging. Het Register Preventieassistent is wel in gesprek maar ook zij zijn geen belangenvereniging voor de preventieassistent zelf. Ondertussen wordt er hevig ingevuld wat preventieassistenten zouden willen doen en hoe ze dit zouden willen doen. Zo leidt dit onderwerp tot hevige discussies op Mondzorgforum waar preventieassistenten in de minderheid zijn. Al gauw verwijten mondhygiënisten hen en ook tandartsen grenzeloos te zijn en maakt men zich ongerust over de geboden kwaliteit. Er lijken nogal wat vooroordelen over elkaar te zijn waardoor deze onaangename vorm van discussiëren op dit forum is platgelegd.

Enquête onder preventieassistenten

Hoog tijd om dus met de preventieassistent zelf in gesprek te gaan of op zijn minst te peilen wat ze van bepaalde onderwerpen vinden. Er werd daarom in mei onder de preventieassistenten een enquête uitgezet. Zelfs het uitzetten van deze enquête leidde al tot enige heftigheid.

De enquête werd 258 keer ingevuld. 5% gaf aan voortgezet onderwijs als hoogst genoten opleiding te hebben gehad. Het kleinste deel (2%) had universiteit genoten. Het is geen verrassing dat het grootste deel (bijna driekwart) MBO heeft genoten. 17% heeft HBO gestudeerd en 3% noemt zichzelf student.

Werkgeluk

Slechts 2% geeft aan niet gelukkig te zijn met het werk. 24% is enigszins gelukkig, 47% behoorlijk gelukkig en 29% is ontzettend gelukkig met het werk. Om personeel binnen te houden is de ruimte voor ontwikkeling van medewerkers belangrijk. Mensen met voldoende uitdaging blijven doorgaans langer in de praktijk werken. Het is daarom aannemelijk dat als de assistent bijgeschoold wordt tot preventieassistent er een hogere kans is dat hij in de praktijk die deze scholing mogelijk maakte, zal blijven werken. In de meeste gevallen wilde de preventieassistent zelf dit werk gaan doen. Slechts 8% geeft aan dat het puur de wens van de werkgever/praktijkeigenaar was. Helaas vond 5% de scholing tot preventieassistent zwaar onvoldoende en 11% onvoldoende. 7% had hier geen mening over.

Dieper dan 5 mm

Gezien de ABC-structuur en de hevige discussies rondom de ervaring dat (paro)preventieassistenten pockets zouden reinigen die dieper dan 5 mm zijn, werd gevraagd of de preventieassistent zelf vindt dat dit zou moeten kunnen.

  • 23% vindt dat dit absoluut niet zou mogen kunnen.
  • 26% zegt dat dit in principe niet zou moeten kunnen, maar dat er uitzonderingen zijn. Hierbij kan gedacht worden aan patiënten die aangegeven hebben geen uitgebreide behandeling te willen of deze niet te kunnen betalen maar ook niet hun gebit kwijt willen. Hierbij wordt er dan grofweg sub verwijderd waarbij de patiënt op de hoogte is van de risico’s. Ook kan gedacht worden aan een pseudopocket van 6mm terwijl de rest van het gebit gezond is.

Wat exact nog meer als uitzondering kan worden gezien, zou nog in een kwalitatief onderzoek uitgevraagd kunnen worden.

  • 36% vindt dat dit mogelijk moet zijn als hiervoor een cursus is gevolgd.
  • 3% geeft aan dat dit alleen kan als de preventieassistent een Tandheelkunde of Mondzorgkunde student is.
  • 10% geeft aan dat dit kan als de tandarts aangeeft dat het moet en kan. Reden hiervan kan zijn dat wordt gedacht dat de mate van bekwaamheid van de preventieassistent enkel en alleen door de tandarts wordt bepaald.

Er zouden nog andere opties bedacht kunnen worden als antwoord. Deze vraag dwong een van deze antwoorden aan te kruisen. Wellicht zou deze vraag verder uitgediept kunnen worden.

Opleidingsniveau

Op vraag “Zou de cursus Preventieassistent een erkende MBO-opleiding moeten worden?”, zei 17% “Nee.” 76 % antwoordde bevestigend en de rest had geen mening.

Risicovol?

Vervolgens werd deze vraag gesteld: “Bevat het werk van preventieassistent ‘risicovolle handelingen’? Dit zijn handelingen waarbij door een onbekwaam persoon of door onzorgvuldigheid schade bij de patiënt zou kunnen ontstaan.”

  • 75% bevestigde dit en 7% had hierover geen mening.

Vertegenwoordiging

De vraag “Zou u een eigen beroepsvereniging wensen die de belangen van preventieassistenten steunt?”, kreeg de volgende antwoorden:

  • Ja (79%)
  • Nee (11%)
  • Geen mening (10%)
    Een groep hiervan gaf aan te willen helpen bij het opzetten van deze vereniging. Zij lieten hun mailadres achter en zijn met elkaar in contact gebracht.

Uitnodiging tot nader onderzoek

Helaas is onbekend hoeveel van de respondenten daadwerkelijk de bijscholing Preventieassistent hebben gevolgd. Deze enquête is geen wetenschappelijke enquête en wellicht een kleine aanmoediging tot nader onderzoek en tot het aangaan van een gelijkwaardig en constructief gesprek.

Door:
Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

 

 

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
tandenborstels

NVM-mondhygiënisten: eerste jaar experiment zelfstandige bevoegdheid mondhygiënist een succes

Het experiment tijdelijke zelfstandige bevoegdheid mondhygiënist loopt nu een jaar. NVM-mondhygiënisten is tevreden met de positieve resultaten tot nu toe. De professionaliteit van het werk van de mondhygiënist wordt door het experiment, met het toekennen van een volledige zelfstandigheid, en de ervaringen van het afgelopen jaar bevestigd, zegt de beroepsorganisatie.

Op dit moment zijn er 427 mondhygiënisten (tijdelijk) geregistreerd in het BIG-register, meldde NVM-mondhygiënisten op social media.

Geregistreerd-mondhygiënisten, mondhygiënisten die meedoen aan het experiment en in het BIG-register geregistreerd staan, hebben voor het vullen van kleine gaatjes, het verdoven en het maken van röntgenfoto’s geen opdracht van de tandarts meer nodig. En dat heeft voordelen volgens NVM-voorzitter Manon van Splunter-Schneider: “De patiënt komt centraal te staan en niet het administratieve systeem, wat de continuïteit, beschikbaarheid en kwaliteit van de mondzorg ten goede komt. Simpel gezegd betekent dit dat de patiënt gelijk geholpen kan worden en niet een vervolgafspraak hoeft te maken omdat er bijvoorbeeld eerst een röntgenfoto gemaakt moet worden bij de tandarts of op een opdracht gewacht dient te worden.”

Bron:
NVM-mondhygiënisten

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
samen, afspraak, handen schudden

Samenwerkingsafspraken voor geregistreerd-mondhygiënisten bekend

Het experiment geregistreerd-mondhygiënist zal op 1 juli van start gaan. Om ervoor te zorgen dat dit zo goed mogelijk kan verlopen zijn er tussen de KNMT en ANT en de NVM-mondhygiënisten verschillende samenwerkingsafspraken gemaakt. Ook de titels veranderen: er zijn vanaf 1 juli twee officiële titels: mondhygiënist en geregistreerd-mondhygiënist.

Taakherschikking

Zoals eerder al bekend is gemaakt houdt de taakherschikking in dat mondhygiënisten die een vierjarige opleiding hebben genoten tijdelijk meer bevoegdheden kunnen krijgen. Hiervoor moeten ze de hbo-opleiding Mondzorgkunde en een certificaat stralingsbescherming hebben behaald. Daarna kunnen ze registratie bij het CIBG aanvragen.

Na een lange periode waarin voor- en tegenstanders hun standpunt verdedigden mogen geregistreerd-mondhygiënisten per 1 juli zonder opdracht van een tandarts primaire caviteiten boren, verdoving toedienen en röntgenfoto’s maken.

Zorgplan

De samenwerkingsafspraken gaan onder andere over het opstellen van het zorgplan, dit moet voor een volwassene nog steeds worden gedaan door de tandarts. De patiënt kan erom vragen om (delen van) het plan door of in overleg met de geregistreerd-mondhygiënist op te laten stellen. Als de mondhygiënist de hoofdbehandelaar wordt, moeten bij onderdelen waarbij een tandarts waarschijnlijk nodig is met de tandarts worden overlegd.

Solo-opnamen

Het is wenselijk dat röntgenopnames tussen geregistreerd-mondhygiënist en tandarts worden uitgewisseld. Wanneer eerstgenoemde een solo-opname maakt moet deze binnen een maand door een tandarts aanvullend worden beoordeeld. Beiden kunnen individueel onderling afspraken maken over de bekostiging hiervan. De mondhygiënist kan de behandeling intussen wel gewoon voorzetten.

Inschrijving tandarts

Verder moet de geregistreerd-mondhygiënist nagaan of de patiënt is ingeschreven bij een tandarts. Wanneer dit niet het geval is heeft hij/zij een inspanningsverplichting om te proberen dat de patiënt dit alsnog gaat doen. Indien de patiënt weigert, is het de eigen verantwoordelijkheid van de patiënt om tandheelkundige zorg te krijgen bij niet-spoedgevallen.

Jeugd en spoed

Ook moet de mondhygiënist ervoor zorgen dat iemand jonger dan 18 jaar voor hij/zij deze leeftijd bereikt een aantal keer een tandarts bezoekt. Deze kan namelijk een bredere toetsing doen. Tot slot zijn er afspraken gemaakt over de achterwacht voor spoedgevallen, deze moet geregeld zijn maar hoeft niet per se bij de behandelend tandarts van de patiënt te zijn.

Uiterlijk in 2025 zal het experiment eindigen. Gedurende het hele experiment worden onder andere de doelmatigheid van de inzet van de geregistreerd-mondhygiënist en de kwaliteit van de zorg beoordeeld. Het is daarna aan de Tweede Kamer om te beslissen of mondhygiënisten definitief zelfstandige bevoegdheid kunnen verkrijgen.

Titels veranderen: mondhygiënist en geregistreerd-mondhygiënist

Volgens artikel 36a van de Wet op de individuele gezondheidszorg dienen mondhygiënisten die zich inschrijven in het tijdelijk BIG-register de titel geregistreerd-mondhygiënist te voeren.

Vanaf 1 juli 2020 zijn er dus twee officiële titels:
mondhygiënist en geregistreerd-mondhygiënist

NVM-mondhygiënisten roept mondhygiënisten op om de volgende titels aan te houden:

Neem je deel aan het experiment?

Dan ben je verplicht de titel geregistreerd-mondhygiënist te voeren.
Voor de patiënt is het inzichtelijker dat jij een mondhygiënist bent die aan het experiment deelneemt als je hieraan je BIG nr toevoegt, dus:
‘Saskia de Boer, geregistreerd-mondhygiënist, BIG nr. 567891

Neem je niet deel aan het experiment maar ben je wel geregistreerd in het KRM?

Noem je dan: ‘Saskia de Boer, mondhygiënist, geregistreerd in het KwaliteitsRegister Mondhygiënisten’.

Neem je deel aan het experiment, én ben je geregistreerd in het KRM?

Noem je dan: ‘Saskia de Boer, geregistreerd-mondhygiënist, BIG nr. 567891, geregistreerd in het KwaliteitsRegister Mondhygiënisten’.

Neem je niet deel aan het experiment, en ben je ook niet geregistreerd in het KwaliteitsRegister Mondhygiënisten?

Dan kan je je ‘Saskia de Boer, mondhygiënist’ blijven noemen.

NVM-mondhygiënisten adviseert “alle mondhygiënisten goed na te gaan of je op correcte wijze benoemd bent op websites, praktijkinformatie, facturen, correspondentie en social media. Extra punt van aandacht is je LinkedIn-profiel. Bij LinkedIn is het mogelijk een vinkje ‘registered’ aan te klikken. Veel mondhygiënisten hebben dit van oudsher aangevinkt staan omdat ze geregistreerd zijn in het Kwaliteitsregister Mondhygiënisten. Dit doet te veel denken aan de geregistreerd-mondhygiënist. Zet deze dus alleen aan als je geregistreerd-mondhygiënist bent.”

In het BIG-register zijn geregistreerd-mondhygiënisten straks op naam en/of BIG-nummer vindbaar.

Bron:
KNMT
NVM-mondhygiënisten

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
Mondhygiënisten kunnen zich vanaf 1 april laten registreren bij het CIBG

Taakherschikking: Mondhygiënisten kunnen zich vanaf 1 april laten registreren bij het CIBG

Mondhygiënisten kunnen zich vanaf 1 april 2020 laten registreren bij het CIBG om in het kader van de taakherschikking zelfstandig een aantal voorbehouden handelingen te mogen uitvoeren. Het tijdelijk besluit zelfstandige bevoegdheid geregistreerd mondhygiënist gaat in op 1 juli 2020.

Taakherschikking per 1 juli in werking

Er wordt al lange tijd door voor- en tegenstanders over gesproken: de taakherschikking waarbij mondhygiënisten zelfstandig een aantal handelingen mogen uitvoeren die nu nog voorbehouden zijn aan tandartsen. Er is nu besloten dat per 1 juli 2020 het tijdelijk besluit zelfstandige bevoegdheid geregistreerd-mondhygiënist in werking zal treden.
Als het besluit is ingegaan, dan kunnen geregistreerde mondhygiënisten zonder opdracht van een tandarts bepaalde handelingen uitvoeren. De handelingen waar het om gaat zijn: primaire caviteiten boren, verdoving toedienen en röntgenfoto’s maken.

Registratie vanaf 1 april

Om als mondhygiënist zelfstandig deze voorbehouden handelingen te mogen uitvoeren, moet je ingeschreven staan in het tijdelijk register van het CIBG. Vanaf 1 april 2020 kunnen mondhygiënisten een aanvraag voor registratie indienen bij het CIBG. Het gaat voorlopig om een experiment dat vijf jaar duurt.

Samenwerkingsafspraken

De beroepsverenigingen voor tandartsen KNMT en ANT en de beroepsvereniging voor mondhygiënisten NVM-mondhygiënisten hebben samenwerkingsafspraken gemaakt om het experiment zo goed mogelijk te laten verlopen.

Evaluatie door Maastricht UMC+

Maastricht UMC+ zal zowel gedurende de periode van vijf jaar als na afloop het experiment evalueren. Er zal worden gekeken of geregistreerde mondhygiënisten en tandartsen op deze manier doelmatig ingezet kunnen worden en of de kwaliteit van de behandeling van patiënten op niveau blijft. Bij een positieve uitkomst kunnen de voorbehouden handelingen dan definitief door geregistreerde mondhygiënisten worden uitgevoerd.

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
Patiëntenfederatie NL, ministerie VWS en zorgverzekeraars op werkbezoek in mondhygiënepraktijk

Patiëntenfederatie NL, ministerie VWS en zorgverzekeraars op werkbezoek in mondhygiënepraktijk

NVM-mondhygiënisten organiseerde op 12 juli een werkbezoek van Patiëntenfederatie NL, het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en verschillende Nederlandse zorgverzekeraars aan mondhygiënepraktijk MondCleanic, de praktijk van mondhygiënist Mascha Nieuwenstein.

Taakherschikking en samenwerking

Het doel van het werkbezoek was het laten zien van hoe de dagelijkse samenwerking tussen tandartsen, mondhygiënisten en parodontologen verloopt in de praktijk. Ook werden de stappen besproken die nog moeten worden gezet voor het komende experiment van de taakherschikking.

Behandeltraject en uitdagingen in de mondzorg

De Patiëntenfederatie NL, het ministerie van VWS en de zorgverzekeraars hoefden zelf niet plaats te nemen in de behandelstoel, maar kregen wel alle informatie over het behandeltraject en de uitdagingen in de mondzorg. Anderzijds wilde NVM-mondhygiënisten graag van hen weten wat zij belangrijk vinden bij het experiment voor de taakherschikking. Aan het einde van het bezoek werd daarom een groepsgesprek gehouden waarin gesproken werd over de drempels en dilemma’s die bij het experiment verwacht kunnen worden.

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z

ANT beëindigt overleg met NZa over ambities mondzorg

De Associatie Nederlandse Tandartsen (ANT) stapt uit het bestuurlijk overleg met de NZa over de ‘ambities in de mondzorg’. De beroepsvereniging vindt dat zij wel mag meepraten maar niet mag meebeslissen.

Bekostiging mondzorg

In dit overleg van de NZa met beroeps- en brancheorganisatie wordt gesproken over knelpunten in de bekostiging van de mondzorg. “Toen de knelpunten niet onderbouwd konden worden door de NZa is het overleg omgebogen naar ambities voor de mondzorg. Waar deze ambities toe zouden leiden, wat voor maatregelen ze zouden opleveren en wanneer er beleid op gemaakt zou worden, kon de NZa steeds niet zeggen,” stelt Ravin Raktoe, vicevoorzitter en vertegenwoordiger van de ANT bij dit overleg. “Er zijn vervolgens ambities geformuleerd, en de NZa vindt het bijzonder belangrijk dat iedereen deze onderschrijft. Maar iets steunen zonder inspraak te hebben in het vervolgproces dat leidt tot beleid, is van geen waarde – tenzij deelname van veldpartijen zoals de beroepsverenigingen enkel nodig is om het beleid te rechtvaardigen. Als meepraten mag, maar meebeslissen niet, dan staan de conclusies blijkbaar al van te voren vast.”

De ANT vindt dat aanpassingen in de tarieven de uitkomst van het experiment met de taakherschikking vertekenen.  Raktoe: “We hebben gesteld dat tijdens of vlak voor het experiment met taakherschikking er geen grote wijzigingen in het tariefstelsel kunnen worden doorgevoerd. Dat beïnvloedt de evaluatie van het experiment door de Tweede Kamer. Een kostenstijging zoals voorspeld door experts, zou betekenen dat het experiment zou zijn mislukt. Dat kan gemaskeerd worden door aanpassing van de tarieven of het introduceren van een abonnement-systeem bij kinderen, bijvoorbeeld. Dat is niet zuiver, het experiment moet op eigen merites worden beoordeeld.”

In goed overleg

De ANT is het eens met de geformuleerde ambities, die onder andere over transparantie, jeugd- en ouderenzorg gaan. De beroepsorganisatie heeft wel bezwaar tegen het proces: het steunen van ambities zou gelijk staan aan het steunen van de NZa maatregelen die daaruit volgen. Raktoe: “Niet de bekostiging van deze ambities is een knelpunt, zoals de NZa ons wil doen geloven, maar de politieke wil om deze te financieren. Realisatie van ambities kost geld en dus zullen maatregelen die hieruit voortvloeien, grote impact hebben op de financiering van de mondzorg en consequenties meebrengen voor de tarieven. De enige aanwezige in het overleg die daarover besluiten mag nemen is de NZa. Wij zitten dus alleen maar aan tafel, zodat de NZa straks kan zeggen dat de besluiten zijn genomen in goed overleg met alle veldpartijen – en daar passen we voor.”

De ANT vindt het bovendien vreemd dat de NZa een uitgesproken voorstander zegt te zijn van taakherschikking; het experiment moet nog aantonen of het werkt in de mondzorg. “Wat is dan nog het doel van het experiment als de uitkomst voor de NZa al vaststaat?

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
tandarts praktijk

Experiment zelfstandige bevoegdheid mondhygiënist definitief van start

Op 31 mei is de Algemene Maatregel van Bestuur tijdelijke zelfstandige bevoegdheid mondhygiënist bekendgemaakt in de Staatscourant. Hiermee is er groen licht voor het experiment zelfstandige bevoegdheid mondhygiënist. Naar verwachting zal dit per 1 juli 2020 starten.

De bekendmaking betekent dat mondhygiënisten in een 5 jaar durend experiment zonder tussenkomst van een tandarts primaire caviteiten mogen boren, verdoving gaan toedienen en röntgenfoto’s kunnen maken. Ook zal het tuchtrecht van toepassing zijn voor mondhygiënisten.

NVM-Mondhygiënisten: Optimaal gebruik van capaciteit mondzorgverleners

Volgens de Nederlandse Vereniging van Mondhygiënisten is het experiment een positieve ontwikkeling voor de mondgezondheid van de patiënt. “Geregistreerde mondhygiënisten worden daardoor beter inzetbaar omdat geen opdracht meer nodig is van een tandarts.”

“Met preventie als vertrekpunt kan met de juiste inzet van mensen en middelen een mondgezonde generatie worden bereikt en wordt er optimaal gebruikgemaakt van de capaciteit van mondzorgverleners”, zegt Manon van Splunter-Schneider, voorzitter van NVM-mondhygiënisten. Met het langverwachte startsein wordt de mondhygiënist beter inzetbaar en kan de mondzorg in zijn geheel effectiever en efficiënter in worden gericht, volgens de beroepsvereniging. “Het stimuleert de juiste zorg op de juiste plek binnen de mondzorg waarbij de focus op preventie in plaats van curatie komt te liggen.”

“De mondhygiënist is al jaren zelfstandig bevoegd voor het grootste deel van het deskundigheidsgebied. Alleen voor de voorbehouden handelingen, zoals verdoven, het maken van röntgenfoto’s en de behandeling van primaire caviteiten, is nu nog een opdracht van een tandarts vereist om de handeling uit te mogen voeren. Deze opdracht werkt belemmerend voor de beroepsuitoefening van de mondhygiënist en de taakherschikking binnen de mondzorg. Taakherschikking draagt bij aan het doelmatiger organiseren van zorg met behoud en verbetering van de kwaliteit. Hierdoor blijft zorg toegankelijk en betaalbaar en wordt de professionaliteit van zorgverleners optimaal benut”, volgens NVM-mondhygiënisten.

Samenwerking

Bij een geslaagd experiment zal deze tijdelijke zelfstandige bevoegdheid worden omgezet in een definitieve bevoegdheid en de geregistreerde mondhygiënist worden opgenomen onder het zware regime in art. 3 van de Wet BIG.

NVM-mondhygiënisten roept de collega’s in het veld op samen invulling te geven aan het experiment en “tot de juiste samenwerkingsafspraken te komen in het belang van de patiënt.”

KMNT: Niet verrast maar wel teleurgesteld

KNMT-voorzitter Wolter Brands is niet verrast maar wel teleurgesteld: “Jammer genoeg heeft ook ons appèl aan de Raad van State om de maatregel bij te stellen geen gehoor gekregen.” Dat de minister het experiment met het toekennen van drie voorbehouden handelingen aan mondhygiënisten doorzet, is vooral slecht nieuws voor de patiënt, betoogt Brands. “Die loopt het risico op onvolledige diagnoses, overbehandeling en onnodige kosten. Daarnaast is het uitermate verwarrend dat de ene mondhygiënist wél aan het experiment mag meedoen en de andere niet.”

ANT: Experiment is gedoemd te mislukken

De ANT is ervan overtuigd dat “het experiment gedoemd is te mislukken.”

“Wij zijn van mening dat de minister momenteel op een onverantwoorde wijze aan het gokken is met de belangen van onze patiënten. Binnen tien jaar zal een-derde van de tandartsen met pensioen gaan. Tegelijkertijd neemt de complexe zorgvraag toe door de vergrijzing. Het opleiden van een tandarts kost ruim zes jaar en de opleidingen zijn niet van vandaag op morgen uitgebreid. Het was vijf voor twaalf, met de AMvB is het nu een minuut voor twaalf geworden. De minister is aan zet en zal zijn verantwoordelijkheid moeten durven nemen voor alle negatieve gevolgen van zijn beleid”, zegt ANT-voorzitter Jan Willem Vaartjes.

Bron:
NVM-mondhygiënisten.nl
KNMT.nl
ANT-tandartsen.nl

 

 

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z

Tweede Kamer stemt in met taakherschikking mondzorg

Op 18 december stemde de Tweede Kamer in met het taakherschikkingsexperiment voor de mondzorg. Hiermee komt een einde aan de politieke behandeling van de taakherschikking, na eerdere afronding door de Eerste Kamer. De minister stuurt de Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) waarin de taakherschikking wordt geregeld op korte termijn naar de Raad van State (RvS), die deze aan een juridische toets zal onderwerpen.

Een motie van de SP, om het experiment ten minste uit te stellen totdat het Capaciteitsorgaan de effecten ervan in beeld heeft gebracht, is verworpen. Twee moties van het CDA, waarin wordt gevraagd de resultaten van een nulmeting voor aanvang van het experiment naar de Kamer te sturen en te waarborgen dat mondhygiënisten samenwerkingsafspraken met tandartsen maken voor het geval zich calamiteiten voordoen, zijn wel aangenomen.

KNMT wendt zich nu tot Raad van State

‘Een slechte zaak voor de patiënt’, zo reageert KNMT-voorzitter Wolter Brands op de instemming van de Tweede Kamer vandaag met het taakherschikkingsexperiment van minister Bruins. Maar klaar om de handdoek te werpen is de voorzitter van de beroepsvereniging van tandartsen nog niet: ‘We wenden ons nu tot de Raad van State om de haken en ogen aan dit besluit nogmaals onderbouwd onder de aandacht te brengen.’

Brands: ‘De afgelopen jaren hebben we keer op keer onze argumenten tegen het experiment feitelijk onderbouwd. En keer op keer zijn onze argumenten zonder weerlegging terzijde geschoven. De minister is niet vatbaar gebleken voor redelijke argumenten. En nu moet ik tot mijn spijt constateren dat ook de Tweede Kamer hem niet heeft tegengehouden. Dat patiënten risico’s lopen op onvolledige diagnoses, overbehandeling en onnodige kosten deert de partijen blijkbaar niet.’

Na akkoord Raad van State start taakherschikking rond mei 2020

Indien de Raad van State ook akkoord gaat met het experiment, heeft de minister aangegeven in 2019 een nulmeting uit te voeren en rond mei 2020 daadwerkelijk met het experiment te starten. Vanaf dat moment krijgen 4-jarig opgeleide mondhygiënisten die in het tijdelijke BIG-register geregistreerd staan, in principe vijf jaar lang de bevoegdheid om zelfstandig te boren, foto’s te maken en verdoving te geven. Daarna wordt het experiment geëvalueerd.

Bron:
KNMT

Lees meer over: Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z