Winnaar Hokwerda Award 2017: Scanner voor medisch-tandheelkundige interactie

Winnaar Hokwerda Award 2017: Scanner voor medisch-tandheelkundige interactie 

Willem Rademacher, student Tandheelkunde aan de ACTA in Amsterdam, heeft de Hokwerda Award 2017 gewonnen. Hij bedacht de MTI-Scanner: een EPD-geïntegreerde kwaliteits- en veiligheidsmodule voor Medische Tandheelkundige Interacties.

De tweede prijs ging naar Charlotte Hoogeveen (student Mondzorgkunde aan de Hanzehogeschool Groningen) voor haar idee: een automatische kwaliteitsbeoordeling en classificatie van (röntgen)beelden via Deep Learning.

Hokwerda Award

De Hokwerda Award beloont jaarlijks ideeën van studenten Tandheelkunde en Mondzorgkunde die bijdragen aan het verbeteren van de kwaliteit, veiligheid – van patiënt en/of behandelteam, de gezonde werkwijze en of ergonomie binnen de tandheelkunde. De beste inzending wint een geldbedrag van € 1.000 en hulp om het idee in de praktijk te brengen.

De award werd uitgereikt door em. prof. drs. Oene Hokwerda, tijdens het KNMT Studentencongres op 6 oktober 2017 in De Rijtuigenloods in Amersfoort. De Hokwerda Award is een gezamenlijk initiatief van de KNMT, de beroepsvereniging van tandartsen en het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). De initiatiefnemers willen met de prijs stimuleren dat de beroepsuitoefening en de arbeidsomstandigheden in de mondzorg verbeterd worden. Daarbij ligt de focus op duurzaamheid.

Winnaar Hokwerda Award 2017: Scanner voor medisch-tandheelkundige interactie

em. prof. drs. Oene Hokwerda en Charlotte Hoogeveen

Lees meer over: Kennis, Scholing
onderzoek, microscoop

Kandidaten 2017 Eklund Foundation

De Eklund Foundation is in 2015 opgericht om onderzoek en educatie op het gebied van tandheelkunde mogelijk te maken. Onlangs maakte de Eklund Foundation de vier onderzoeksprojecten bekend die zijn geselecteerd voor een subsidie. Dit jaar wordt er wederom €160.000 aan subsidies verdeeld.

Projecten 2017 Eklund Foundation

De succesvolle kandidaten onderscheiden zich van een groot aantal internationale aanvragers en voldoen aan de beoordelingscriteria. De geselecteerde projecten hebben de potentie om waardevolle kennis op desbetreffende terreinen toe te voegen aldus Joel Eklund, de voorzitter van het raad van bestuur van de Eklund Foundation. De vooraf gedefinieerde beoordelingscriteria omvatten innovatie, originaliteit, wetenschappelijke kwaliteit, haalbaarheid en competentie.
De Eklund Foundation is in 2015 opgericht om onderzoek en educatie op het gebied van tandheelkunde mogelijk te maken. De stichting berust op een donatie van 50 MSEK van de familie Eklund, de oprichters van het Zweedse mondhygiënebedrijf TePe Munhygienproductker AB. De stichting heeft besloten om subsidies toe te kennen aan de volgende projecten:

Peri-implant disease in elderly population: epidemiology and treatment strategy of an emerging problem

Verzoeker: Riccardo Guazzo, Universiteit van Padova, Italië.
Co-aanvrager: Luca Sbricoli, Michele Stocchero Universiteit van Padova, Italië.
Promotor: Eriberto Bressan, Universiteit van Padova, Italië.
Subsidie bedrag: 55.000 EUR.

“Naast de ontwikkeling van de tandheelkundige implantaten komen peri-implantaat ziektes steeds meer voor. Daarnaast is er een verouderende populatie, die steeds vaker de eigen tanden behoudt, evenals implantaten. Deze studie zal epidemiologische gegevens verzamelen over de prevalentie peri-implantaat ziektes in een oudere bevolking, met als doel essentiële preventie- en behandelstrategieën te ontwikkelen.”

Periodontitis prevalence in Colitis & Crohn’s disease (PPCC) patients

Verzoeker: Kristina Bertl, Universiteit van Malmö, Zweden.
Co-aanvrager: Andreas Stavropoulos, Universiteit van Malmö, Zweden.
Subsidie bedrag: 53.960 EUR.

“Er is een sterke focus in dit onderzoek naar het verband tussen algemene ziekte en parodontale ziekte. Echter, de mogelijke relatie tussen Colitis, ziekte van Crohn en parodontale ziekte heeft verder onderzoek nodig, en dit project geeft een dieper inzicht in hoe deze ziekten een wisselwerking kunnen hebben.”

Effect of daily flavonoid supplements on periodontal and systemic conditions before and after periodontal treatment

Verzoeker: Monique Danser, ACTA, Nederland.
Promotor: Ubele van der Velden, ACTA, Nederland.
Subsidie bedrag: 28,995 EUR.
“De gunstige effecten van antioxidanten vanuit een gezondheidsperspectief zijn een populair onderzoeksveld. Deze studie zal het potentieel positieve effect van flavonoïden onderzoeken als aanvulling op conventionele parodontale behandeling, eventueel bijdragend tot een gunstig resultaat.”

Tuberosity versus palatal donor site for subepithelial connective tissue graft in root coverage therapy: a randomized clinical trial

Verzoeker: Sébastien Moreaux, Rothschild Ziekenhuis, Parijs, Frankrijk.
Promotor: Philippe Bouchard, Rothschild Ziekenhuis, Parijs, Frankrijk.
Subsidie bedrag: 20.000 EUR.

”Chirurgische correctie, in de vorm van weefseltransplantatie, is een mogelijkheid voor het behandelen van recessies. Deze studie heeft een klinische relevantie met als doel het vergelijken van de resultaten van oogsttransplantaten van het palatum durum, tegenover de tuberositas.”

 

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Tandarts fotoshopt zichzelf en wortelkanaalbehandelingen in Star Wars

Tandarts photoshopt zichzelf en wortelkanaalbehandelingen in Star Wars

Het proces achter wortelkanaalbehandelingen interessant maken voor patiënten lijkt een onmogelijke zaak. Tandarts J.S. Abernathy Dental uit het Amerikaanse Jonesboro, Arkansas, dacht echter dat dit anders moest kunnen en photoshopte zichzelf in de laatste scènes van de eerste Star Wars film.

In het op een indrukwekkende manier bewerkte fragment is te zien hoe de tandarts samen met de Star Wars karakters naar een presentatie kijkt over hoe een wortelkanaalbehandeling uitgevoerd moet worden. Waar iedereen denkt dat dit proces onmogelijk is gaat de tandarts de uitdaging aan en baant hij zijn weg door alle uitdagingen die op zijn pad komen. “Prepare your PIPS. May the force be with you.”

Bron:
YouTube

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis, Thema A-Z, Video
Implantaat

Tijdelijke voorziening na chirurgie voor implantaat

In de esthetische zone is een tijdelijke voorziening nodig bij implanteren. Zo simpel mogelijk en uitneembaar is het beste, vooral wanneer de implantoloog en tandarts niet bij elkaar in het pand zitten. Bekijk de 8 opties.

Er is een verschil tussen de zijdelingse delen en de esthetische zone bij implanteren. In de zijdelingse delen kan het healing abutment blijven zitten en is het niet nodig om een tijdelijke voorziening te maken. In de esthetische zone (front of eerste premolaar) moet wel iets tijdelijks gemaakt worden. Zo simpel mogelijk en uitneembaar is het beste, vooral wanneer de implantoloog en tandarts niet bij elkaar in het pand zitten.

Opties tijdelijke voorziening bij implantaat

  1. De partiële plaatprothese

    Bij één fase-chirurgie mag het plaatje niet heen en weer bewegen op het implantaat, omdat je geen kracht op het implantaat wilt tijdens het inhelen.

  2. De essixretainer

    Een transparant dieptrekplaatje. Ook hier geldt weer dat je geen druk wilt op het onderliggende weefsel.

  3. Een orthodontische retentieplaat waarin elementen geplakt worden

  4. In de beugel zelf middels brackets prothese elementjes in de boog zetten

  5. Tijdelijke composiet etsbrug

    Hoe steviger en mooier deze is, hoe moeilijker de etsbrug te verwijderen is. Er kan ook een Maryland etsbrug in het lab gemaakt worden. Het liefst met één vleugel, omdat deze makkelijker los en vast te maken is.

  6. Omslepen buurelementen

    Bij bestaand kroon en brugwerk in de mond kunnen de omslepen buurelementen gebruikt worden om één grote tijdelijke voorziening te maken.

  7. Een tijdelijke brug in combinatie met een healing abutment

    Er wordt gekozen voor een plastic healing abutment wat opgevuld wordt met composiet.

  8. Een tijdelijke kroon die verschroefd is op het implantaat

    Deze dient om het zachte weefsel dezelfde vorm te geven als de buurelementen en papillen te sturen. Hiermee kan een zo natuurlijk mogelijk emergence profile verkregen worden.

Alwin van Daelen is restauratief tandarts, NVVRT.

Verslag door Paulien Buijs, voor dental INFO, van de lezing van Alwin van Daelen tijdens de NSOI-workshop Implantologie, de bovenbouw

 

 

 

 

 

Lees meer over: Congresverslagen, Implantologie, Kennis, Thema A-Z
Grote studie naar erfelijkheid van parodontitis

Grote studie naar erfelijkheid van parodontitis

Onder leiding van wetenschappers van het Berlijnse academisch ziekenhuis Charité heeft een groot internationaal onderzoek plaatsgevonden naar de erfelijkheid van parodontitis. Hieruit blijkt dat bij de ontwikkeling van parodontitis aanleg een rol speelt.

Parodontitis wereldwijd probleem

Parodontitis is een veel voorkomende ontstekingsziekte, die wordt veroorzaakt door een bacterie. Naar schatting heeft ongeveer elf procent van de wereldbevolking last van een ernstige vorm van parodontitis. Gevoeligheid voor parodontitis wordt bepaald door een samenspel tussen mondflora, immuunsysteem, roken en voeding, maar ook door stofwisselingsziekten zoals Diabetes mellitus. De genetische eigenschappen van iemand bepalen de reactie van het lichaam op deze factoren.

Grootschalig onderzoek

In het internationale onderzoek is genetische informatie van duizenden patiënten met agressieve en chronische parodontitis vergeleken met die van gezonde individuen. Het doel was vast te stellen welke genen het risico om ziek te worden beïnvloeden. Hiertoe zijn miljoenen DNA-sequentievarianten die over het gehele genoom verdeeld zijn en het grootste deel van de genetische informatie beschrijven, in uitgebreide patiënt- en controlegroepen onderzocht. “Omdat DNA-sequentieverschillen van invloed kunnen zijn op het risico om ziek te worden, is het door het vergelijken van de frequentie bij patiënten en gezonde deelnemers mogelijk om een ziekteverband voor individuele genregio’s te vinden,” aldus Prof. Dr. Arne Schäfer van Charité.

Genregio’s

De onderzoekers vonden twee genregio’s, die samenhangen met een verhoogd risico op diverse vormen van parodontitis. Eén van de twee regio’s is verantwoordelijk voor de synthese van alfa-defensines (antimicrobiële peptiden), die in gespecialiseerde immuuncellen worden geproduceerd. Deze immuuncellen, neutrofiele granulocyten, maken deel uit van de aangeboren immuunafweer en dienen voor de identificatie en vernietiging van micro-organismen. Het tweede gengebied (siglec-5), die wetenschappers gelokaliseerd hebben, remt nogmaals de activering van deze immuuncellen.

“Onze resultaten tonen aan dat de verschillende vormen van parodontitis een gemeenschappelijke genetische basis hebben”, aldus Schaefer. Hij benadrukt: “Er zijn dus groepen patiënten, die door aanleg parodontitis ontwikkelen, die volledig losstaat van andere risicofactoren zoals roken, mondhygiëne of leeftijd.”

Bronnen:
Chartite.de
NCBI

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Henry Schein Dental en Software of Excellence aanwezig op MedischOndernemen LIVE

Henry Schein Dental en Software of Excellence aanwezig op MedischOndernemen LIVE

De complexe ontwikkeling van tandheelkunde brengt voortdurend nieuwe mogelijkheden voor professionals en patiënten. Voor praktijkhouders of  -managers is het noodzakelijk om veranderingen toe te passen wil je hier op inspelen. Dit geldt niet alleen voor behandelmethoden, maar ook voor de bedrijfsvoering. Daarom presenteren Henry Schein Dental en Software of Excellence zich samen op het themaplein voor mondzorg met MedischOndernemen LIVE, het grootste kennis-, innovatie- en netwerkevenement voor huisartsen, tandartsen, fysiotherapeuten, gezondheidscentra en andere eerstelijnszorgondernemers. Het evenement vindt plaats op 06 en 07 oktober 2017 in Nieuwegein. *)

 

Rol dentaal specialist en managen team


Namens Henry Schein spreekt Ernst-Jan Hondsmerk van Splend!d Consultancy over het thema leiderschap met als titel ‘lijden of leiden?’ – een lezing met praktische tips over hoe de praktijkhouder de balans vindt tussen de rol van dentaal specialist en het managen van een team. Deze lezing maakt deel uit van de activiteiten van Henry Schein Dental Business Solutions, een complete reeks oplossingen voor de tandheelkundige zorg, waarmee de dagelijkse workflow en het praktijkmanagement worden verbeterd. De oplossingen zijn gebaseerd op drie kernelementen – advies, training en groei.

Wat als een no-show u maar 1 euro kost

 

Software of Excellence biedt de lezing ‘Wat als een no-show u maar 1 euro kost?’. Roberto Lamsberg van DCManagement laat in deze lezing zien hoe tandheelkundige professionals de bedrijfsvoering kunnen optimaliseren door bijvoorbeeld het financiële effect van no-shows te verminderen. Software of Excellence is een van de wereldmarktleiders in praktijkmanagementoplossingen. De organisatie biedt praktijkmanagementsoftware die voorbij gaat aan de traditionele patiëntensoftware. Het systeem EVOLUTION bijvoorbeeld heeft als doel de praktijk efficiënter te maken, zodat de praktijk meer tijd beschikbaar heeft voor de patiëntenzorg.

 

Lees meer over: Kennis, Scholing
Lachgas in mondzorg

Richtlijn lachgas in de mondzorg

Het gebruik van lachgas in de mondzorgpraktijk komt steeds meer voor. Extreem angstige patiënten of patiënten met een lichamelijke of verstandelijke beperking voelen zich met lachgas comfortabeler en kunnen beter behandeld worden.

Bekijk de richtlijn lachgas in de mondzorg

Lees meer over: Kennis, Richtlijnen
StandbyDag 2017

StandbyDag 2017

Dit event is voorbij

Naast het bezoeken van de informatiemarkt en tijd voor een gezellige ontmoeting met collega’s, leer je deze dag veel inhoudelijke zaken die direct toepasbaar zijn in jouw dagelijkse praktijk.

Zaterdag 4 november, Utrecht

De informatie die tijdens deze dag aan je wordt overgedragen, bied je handvatten voor de dagelijkse praktijk en geeft belangrijke kennis om het werk goed, effectief en met plezier te kunnen doen.

Een greep uit het programma van StandbyDag 2017

– Hoe bewust ben jij van je eigen taalgebruik?
– Van assistent tot tandarts
– Samenwerking tussen tandarts / tandartsassistenten / orthodontist en logopedist
– Steriel werken in de mondzorgpraktijk
– Wat kun je doen om je werk toch uitdagend en inspirerend te houden?

Kortom: een inspirerende dag die je niet mag missen!

Beleef de sfeer van de StandbyDag


Meer informatie StandbyDag 2017

Lees meer over: Kennis, Scholing
app opsporen parodontitis

App met zelftest parodontitis

Er is in Duitsland een nieuw instrument in de strijd tegen parodontitis ontwikkeld. Met een app kunnen patiënten zelf testen hoe groot het risico is om parodontitis te ontwikkelen.

Parodontitis

Parodontitis is een van de meest voorkomende chronische ziekten op de wereld. Alleen al in Duitsland lijden ongeveer 11,5 miljoen mensen aan een zware vorm van deze ziekte.

“Als parodontitis niet behandeld wordt, kan dit leiden tot tandverlies en ook effect hebben op de algemene gezondheid en het algemene welbevinden. Net zoals bij een ijsberg, verloopt de ziekte grotendeels onder de zichtbare oppervlakte. Doordat er meestal geen pijn gevoeld wordt, wordt de ziekte vaak pas in een laat stadium ontdekt,” verklaarde Prof. Dr. Thomas Kocher. “Het is dus belangrijk om de waarschuwingssignalen voor mogelijke parodontitis te kennen en bij de eerste aanwijzingen de tandarts te bezoeken. Door vroegtijdige herkenning en een juiste behandeling kan het ziekteproces tot stilstand gebracht worden.”

Vroege opsporing parodontitis door app

Vroege opsporing van de ziekte is dus belangrijk. Reden voor de Deutsche Gesellschaft für Parodontologie om een app te laten ontwikkelen waarmee patiënten zelf kunnen onderzoeken welk risico ze lopen om parodontitis te ontwikkelen. Voor deze app is gebruik gemaakt van data die verzameld zijn bij de lopende gezondheidsstudie SHIP (Study of Health of Pomerania). Met de gratis app kan iedereen eenvoudig zijn risicofactoren inschatten.

Bron:
DGParo.de

 

 

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis, Parodontologie, Thema A-Z
Congres Endondontische complicaties: een impressie

Congres Endondontische complicaties: een impressie

Op 22 september vond het congres Endodontische complicaties plaats in de RAI, Amsterdam. De ruim 500 congresdeelnemers waren erg positief over het programma.

Zij beoordeelden de lezingen van de endodontologen Marga Ree en Michiel de Cleen zelfs met een 9. Het totale congres kreeg een gemiddeld rapportcijfer van 8,5. Hieronder ziet u een impressie van het congres

Congres Endondontische complicaties: een impressie Congres Endondontische complicaties: een impressie Congres Endondontische complicaties: een impressie Congres Endondontische complicaties: een impressie Congres Endondontische complicaties: een impressie

Lees meer over: Kennis, Scholing
Implantologie

Implantologie: Verschroeven of cementeren?

In de begintijd van de implantologie was het alleen mogelijk om te verschroeven. Op implantaten zat een mesostructuur die werd afgedrukt en daarop kwam een verschroefbare constructie. Deze bruggen hadden weinig uitval en peri-implantitis was er niet. De zwakke schakel waren de schroeven waarmee de brug vastgezet werd; deze braken nog wel eens. De brug werd er ieder jaar helemaal afgehaald, schoongemaakt en daarna weer teruggeplaatst.

Grotere constructies

Tegenwoordig worden ook steeds meer grotere constructies vervaardigd. Bijvoorbeeld bij oligodontie of wanneer er sprake is van grote botdefecten en het nog maar de vraag is of een botopbouw aan gaat slaan. Dan kan er geïmplanteerd worden in de regio’s waar nog wel voldoende bot beschikbaar is. Dergelijke constructies zijn altijd verschroefd omdat het mogelijk moet zijn om eronder te kijken of de implantaten inderdaad schoon zijn.

Papil

Bij grote bot defecten en botopbouw komt de papil niet meer terug. Dan is het sowieso nodig om roze porselein te gebruiken in de kroon. Belangrijk hierbij is dat de rand hiervan onder de lachlijn ligt.

Niet-verblokken

Vroeger werden de kronen bij voorkeur met elkaar verblokt, nu bij voorkeur juist niet verblokt. Bij cementeren was het heel lastig om het cement te verwijderen. Hoe dieper de outline ligt, hoe moeilijker dit is. Dit was een grote oorzaak van peri-implantitis.

Cementeren

Bij het individuele abutment ligt de rand net onder de gingiva. Wanneer er cement achterblijft, is dit moeilijk te voelen met scaler, sonde of floss. Approximaal kun je het op de röntgenfoto zien, maar buccaal en linguaal zie je dit niet. Achtergebleven cement veroorzaakt peri-cementitis. Wanneer het nodig is om te cementeren, leg dan een retractiedraadje als barrière net voorbij de outline voor het cementeren. De mucosa moet hiervoor verdoofd worden en vervolgens kunnen resten cement goed worden weggehaald met een scaler, zonder dat de patiënt dit voelt. Voordat de kroon gecementeerd wordt, wordt in het schroefgat van het abutment teflon gedaan en aangestampt met daaroverheen flowable composiet.

Redenen voor cementeren

  • Esthetische situaties in het front. De tandtechnieker kan de kroon er vaak op en af halen en dit makkelijk doen en hoeft hem niet steeds los te schroeven.
  • Wanneer het schroefgat buccaal of incisaal uit zou komen.
  • Kronen met smalle diameter: schroefgat verzwakt de kroon te veel.
  • Occlusie in zijdelingse delen (schroefgat verzwak de afsluiting van de kroon)

Redenen voor verschroeven

  • Alle grotere constructies worden sowieso verschroefd en ook alle cantilever bruggen.
  • Bij hoger risico op recessie: je kunt altijd nog bij de kroon.
  • Bij kleine interocclusale ruimte (nodigt niet uit tot cementeren door retentieproblemen).
  • Bij moeizamer cement verwijderen.
  • Bij risico op technische/biologische complicaties.

Zijdelingse delen

In zijdelingse delen is men veelal overgegaan op verschroefde kronen. Als de diameter van de schroefkop heel dun is, kan de tandtechnieker ook een klein schroefgat maken. Daarnaast zijn individuele abutments eerste keus en wordt de kroon in het lab gecementeerd, zodat de outline mooi schoon is. Het risico van een niet-individueel abutment, ofwel de ti-base, is dat de kroon loskomt van de ti-base.

Aantorquen kroon

Voor het aantorquen van de kroon moet een controle foto gemaakt worden om te zien of de kroon goed op zijn plek zit. Wanneer met de hand aangedraaid wordt, moet de schroef in één keer stoppen met draaien en moet het niet zo zijn dat er steeds meer weerstand gevoeld wordt met draaien. Dit is een teken dat de kroon niet goed op zijn plaats zit.

Alwin van Daelen is restauratief tandarts, NVVRT.

Verslag door Paulien Buijs, voor dental INFO, van de lezing van Alwin van Daelen tijdens de NSOI-workshop Implantologie, de bovenbouw

 

 

Lees meer over: Congresverslagen, Implantologie, Kennis, Thema A-Z
Hypnose in de tandartsstoel

Hypnose in de tandartsstoel

Door het populaire televisieprogramma Mindf*ck, waarin Victor Mids goocheltrucs doet waarbij hij hypnose en andere vormen van zinsbegoocheling gebruikt, staat hypnose ineens volop in de belangstelling. Hoe werkt hypnose eigenlijk? En kun je het in de tandartsstoel gebruiken om angst en pijn weg te nemen?

Wat is hypnose?

Bij hypnose vindt een interactie tussen twee personen plaats. De een zet de ander er toe aan zijn aandacht te richten op innerlijke processen, zoals gedachten, gevoelens en fantasie en niet bezig te zijn met de realiteit en eventuele zorgen. Hypnose is allesbehalve een slaaptoestand, het is eerder een vorm van verhoogde concentratie. De aandacht richt zich op één gegeven of op een onderdeel van de werkelijkheid. Al de rest verdwijnt in het niets. De hersenen gaan zich heel intens concentreren op de doelwitinformatie.

Hypnose door de tandarts

Hypnose zou door een tandarts toegepast kunnen worden om bij de patiënt angst en pijn te voorkomen. Met behulp van verbale en non-verbale communicatie laat de tandarts de patiënt zich dan situaties voorstellen, die leiden tot een andere manier van denken en voelen. Het lichaam kan daarbij moeilijk onderscheid maken tussen de realiteit en de verbeelding.

Voor een patiënt met angst is zowel de tandarts als zijn apparatuur bedreigend. Sommige mondverzorgers hebben een natuurlijk talent om een goede sfeer te scheppen en humor in te brengen tegen angst. Anderen zouden een patiënt door hypnose naar een comfortabele toestand kunnen begeleiden. Hypnose is een vaardigheid die kan worden aangeleerd.

Therapeutische mogelijkheden

Hypnose zou onder andere gebruikt kunnen worden voor:

  • ontspanning;
  • pijn- en angstreductie;
  • behandeling van bepaalde fobische klachten;
  • volledige analgesie van de mond;
  • zelfcontroletechniek bij bruxisme en kokhalsreflex;
  • vergroting van de therapietrouw van de patiënt, bijvoorbeeld voor het innemen van medicijnen of het opvolgen van nazorg-aanwijzingen, oefeninstructies of houdings- of voedingsadviezen.

Trance

Een patiënt kan leren zich te concentreren op een positieve ervaring in een ander lichaamsdeel, zodat de pijnbeleving in de mond vermindert en draaglijk wordt. Business coach en therapeut “Het is mogelijk in een toestand van diepe trance een gevoelloosheid te bereiken.” In trance reageren we volgens Koeck ook beter op suggestie. Deze kan zowel psychische als lichamelijke functies beïnvloeden. Door suggestie kan onze bloeddruk, hartslag en zelfs de stollingstijd van het bloed worden beïnvloed.

Suggestie

Tandarts en gz-psycholoog prof. dr. Ad de Jongh vindt het belangrijk dat de werking van hypnose wetenschappelijk is vastgesteld. Het gaat niet om mysterieuze hocus pocus, maar om het op hun gemak stellen van patiënten door hypnose-oefeningen tijdens tandbehandelingen. “Hypnose klinkt sommigen vaag in de oren, maar het is niets meer dan ontspanning en suggestie”, zegt De Jongh. “Die suggestie werkt zowel geestelijk als lichamelijk. Je kunt bijvoorbeeld een illusie oproepen in je hoofd, zodat je met je gedachten ver van de tandartsstoel bent. Maar met hypnose kun je ook je lijf voor de gek houden door bepaalde lichaamsdelen gedeeltelijk gevoelloos te maken. Een pijnlijke kies, bijvoorbeeld.”

Niet bij iedereen

Tijdens de volledige hypnosesessie houdt de patiënt de touwtjes in handen en kan hij de behandeling op ieder moment zélf verbreken. “Iedere hypnose is in feite zelfhypnose: de patiënt brengt zichzelf in ‘ruststand’. Dat lukt niet bij iedereen even goed. Bij tien procent van de bevolking lukt het zelfs nooit”, zegt De Jongh. “De andere negentig procent is wel hypnotiseerbaar. Bij ongeveer één op de tien mensen lukt het zelfs bijzonder vlot. Dat zijn de mensen die de vaardigheid hebben om zich helemaal af te sluiten voor de buitenwereld. Als je bijvoorbeeld volledig kunt opgaan in een boek en niets meer om je heen hoort, zul je ook goed in staat zijn tot zelfhypnose. En dus ook om een stuk kalmer te worden bij de tandarts.”

Volgens dokter Erwin de Bisscop van het Korzybski Instituut in Brugge – één van de plaatsen waar hypnose gedoceerd wordt – is gezonde argwaan geen belemmering voor een goede medewerking bij hypnose. “Wanneer een patiënt weerstand biedt, kan je dat juist gebruiken tijdens de hypnosesessie. Het maakt dat de patiënt nog sneller dan anderen in trance raakt zonder het zelf te merken.”

Bronnen:
Vlaamse Wetenschappelijke HypnoseVereniging
www.coachteam.com
www.hypnosis.nl
Prof. dr. Ad de Jongh

Door: Lieneke Severink-Jorna, mondhygiënist

 

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis
Passen van potentiële gebitten door middel van Augmented Reality

Passen van potentiële gebitten door middel van Augmented Reality

In de toekomst zou het nog wel eens mogelijk kunnen zijn om het resultaat van een tandheelkundige behandeling te zien voordat de behandeling daadwerkelijk is uitgevoerd. De Zwitserse startup Kapanu werkt hard aan de ontwikkeling van een ‘virtuele spiegel’ waarmee dit mogelijk zal zijn.

Digitaal passen van gebitsbehandelingen

Over het algemeen vinden de meeste mensen gebroken of verkleurde tanden niet heel aantrekkelijk, om welke reden veel mensen bepaalde tandheelkundige behandelingen overwegen om dit soort problemen op te lossen. Deze behandelingen veranderen echter niet alleen het gebit, maar ook de algehele gezichtsuitdrukking. Om die reden is het gebruikelijk dat patiënten eerst een voorbeeld van het resultaat te zien krijgen. Waar dat op dit moment gebeurt met een 3D model dat door de patiënt kan worden gepast, is het in de toekomst waarschijnlijk mogelijk om dit digitaal te doen.

Augmented Reality

Kapanu heeft de “Kapanu Augmented Reality Engine” ontwikkeld: software waarmee patiënten binnen seconden het resultaat van een toekomstige tandheelkundige behandeling kunnen zien. Dit is mogelijk door middel van een Augmented Reality live video die wordt gemaakt van de patiënt, waar vervolgens een virtueel model van de reconstructie op wordt geprojecteerd. De patiënt kan vervolgens zijn gezicht in alle kanten op bewegen om zo het potentiële nieuwe gebit van alle kanten te aanschouwen.

Alternatieve opties

Een ander voordeel van het ‘passen’ van een behandeling via Augmented Reality is dat verschillende alternatieven kunnen worden geprobeerd. Met een wax model is dit simpelweg niet haalbaar vanwege de tijd en moeite die in het maken van zo’n model gaat zitten, maar op de digitale manier kost dit slechts enkele klikken met de muis. Op deze manier kunnen de verwachtingen die patiënten bij een behandeling hebben ook beter kunnen worden waargemaakt.

3D modellen gebitten

Om het gebit van een patiënt virtueel aan te kunnen passen ontvangt de software informatie van een database met 3D modellen van aantrekkelijke gebitten, die al eerder zijn gebruikt door tandartsen. Door eerst een 3D scan te maken van het gebit van de patiënt kunnen deze bestaande modellen passend worden gemaakt.

Positieve reacties

Toen Kapanu hun systeem voor het eerst aan de buitenwereld toonden tijdens de International Dental Show (IDS) in Keulen kregen zij heel veel positieve reacties van tandartsen van over de hele wereld die geïnteresseerd waren om de nieuwe technologie toe te passen in hun praktijk. Op dit moment is de software nog niet beschikbaar voor eindgebruikers, maar dit zal snel veranderen. Kapanu hoopt over 18 maanden marktleider te zijn, wat haalbaar is aangezien er momenteel geen vergelijkbare systemen bestaan.

De werking van de Kapany Augmented Reality Engine wordt verder toegelicht in deze video.

Bron:
ETH Zürich

Lees meer over: E-health, Kennis, Markttrends, Video
Gouden Boekje Wiwi Wit geïntroduceerd

Gouden boekje Wiwi Wit – het leven van een kindertand – geïntroduceerd

In Amsterdam is begin september het kinderboek ‘Wiwi wit – het leven van een kindertand’ gepresenteerd. Dit Gouden Boekje is speciaal bedoeld voor kinderen van 4-8 jaar. Ze raken via het boekje op een leuke manier vertrouwd met de tandarts en mondhygiënist. Ouders krijgen vooral het belang van napoetsen mee. Het boekje is geschreven en geïllustreerd door Marion Bloem.

 

Verkrijgbaar

Het boekje Wiwi Wit – Het leven van een kindertand – is online verkrijgbaar voor consumenten.
Alle NVM-leden krijgen een exemplaar van het boekje Wiwi Wit toegestuurd. ANT-leden kunnen tot 1 oktober een gratis een exemplaar aanvragen. KNMT-leden hebben een e-mail ontvangen met link voor het gratis aanvragen van een exemplaar.

Gouden Boekje Wiwi Wit geïntroduceerd

Gouden Boekje Wiwi Wit geïntroduceerd

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis
nascholing KRT

Nieuw KRT-scholingsreglement

Het Kwaliteitsregister Tandartsen (KRT) heeft onlangs een periode van evaluatie afgerond, waarin tandartsen en opleiders hun mening konden geven over het toekennen van KRT-punten.
Op grond van de uitkomsten is
een nieuw scholingsreglement opgesteld.

Wijzigingen

Het KRT-scholingsreglement beschrijft op welke wijze aan de registratienorm voor deskundigheidsbevordering voldaan kan worden. Naar aanleiding van de gehouden evaluatie zijn er een aantal wijzigingen doorgevoerd.

Per uur scholing 1 KRT-punt

Nieuw is dat er niet langer maximaal 6 KRT-punten per dag scholing te ‘verdienen’ zijn. Ieder uur scholing levert 1 KRT-punt op. Dit geldt zowel voor klassikale bijeenkomsten als voor scholing online. Voor beide vormen moet de opleider een bewijs overleggen van de hoeveelheid tijd die de cursist aan de bijscholing heeft besteed. Dit kan in de vorm van een dagprogramma zijn, een digitale tijdsregistratie of de uitkomsten van een enquête onder de cursisten over de tijdsbesteding.

Algemene scholing

Naast vakinhoudelijke scholing komt nu ook algemene scholing in aanmerking voor KRT-punten, zoals scholing die gericht is op de praktijkvoering. Er wordt daardoor beter aangesloten bij het CanMeds-competentiemodel.

Opgeheven regelingen

Enkele regelingen komen niet meer voor in het nieuwe scholingsreglement. Zo zijn er geen extra punten meer te krijgen voor het volgen van een geaccrediteerde scholing, het afleggen van een toets en het deelnemen aan een algemene ledenvergadering.

Invoering

Het nieuwe scholingsreglement gaat in op 1 oktober 2017. Voor aanvragen tot 1 oktober 2017 is het oude reglement nog geldig.

Lees meer over: Kennis, Scholing
Hallo Dokter maakt Online Video Consult mogelijk

Hallo Dokter maakt Online Video Consult mogelijk

Afgelopen week is de dienst ‘Hallo Dokter’ live gegaan. Via dit platform kunnen patiënten videoconsulten met de huisarts voeren. Deze gebruiksvriendelijke website werkt in combinatie met de Persoonlijke Gezondheids Omgeving (PGO).

Hallo Dokter

Zorgconsumenten sluiten via Hallo Dokter een lidmaatschap af het met bedrijf. Via een unieke Medi-ID nummer kunnen ze vanaf een laptop, telefoon of tablet inloggen om videoconsulten met de huisarts te voeren. Via deze beveiligde web-omgeving kunnen ze ook hun medische gegevens bijwerken in het PGO.

Vergoeding basisverzekering

Het videoconsult heeft een tarief van de Nederlandse Zorgautoriteit ontvangen en valt daarmee officieel onder de basisverzekering. Deelnemende huisartsen krijgen ook een jaarlijkse vergoeding van de online videodienst.

Digitale gezondheidszorg

Hallo Dokter draagt bij aan de digitale gezondheidszorg in Nederland. De Coöperatie van Innoverende Huisartsen in E-Health (C.I.H.E.) werkt daarom ook mee aan deze dienst. Zij zorgen ervoor dat Hallo Dokter voldoet aan alle wetten en regels die er zijn.

Lidmaatschap

Lidmaatschapskosten liggen op 25 euro per jaar voor het eerste volwassen familielid dat meedoet. De volgende thuiswonende familieleden betalen 20 euro en kinderen tot achttien kunnen gratis lid worden indien een van de ouders lid is.

“Een vernieuwing zoals deze moet vanuit de consumenten zelf komen”, aldus Guido Maas, founder van Hallo Dokter. Met het opzetten van deze dienst was hij van plan het onderdeel van de basiszorg in Nederland te maken. Uiteindelijk is er voor gekozen om deze dienst te starten op basis van de gebruiker.

Hallo Dokter maakt gebruik van de bestaande infrastructuur, wat betekent dat geen enkele partij iets hoeft te downloaden om gebruik te maken van de dienst.

 

 

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis
MedischOndernemen-LIVE

MedischOndernemen LIVE

Dit webinar is voorbij

Op 6 en 7 oktober organiseert MedischOndernemen in samenwerking met alle belangrijke stakeholders in de eerstelijnszorg MedischOndernemen LIVE, een kennis-, innovatie- en netwerkevenement voor tandartsen, huisartsen,  fysiotherapeuten, gezondheidscentra en andere eerstelijnszorgondernemers.

Tijdens MedischOndernemen LIVE ontmoet u andere gelijkgestemden die ook willen samenwerken. Gelijkgestemden die van mening zijn dat samenwerking in de eerstelijnszorg de toekomst heeft. U wordt uitgedaagd en scherp gehouden zodat u beter kunt inspelen op een wereld die verandert en van u als ondernemer steeds nieuwe beslissingen vraagt.

Wat biedt MedischOndernemen LIVE? 

Tijdens MedischOndernemen LIVE vindt u producten, diensten, inspirerende sprekers, trends, praktische sessies en vele vakgenoten om kennis en ervaring mee uit te wisselen. Allemaal toegespitst op de vragen waar u als ondernemer in de eerste lijn tegenaan loopt. We helpen u met het maken van grote keuzes en het vinden van praktische oplossingen.

Openingstijden

  • vrijdag 6 oktober van 13.00 tot 21.00 uur
  • zaterdag 7 oktober van 10.00 tot 17.00 uur

 

Lees meer over: Kennis, Scholing
Kennisagenda-mondgezondheid

Kennisagenda Mondgezondheid vraagt input van mondzorgprofessionals

De projectgroep Kennisagenda Mondgezondheid inventariseert waar mondzorgprofessionals tegenaan lopen tijdens hun werkzaamheden. Welke mondzorgonderwerpen zijn voor u het belangrijkst? Helpt u mee om de Kennisagenda Mondgezondheid samen te stellen? Vul de  vragenlijst in.

Het nemen van beslissingen over behandelingen is niet altijd even simpel. Verschillende bronnen geven verschillende informatie, die dan vaak ook weer kunnen afwijken van uw eigen kennis of ervaring. Deze kloof tussen praktijk en wetenschap lijkt steeds groter te worden, terwijl wetenschappelijk onderzoek wat aansluit op uw kennisbehoefte zou kunnen zorgen voor een hogere kwaliteit van mondzorg en meer maatschappelijke waarde van gedaan onderzoek.

Mondzorgprofessionals aan het woord

Als mondzorgprofessionals zelf meedenken over belangrijke onderwerpen en vraagstukken voor toekomstig wetenschappelijk onderzoek kan dat de kloof tussen praktijk en wetenschap verkleinen. Dit kan leiden tot betere behandelbeslissingen en betere zorg voor patiënten.
In een eerdere enquête hebben mondzorgprofessionals onderwerpen voor toekomstig onderzoek aangedragen. Deze onderwerpen zijn gebaseerd op lastige beslismomenten in de dagelijkse praktijk van patiëntenzorg.

Nu willen we graag weten welke onderwerpen voor mondzorgprofessionals het belangrijkste zijn. Door te kiezen welke onderwerpen voor u het belangrijkst zijn, helpt u mee om de Kennisagenda Mondgezondheid samen te stellen.

Vul de  vragenlijst van de Kennisagenda Mondgezondheid in

Doe mee en draag bij aan de Kennisagenda Mondgezondheid: Kies de onderwerpen die voor u het uw belangrijkste zijn door de enquête in te vullen.

Het opstellen van een kennisagenda waarin mondzorgprofessionals zelf kunnen meedenken over belangrijke onderwerpen en vraagstukken kan de kloof tussen praktijk en wetenschap verkleinen. Meer klinische toepasbaar wetenschappelijk onderzoek kan het maken van behandelbeslissingen vergemakkelijken. Maar hiervoor moeten wetenschappers weten wát er precies onderzocht moet worden.

Uw bijdrage is dus belangrijk. Deel uw onderwerpen en vraagstukken waar u in uw werk tegenaan loopt en help mee een representatieve Kennisagenda Mondgezondheid op te stellen.

Meer informatie

Op www.mondzorg2020.nl vindt u uitgebreide informatie over het project.

Vragenlijst invullen

Vul de vragenlijst van de Kennisagenda Mondgezondheid in

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Dagelijks gebruik chloorhexidine bij verpleeghuisbewoners leidt niet tot minder kans op longontsteking

Dagelijks gebruik chloorhexidine bij verpleeghuisbewoners leidt niet tot minder kans op longontsteking

Longontsteking is een belangrijke overlijdensoorzaak bij verpleeghuisbewoners. Slikproblemen en orale bacteriën vormen een risico voor het ontstaan van een longontsteking door verslikking (aspiratie pneumonie). Dagelijkse mondverzorging vermindert het aantal orale bacteriën, maar het is onduidelijk welke interventies effectief zijn om longontsteking door verslikking te verminderen. Ook is meer inzicht nodig in welke kennis en vaardigheden verplegend personeel moet hebben voor het uitvoeren van complexe mondverzorging bij zorgafhankelijke cliënten.

Chloorhexidine

Uit het promotieonderzoek van Vanessa Hollaar bij 103 verpleeghuisbewoners in 17 verpleeghuizen blijkt onder andere, dat het tweemaal dagelijks toevoegen van een mondspoelmiddel met 0.05% chloorhexidine aan de dagelijkse mondverzorging bij verpleeghuisbewoners met slikproblemen niet zorgt voor een afname van het aantal longontstekingen door verslikking. Slikproblemen blijkt wederom een significante risicofactor te zijn voor het ontstaan van een longontsteking. Het aantal en de samenstelling van de orale bacteriën lijken in mindere mate een rol te spelen, omdat in dit onderzoek geen verschil is gevonden in het aantal longontstekingen tussen dentate of edentate verpleeghuisbewoners. Daarnaast had het verpleegkundig personeel een gebrek aan kennis over het reinigen van kunstgebitten en ervoeren zij praktische belemmeringen bij het uitvoeren van de dagelijkse mondverzorging.

Slikonderzoek

Naast dat er meer onderzoek gedaan moet worden, welke interventies effectief zijn in het verminderen van longstekingen bij verpleeghuisbewoners, wordt aanbevolen een slikonderzoek standaard bij elke cliëntopname in een verpleeghuis uit te voeren. Maar om goed te kunnen slikken, is een gezonde én pijnvrije mond met een goede kauwfunctie noodzakelijk.

Mondhygiënist als lid van zorgteam

Echter is mondverzorging bij zorgafhankelijke mensen complex door de combinatie aan sociale, cognitieve en lichamelijke beperkingen. Om deze complexe mondzorg aan te kunnen, is het belangrijk om mondzorgprofessionals, zoals een mondhygiënist, op te nemen als een vast lid van een multidisciplinair zorgteam. Tevens is het belangrijk dat toekomstige (mond)zorgprofessionals zo worden opgeleid dat zij de orale, tandheelkundige en medische complexiteit van mondzorg bij zorgafhankelijke ouderen aan kunnen ter verbetering van de mondgezondheid en ter voorkoming van problemen in de algehele gezondheid.

 

 

Biografie
Vanessa Hollaar (1978) studeerde Mondzorgkunde aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) en Psychologie aan de Radboud Universiteit. Vanessa is als hoofddocent en onderzoeker verbonden aan de Opleiding Mondzorgkunde van de HAN. Zij voerde bovenstaand onderzoek uit in samenwerking met de afdeling Tandheelkunde van het Radboudumc en HAN Lectoraat Neurorevalidatie. Zij is oprichter van The Oral Evidence Academy (www.oralevidence.nl) en auteur voor het Nederlands Tijdschrift voor Mondhygiëne.

Lees meer over: Kennis, Onderzoek

Afwijkende mondgewoonten bij kinderen: wanneer is logopedie gewenst?

Over het algemeen richt de logopedie zich op spraak, stem, gehoor en taal. Een logopedist kan echter ook helpen bij het afleren van afwijkende mondgewoonten. Volgens de richtlijnen is een tandarts verplicht zijn of haar patiënt door te verwijzen wanneer er sprake is van afwijkend mondgedrag.

Groei en ontwikkeling

Skeletale opbouw

Elk persoon groeit anders en dit heeft invloed op de skeletale opbouw. Sagittaal kan er sprake zijn van een neutrorelatie, distorelatie of mesiorelatie. De verticale skeletale opbouw kan onderverdeeld worden in normale, convergente (short face) en divergente groei (long face ).  Mensen met een divergente groei zijn vaak lastig orthodontisch te behandelen.

Groei kaken

De bovenkaak groeit op relatieve jonge leeftijd. De onderkaak begint pas later (tegen het einde van de puberteit) met groeien en groeit langer door dan de lichamelijke lengte-groei. De groei van de onderkaak vindt plaats vanuit de ramus en de kaakkopjes en de groeirichting is daardoor naar voren en naar beneden (ventraal en caudaal.)

Hoe groei je divergent of convergent?

Het skeletale groeipatroon is onder andere afhankelijk van genetische factoren. Daarnaast spelen omgevingsfactoren ook een grote rol. Mensen met een mondademhaling vertonen vaak een meer verticaal groeipatroon met vaak een open beet als gevolg. Ook hebben de tong en de lip een grote invloed op het skeletale groeipatroon. Wanneer er bijvoorbeeld sprake is van een sterke tong dan is dit te herkennen aan protrusie van frontelementen. Het gedrag van de tong en de lip is beïnvloedbaar, een logopedist kan helpen om deze afwijkende mondgewoonten te veranderen.

De logopedist: oro-myofunctionele therapie

Oro-myofunctionele therapie is een oefentherapie, die gericht is op het herstellen van een verstoord evenwicht in het functioneren van de spieren van het orofaciale skelet. De stand van gebitselementen wordt bepaald door extra-orale krachten (m.n. aangezichtsspieren) en door intra-orale krachten (m.n. tongspieren). Een tong is zodanig sterk dat het in staat is om elementen te verplaatsen.

Triangle of forces

De ‘triangle of forces’ bestaat uit:

  • Laterale wangdruk door de m. Masseter (extra-oraal)
  • Tongdruk (intra-oraal)
  • Lipdruk (extra-oraal)
  • Occlusie en eruptie krachten (intra-oraal)

Wanneer deze krachten in balans zijn, kunnen gebitselementen normaal groeien.

Het slikproces

Slikken is een reflex en daarom wordt er vaak gedacht dat je slikgedrag niet kunt beïnvloeden. Slikken bestaat echter uit vier fases waarvan de eerste twee bewust en willekeurig gebeuren en daardoor beïnvloedbaar zijn.

Tongpositie bij een goede slik

Bij een ‘goede slik’ wordt het voorste deel van de tong tegen alveolum en de front elementen in de bovenkaak geperst. Het middelste deel van de tong komt tegen het palatum en het achterste deel van de tong wordt onder een hoek van 45 graden tegen de pharyngeale wand aangedrukt. De slik verloopt met een negatieve druk in de pharynx.

Tongpositie bij afwijkende slik

Bij afwijkend slikgedrag wordt het voorste deel van de tong tegen of tussen de gebitselementen gedrukt. Het middelste deel van de tong is naar beneden geklapt of is uni/bilateraal verbreed en het achterste gedeelte van de tong drukt zich tegen het achterste gedeelte van het palatum.  De slik verloopt met een positieve druk in de pharynx en met een actieve m. mentalis. De kans op middenoorontsteking is hierdoor groter bij mensen met een afwijkende tongpositie tijdens slikken.

Afwijkende mondgewoonten

Onder afwijkende mondgewoonten vallen duimzuigen, vingerzuigen, liplikken, tongzuigen, speenzuigen, mondademen en vinger/nagelbijten. Wanneer deze afwijkende mondgewoonten worden geëlimineerd, zie je al heel snel het effect op de stand van de dentitie. Nu is de vraag: wordt de vorm bepaald door de functie of bepaalt de functie de vorm?

Bepaald afwijkend mondgedrag is vaak intra-oraal te herkennen.

  1. Afwijkende slik

Gevolgen van een afwijkende slik zijn: toename disto-occlusie, vergroote overjet, open beet, smal gotisch gehemelte, transversale compressie (kruisbeet), open beet, spacing in het front of end-to-end in het front (pseudo klasse 3)

  1. Open mond (long face syndrome)

Wanneer er sprake is van een open mond dan is er sprake van grotere kans op gingivitis en cariës. Andere kenmerken zijn toename van dento-alveolair hoogte, gummy smile, lang en divergent gezicht, smalle neus, vaker verkouden, ‘open groei’ waardoor de kans op OSAS in de toekomst groter is.

Preventie afwijkend mondgedrag

Preventie van afwijkend mondgedrag begint op jonge leeftijd. De zuigreflex stopt tussen 9-12 maanden normale voeding start rond de 4-8 maanden en spraak rond het eerste levensjaar. Belangrijk is dat op dat moment het afwijkende mondgedrag wordt afgeleerd. Op jonge leeftijd is dit veel makkelijker af te leren. Ook is het belangrijk dat de ouders de neusademhaling stimuleren bij een kind.

Wanneer moet de logopedist ingrijpen?

1. Eerste wisselfase

Wanneer er sprake is van afwijkende mondgewoonten tijdens de eerste wisselfase dan moet er gekeken worden of er sprake is van een dwangbeet of van slijtage. Wanneer dit het geval is dan is het goed het kind eerst naar de orthodontist te verwijzen en daarna kan het kind nog trainingen volgen bij de logopedist. Wanneer er geen sprake is van een dwangbeet of slijtage dan kan het kind eerst naar de logopedist gestuurd worden.

2. Tweede wisselfase

Wanneer er tijdens de tweede wisselfase sprake is van een overtuigde distorelatie of een kruisbeet dan is het goed om het kind eerst naar de orthodontist te sturen. Daarna kan nog gekeken worden of aanvullende behandeling bij de logopedist nodig is.

Volgorde therapie logopedist

Behandeling bij de logopedist gaat in de volgende volgorde:

  1. Afleren afwijkende mondgewoonten. Met deze stap valt of staat de therapie.
  2. Tongpositie in rust.
  3. Aanleren alveolaire slik.
  4. Verbeteren articulatie.
  5. Automatiseren. Deze stap is het lastigst.

Diagnostisch instrumentarium

Om de juiste diagnose te stellen wordt gebruik gemaakt van de volgende hulpmiddelen:

  1. Force-scale: meet hoe sterk m. orbiculairis oris is.
  2. Payne-techniek: registreert de tongbewegingen met behulp van een past die op vier punten van de tong wordt aangebracht. Bij protrale en unilaterale/bilaterale tongbeweging is er na het slikken een streep in plaats van een stip zichtbaar.
  3. Measuring station 430: met dit instrument worden de m. masseter contractie, tongdruk en de compressie van de lip gemeten.

Wetenschap

Uit onderzoek blijkt dat er een grote kans bestaat op relapse (17-43%) wanneer iemand orthodontisch behandeld is voor een openbeet. Onderzoek laat zien dat OMFT-therapie zinvol is in combinatie met orthodontie.

Bekijk ook: 3 casussen: afwijkend mondgedrag corrigeren via OMFT

Bekijk de patiëntenfolder over afwijkend mondgedrag

Nicoline van der Kaaij studeerde in 2007 als tandarts af aan ACTA, direct aansluitend heeft ze daar haar specialisatie tot orthodontist gedaan. Sindsdien is ze werkzaam als algemeen praktiserend orthodontist en daarnaast is ze verbonden aan het Erasmus MC Sophia en aan ACTA. Ze is lid van het schisisteam van het Erasmus MC Sophia en houdt zich in Rotterdam bezig met orthodontie in het kader van schisis en andere bijzondere (aangeboren) afwijkingen. 

Peter Helderop studeerde logopedie aan de Leidse Hogeschool en heeft zich in 1989 gevestigd als logopedist in Vlaardingen en vanaf 1991 heeft hij acht andere vestigingen geopend. Twee van zijn logopediepraktijken zijn gevestigd in een tandartsenpraktijk. Daarnaast geeft hij lezingen OMFT en nascholingen Logopedie en Tandheelkunde. Hij is lid geweest van vele werkgroepen en commissies van de Nederlandse Vereniging voor Logopedie en Foniatrie (NVLF). 

Verslag door Marieke Filius, onderzoeker bij de afdeling MKA-chirurgie, UMCG, voor dental INFO van de lezing van Nicoline van der Kaaij en Peter Helderop tijdens het congres Kindertandheelkunde van Bureau Kalker.

 

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Kindertandheelkunde, Thema A-Z