Tijdens een onderzoek gedurende verschillende decennia, observeerden onderzoekers 755 kinderen voor orale infecties en diens latere risicofactoren op een hartaanval en beroerte. Hun resultaten werden gepresenteerd in de JAMA Network Open.
Studie van parameters
De studie van Finse onderzoekers startte in 1980, met in totaal 755 kinderen die gemiddeld acht jaar oud waren. Zij werden onderzocht op de vier parameters van tandvleesbloeding, bestaande cariës, vullingen en parodontitis. Van de proefpersonen hadden 33 mensen geen aanwijzingen voor een orale infectie. 17 procent had twee parameters, 38 procent had drie parameters en 34 procent had alle vier parameters.
Verband tussen infectie en hartproblemen
In de loop der jaren is steeds opnieuw een cardiovasculair risicoprofiel gecreëerd – bestaande uit bloeddruk-, BMI-, glucose- en cholesterolwaarden. Aan het einde van de studie vonden onderzoekers een verband tussen orale infectie bij kinderen en een verhoogd risico op cardiovasculaire aandoeningen bij volwassenen.
Meerdere parameters, hoger risico
Bij proefpersonen die slechts één parameter tijdens het initiële tandonderzoek hadden gedocumenteerd, was het risico om subklinische arteriosclerose te ontwikkelen al met 87 procent verhoogd. Indien alle vier parameters in het begin werden geïdentificeerd, werd het risico zelfs met 95 procent verhoogd.
Doel
Met hun onderzoeksresultaten willen de onderzoekers er dringend op wijzen hoe belangrijk niet alleen een goede mondhygiëne is, maar willen zij ook het belang van tandverzorging bij kinderen benadrukken.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/09/Kinderen-verhoogt-risico-hartaanval.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-05-14 09:00:192020-05-14 10:01:01Kinderen met tandbederf hebben later een verhoogd risico op een hartaanval
Het doel van de Journal Club HU is om op informele wijze en in een veilige omgeving bijdragen aan de deskundigheidsbevordering en professionalisering van mondhygiënisten in Nederland.
Onderwerp: Onderzoek binnen het werkveld van de mondhygiënist
Spreker: Rianne Muhlenbaumer, docent Mondzorgkunde HU
Deel 1 van de presentatie
Onderzoek naar de rol van alfa-amylase in speeksel het bij het ontstaan van overgewicht
Overgewicht neemt in Nederland sterk toe en heeft gevolgen voor zowel individu als samenleving.
Het ontstaan van overgewicht hangt mede samen met specifieke biologische factoren. Mogelijk is het enzym alfa-amylase in speeksel een dergelijke factor. Er wordt verondersteld dat een hoge activiteit van dit enzym resulteert in een hogere afbraak van resistent zetmeel, een slecht verteerbaar type koolhydraat waarvan wordt aangenomen dat het grotendeels onverteerd het lichaam via de ontlasting verlaat.
Een hogere afbraak van deze koolhydraatbron impliceert een toename van de calorie-inname en kan op termijn resulteren in overgewicht, grotere vetmassa en hoger BMI. Concreet betekent dit dat bij gelijke inname van koolhydraten, mensen met een hoge alfa-amylase activiteit meer calorieën binnenkrijgen ten opzichte van mensen met een lage activiteit en daardoor een verhoogd risico hebben op het ontwikkelen van overgewicht.
In een pilotstudie onderzochten Rianne Muhlenbaumer en Eveline Kruse bij 50 gezonde volwassenen (18-30 jaar) de enzymactiviteit van alfa-amylase in speeksel in relatie tot de lichaamssamenstelling (gewicht, BMI en vetmassa), de leeftijd en het geslacht.
Het doel van deze studie was inzicht verkrijgen in de persoonsafhankelijke variatie in activiteit van het enzym alfa-amylase in speeksel, het identificeren van variabelen die van invloed zijn op de enzym activiteit en het onderzoeken van de correlaties tussen enzymactiviteit en de lichaamssamenstelling.
Deel 2 van de presentatie
Onderzoek door en voor mondhygiënisten
In deel 2 zal Rianne haar ervaringen met betrekking tot het opzetten, uitvoeren en beschrijven van deze studie plaatsen in een breder kader. Waar is Rianne bij dit onderzoek tegenaan gelopen? Wat zou ze met de kennis van nu anders doen? Wat is de toegevoegde waarde van het zelf opzetten en uitvoeren van onderzoek door en voor mondhygiënisten? Over welke competenties en vaardigheden moet je beschikken om zelfstandig onderzoek uit te kunnen voeren? Wat is het belang van toegepast onderzoek? Wat is de rol van hogescholen bij toegepast onderzoek?
Organisatie Journal Club
Voorzitter: Timea Parhonyi MSc
Gespreksleider: dr. Liesbeth Haverkort
Hebben we je kunnen enthousiasmeren? Wil jij meer leren over onderzoek binnen mondzorgkunde? Meld je dan aan door een mail te sturen naar: liesbeth.haverkort@hu.nl
Als vergaderen door de coronamaatregelen nog niet mogelijk is op de Hogeschool: Online via Teams. U ontvangt een link waarmee u kunt inloggen.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2020/01/Journal-club.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-05-12 09:54:392020-05-12 11:42:32Bijeenkomst Journal Club team Mondzorgkunde Hogeschool Utrecht – 10 juli 2020
Het Ministerie van Volksgezondheid in Japan heeft besloten tandartsen in staat te stellen monsters te verzamelen van mensen waarvan wordt vermoed dat ze met het coronavirus zijn besmet. Hierdoor hopen ze meer tests uit te kunnen voeren.
Goedgekeurd door panel
Het plan werd zondag 26 april door een expertpanel goedgekeurd. Volgens bronnen zal het ministerie de lokale overheden informeren over de maatregel nadat de operationele details zijn uitgewerkt.
Test na buitenland en contact met virusdrager
De tests worden momenteel door middel van polymerasekettingreacties (PCR) op monsters uitgevoerd. De monsters worden uit de neusgaten en keel van patiënten verzameld. Iedereen die terugkeert uit het buitenland of die nauw contact heeft gehad met virusdragers moet volgens het Japanse beleid getest worden.
Verzamelen was medische handeling
Tot op heden werden de samples verzameld door artsen en ander medisch personeel op poliklinieken en bij speciale testfaciliteiten die zijn opgezet door regionale medische verenigingen. Tandartsen kwamen niet in aanmerking hiervoor aangezien het verzamelen door de artsenwet als een medische handeling werd beschouwd.
Momenteel te weinig tests per dag
Het aantal dagelijkse tests dat in Japan wordt uitgevoerd neemt toe tot bijna 9.000. Dit is echter nog veel minder dan de doelstelling van 20.000 die premier Shinzo Abe op 6 april beloofde. Mede hierdoor oordeelde het panel dat het absoluut noodzakelijk is om tandartsen die expertise hebben in het werken in de mond toe te staan monsters te verzamelen.
Tandartsen helpen werkdruk artsen verminderen
Zo denken ze hoofd te kunnen bieden aan de verwachte toename van de vraag naar testen te midden van de aanhoudende COVID-19-uitbraak. Daarnaast hoopt het ministerie dat de maatregel de werkdruk van de artsen zal verminderen.
Tandartsen die een relevante opleiding hebben gevolgd zullen gedurende een bepaalde periode monsters kunnen nemen van patiënten op speciale poliklinieken. De maatregelen zullen in werking blijven zolang de vraag naar testen blijft groeien, aldus bronnen.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2020/05/Japan-laat-tandartsen-monsters-verzamelen.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-05-12 09:00:422023-11-02 16:38:51Japan laat tandartsen monsters verzamelen voor coronavirustests
KNMT en ANT starten met een verkenning van mogelijkheden om de belangen van tandartsen en tandarts-specialisten als collectief te verenigen en te behartigen. “De huidige COVID-19 crisis, maar ook de dreigingen voor de toekomst van tandheelkundige zorg, vragen om sterke positionering van de beroepsgroep en één slagkrachtige vereniging”, zeggen de KNMT en ANT op hun website.
Bundeling van krachten en middelen
In de afgelopen moeilijke en hectische weken hebben de besturen van KNMT en ANT intensief samengewerkt in de alliantie van mondzorgkoepels. “Dat heeft over en weer niet alleen tot veel begrip geleid, maar ook tot het inzicht dat onze eenheid de enige uitweg biedt om de mondzorg door deze crisis te loodsen. Een bundeling van krachten en middelen van beide organisaties is cruciaal om te zorgen dat we de belangen van de leden en die van patiënten op de juiste wijze kunnen behartigen”.
“Uit de vele gesprekken met leden en de recente gesprekken tussen beide verenigingsbesturen is naar voren gekomen dat het beroep van tandarts in de kern geen onderscheid of onoverkomelijke verschillen kent tussen KNMT- en ANT leden. Het samengaan doet daarom recht aan de intenties en ambities van beide verenigingen.”
Komende periode
In de komende tijd verkennen de besturen van de beide beroepsverenigingen een voorstel tot samengaan. Hierbij wordt ook onderzoek gedaan naar een passende juridische vorm. Zodra er een bestuurlijk akkoord is bereikt, wordt het voorstel op de agenda van de AV’s van beide beroepsverenigingen geplaatst.
NVM-mondhygiënisten-voorzitter Manon van Splunter-Schneider noemt de verkenning in Mondzorgforum op Facebook “een mooie ontwikkeling.” De beroepsvereniging voor mondhygënisten heeft in de afgelopen periode samen met de KNMT, ANT en ONT intensief samengewerkt in de alliantie van mondzorgkoepels.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2020/05/samengaan-ANT-en-KNMT.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-05-11 10:08:442020-05-11 10:08:44KNMT en ANT verkennen samengaan
Beursorganisator Easyfairs Nederland – de organisator van Dental Expo die verschoven is naar 28, 29 en 30 oktober – gaat zijn evenementen volgens de 1,5 meter-samenleving inrichten. Er wordt onder meer gedacht aan zogeheten ‘time slots’ voor bezoekers en een verruiming van de gehele beursindeling.
“Door het coronavirus hebben wij al meer dan 30 events noodgedwongen moeten verplaatsen of annuleren. De gevolgen zijn enorm. Niet alleen voor ons, maar ook voor onze exposanten, bezoekers, partners en leveranciers. Wij verwachten dat de 1,5 meter-samenleving voorlopig de norm blijft en daarom gaan wij aan de slag om onze events op die manier in te richten”, verklaart Jeroen van Hooff, CEO van Easyfairs Nederland.
Time slots
“Op dit moment leven we noodgedwongen op afstand van elkaar. Maar wij realiseren ons dat er na deze moeilijke periode een tijd komt dat wij niets liever willen dan elkaar face-to-face ontmoeten. Wij gaan er daarbij vanuit dat de 1,5 meter-samenleving voorlopig de norm blijft. Dit heeft grote gevolgen voor de wijze waarop wij beurzen en events vormgeven. Het uitgangspunt is dat alle evenementen veilig zijn, en dat iedereen zich veilig voelt. Daarom zijn wij bezig met het opstellen van verschillende protocollen. Denk bijvoorbeeld aan het invoeren van zogeheten ‘time slots’. Dat zou betekenen dat bezoekers zich gaan registeren voor een bepaald time slot, waarbij we de openingstijden eventueel gaan verruimen indien dit noodzakelijk en mogelijk is. Het voordeel van werken in time slots is dat iedereen de tijd en ruimte krijgt om op een veilige manier met elkaar in gesprek te gaan.”
Verruiming van beursindeling
Verder bekijkt Easyfairs de mogelijkheden tot een verruiming van de gehele beursindeling, zoals bredere gangpaden, meer ruimte creëren op plekken waar voorheen drukkere bezoekersstromen waren en aangepaste inrichting van de kennistheaters.
Smartbadge
Van Hooff: “Daarnaast maken we al gebruik van onze smartbadge technologie. Met deze badge kan de bezoeker de informatie op de stands van exposanten scannen. Na afloop van het beursbezoek ontvangt de bezoeker een e-mail met daarin een overzicht van alle exposanten die hij of zijn gescand heeft. Hierdoor verdwijnen de fysieke visitekaartjes, folders en dergelijken. Wel zo milieuvriendelijk en ook nog eens volledig corona-proof. Kortom; we zijn nu iedere dag bezig om ervoor te zorgen dat dadelijk onze events zo veilig mogelijk zijn.”
De European Federation of Periodontology ontwikkelde een infographic voor triage en behandeling van patiënten in de mondzorg, met voorbeeldvragen. Bekijk de infographic.
Volgens de EFP is het wetenschappelijke bewijs voor management van mondzorg in de coronacrisis beperkt. De infographic is daarom gebaseerd op een combinatie van de beschikbare wetenschappelijke literatuur met observaties en ervaringen van mondzorgprofessionals.
De Europese federatie vindt het belangrijk dat allereerst de richtlijnen van de nationale en regionale (zorg)overheidsinstanties gevolgd worden voordat de infograpic wordt toegepast.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2020/05/EFP-infographic-covid-19-mondzorg.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-05-07 17:12:372020-05-07 17:12:37EFP infographic voor triage en patiëntbehandeling mondzorg in coronatijd
Terwijl velen momenteel bezorgd zijn om hun gezondheid en reikhalzend uitkijken naar het einde van deze crisis, doen anderen de zaken van hun leven. De onzekerheid onder de bevolking is ideaal voor nepwinkels, phishing-e-mails en andere oplichters.
Tekort zorgt voor malafide aanbod
De sector die zich momenteel het beste voor bedriegen leent is natuurlijk die van de beschermingsmaterialen. Er is overal ter wereld een schreeuwend tekort aan mondkapjes en dergelijken. Daarom kunnen nepbedrijven veel geld verdienen door slechte kwaliteit of zelfs lucht te verkopen.
Ineffectieve ademhalingsmaskers
Onlangs nog heeft Europol aanbieders van ineffectieve ademhalingstoestellen ontmaskerd. Volgens rapporten van Spiegel online werden deze geproduceerd in Brazilië en aangeboden bij klinieken en overheidsinstanties in heel Europa. Deze maskers zijn gelukkig op veel plaatsen al in beslag genomen, maar wanneer er partijen onderdoor glippen kan dit voor levensgevaarlijke situaties zorgen.
Online nepwinkels
Verder zijn er talloze onlineadvertenties met speciale aanbiedingen en nepwinkels voor mondkapjes. Je moet dan verplicht vooruitbetalen maar ontvangt nooit de aangekochte producten. Dure aanbiedingen op twijfelachtige websites zijn dan nog de meest onschuldige varianten die je makkelijk als rip-off kan herkennen. Ook nepbloedonderzoeken die zouden moeten vaststellen of COVID-19 aanwezig is zijn een populair fraudemiddel.
Ook Europese producenten
Het zijn niet alleen producenten uit verre landen die de regels aan hun laars lappen. Een paar dagen geleden bleek een handdesinfectans van Duitse productie die werd verkocht in het Ruhrgebied niet effectief. Een apotheker ontdekte uit een laboratoriumanalyse dat het alcoholgehalte te laag was om iets te kunnen doen tegen virussen. Er zouden enkele duizenden flessen van in omloop en er is inmiddels aangifte gedaan van fraude, meldde de WDR.
Phishing
Tenslotte gaan de klassieke oplichters zich ook met corona bezighouden. Hieronder vallen bijvoorbeeld phishing-e-mails die zich voordoen als banken en de inloggegevens van gebruikers willen achterhalen. Ook oproepen van zogenaamde Microsoft-servicemedewerkers of huisbezoeken van fraudeurs die zich voordoen als gezondheidsfunctionarissen zijn dingen waar je goed voor op moet passen, helemaal in deze tijden.
Bron:
ZWP online
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2020/05/oppassen-voor-corona-oplichters.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-05-06 11:56:122020-05-06 11:56:12Oppassen voor corona-oplichters
Het verlies van een tandimplantaat wordt zelden in verband gebracht met onderliggende metabolische en/of systeem deficiënties van de patiënt. Recente biomedische studies hebben de aandacht getrokken op het feit dat vitamine D deficiëntie en verhoogde cholesterol serumconcentraties een beslissende rol zouden kunnen spelen in vroegtijdig verlies van tandimplantaten.
Desalniettemin is de invloed van deze factoren voor discussie vatbaar. Deze studie overloopt hoe deze twee metabolische defecten een invloed kunnen hebben op de botvorming en de immuunrespons. Verder beschrijft het enkele klinische gevallen waar het verband gelegd kan worden.
Biochemische rol van vitamine D en cholesterol in de botvorming
Vitamine D heeft een directe invloed op het botmetabolisme daar het de osteoclast activiteit stimuleert en de extracellulaire proteïnematrixproductie van de osteoblasten verhoogt. Op die manier promoot het de botremodelatie. Vitamine D is ook verantwoordelijk voor de regulering van de intestinale absorptie en renale reabsorptie van Calcium, wat hypokaliaemie voorkomt en het niveau van serum calcium op normale niveaus houdt. Om deze reden is vitamine D deficiëntie direct gerelateerd aan osteoporose en andere botaandoeningen. (Gilaberte et al., 2011 and Choukroun et al., 2014). Een andere functie van vitamine D vindt zijn oorsprong in het vermogen ervan de immuunrespons te moduleren door T-cel proliferatie, cytokine afscheiding en cel cyclus voortschrijding te inhiberen.
Aan de andere kant hebben verschillende studies aangetoond dat hoge cholesterolniveaus een invloed hebben op het botmetabolisme door de osteoblastactiviteit te inhiberen, de osteoclast differentiatie en activiteit te verhogen en op die manier het botremodelleringsproces beïnvloeden en de botmassa doen afnemen. (Luegmayr et al., 2004). In het bijzonder vermindert slecht cholesterol (low-density lipoproteïne, LDL), in zijn geoxideerde vorm, alkaline fosfatase activiteit en zo het mineralisatie proces. Het induceert ook osteoblast apoptose (Hirasawa et al, 2007 and Klein et al, 2003). Dit effect kan gecompenseerd worden door high-density lipoprotein (HDL) cholesterol daar het de oxidatie van LDL verhindert en LDL-gemedieerde apoptose belemmert (Navab et al, 2004 and Jiang et al, 2006).
Mogelijke oorzaken van vitamine D deficiëntie en hoge cholesterol niveaus
Vitamine D is gekend als de zonneschijn vitamine. Het wordt nog altijd een vitamine genoemd (een organische substantie die buiten het lichaam vergaard wordt, essentieel voor de vitale functies van het lichaam) uit traditie, maar is eigenlijk een hormonaal complex hetwelke voornamelijk op endogene basis gesynthetiseerd wordt. (Gilaberte et al. 2011 Rodriguez García et al., 2009.).
De biosynthese van Vitamine D begint in de lever waar cholesterolmoleculen omgevormd worden tot 7 dehydrocholesterol, ook bekend als provitamine D3 want wanneer dit de cellen van de huid bereikt, wordt het omgezet in previtamine D3 in een reactie gekatalyseerd door UVB bestraling van de zon. Previtamine D3 ondergaat dan een spontane thermische isomerisatiereactie en wordt omgezet in vitamine D3. Deze substantie vertoont geen enkele metabolische activiteit op zichzelf. Het moet, gebonden aan de vitamine D transport proteïne cofactor (vitamin D-binding protein, DBP) door de bloedstroom reizen tot het terugkeert naar de lever. In de lever wordt vitamine D3 gehydroxyleerd volgens een serie van enzymatische reacties tot 25hydroxyvitamine D3, Ook bekend als 25(OH)D3 of calcidiol. Op zijn beurt wordt dit dan in de nieren gehydroxyleerd in zijn meest actieve vorm, 1,25dihydroxyvitamin D3 of 1,25(OH)2D3 (calcitriol). De enzymen betrokken in deze bio synthetische reacties worden gereguleerd door het metabolisme van Fosfor, Calcium, parathyreoïd hormoon (PTH) en magnesium. (Rodriguez García et al., 2009 and Gilaberte et al., 2011) (Fig. 1).
Fig. 1: Synthetic route of vitamin D production and its metabolites
Met dank aan Stichting orthokennis
Gilaberte et al. (2011) suggereerde dat er vijf factoren bestaan die de endogene synthese van het vitamine D hormoon beïnvloeden:
cyclus van dagelijkse blootstelling aan de zon
jaarlijkse schommelingen van de incidentie van zonnestraling
latitude
huid fototype
omgevingsfactoren, ozonlaag
Verschillende studies hebben een globale vitamine D deficiëntie aangetoond (Valverde and Gómez, 2014) omwille van de slechte voedingsgewoonten van bijna heel de wereldbevolking, een gebrek van exogene vitamine D en leefgewoonten die maken dat we meer tijd binnenshuis doorbrengen, op die manier mindere blootstelling aan zonlicht met zich meebrengende. In het verleden ging een vitamine D deficiëntie gepaard met botaandoeningen zoals Rickets, osteomalacie en osteoporose. Heden ten dage blijkt vitamine D een rol te spelen in verschillende aandoeningen in praktisch elke medische discipline: oncologische processen, metabolische syndromen, infecties, auto immuun aandoeningen, metabolische en neurologische processen en zelfs veralgemeende pijn. (Gilaberte et al., 2011).
Cholesterol wordt vervoerd in het bloed plasma, voornamelijk als cholesteryl esters gecombineerd met twee types van lipoproteïnes, gekend als:
goed cholesterol, HDL (high-density lipoprotein); en
Indien de concentratie van beide lipoproteïnes niet meer in balans is, leidt dit tot een aandoening genaamd dyslipidaemia wat gepaard gaat met ziektes zoals diabetes, hypothyroïdie, pathologische obesitas enz. (Goldberg, Botet et al, 2012). Verder hebben verscheidene studies aangetoond dat er een verband bestaat tussen dyslipidaemia en botmetabolisme (Yezerska et al, 2011, Choukroun et al, 2014). Zulke veranderingen in cholesterol concentraties kunnen het gevolg zijn van genetische factoren.
Desalniettemin is de oorzaak van dyslipidaemia in de ontwikkelde landen het gevolg van een sedentaire levensstijl en een overconsumptie van verzadigde vetten, cholesterol en transvetten (voornamelijk in bereide gerechten) (Goldberg, —-).
Oplossingen, waar halen we onze vitamine D, bronnen, metabolisme
Ondanks een zekere controverse omtrent ideale vitamine D plasma niveaus, aanvaarden de meeste experten een deficiëntie een niveau onder 20 ng/mL (50 nmol/L), een tekort indien 20–29 ng/ml (50–74 nmol/L) en voldoende indien meer dan 30 ng/ml (75 nmol/L) (IOM, 2011).
Onvoldoende voeding betekent dat het lichaam niet genoeg vitamine D uit exogene bron inneemt. De aangeraden minimum inname van vitamine D om een deficiëntie te vermijden in de gehele bevolking is 600 IU per dag voor personen over de 70 jaar en 800 IU voor diegenen onder de 70 jaar oud. Personen gevoelig voor vitamine D deficiëntie dienen deze dosis te verhogen tot minstens 50%, terwijl zwangere vrouwen of moeders die borstvoeding geven 150% meer dan normaal zouden moeten nemen. (Pascual en Torrejón, 2012).
Aan de ene kant is de hoeveelheid vitamine D in elk ingrediënt belangrijk, aan de andere kant vermindert bijvoorbeeld door het bakken ervan de hoeveelheid tot 50%. terwijl een ingrediënt grillen geen invloed blijkt te hebben. (Misra et al.,2008).
Ondanks het bovenvermelde, is de hoofdbron van vitamine D voor het lichaam nog altijd biosynthese van endogeen gesynthetiseerd materiaal. Vele studies geven de schuld van de deficiëntie nog altijd aan het gebrek aan het blootstellen aan zonlicht en een systematisch gebruik van beschermende zonnecrèmes. (Pascual and Torrejón, 2012; Misra et al., 2008 and Rodriguez-Dehli et al., 2015). De breedtegraad waar men zich blootstelt aan de zon en de tijd van het jaar kunnen ook een rol spelen in de hoeveelheid opgenomen UVB straling. Dit moet dus ook in aanmerking genomen worden bij een berekening hoeveel zonnebelichting er dagelijks nodig is.
Wanneer de zon op zijn hoogste punt staat, is de verhouding UVB/UV maximaal. Het is tussen 10 a.m. en 3 p.m. dat er genoeg UVB fotonen de aarde bereiken om genoeg cutane vitamine D productie te verzekeren, dit zowel tijdens de lente, zomer en herfst. (Misra et al, 2008).
Het huidtype is ook heel belangrijk. Mensen met een donker huidtype blokkeren meer de inkomende UVB stralen en kunnen dus minder snel met de zelfde stralingsdosis dezelfde hoeveelheid vitamine D aanmaken dan mensen met een bleker huidtype.
Vitamine D deficiëntie in Spanje, Europa en de rest van de wereld
Volgens een overzicht gepubliceerd door Valverde en Gómez (2014), kunnen we stellen dat er wereldwijd een epidemie van milde tot erge vitamine D deficiëntie is en dit bij de helft van de wereldbevolking gespreid over kinderen, adolescenten, volwassenen, postmenopauzale vrouwen en ouderen. Globale bevolkingscijfers geven serumniveaus van 88% onder de 30 ng/ml (tekort), 37% had gemiddelde waarden onder 20 ng/ml (zwaar tekort) en 7% had gemiddelde waarden minder dan 10 ng/ml (heel zwaar tekort).
De situatie in Spanje is niet verschillend. Ondanks het zonnige klimaat en het vermoeden dat er daardoor geen tekort aan vitamine d bij de lokale bevolking zou zijn, vindt men gelijkaardige serumniveaus als hierboven vermeld, erger nog, men vindt gemiddelde waarden lager dan in centraal Europa en Scandinavië.
Een mogelijke verklaring voor deze paradox geobserveerd door Valverde en Gómez (2014), die Spanje deelt met andere landen rond de middellandse zee vindt zijn verklaring in het vitamine D-arme dieet van de lokale bevolking. Het gebrek aan vitamine D intake wordt niet gecompenseerd door de cutane aanmaak ervan. Het Spaanse vasteland ligt boven de 36e noordelijke breedtegraad, waar het moeilijk is tijdens de lente en winter cutaan vitamine D aan te maken, vooral daar het merendeel van de Spaanse bevolking een donkere huiskleur heeft, wat de vitamine D synthese extra bemoeilijkt. De studie uitgevoerd merkt op dat bij deze bevolking de vitamine D deficiëntie zich uit bij het kind, en levenslang voortduurt door hogervermelde factoren.
Klinische gevallen
Ik heb jaren gewerkt in Asturië, noorden van Spanje en ook in België. Ik plaats dentale implantaten waarbij er altijd gewerkt wordt volgens met steriliteit protocol. Er worden altijd hetzelfde merk implantaten gebruikt. (Tri, Zürich, Zwitserland).
In beide landen had ik altijd gelijkaardige succespercentages (ongeveer 97% het eerste jaar na ingreep).
De laatste 5 jaren ondervonden we een stijging van vroegtijdig verlies van implantaten na ingreep, dit zonder een mogelijke verklaring op het eerste zicht. De standaardprocedure bestond erin deze met nieuwe implantaten opnieuw te plaatsen, dit werd in garantie gedaan. In de meeste gevallen was er daarna een goede integratie, maar soms herhaalde zich het probleem.
Om zeker te zijn werd onze sterilisatieprocedure nagekeken en pasten we onze implantprotocollen aan (o.a. antibioticum inname vóór de ingreep) om het risico op vroegtijdig verlies o.a. door infectie zoveel mogelijk te beperken. Desondanks vond er bij een klein percentage geen integratie plaats en werd het tandimplantaat zonder pijn of zwelling uitgestoten. In een enkel geval kwam er zelfs een botsekwester mee met het implantaat geïntegreerd in het bot (Fig. 2 en 3).
Fig. 2 en 3. Implantaat en botsekwester positie 46.
Uiteindelijk beslisten we bij deze patiënten een bloedonderzoek te laten uitvoeren. 100% had vitamine D serumniveaus lager dan 30 ng/ml (in totaal 8 patiënten met vitamine D serumniveau gaande van 9,7 tot 28,7 ng/ml) en cholesterol niveau hoger dan 220 mg/dL (tussen 228 en 284 mg/dL).
Vooropgesteld protocol
Momenteel zitten we in een situatie waarin we niet kunnen verklaren waarom een implantaat na plaatsing niet geïntegreerd is. Tegenover onze patiënten kunnen we geen één duidende verklaring geven.
Aan de andere kant worden we als chirurg geacht een garantie op ons werk te geven, de verdelers van de tandimplantaten geven ook garantie op hun implantaten maar eenieder van ons, practici, beseft dat we deze niet-integraties moeten trachten te minimaliseren, dit uit economische overwegingen maar vooral om de geloofwaardigheid van onze behandelingen in stand te houden.
De meest zekere manier om ons te verzekeren van een correcte botactiviteit zou als protocol inhouden eerst een bloedonderzoek te laten uitvoeren vooraleer een implantatie of botreconstructie uit te voeren om het vitamine D en cholesterolniveau te bepalen. Indien dit niet binnen de waarde zou vallen, de nodige supplementen of dieetaanpassingen aan te raden en na 4 maanden ongeveer een nieuwe bloedanalyse uit te laten voeren. Indien beide waarden binnen de normen zouden vallen, pas dan de ingreep uit te voeren, zoniet uit te stellen, verder te gaan met de supplementen en eventueel andere cholesterolverlagende medicatie tot we deze parameters onder controle hebben.
De realiteit is voorlopig anders. Omdat er nog geen één duidend verband bestaat en er geen consensus is op dit vlak, bestaat er nog geen verplichting tot dergelijk bloedonderzoek. Ik raad aan al mijn patiënten aan preventief vitamine D supplementen te nemen en op hun dieet te letten. Indien er na ingreep toch geen primaire integratie van het implantaat is, schakel ik over naar het eerste protocol en laat de bloedanalyse uitvoeren om zo uitsluitsel te krijgen. Conclusie
Aangezien het nog niet duidelijk is waarom er in sommige gevallen een tandheelkundig implantaat niet integreert en spontaan zijn aanhechting verliest, is het moeilijk een duidelijk protocol op te stellen hoe dit te vermijden. Wat wel duidelijk is dat al de patiënten bij wie er geen osseointegratie optrad een tekort aan vitamine D en een teveel aan cholesterol hadden. Of dit de hoofdoorzaak is valt nog uit te wijzen. Het is wel aan te raden een Multi center onderzoek op te starten gecombineerd met een breedschalig statistisch onderzoek om uit te wijzen welke de oorzakelijke factoren zijn bij prematuur verlies van tandimplantaten. De drempelwaarde van serum vitamine D om een correcte botvorming te bekomen zal ook nog moeten bepaald worden. In tussentijd duiden al de studies op het belang van vitamine D als regulerend hormoon in het proces van botmetabolisme. Het is zeker geen overbodige luxe de desbetreffende parameters binnen de normen te houden voor een goede osseointegratie.
Pablo García González, Licenciaat in biologische wetenschappen, Universidad Nacional de Mar del Plata (Argentina) | Bioloog.
References Misra M., D. Pacaud, A. Petryk, P. F. Collett-Solberg and M. Kappy. 2008. Deficiencia de vitamina D en los niños y su tratamiento: revisión del conocimiento y las recomendaciones actuales. Rev. Pediatrics (Ed Esp) 2008;66:86-106
Pero a fin de todo esto siempre depende de los criterios de la revista en que se desea publicarlo. Valverde, C. N. and J. M. Q. Gomez. 2014. Deficiencia de vitamina D en España ¿mito o realidad?. Rev Osteoporos Metab Miner 2014 6; (Supl 1): S5-10.
Institute of Medicine (IOM). Dietary Reference Intakes for Calcium and Vitamin D. Washington, DC: National Academies Press, 2011 en Rodríguez-Dehli A. C., I. R. Galán, A. Fernández-Somoano, E. M. Navarrete-Muñoz, M. Espada, J. Vioque and A. Tardón. 2015. Prevalencia de deficiencia e insuficiencia de vitamina D y factores asociados en mujeres embarazadas del norte de España. Rev. Nutr. Hosp. 2015; 31:1633-1640.
Hirasawa H, Tanaka S, Sakai A, et al. ApoE gene deficiency enhances the reduction of bone formation induced by a high-fat diet through the stimulation of p53-mediated apoptosis in osteoblastic cells. Bone Miner Res. 2007; 22:1020–1030
Klein BY, Rojansky N, Ben-Yehuda A, Abou-Atta I, Abedat S, Friedman G. Cell death in cultured human Saos2 osteoblasts exposed to low-density lipoprotein. Cell Biochem. 2003;90:42–58. Navab M, Ananthramaiah GM, Reddy ST, et al. The oxidation hypothesis of atherogenesis: the role of oxidized phospholipids and HDL. Lipid Res. 2004;45:993–1007
Jiang P, Yan PK, Chen JX, et al. High density lipoprotein 3 inhibits oxidized low density lipoprotein-induced apoptosis via promoting cholesterol efflux in RAW264.7 cells. Acta Pharmacol Sin. 2006;27:151–157 Luegmayr E, Glantschnig H, Wesolowski GA, et al. Osteoclast formation, survival and morphology are highly dependent on exogenous cholesterol/lipoproteins. Cell Death Differ. 2004; 11(suppl 1):S108–S118.
Nelson, D. L., A. L. Lehninger, M. M.Cox and C. M. Cuchillo Foix. 2001. Lehninger principios de bioquímica (3a ed.). Barcelona: Omega.
Gilaberte Y., J. Aguilera, J.M. Carrascosa, F.L. Figueroa, J. Romaní de Gabriel and E. Nagore. 2011. La vitamina D: evidencias y controversias. Actas Dermosifiliogr 2011; 102:572-88 – Vol. 102 Núm.8
Rodríguez García, M., C. Gómez Alonso, J. B. Cannata Andía, E. Martínez Morillo and E. Gómez Huertas. 2009. Suficiencia e insuficiencia de vitamina D: efecto de la administración de cacidiol sobre la PTH en pacientes con trasplante renal. NefroPlus. Vol.2: 18-24.
Yezerska I., J.L. Hernández Hernández, J.M. Olmos Martínez and J. González Macías. 2011. Dislipemia y metabolismo óseo. ¿Un vínculo común de la osteoporosis y la aterosclerosis? Rev Osteoporos Metab Miner 2011 3;1:41-50
Choukroun J., G. Khoury, F. Khoury, P. Russe, T. Testori, Y. Komiyama, G. Sammartino, P. Palacci, M. Tunali y E. Choukroun. Two Neglected Biologic Risk Factors in Bone Grafting and Implantology: High Low-Density Lipoprotein Cholesterol and Low Serum Vitamin D. Journal of Oral Implantology. 2014;40(1):110-114.
Botet, J. P., D. Benaiges and A. Pedragosa. 2012. Dislipidemia diabética, macro y microangiopatía. 2012. Rev. Clínica e Investigación en Arteriosclerosis. Vol. 24, Pp.: 299-305.
Calle Pascual, A. L., and Torrejón, M. J. 2012. La vitamina D y sus efectos “no clásicos”. Revista Española de Salud Pública, 86(5), 453-459.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2017/12/implantaten-jpg.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-05-04 09:25:452020-05-04 11:10:53Vitamine D: De ontbrekende schakel in de osseointegratie
Ineens was daar de lockdown in verband met het coronavirus. Behalve voor spoedgevallen werden alle mondzorgpraktijken gesloten. Hoe hebben tandartsen dit ervaren? Wat vinden zij ervan dat praktijken nu weer open zijn? dental INFO vroeg het aan twee tandartsen: zzp’er Marieke en praktijkeigenaar Amée Swart.
Waar werken jullie?
Marieke: “Ik ben zzp’er. Momenteel werk ik per week 3,5 dag in de algemene praktijk en een halve dag in het ziekenhuis. In het ziekenhuis behandel ik OSAS-patiënten met MRA’s.”
Amée: “Ik ben praktijkeigenaar van een groepspraktijk in Alkmaar. Ik werk daar samen met een andere tandarts, een endodontoloog en drie mondhygiënisten. Een van de mondhygiënisten, de andere tandarts en de endodontoloog zijn zzp’ers. Daarnaast is er nog een mondhygiënist die haar eigen praktijk binnen ons pand heeft. Daarnaast heb ik een mondhygiënist, twee assistenten en een praktijkmanager in dienst.”
Hoe zag jullie week er voor de coronacrisis uit?
Marieke: “Voor de coronacrisis werkte ik vier dagen in de week. Op mijn vrije dag volgde ik daarnaast een cursus kunstgeschiedenis.”
Amée: “Ik had een goedlopende praktijk, alles ging op rolletjes. Er waren veel nieuwe patiënten die zich aanmeldden. Het ging hartstikke lekker. Ik spendeer mijn tijd in principe alleen aan de stoel en heb af en toe wat tijd vrij gepland voor administratie, maar het meeste wordt door mijn praktijkmanager opgepakt.”
En hoe ging het toen de praktijk gesloten was?
Marieke: “In het ziekenhuis werkte ik niet meer en in de algemene praktijk hadden we de spoeddienst verdeeld met vier andere praktijken. Omdat we met meerdere tandartsen in de praktijk werken, heb ik in vijf weken tijd maar twee dagen gewerkt. Ik ben dus veel thuis geweest. Aan het begin kon ik mezelf nog wel goed vermaken, maar daarna ging ik me toch wat vervelen. Ik wilde me vooral weer ‘nuttig’ voelen. Toen mijn collega mij een keer belde om te vragen of ik wilde komen werken (haar spreekuur stond erg vol), sprong ik bijna een gat in de lucht.”
Amée: “Toen ben ik praktijkmanager geworden. Er waren een heleboel zaken die ik als praktijkhouder zelf in de hand wilde houden. Ik volgde alle ontwikkelingen, al het nieuws, alle wetenschappelijke artikelen…. Ik ben al bezig gegaan met allerlei protocollen en richtlijnen, zodat er al een hoop op papier stond en ik gelijk aan het werk zou kunnen als het weer mocht. De assistenten zijn ook ontzettend druk geweest, vooral ook in de eerste week, met mensen benaderen en afspraken verzetten.”
Heb je aan spoedzorg gedaan? Hoe ging dat?
Marieke: “Ja. We hadden de spoedzorg vanaf het begin af aan goed geregeld in de praktijk. Dat is erg prettig en dat gaan we de komende periode ook zo voortzetten. Zo zijn we altijd maar met een beperkt aantal collega’s in de praktijk, zodat we (onbeschermd) genoeg afstand kunnen houden van elkaar. Daarnaast plannen we voor elke patiënt veel tijd, zodat de patiënten gelijk door kunnen lopen naar de behandelkamer en niet in de wachtkamer hoeven te gaan zitten. We hebben allemaal een extra spatbril over onze gewone (loep)bril en mondkap. Dit is best benauwend, maar geeft ook een veilig gevoel. Ik vind het erg fijn dat we meer tijd per patiënt plannen, dit geeft rust. Daarnaast merk ik dat patiënten veel begrip hebben voor de nieuwe maatregelen die we hebben getroffen.”
Amée: “Tussen de bedrijven door heb ik nog redelijk wat aan spoed gehad. Dan merk je helaas toch wel dat mensen de zorg te lang uitstellen. Dat heeft wat verstrekkender gevolgen dan wanneer ze zich op tijd hadden gemeld. Ik heb denk ik tien patiënten per week gezien. Dat varieerde van kronen die er af waren gevallen tot heftige wortelkanaalbehandelingen. Ik heb om financiële redenen besloten als tandarts zelf de spoed op te pakken. Ik heb er natuurlijk wel assistentie bij gehad.”
Zijn er andere dingen die je toen in de praktijk hebt gedaan?
Marieke: “Op de praktijk kon ik naast de spoedbehandelingen weinig doen. Thuis ben ik bezig geweest met het uitwerken van een nieuw protocol en volgde ik webinars en podcasts.”
Amée: “Ik was drukker dan wanneer ik gewoon aan de stoel werk, om alles vorm te geven en naar de patiënten te communiceren… Het was best lastig om te laveren tussen je bedrijfsvoering en het welzijn van je patiënten en de communicatie naar hen toe”.
Wat betekent de crisis op financieel gebied voor je? Heb je gebruik gemaakt van de steunmaatregelen?
Marieke: “Ik had nauwelijks inkomsten en heb daarom een aanvraag bij de gemeente gedaan.”
Amée: “De steunmaatregelen zijn natuurlijk heel lang onzeker geweest, waardoor het emotioneel een achtbaan is geweest. Eerst dachten we dat we ook aanspraak konden maken op de compensatiemaatregelen. Toen bleek van niet, stortte wel een klein beetje mijn wereld in, want ik heb natuurlijk de verantwoordelijkheid van vier mensen op de loonlijst. En de zzp’ers krijgen niets binnen als ze niet werken. We hebben een heel hecht team, dus daar ben je wel mee bezig.
Het was een enorme opluchting toen bleek dat er vanuit Zorgverzekeraars Nederland iets gaat komen. Voor het deel dat daardoor niet vergoed wordt, kunnen we aanspraak maken op de NOW, via het UWV. Dat heb ik ook meteen gedaan en dat kwam wonderbaarlijk snel binnen. Ik ga er vanuit dat ik minstens de helft weer moet terugstorten, maar voor nu heeft het me in ieder geval enorm geholpen om de loonkosten door te betalen, want dat is toch een hele grote hap van de kosten die er lopen binnen een praktijk.”
Wat vind je ervan dat per 22 april de praktijken weer open zijn voor de reguliere mondzorg?
Marieke: “Ik keek er erg naar uit om weer te mogen werken. Het is wel een beetje dubbel. Je kunt jezelf niet 100% tegen corona beschermen, maar met alle maatregelen en richtlijnen is de kans wel klein om besmet te raken… En in de supermarkt ben je ook niet 100% veilig.
Amée: “Ik ben er van overtuigd dat wij binnen de tandheelkunde sowieso infectiepreventie hoog in het vaandel hebben staan met onze huidige WIP-richtlijnen. En we weten als geen ander hoe we met aerosolen moeten omgaan, want we doen al niet anders. We gaan er altijd al vanuit dat iemand iets besmettelijks met zich mee draagt en dat we niet willen dat hij dat naar een andere patiënt overdraagt. Natuurlijk speelt bij corona mee dat we er nog niet alles over weten. Dat wil niet zeggen dat we niet verantwoord aan het werk kunnen gaan met de kennis die er nu is.
Ik denk dat de beschermingsmiddelen die door de commissie worden geadviseerd ruimschoots voldoende zijn. Je kunt nooit voor 100% risicoloos werken in de zorg. Maar ik denk dat je meer risico loopt om op weg naar je werk te worden aangereden, dan dat je hier binnen de praktijk een besmetting oploopt. Volgens mij hebben we de kennis, de kunde en de middelen in huis om verantwoord mondzorg te verlenen.”
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2020/04/Interview-400x230.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-05-04 09:20:592020-05-04 10:30:12Coronacrisis in de mondzorg: twee tandartsen aan het woord
Tegenwoordig is de keuze in tandpasta enorm groot maar wordt de RDA-waarde vaak vergeten. De patiënt ziet hierover ook niets op de verpakking. “Het zou goed zijn als de RDA-waarde op de tandpastaverpakking wordt vermeld”, zegt Cor van Loveren, hoogleraar (em.) preventieve tandheelkunde.
Kun je je nog herinnering dat tandpasta gewoon tandpasta was? In die tijd was tandpasta goed zolang het fluoride bevatte. Tegenwoordig is de keuze in tandpasta groot: er is nu een tandpastasoort voor elk probleem:
– Tandpasta tegen cariës
– Tandpasta tegen tandvleesontsteking
– Tandpasta tegen erosieve gebitsslijtage
– Tandpasta tegen tandsteen
– Whitening tandpasta
– Tandpasta voor gevoelige tanden
Wanneer tandpasta’s gekozen worden om aanslag extra goed te verwijderen, is er een risico dat vaak wordt vergeten: relative dentin abrasivity (RDA). Dit speelt vooral als er sprake is van blootliggende tandhalzen
Wat is RDA?
“RDA is een in vitro methode waarin gekeken wordt naar de hoeveelheid dentine die de tandpasta afslijt onder standaardtestmethoden. Men doet dit met radioactief gemaakt dentine omdat methoden zoals profilometrie of gewichtsbepaling lastig zijn voor dentinemetingen omdat dentine makkelijk vocht opneemt of afstaat waardoor vorm en gewicht kan veranderen tijdens het experiment. Men doet de metingen niet op glazuur omdat de in tandpasta gebruikte slijpmiddelen niet of nauweliiks glazuur afnemen. Ook in geval van erosieve gebitsslijtage van het glazuur lijkt de abrasiviteit van de tandpasta geen grote rol te spelen. De RDA-waarde is een indicator en geen exacte voorspeller van de mate van slijtage die de tandpasta in de mond veroorzaakt. Dit komt omdat in vivo meer factoren een bepalend rol spelen zoals de invloed van het speeksel (bijvoorbeeld neutralisatie van de pH van de pasta en de verdunning van de pasta), de aanwezigheid van de pellicle, maar ook de wijze van poetsen (frequentie, kracht en ook de lengte van de poetsbeweging) en het type tandenborstel (bijvoorbeeld: dikte van de haartjes). Tijdens de RDA-test slijt het polijstmiddel ook. Daardoor kan de RDAwaarde hetzelfde zijn terwijl de ene tandpasta geleidelijk een klein beetje afslijt en de andere tandpasta aanvankelijk veel afslijt en daarna minder. De laatste tandpasta zal in korte poetsbeurten meer slijtage geven dan de eerste”, legt Cor van Loveren uit.
RDA-waarden
De website van Dental Integral, een Mexicaanse tandartspraktijk, geeft een overzicht van de RDA-waarden van tandpastamerken die in Mexico verkrijgbaar zijn. Veel van deze merken zijn ook in Nederland te koop. Op de lijst zie je in het geel de merken met een RDA-waarde tot 70 (laag abrasief), in het groen van 71 t/m 99 (gematigd abrasief), in het geel van 101 t/m 150 (abrasief) en in het roze van 151 of meer (hoog).
Dien Gambon, tandarts-pedodontoloog en docent bij UMCG Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde, gaf in 2016 in haar artikel Preventie, tandpasta’s en spoelmiddelen de volgende tabel met RDA-waarden van tandpasta.
Tandpasta
Poetsen met alleen water
Elmex Sensitive Plus
Elmex Sensitive Professional
Sensodyne Proglasur
Parodontax
Rembrandt
Oral-B Pro Expert
Meridol
Prodent kindertandpasta
Sesodyne
Sensodyne Rapid
Elmex Cariës Protectie
Colgate Total
Zendium
Prodent
Macleans Whitening
Colgate Total Original
Colgate Sensitive
Sensodyne Whitening
Aquafresh Sensitive
Prodent Antitandsteen
Prodent Whitener
Rembrandt Plus
Crest Regular
Sensodyne Whitening
Pearl Drops toothpolish
Aquafresh Whitening
Colgate Whitening
Ultra Brite
RDA-waarde
4
28
28
30
44
53
53
65
65
65
65
65
68
80
80
80
80
83
85
91
94
94
94
95
104
113/227
113
126
133
In 2019 is de samenstelling van Colgate tandpasta gewijzigd waardoor de bovenstaande RDA-waarden waarschijnlijk ook gewijzigd zijn.
RDA: hoge – lage abrasie
Volgens Gambon wordt een RDA van 70 als grenswaarde aangegeven voor hoge en lage abrasie. Gambon zegt: “In het algemeen kan men stellen dat tandpasta’s voor gevoelige tanden laagabrasief zijn en tandpasta’s tegen tandsteen of verkleuringen abrasiever”.
“Als een patiënt last heeft van blootliggend dentine kan het verstandig zijn om een tandpastamerk met een lage of gemiddelde RDA-waarde te kiezen, dus een tandpasta met maximaal een RDA-waarde die niet ver boven de 100 ligt”, zegt Cor van Loveren. “Heel globaal kunnen we nu stellen dat tandpasta’s die gericht zijn op aanslag- en tandsteenverwijdering mogelijk in het hogere segment zitten van abrasiviteit en tandpasta’s gericht op de behandeling van tandhalsgevoeligheid in het lagere segment. Als er al duidelijke overmatige slijtage waarneembaar is dan is het tezamen met het oplossen van alle overige etiologische problemen ook verstandig om voor een minder abrasieve tandpasta te kiezen”.
Preventief?
Moeten altijd preventief laag-abrasieve abrasieve tandpasta’s worden aangeraden? Van Loveren antwoordt hierop ontkennend: “De abrasiviteit van de tandpasta heeft geen invloed op het feit of dentine bloot komt te liggen. Dat is afhankelijk van te hard poetsen (poetstrauma) of te weinig poetsen (gingivitis). Dus pas als het dentine blootligt dient de vraag zich aan of een minder abrasieve tandpasta gebruikt moet worden.
“Vermeld RDA-waarde op tandpastaverpakking”
“Het zou voor mondzorgprofessionals en patiënten goed zijn als de RDA-waarde op de tandpastaverpakking wordt vermeld. Dat gebeurt nu niet en daardoor weet je niet of je tandpasta abrasief is”, zeg Van Loveren. Hij doet daarom een oproep aan tandpastamerken om hun RDA-waarde op de verpakking te vermelden.
Prof. dr. Cor van Loveren is hoogleraar (em.) preventieve tandheelkunde.
Dien Gambon is tandarts-pedodontoloog en docent bij UMCG Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/06/Hydroxiapatiet-en-fluoride-tandpasta-beide-beschermend-tegen-cariës.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-05-04 09:10:262020-05-04 10:33:42RDA-waarde van tandpasta: waarom staat dit niet op de verpakking?
Voldoende beschermende kleding in tand- en huisartspraktijken? Niet dus. De Europese regeringen lijken blind voor deze naakte waarheid. Om overheden met hun neus op de feiten te drukken geven artsen en tandartsen zich letterlijk bloot.
Werk zonder beschermingsmiddelen
Zij verbloemen de zaken niet en laten online zien dat ze er terecht genoeg van hebben om door de politiek genegeerd te worden terwijl ze elke dag aan het front strijden. De artsen plaatsen foto’s online hoe ze er tijdens hun werk uit zouden zien als de beschermingsmiddelen op zijn – naakt dus.
#blankebedenken
De protestactie loopt al in verschillende landen. In Duitsland is het door huisartsen in het leven geroepen onder de titel #blankebedenken, oftewel blote geest. Op de website blankebedenken.org worden de afbeeldingen begeleid met teksten als ‘Ik heb geleerd om wonden dicht te naaien. Waarom moet ik nu maskers kunnen naaien?’.
FFP2-maskers en betrokkenheid
In eerste plaats eisen de artsen beschermende kleding van de politiek, in het bijzonder FFP2-maskers. Op de lange termijn willen ze echter ook meer betrokken worden bij besluitvormingsprocessen, bijvoorbeeld via adviesorganen.
Naakte tandartsen in Frankrijk
In Frankrijk hebben vooral de tandartsen zich laten zien. Ook zij wilden gehoord worden en wijzen met naakte feiten op de vele gevaren van hun beroep. Talloze tandartsen hebben al deelgenomen op Facebook en plaatsten hun onthullende foto’s met #dentisteapoil (naakte tandartsen).
Tandartsen grootste risico
De tandarts Thierry Meyer zegt op Facebook: “Weer aan het werk!?! Geconfronteerd met COVID-19 hebben tandartsen over de hele wereld dezelfde zorgen. […] Tandartsen zijn de zorgverleners met het hoogste risico […] vanwege microdruppels en aerosolen.”
“[…] Elke tandarts zou zich naakt kunnen voelen tegenover alle COVID-19-zorgen om onze patiënten, ons team, onszelf te beschermen. We kunnen bijvoorbeeld nog niet genoeg PBM kopen, om over het stijgen van de prijzen van persoonlijke beschermingsmiddelen en stoeltijd nog maar te zwijgen.
“Alleen al denken aan “de dag erna” onthult voor ons al veel opkomende en toekomstige uitdagingen voor tandheelkundige en orale geneeskunde.”
Veel aandacht
De huis- en tandartsen hebben hoe dan ook zeker aandacht gekregen. We kunnen alleen maar hopen dat hun klachten serieus worden genomen door de politiek en dat er actie zal volgen.
Kinderen met autisme ervaren minder cariës en missende of gevulde tanden dan hun neuro-typische leeftijdsgenoten, dat tonen bevindingen van een nieuwe Amerikaanse studie. Deze kinderen zijn echter gevoelig voor andere problemen met de mondgezondheid, waaronder bruxisme, tandheelkundige angst en zacht weefsel trauma.
Autisme
Autisme is een ontwikkelingsstoornis gekenmerkt door communicatieproblemen en ander gedrag dat tandheelkundige zorg kan bemoeilijken. De studieonderzoekers onderzochten honderden kinderen en hun ouders om te bepalen hoe autisme de mondgezondheid zou kunnen beïnvloeden. Ze publiceerden hun bevindingen in het European Journal of Pediatric Dentistry (september 2019, Vol. 20: 3, pp. 237-241).
Bevindingen
“Een van de belangrijkste bevindingen van het onderzoek werd waargenomen met betrekking tot het voorkomen van cariës, in de zin dat autisten lagere prevalentiewaarden voor cariës hadden dan controles”, schreven de auteurs, geleid door Berna Kuter, DDS, PhD, een universitair docent pediatrische tandheelkunde aan Izmir Democratie Universiteit in Turkije. “Een andere belangrijke bevinding was dat er geen statistisch significante verschillen werden gevonden in termen van plaque-indexwaarden wanneer de groepen werden vergeleken.”
Autisme en mondgezondheid
Volgens het Amerikaanse Centers for Disease Control and Prevention, treft 1 op 59 Amerikaanse kinderen autisme. De aandoening gaat gepaard met een aantal medische problemen, maar eerder onderzoek naar tandheelkundige overwegingen bij kinderen met autisme is beperkt en niet doorslaggevend. De onderzoekers besloten daarom dit onderzoek te starten.
Het onderzoek
Voor de studie onderzochten zij 407 kinderen, waarvan 285 kinderen met autisme en 122 neurotypische kinderen. De kinderen en hun ouders beantwoordden vragen uit een enquête met betrekking tot mondhygiëne. Een tandarts evalueerde vervolgens de tandheelkundige gezondheid van de kinderen, waaronder het nemen van plaque-index, cariës prevalentie en ontbrekende en gevulde primaire tanden (dmft) en permanente tanden (DMFT) scores.
Resultaat
Kinderen met autisme hadden significant lagere DMFT, dmft en cariës prevalentiescores dan hun leeftijdsgenoten, bevonden de onderzoekers. Deze patiënten hadden ook vergelijkbare plaque-indicatoren met neurotypische kinderen.
Opmerkelijke vondsten
Dit resultaat deed zich voor ondanks dat kinderen met autisme suboptimaal gedrag op het gebied van mondhygiëne beoefenden. Slechts 38% van de kinderen met autisme poetste dagelijks hun tanden, vergeleken met 85% van hun leeftijdsgenoten. Ouders waren ook meer geneigd om kinderen met autisme te helpen hun tanden te poetsen dan ouders van neurotypische kinderen. “Autistische kinderen hebben hulp nodig om hun tanden te poetsen vanwege de tekortkomingen in hun manuele vaardigheden,” merkten de auteurs op.
Meer kans op andere mondgezondheidsproblemen
Kinderen met autisme hadden ook significant meer kans op bruxisme, tandheelkundige angst, tongstoten en kwijlen. Bovendien hadden ze meer tandheelkundig trauma en zacht weefseltrauma, wat waarschijnlijk door zelfbeschadigend gedrag is ontstaan. “Zelfbeschadigend gedrag prevalentie van de kinderen met autisme varieerde van 4,9% tot 60% in verschillende studies. Deze waarde werd in deze studie als 35,8% gevonden,” schreven de auteurs. “De zelfbeschadigende gedragingen kunnen meerdere delen van het lichaam beïnvloeden, vooral het nek- en hoofdgebied en de tanden.”
Een van de grootste studies
De auteurs noteerden dat dit een van de grootste onderzoeken naar het gedrag van de mondgezondheid en de status van kinderen met autisme is. Eerder onderzoek rondom dit onderwerp heeft gemengde resultaten opgeleverd en de onderzoekers hopen dat hun bijdrage een positieve bijdrage levert aan de wetenschappelijke literatuur.
“Het doel van de huidige studie was om de orale gezondheidstoestand en invloedrijke factoren, borstelen, ontwikkelings- en orthodontische aandoeningen, bruxisme, medicijninname, zoete eetgewoonten, socio-demografische factoren en levensstijlen van autistische en gezonde kinderen relatief te evalueren”, schreven ze. “Deze studie had meer deelnemers in vergelijking met vorige studies die hetzelfde fenomeen onderzochten. Bovendien was het een uitgebreidere studie que literatuur in termen van het aantal opgenomen variabelen.”
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svg00anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-04-30 09:24:572020-04-28 16:25:10Kinderen met autisme hebben minder cariës maar andere mondgezondheidsproblemen
Het was al duidelijk dat afvallen een effectieve behandeling is voor obstructieve slaapapneu (OSA), maar het was tot nu toe onduidelijk waarom dit het geval is. Onderzoekers van de Perelman School of Medicine aan de University of Pennsulvania hebben ontdekt dat het gelinkt is aan het vetgehalte van de tong.
Slaapapneu is een relatief veelvoorkomende slaapstoornis waarbij de ademhaling herhaaldelijk stopt tijdens de slaap. De aandoening kan het risico op hoge bloeddruk en beroerte verhogen. Bij zo’n 25 procent van de patiënten is het lastig om het probleem met conventionele methodes te behandelen.
MRI-onderzoek bij obesitaspatiënten
Het doel van het onderzoek was om het effect van gewichtsverlies op de anatomie van de bovenste luchtwegen bij personen met obesitas en OSA te bepalen. Hiervoor werd bij 67 personen een slaapstudie en MRI-onderzoek gedaan. Voor en na een gewichtsverliesinterventie kwantificeerden ze luchtwegmaten en volumes van zacht weefsel, tongvet en buikvet.
Verminderen tongvet primaire factor
De resultaten lieten zien dat het verminderen van tongvet een primaire factor is bij het verminderen van de ernst van OSA. Ook ontdekten de onderzoekers dat gewichtsverlies resulteerde in verminderde volumes van de pterygoid (een kaakspier die het kauwen regelt) en faryngaele zijwand (spieren aan de zijkanten van de luchtwegen). Over het algemeen verbeterden de slaapapneuscores van de deelnemers met 31 procent na de interventie.
Nieuw doel voor therapie tegen slaapapneu
Met de uitkomst van de studie zeggen de auteurs dat tongvet een nieuw potentieel doel is voor het therapeutisch verbeteren van slaapapneu. Toekomstige onderzoeken zouden kunnen ontdekken wat de meest effectieve manier is om tongvet te verliezen.
“De meeste clinici, en zelfs experts in de slaapapneuwereld, hebben zich meestal niet gericht op vet in de tong voor de behandeling van slaapapneu,” zei Richard Schwab, MD, hoofd van de slaapgeneeskunde. “Nu we weten dat tongvet een risicofactor is en slaapapneu verbetert wanneer tongvet wordt verminderd, hebben we een uniek therapeutisch doel vastgesteld dat we nog nooit eerder hebben gehad.”
Bron:
American Journal of Respiratory and Critical Care Medicine https://www.atsjournals.org/doi/abs/10.1164/rccm.201903-0692OC
Het is momenteel een extreem intense tijd voor zorgmedewerkers. Gelukkig zijn er verschillende initiatieven om jou als zorgprofessional een steuntje in de rug te geven, van folders tot mindfullness. Hier een overzicht van allerlei initiatieven.
De Federatie Medisch Specialisten heeft samen met de Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband verschillende hulpopties en adviezen verzameld. Verschillende ziekenhuizen en andere organisaties bieden allerlei dingen aan om mentaal en fysiek gezond te blijven. Zo kan je goed voor jezelf en je collega’s blijven zorgen.
Luisterend oor
Er zijn verschillende hulplijnen waar zorgmedewerkers gratis gebruik van mogen maken. Challenge & Support heeft professionele coaches waar je tussen 07.00 en 21.00 binnen 90 minuten contact mee kan krijgen. Er wordt dan een gesprek en mogelijk terugbelmoment ingepland. De Academie voor medisch specialisten werkt hier bijvoorbeeld aan mee.
Een ander netwerk is Coaches voor medici en biedt begeleiding aan in deze rare tijd. De coaches zijn zelf arts of hebben ervaring in die wereld en bieden een luisterend oor. Ook Compassion for Care geeft de mogelijkheid om je hart te luchten. Je kan gratis afspreken met een luisterprofessional als je dat wilt.
Psychosociale ondersteuning
Veel ziekenhuizen doen er alles aan om hun medewerkers zo gezond mogelijk te houden. Dit doen ze onder andere door extra psychosociale ondersteuning en geestelijke gezondheidszorg aan te bieden. Zo heeft het psychosociale team van het Gelre ziekenhuis een poster met helpende gedachten gemaakt, en geeft het Elisabeth Tweesteden Ziekenhuis een tipsheet voor teamleiders over opvang van mentale steun en een Handreiking Multidisciplinaire Richtlijn psychosociale hulp bij rampen en crises.
Het Catharina Ziekenhuis Eindhoven biedt meerdere documenten aan: een beslisboom, Q&A psychosociale ondersteuning voor medewerkers en een presentatie over hoe overeind te blijven tijdens coronastress.
Verder is er Contactpunt psycho-sociale ondersteuning zorgprofessionals, opgezet door ARQ Nationaal Psychotrauma Centrum op verzoek van het RIVM en het ministerie van VWS. Het ARQ IVP heeft ervaring met onder andere crises en stelt deze ervaring beschikbaar aan zorgprofessionals en hun leidinggevenden.
Tips en raadgeving
Daarnaast zijn er allerlei tips en adviezen ter beschikking gesteld door verschillende organisaties. De eerdergenoemde Federatie heeft samen met het LAD en DJS een flyer met “tips voor artsen en andere zorgprofessionals om fysiek en mentaal fit te blijven”. Ook het OLGV heeft een folder met adviezen, net als Defensie.
Een initiatief genaamd Extra handen voor de zorg heeft tips en adviezen verzameld “voor de mentale gezondheid en veerkracht van medewerkers – teams – leiders van teams in de zorg tijdens de COVID-19 crisis”. Verder geeft DJS op hun website advies voor als je op een onbekende afdeling wordt ingezet.
Tot slot is er dagelijks tussen 20.30 en 21.00 uur gratis online meditatie voor zorgprofessionals. Dit wordt georganiseerd door BFC Mindfulness & Compassie en wordt gesteund door de Academie voor Medisch Specialisten. Op deze website kan je er meer over lezen.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2020/04/mentaal-en-fysiek-fit-blijven.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-04-29 08:51:392022-12-14 12:33:03Hoe kan je juist nu mentaal en fysiek fit blijven?
Hoe blij u ook bent dat telefoon weer rinkelt voor nieuwe afspraken, het is knap lastig meer dan één telefoontje tegelijkertijd te beantwoorden. Hoe voorkomt u lange wachttijden aan de telefoon voor de patiënten en hoe zorgt u zelf voor grip op het plannen van afspraken in de agenda?
De button ‘Vraag een afspraak aan’ op uw praktijkpagina op Tandarts.nl zorgt voor minder druk op de ketel.
Iedere (nieuwe) patiënt die Tandarts.nl bezoekt en informatie zoekt over een tandartspraktijk, krijgt op de betreffende praktijkpagina de button te zien.
U reageert in eigen tempo
Na het achterlaten van een afspraakverzoek, ontvangt u een notificatie in de mailbox van uw praktijk. In uw eigen tempo kunt u op het moment dat er ruimte is, reageren op de binnengekomen terugbelverzoeken. Dat doet u naast alle telefoontjes die rechtstreeks bij uw praktijk binnenkomen. De button is voor alle tandartspraktijken beschikbaar op Tandarts.nl.
Actuele praktijkpagina
Neemt u nieuwe patiënten aan, of zijn uw openingstijden nu misschien verruimd? Met een geüpdatete praktijkpagina weten patiënten wat uw praktijk nu voor hen kan betekenen.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2020/04/terug-bellen-afspraak.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-04-28 17:32:002020-04-28 17:36:27Patiënten kunnen terugbelverzoek achterlaten via tandarts.nl
Uit een 5.700 jaar oud type kauwgum zijn een compleet menselijk genoom, orale microben en menselijke ziekteverwekkers gehaald. Het resultaat benadrukt het potentieel van gekauwd berkenpek als een bron van oud DNA.
Berkpek uit Denemarken
Het berkenpek, waarop men toen kauwde zoals wij nu op kauwgum doen, werd door archeologen gevonden tijdens opgravingen in Syltholm in het zuiden van Denemarken. Volgens de onderzoekers is dit de eerste keer dat wetenschappers een compleet menselijk genoom uit een andere bron dan botten hebben verkregen, zeggen ze in Nature Communications. Genomica-onderzoek is essentieel in ons begrip van de menselijke prehistorie, maar is erg afhankelijk van de beschikbaarheid van bruikbare monsters. Dit type monster laat grote potentie zien.
Vrouwelijke jager-verzamelaar uit Europa
Na de extractie van het DNA hebben de wetenschappers ontdekt dat de persoon die de berkenpek kauwde een vrouw was. Ze is genetisch gezien meer verwant aan de westerse jagers en verzamelaars van het vasteland van Europa dan die in centraal Scandinavië woonden. Hoewel de leeftijd van de vrouw onbekend is, valt er wel wat te zeggen over haar uiterlijk. Ze had waarschijnlijk een donkere huid, donkerbruin haar en blauwe ogen.
Maaltijd bestaande uit hazelnoten en eend
Naast de menselijke overblijfselen konden de wetenschappers ook DNA-fragmenten van verschillenden bacterie- en virale soorten identificeren, onder andere van het Epstein-Barr virus. Ook zaten er resten in van planten en dieren als hazelnoten en eenden. Mogelijk is het DNA afkomstig van een recente maaltijd.
Pathogenen elimineren
De onderzoekers denken door het bestuderen van kauwgum als deze de samenstelling van voorouderlijk microbioom en de evolutie van menselijke pathogenen beter te begrijpen. Uiteindelijk hopen ze dat het onderzoeken van tandvlees hen zal kunnen helpen met het voorspellen van het gedrag van ziekteverwekkers. In de toekomst ontstaat dan misschien de mogelijkheid om de pathogenen te beperken of elimineren.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2020/02/Menselijk-genoom-en-oraal-microbioom-uit-5.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-04-28 16:24:062020-04-28 16:24:06Menselijk genoom en oraal microbioom uit 5.700 jaar oud berkenkauwgum gehaald
Volgens een nieuwe studie gepubliceerd in de Journal of the American Dental Association is er misschien een verband tussen metaboolsyndroom en tandverlies. Metaboolsyndroompatiënten hadden minder tanden en vaker een niet-functionerend gebit dan mensen zonder dit syndroom.
Cluster van aandoeningen
Metaboolsyndroom is een cluster van aandoeningen met betrekking tot de stofwisseling. Deze aandoeningen zijn onder andere hoge bloeddruk, hoge bloedglucosewaarden en een grote tailleomtrek. Hiermee worden hart- en vaatziekten en een verhoogd risico op diabetes type 2 geassocieerd. Eerder onderzoek had het syndroom al gekoppeld aan parodontitis, maar er is minder onderzoek gedaan naar de relatie met tandverlies.
Systematische review en meta-analyse
Het onderzoek bestond uit een systematische review en meta-analyse van studies die de relatie tussen metaboolsyndroom en tandverlies onderzochten bij volwassenen. De onderzoekers, geleid voor Marina Leite Souza van de Federal University of Santa Catarina afdeling Tandheelkunde in Brazilë, vonden twaalf geschikte studies. Negen hiervan werden gebruikt voor de meta-analyse.
Verband tussen metaboolsyndroom en tandverlies
De meeste studies vonden een verband tussen metaboolsyndroom en tandverlies, hoewel bij twee ervan dit alleen voor vrouwen gold. Deelnemers met het syndroom hadden minder tanden dan mensen zonder het syndroom. Daarnaast verdubbelde het hebben van de aandoening de kans op gebrek aan functioneel gebit.
Zorgwekkende gevolgen op eetpatronen
Volgens de auteurs is deze bevinding zorgwekkend omdat een slecht werkend gebit kan leiden tot problemen met kauwen. Dit kan een effect hebben op eetpatronen, wat zich kan uiten in een verminderde inname van fruit en groente en kan leiden tot verhoogde niveaus van cholesterol en verzadigde vetten. Ook komen het syndroom en tandverlies relatief vaak voor, en beïnvloeden ze de kwaliteit van leven negatief. Tot slot zorgen ze voor hoge gezondheidszorgkosten en kunnen ze sociale problemen en ongelijkheden verergeren.
Bewijskracht studie laag door verschillen in onderzoeken
Hoewel de methodologische kwaliteit van de individuele onderzoeken over het algemeen hoog was, waarschuwden de auteurs dat de bewijskracht in hun studie laag was. De gebruikte onderzoeken waren namelijk erg verschillend en hadden andere criteria om het metaboolsyndroom te diagnosticeren.
Betere toekomstige studies
Om deze reden waarschuwen de onderzoekers dat men op moet passen bij het generaliseren van de resultaten naar grote en diverse bevolkingsgroepen. Ze hopen dat toekomstige studies een standaard aannemen om het beschreven verband beter te kunnen evalueren. Nieuwe studies zijn nodig om het verband goed te onderzoeken.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2017/02/kauwen.jpg228400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-04-23 11:20:382020-04-23 11:20:38Mogelijk verband tussen metaboolsyndroom en tandverlies
De nabijheid van mensen en deurknoppen zijn volgens mensen in Duitsland waarschijnlijke transmissiepaden voor het coronavirus. Dit en meer zijn de eerste resultaten van de ‘coronamonitor’ van het Federaal Instituut voor Risicobeoordeling (BfR).
Coronamonitor van BfR
De coronamonitor is een onderzoek van de BfR naar de risicoperceptie van de Duitse bevolking tegen het nieuwe coronavirus. Sinds 24 maart zijn elke dinsdag zo’n 500 willekeurig geselecteerde mensen telefonisch geïnterviewd. Ze kregen vragen over onder andere hun beoordeling van het risico op infectie, de beschermende maatregelen die ze hebben genomen en de informatievoorziening.
Mensen en deurknoppen als waarschijnlijk transmissiepad
Uit de resultaten tot nu toe blijkt dat de nabijheid van mensen door 81 procent als een waarschijnlijk transmissiepad voor het virus zien. Ook deurknoppen (61 procent) en contant geld (45 procent) werden veel genoemd als mogelijke besmettingsbronnen. Dit laatste zal in Nederland minder het geval zijn omdat we hier minder contant betalen. Voedsel, huisdieren en kleding worden meestal niet als risicovol beoordeeld.
Infectie ontkomen door openbaar te vermijden en handen te wassen
Twee derde van de ondervraagden zegt zich te willen zich beschermen tegen infectie. Dit doen ze voornamelijk door het vermijden van mensen in het openbaar en grondig en frequent handen te wassen. Bij dit laatste kiest 84 procent overigens liever voor water en zeep dan desinfectiemiddelen. Desondanks weet slechts 28 procent zeker dat ze zichzelf tegen het virus kunnen beschermen.
Bedreigender dan griepgolf
De gezondheidsgevolgen van COVID-19 worden verschillend beoordeeld. Waar 41 procent een kleine impact op eigen gezondheid verwacht vindt 37 procent de gevolgen significant. Ze vinden het wel bedreigender dan een griepgolf.
Maatregelen zijn gerechtvaardigd
Maatregelen als het sluiten van scholen, quarantainemaatregelen of het contactverbod vindt 90 procent gerechtvaardigd. Iets minder mensen zijn het eens met het sluiten van winkels en uitgangsgelegenheden, respectievelijk 86 en 74 procent. Tot slot beoordeelt 72 procent de informatievoorziening als goed. Vooral het Robert Koch Instituut, vergelijkbaar met het Nederlandse RIVM, wordt genoemd als officiële informatiebron.
Koortscurve
In de toekomst wil het BfR dit onderzoek elke week uitvoeren. BrF-voorzitter Professor Dr. Andreas Hensel zegt: “We hopen dat dit representatieve onderzoek ons een soort ‘koortscurve’ zal geven waaruit we kunnen zien hoe mensen het risico inschatten en daarmee omgaan.”
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2020/04/duitsers-wassen-handen.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-04-23 09:50:472020-04-21 11:51:20Duitsers wassen handen met zeep en vrezen mensen en deurklinken
Mondzorgpraktijken kunnen vanaf vandaag, 22 april, weer reguliere zorg hervatten. Er is hiervoor de Leidraad Mondzorg Corona opgesteld door de mondzorgkoepels. Deze leidraad is voorgelegd aan het RIVM, de IGJ en VWS en zij stemden hiermee in.
Op 16 maart jl. hebben de gezamenlijke mondzorgkoepels geadviseerd alle reguliere mondzorg op te schorten, dit advies is door VWS en IGJ tot veldnorm verheven. Het was op dat moment onduidelijk hoe verantwoorde en veilige mondzorg verleend kon worden. Daarnaast hebben wij onze maatschappelijke verantwoordelijkheid genomen om de besmettingscurve af te vlakken en overheidsbeleid te ondersteunen.
De koers van het advies, en later de veldnorm, is erkend door de toegezegde steunmaatregelen. Na ruim drie weken hard werken achter de schermen en in goed overleg met de stakeholders publiceren wij vandaag onze eigen richtlijn waarmee mondzorgverleners op verantwoorde en gepaste wijze de reguliere zorg kunnen hervatten. Deze leidraad is voorgelegd aan het RIVM, de IGJ en aan VWS. Wij kunnen melden dat mondzorgpraktijken vanaf morgen 22 april de reguliere zorg kunnen hervatten nu vandaag is ingestemd met de definitieve Leidraad Mondzorg Corona.
De triage van de verschillende patiëntengroepen, zoals gedefinieerd door het RIVM, met inachtneming van de gangbare methoden van infectiepreventie en aangevuld met tijdelijke extra maatregelen om tegemoet te komen aan het verzoek van ‘social distancing’ door de Rijksoverheid.
De benodigde persoonlijke beschermingsmiddelen.
Definities van spoed en noodzakelijke niet-reguliere mondzorg.
Aanvullende hygiënemaatregelen voor de mondzorgpraktijk op het algemene RIVM-advies.
Tijdens de wekelijkse persconferentie van gisteren, 21 april, zei premier Rutte dat tandartsen en mondhygiënisten “al open konden”. “Meer precies is het zo dat wij nooit dicht zijn geweest, maar de reguliere zorg hebben opgeschort tot het moment waarop we deze weer verantwoord kunnen leveren”, zeggen de mondzorgkoepels hierop.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2016/07/open-400.gif230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-04-22 10:13:412020-05-18 11:47:48Mondzorgpraktijken kunnen weer starten met reguliere zorg
Dankzij de huidige maatregelen en adviezen van de overheid ziet u uw patiënten waarschijnlijk alleen nog maar in noodgevallen. Het is echter belangrijk om het contact te houden.
1,5 meter afstand, quarantaine of lockdown: deze maatregelen veranderen niks aan de noodzaak van goede mondverzorging. Zelfs tijdens deze bijzondere tijden is het belangrijk om met uw patiënten in contact te blijven en hen tips te geven om hun mond en gebit zo gezond mogelijk te houden. Maar hoe doe je dit zonder dat de patiënt bij je in de stoel ligt? Gelukkig zijn daar tegenwoordig tal van mogelijkheden voor.
Sociale media
Nu iedereen thuis zit, is dit het perfecte moment om je sociale mediakanalen een boost te geven. Je kunt social media voor allerlei doeleinden gebruiken. Natuurlijk kun je simpelweg updates en foto’s delen, maar het is juist leuk om nu wat extra moeite in je online aanwezigheid te stoppen. Zo gebruikte de Rotterdamse Mondhygiënepraktijk MondClinic de afgelaste Week van de Mondhygiënist om elke dag een tip te delen op Facebook voor de (mond)gezondheid van hun volgers. Lieneke Steverink-Jorna schreef de tips in opdracht van MondClinic en vertelde: “Elke tip had een bereik van rond de 10.000.”
Dit is natuurlijk slechts één voorbeeld, de mogelijkheden van social media zijn op dit moment eindeloos. Las bijvoorbeeld regelmatig een vragenuurtje in door middel van een Instagram Verhaal, maak en deel leuke video’s waarin je uitlegt hoe je extra goed voor je gebit zorgt tijdens deze crisis, of spreek je jongste patiënten aan met grappige filmpjes op TikTok. Zo geeft u niet alleen tips, maar blijft u ook top of mind bij al uw patiënten. Misschien dat een goede post zelfs nieuwe patiënten oplevert wanneer het normale leven weer begint.
Mediamix
Social media is natuurlijk niet de enige manier om in contact te blijven met uw patiënten. Wilt u uw patiënten echt blijven bereiken, dan is het belangrijk een goede ‘mediamix’ te hebben, zoals de marketeers dat zeggen. Gebruik niet alleen Facebook, Instagram en Twitter, maar besteed ook eens wat extra tijd aan uw nieuwsbrief (of begin er een), of organiseer een telefonisch spreekuur.
Wilt u het echt goed doen? Dan laat u deze verschillende kanalen goed op elkaar aansluiten en verwijst u op kanaal A naar kanaal B en vice versa. Zo weet u zeker dat het contact met uw patiënten optimaal blijft tijdens de coronacrisis.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2020/04/Ruben-Bewaar-het-contact.jpg230412anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2020-04-21 11:54:412020-04-21 11:54:41Bewaar het contact met uw patiënten tijdens de coronacrisis
Voor een optimale gebruikerservaring maakt dental INFO gebruik van cookies. Als u deze site blijft gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies.