Blog Maximaal profijt van de mondhygiënist

Blog: Maximaal profijt van de mondhygiënist

De mondhygiënist is erg gewild binnen de mondzorgpraktijk. Hij kan patiënten binden. Maar hoe bindt u de mondhygiënist aan uw praktijk?  En hoe kan een externe mondhygiënist uw praktijk laten groeien? Blog van Lieneke Steverink -Jorna.

Ambassadeur van uw praktijk

Wees bewust van de rol van de mondhygiënist. Mondhygiënisten spelen een grote rol in de groei van de praktijk. Zie de mondhygiënist als ambassadeur voor uw praktijk. De mondhygiënist heeft vaak een unieke positie in de praktijk en heeft lange één-op één tijd met de patiënt. De mondhygiënist kan wonderen doen voor de acceptatie van het behandelplan. Als de mondhygiënist de patiënt meerdere keren per jaar ziet, heeft hij de kans om een hele goede band met de patiënt op te bouwen. Dit geeft meer vertrouwen en zo luistert de patiënt vaak naar de mondhygiënist en vraagt actief hulp bij het maken van een beslissing. Onderwerpen die te sprake komen in de stoel van de mondhygiënist zijn bijvoorbeeld keuzes rondom restauratieve opties en esthetische behandelingen.

Tijdsdruk

Veel mondhygiënisten voelen de druk om het gehele gebit te reinigen tijdens een zitting. Ook als er eigenlijk te weinig tijd is gepland. Helaas gaat dit ten koste van de voorlichting en instructie. Terwijl dit het meest belangrijke onderdeel is van een preventie-behandeling. Het is juist die aandacht die de patiënt aanzet tot beweging naar het doel wat u voor ogen heeft. Het is het moment waar u juist zowel de financiële als de gezondheidswinst kunt pakken. Dus laat dit moment nooit verdwijnen. Zorg dat er altijd ruim voldoende tijd staat gepland voor de behandelingen bij de mondhygiënist en haal de druk weg.

Vrijheid

Laat de mondhygiënist vrij om zijn expertise in te zetten. Vaak staat er in de vacature al omschreven wat er verwacht wordt van de mondhygiënist. Bijvoorbeeld dat de mondhygiënist in de praktijk de paro zal behandelen. Maar als u echt gebruik wilt maken van de expertise van de mondhygiënist, vraag dan naar wat hij nog meer kan betekenen voor de praktijk. Zo kan de mondhygiënist uw taak overnemen om het gehele preventieteam aan te sturen en het preventiebeleid te bepalen. Zo kan hij zorgen dat het hele team een geluid geeft zodat de patiënt niet alleen gelukkig is met hem maar met het gehele team. Om een klein voorbeeld te geven: De mondhygiënist kan duidelijkheid geven wanneer welke instructie verwacht wordt zodat de patiënt niet twee verschillende verhalen van twee behandelaars ontvangt. Of uw mondhygiënist start een onderzoek in uw praktijk om te bekijken in hoeverre het gezamenlijke doel wordt bereikt en analyseert dit om tot een verbetering te komen. U kunt zoveel meer uit uw mondhygiënist halen dan enkel paro-behandelingen. Een mondhygiënist wordt in zijn kracht gezet als hij de vrijheid krijgt om zijn vak in te vullen zoals hij voor ogen had. Dit zal u aanzienlijk minder verloop van mondhygiënisten kosten. Daardoor kunnen patiënten langer bij dezelfde behandelaar blijven en dit vinden zij vaak prettig.  Dat is dus goed voor uw praktijk.

Planning

Laat de mondhygiënist zoveel mogelijk zelf de afspraken maken voor zijn patiënten. Zorg op maat laat zich niet vangen in vaste agenda- en behandeltijden. U kent het ook vast wel dat als de patiënt eenmaal bij de balie is gekomen, vaak compleet kwijt is welke tijd hij moest reserveren, laat staan wanneer. Het risico is te groot op een verkeerde planning of nog erger; geen planning. De balie moet wel op de hoogte zijn van de normale gang van zaken. Bijvoorbeeld dat tussen afspraken van initieel niet maanden kan zitten. Dit is belangrijk omdat patiënten alsnog gaan bellen om hun afspraak te verzetten. Sommige softwarepakketten beschikken over de mogelijkheid om met elkaar te communiceren. Mocht de mondhygiënist niet zelf de afspraak kunnen maken, dan kan er via dit systeem worden doorgegeven welke afspraken precies nodig zijn.

Ook is het belangrijk voor de baliemedewerkers te weten hoe zij moeten reageren bij een afzegging. Afspraken bij zowel de mondhygiënist als de preventieassistent worden vaker afgebeld dan die bij de tandarts. U kunt zich afvragen waarom. Laat de balie vragen waarom de afspraak wordt afgezegd. Het opent een gesprek dat vaak leidt naar het toch nakomen van de afspraak. De balieassistent zal dus ook overtuigd moeten zijn van deze afspraken. Tijdens een teamtraining zou u dit kunnen oefenen middels een rollenspel. Mocht de patiënt de afspraak toch verzetten terwijl de agenda al redelijk vol staat, houd er dan rekening mee dat voor de afspraak een langere tijd gepland moet worden. De mondhygiënist of preventieassistent zal nu namelijk meer tijd nodig moeten hebben om de patiënt te motiveren en te behandelen. Dat betekent dat deze afspraak duurder zal worden, ook hier zal de patiënt van op de hoogte gebracht moeten worden. Sommige patiënten denken namelijk dat ze geld besparen door minder vaak te komen terwijl het tegenover gestelde waar is.

Externe mondhygiënist

Besef dat niet alleen de interne mondhygiënist een goed woordje voor het behandelplan van de tandarts kan doen, maar ook de externe mondhygiënist. Wil de mondhygiënist dit voor u kunnen doen, dan zal hij wel op de hoogte moeten zijn van de plannen van de tandarts. Hiervoor is dus een goede communicatie tussen beiden nodig.

Zie de mondhygiënist als een gelijkwaardig persoon. Het is belangrijk om een en hetzelfde doel na te streven. De mondhygiënist zal enthousiast moeten zijn over de plannen van de tandarts, niet alleen als het om een specifiek behandelplan gaat maar ook over de praktijkvisie en missie. Zorg daarom dat u elkaar voldoende vaak ontmoet om van gedachte te wisselen. U doet dit om op dezelfde lijn te komen, dan wel te blijven. U ontmoet elkaar niet enkel bij ontevredenheid, maar wees deze juist voor. Bij een interne mondhygiënist kunt u daarvoor elke ochtend even bij elkaar gaan zitten. Een externe mondhygiënist kan de tandarts of praktijkmanager prima uitnodigen op een open dag. U kunt samen naar een congres gaan, een zakelijk diner houden of elkaar uitnodigen op uw teamtraining.

De tandarts doet er goed aan om een uitnodiging van een externe mondhygiënist aan te nemen. Dit is de juiste timing om met elkaar van ideeën te wisselen en de zorg goed op elkaar af te stemmen. Investeer in zulke momentjes. Sta open voor feedback, de externe mondhygiënist zou zomaar een waardevolle bron kunnen vormen voor blinde vlekken, juist omdat er afstand is.

De mondhygiënist zal het ook waarderen wanneer de tandarts vertelt wat hij goed en minder goed vindt aan zijn werk. Zo profiteert u van elkaars blik en zal de kwaliteit van de behandeling en ook de benadering naar patiënten verbeteren. Een goede sfeer tussen beiden zal uitstralen dat de ander een gewaardeerde collega is. Ook hierdoor zal het vertrouwen en dus de acceptatie van behandelplannen verhogen. Patiënten zullen gelukkig zijn met zowel de mondhygiënist als de tandarts. Dit zal zich rondspreken als mond-tot-mondreclame. Dit zorgt niet alleen voor een zichtbaar blijere patiënt. Ook de behandelaren worden er blij van. Een win-winsituatie.

Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Lees meer over: Financieel, Ondernemen, Samenwerken, Thema A-Z
In gesprek met patiënten met het kwaliteitsklankbord

In gesprek met patiënten met het kwaliteitsklankbord

Om de kwaliteit van tandartspraktijken te waarborgen bestaan er verschillende manieren om deze te testen. Eerder werd de patiënten enquête als meetinstrument voor de kwaliteit geïntroduceerd. Nieuw is het kwaliteitsklankbord: een klankbord waarbij patiënten feedback geven aan hun eigen mondzorgpraktijk. dental INFO interviewde Marjolein Spronk over deze nieuwe ontwikkeling.

Marjolein Spronk werkt op beleidsniveau voor patiëntenorganisaties met als expertise de verbetering van zorgkwaliteit, gezien vanuit het perspectief van patiënten. “Ik ben bevlogen over de meerwaarde van samenwerking tussen patiënten en zorgverleners op gebied van kwaliteitsverbetering. Kwaliteit is teamwork en wordt in deze context bepaald. Bovendien is het de kortste weg naar patiënttevredenheid.”

Het Kwaliteitsklankbord

Marjolein deelt haar visie op de mondzorgpraktijken op haar website ‘Het Kwaliteitsklankbord’. Ze organiseert regelmatig klankbordbijeenkomsten met medisch professionals en hun patiënten in de tweedelijns gezondheidszorg, gericht op kwaliteitsverbetering van zorg. In de mondzorg is dit tot nu toe nog een vrij onbekend fenomeen. Twee jaar geleden werd de mondzorgpraktijk waar ze zelf patiënt is haar eerste opdrachtgever in deze branche. Deze multidisciplinaire praktijk wilden meer aandacht geven aan de patiëntbeleving, waarvoor het essentieel was dat zij met hun patiënten in gesprek gingen. “Het klankborden tussen patiënten en de praktijkmedewerkers heeft geleid tot meer onderlinge binding en patiënt-gewenste verbeteringen in de dagelijkse praktijkvoering. Nu zijn de halfjaarlijkse klankbordbijeenkomsten daar een vast terugkerend onderdeel.”

Toegevoegde waarde voor mondzorgpraktijk

Voor Marjolein is het duidelijk dat de klankbordenbijeenkomsten in een mondzorgpraktijk van toegevoegde waarde zijn. “Zeker omdat de ontwikkelingen in de mondzorgbranche niet stil hebben gestaan. De eenmanspraktijk met vaste tandarts maakt steeds meer plaats voor grotere praktijken. Het heeft de dynamiek van het patiëntencontact veranderd. Ook zijn patiënten zelf mondiger. Ze hebben behoefte aan meer transparantie over de geboden zorg en zorgkosten. Een klankbordbijeenkomst blijkt hiervoor een geschikt kader.“

Als professional in de mondzorg kan het spannend zijn om een kwaliteitsklankbord te laten organiseren. Marjolein heeft hier alle begrip voor. “Je stelt je kwetsbaar op. Dat geldt niet alleen voor de professionals, maar ook voor de deelnemende patiënten. Als onafhankelijk gespreksleider is het mijn taak om een veilig kader te creëren. Dat doe ik door gebruik te maken van passende werkvormen die het gesprek richting geven. Bovendien hebben we het niet over personen, maar over de onderwerpen op de agenda. Als je daarover in gesprek gaat, ontstaat er juist verbinding. Je hebt hetzelfde doel!”

Klankbordbijeenkomst na patiënten enquête

Een klankbordbijeenkomst kan ook van waarde zijn voor een praktijk als eerder al een patiënten enquête is afgenomen. In de enquête wordt bijvoorbeeld getest hoe je als praktijk en als zorgverlener scoort op verschillende onderdelen, waardoor de tevredenheid simpel kan worden gemeten en vergeleken met andere praktijken. Bij klankbordbijeenkomsten gaat het niet zozeer om het specifieke meten, maar om het zoeken naar de connectie met de patiënt.

“Je biedt oor en geeft gehoor. Bovendien is het door de diversiteit van onderwerpen een lerende setting voor alle medewerkers van de organisatie. Je gaat na; hoe komt onze werkwijze of ons gedrag op patiënten over? Hierbij kunnen ook de resultaten van de patiënten enquête worden besproken. We hebben dit bij een praktijk gedaan. Patiënten dachten zelf mee over de oplossingen voor verbeterpunten. Ga er maar vanuit dat door patiënten zelf gekozen oplossingen beter aansluiten dan wat je als professionals bedenkt!”

Actieve deelname van patiënten

Voor een goede klankbordsessie zijn gemiddeld acht patiënten en minimaal twee praktijk-medewerkers aanwezig. In de wachtkamer worden de patiënten uitgenodigd om deel te nemen, hun ervaringen te delen en mee te denken over de werkwijze. Marjolein vertelt dat patiënten hier verrast op reageren, ze waarderen het initiatief. De patiënten die aanschuiven doen dit vaak om verschillende redenen; ze hebben een visie, of een concreet onderwerp om te bespreken, willen graag meedenken of simpelweg hun tevredenheid delen over de geboden zorg. Deze verscheidenheid is een goede vertegenwoordiging.

Vaak kiezen zorgverleners ook gericht patiënten uit om deel te nemen aan de klankbordbijeenkomst. Als een patiënt kritische vragen stelt na een individuele behandeling kan de arts deze bijvoorbeeld uitnodigen om zijn of haar meningen te bespreken in de volgende bijeenkomst.

Gespreksonderwerpen

Voordat Marjolein daadwerkelijk aan tafel zit samen met patienten en medewerkers, inventariseert ze de gewenste gespreksonderwerpen. Hieraan is meestal geen gebrek. De bijeenkomst zelf duurt anderhalf tot twee uur. “Die tijd vliegt voorbij. Het is een inspirerende uitwisseling van ervaringen en inzichten.” Aan het eind van de bijeenkomst heeft de praktijk een overzicht van praktisch uitvoerbare suggesties, die bij kunnen dragen aan patiënttevredenheid. Deze hebben bijvoorbeeld vaak betrekking op de communicatie, informatievoorziening of organisatie van de zorg.

Gehoor geven aan suggesties

De praktijk besluit vervolgens uiteraard zelf op welke wijze zij daar gevolg aan willen geven. Patiëntvriendelijkheid betekent namelijk niet ‘u vraagt wij draaien.

Verschillende invalshoeken samenbrengen

De thema’s die de praktijk en de patiënten agenderen komen vaak overeen. Een veelvoorkomend onderwerp is de facturering. De praktijk constateert dat er ondanks uitgebreide toelichting nog steeds vaak vragen over komen. De patiënten geven op hun beurt aan hoe de factuur duidelijker kan, waar de praktijk mee geholpen is. Als je de verschillende invalshoeken samenbrengt, is het snel schakelen. Veel items blijkt terug te voeren op communicatie en informatieverstrekking.

Kinderpanel

Kindermondzorg is een ook een veel voorkomend onderwerp. We vroegen Marjolein of er ook een kinderpanel zou kunnen bestaan. Dit bestaat nog niet. “Ik vind dit een leuke vraag. Het lijkt me vanzelfsprekend dat we kinderen zelf ook vragen naar hun mening. Er zijn leuke manieren om dit te doen, die goed bij de kindbeleving aansluiten. Ik zou het geweldig vinden om dit met een kinderpraktijk uit te werken. Waar kan ik beginnen?!”

Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis, Klachten, Thema A-Z
Welke pijnstiller helpt het beste na orthodontische behandeling?

Welke pijnstiller helpt het beste na orthodontische behandeling?

Na een orthodontische behandeling hebben patiënten vaak pijnklachten. Liverpool University Dental Hospital heeft onderzocht of deze pijnklachten te verminderen zijn door het innemen van pijnstillers. Zo ja, kunnen ze dan beter voor of na de behandeling worden ingenomen? En welke pijnstiller werkt het beste?

Pijn na orthodontische behandeling

Veel patiënten ervaren pijn na het ondergaan van een orthodontische behandeling. De mate van pijn hangt af van het type beugel en de hoeveelheid kracht die op het gebit wordt uitgeoefend. De pijn wordt als het meest negatieve aspect van de behandeling ervaren en is de meest genoemde reden om te stoppen met een orthodontische behandeling.

Onderzoek naar pijnstillers

Onderzoekers van Liverpool University Dental Hospital hebben onderzoek gedaan naar het effect van pijnstillers na een orthodontische behandeling. Het idee was dat als pijnstillers effectief blijken te zijn, het ondergaan van een orthodontische behandeling minder belastend wordt. De meeste pijnstillers zijn goedkoop en gemakkelijk verkrijgbaar en veroorzaken geen ernstige bijwerkingen.

Het onderzoek werd uitgevoerd onder 3110 deelnemers in de leeftijd van 9 tot 34 jaar. De deelnemers werden verdeeld in groepen die op verschillende tijdstippen verschillende soorten pijnstillers of een placebo toegediend kregen. Er werd gekeken naar het effect van de medicatie twee, zes en 24 uur na de behandeling.

Resultaten

Uit het onderzoek kwam naar voren dat het innemen van paracetamol en NSAID’s (zoals ibuprofen) en het toegediend krijgen van een plaatselijke verdoving alle drie effectief is om de pijn te verminderen. Er werd geen noemenswaardig verschil gevonden tussen de pijnstillende werking van deze middelen. Er werd alleen een klein verschil waargenomen met betrekking tot het tijdstip van de inname van ibuprofen. Deze pijnstiller werkt iets beter als hij een uur voor de behandeling al wordt ingenomen.

 

Bron:
Cochrane Database Syst Rev
Cochrane

Lees meer over: Orthodontie, Pijn | Angst, Thema A-Z
Vermijden van musculoskeletale pijn door slecht postuur

Vermijden van musculoskeletale pijn door slecht postuur

Veel mondzorgprofessionals krijgen op een gegeven moment in hun carrière te maken met musculoskeletale pijn: pijn in de onderrug, nek en schouders. Deze symptomen ontwikkelen zich op een bijna onmerkbare wijze, als gevolg van een slecht postuur. In dit artikel worden het probleem en preventieve maatregelen besproken.

Vermijden van musculoskeletale pijn door slecht postuur

De wervelkolom

Over het algemeen wordt een goed postuur gezien als de positie van het lichaam waarbij de wervelkolom zich in neutrale positie bevindt, en niet naar voren, achteren of opzij is gebogen. Als dit wel het geval is zullen de spieren zich hierop aanpassen en raakt het lichaam uit balans.

De wervelkolom heeft, vanaf de zijkant gezien, vier natuurlijke rondingen, de cervicale en lumbale lordose, en de thoracale en sacrale kyfose, die van essentieel belang zijn voor het opvangen van schokken. Een verandering in de ene ronding zal automatisch de andere rondingen veranderen. Hoe meer de wervelkolom afwijkt van de normale positie, hoe meer de positie van de wervelkolom afhankelijk wordt van spieren en weefsel, waardoor spanning ontstaat. Op de lange termijn kan dit leiden tot letsel aan de wervelkolom.

Hyperkyfose

Overmatige flexibiliteit van de thoracale wervelkolom is normaliter te herkennen aan opgetrokken schouders, een naar voren staand hoofd en naar achter gebogen bekken. Dit komt regelmatig voor bij tandartsen, aangezien deze een groot deel van de dag in een voorovergevouwen houding staan met opgetrokken schouders.

Hyperlordose

Het tegenovergestelde geval van hyperkyfose komt ook regelmatig voor bij tandartsen: hyperlordose. Hierbij staat de rug holler, en zijn de bekken juist iets naar voren gekanteld. Dit leidt meestal met name tot last van de onderrug.

Houdingsdisfunctie voorkomen

Om houdingsdisfunctie te voorkomen is het belangrijk om ten eerste bewust te zijn van uw houding tijdens de werkuren en daarbuiten. Verbeter uw postuur bewust op het moment dat deze niet in de juiste houding staat, net zo lang totdat het goede postuur ‘normaal’ gaat worden.

Verbeteren van postuur

Ook is het belangrijk om te zorgen voor een goede, ergonomische werkstoel. Deze kan assisteren bij het behouden van een neutrale wervelkolom. Probeer daarnaast niet te lang achter elkaar stil te zitten, aangezien dit tot vaste heupen en verzwakte bilspieren kan leiden. Deze zijn op zijn beurt weer belangrijk voor het stabiliseren van de bekken, en het voorkomen van last aan de onderrug. Zorg hiernaast dat de patiënt op een comfortabele hoogte ten opzichte van de stoel ligt, zodat u de nek niet overmatig hoeft te buigen. Ten slotte kunnen er verschillende oefeningen worden uitgevoerd om het postuur te verbeteren.

Bron:
Dentistry.co.uk

Lees meer artikelen over ergonomie in de tandheelkunde 

Lees meer over: Ergonomie, Thema A-Z
Parodontitis

Parodontitis verhoogt risico op maagkanker

De rij met ziektes waar het hebben van parodontitis een negatief effect op heeft blijft maar groeien. Uit nieuw onderzoek is gebleken dat parodontitis ook het risico op het ontwikkelen van maagkanker verhoogt.

Precancereuze laesies

Onderzoekers van het New York University College of Dentistry en de New York University School of Medicine onderzochten het speeksel en mondplaque van ongeveer 100 mensen. Bij een derde van deze groep waren weefselveranderingen (precancereuze laesies) vindbaar in de mond, welke worden beschouwd als mogelijke voorlopers van maagkanker. De rest van de groep had geen precancereuze laesies en diende als controlegroep.

Meer ziekteverwekkers in speeksel

In het speeksel van de groep met weefselveranderingen werden meer ziekteverwekkers gevonden. Drie pathogenen die met name een stuk vaker voorkwamen bij de groep met laesies dan bij die zonder waren treponema denticola, Actinobacillus actinomycetemcomitans en Tanner Forsythia – drie pathogenen die in sterk verband staan met parodontitis. Daarnaast was bij deze groep een gebrek aan bacteriële diversiteit in het speeksel en plaque te zien.

Belang goede mondhygiëne

De significant hogere aanwezigheid van de drie pathogenen en het gebrek aan variatie van bacteriën leiden tot een significant hoger resultaat op maagkanker. Hiermee toont deze studie wederom aan dat een goede mondhygiëne van belang is voor de gezondheid van het gehele lichaam.

Bron:
NYE.edu 

 

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Parodontologie, Thema A-Z
Uit onderzoek door FDI blijkt: mondzorg door ouders kan beter

Uit onderzoek door FDI blijkt: mondzorg door ouders kan beter

Ter gelegenheid van Wereldmondzorgdag heeft FDI World Dental Federation ouders van over de hele wereld gevraagd hoe zij met de mondzorg van hun kinderen omgaan. Uit de antwoorden blijkt dat de mondzorg door ouders beter kan.

Eerste bezoek aan tandarts

Het onderzoek werd gehouden onder ouders met kinderen jonger dan achttien jaar in tien verschillende landen verspreid over vijf werelddelen. Uit de resultaten bleek dat slechts 13% van de ouders hun kind voor hun eerste verjaardag mee heeft genomen naar de tandarts. 24% deed dit wanneer hun kind tussen de een en drie jaar oud was en 22% bij een leeftijd tussen de vier en zes. 20% van de ouders gaven aan hun kinderen nooit voor een controle te hebben meegenomen naar de tandarts.

Reden eerste tandartsbezoek

Opvallend was dat de reden voor het eerste bezoek aan de tandarts per land verschilde. Over de hele linie gaf de helft van de ouders aan dat het ging om een controlebezoek. Dit was het meest gegeven antwoord in het Verenigd Koninkrijk (82%), Zweden (77%), Argentinië (65%), Frankrijk (63%), de Verenigde Staten (63%), Australië (56%) en China (34%). In de andere landen gingen de ouders voor het eerst met hun kind naar de tandarts na pijnklachten. Dit was het meest gegeven antwoord in Egypte (56%), de Filipijnen (43%) en Marokko (38%).

Andere uitkomsten

Uit het onderzoek kwamen nog meer feiten naar voren. Zo blijkt 43% van de ouders er op te letten dat hun kinderen voordat ze naar bed gaan hun tanden poetsen. 40% ziet er op toe dat de tanden twee keer per dag gepoetst worden en 38% gaf aan de hoeveelheid suiker in het eten en drinken te beperken om tandbederf tegen te gaan. Slechts 26% van de ouders bleek zelf de melktanden van hun kinderen direct na doorkomst te zijn gaan poetsen. Gebitsbescherming tijdens het sporten werd door 8% van de ouders aan hun kinderen aangeraden.

Aanbevelingen door FDI

De FDI World Dental Federation beveelt een goede mondzorg aan. Dat houdt in het vermijden van risicofactoren zoals een ongezond dieet, in het bijzonder met een hoog suikergehalte. Daarnaast moeten ouders gelijk nadat de eerste tanden bij hun kinderen zijn doorgekomen, beginnen de tanden voor bedtijd te poetsen. Bij oudere kinderen moeten zij er op toezien dat er twee keer per dag met een kleine hoeveelheid fluoridetandpasta gepoetst wordt. Ook moeten ze ervoor zorgen dat vanaf de eerste verjaardag regelmatig de tandarts voor controle wordt bezocht.

 

Bron:
FDI World Dental Federation

Lees meer over: Kindertandheelkunde, Thema A-Z
kind - tandenpoetsen

Creatief spel waar peuters leren tandenpoetsen

Tandenpoetsen, daar zijn we allemaal mee opgegroeid. Van kleins af aan leren we dat het belangrijk is om ons gebit dagelijks te onderhouden. Om deze les naast leerzaam ook leuk te maken, kwam oprichter van het Instagram account “TheDadLab”, Sergei Urban, met een creatief idee.

Monsters wegpoetsen

The Dad Lab is een Instagram account – met inmiddels ook pagina’s op meer sociale media – waar fulltime vader Sergei zijn creatieve spelletjes, educatief speelgoed, experimenten et cetera laat zien. Om zijn eigen peuter te helpen wennen aan het idee van tandenpoetsen, bedacht Urban de perfecte activiteit: monsters wegpoetsen. Door een foto van tanden af te drukken en in een doorzichtige plastic envelop te plakken, kon hij op het plastic grappige monsterbacteriën tekenen met whiteboardmarkers.

Noodzaak

Volgens Sergei is het superleuk en toont het de noodzaak om dagelijks tanden te poetsen. Zijn zoon Max was meteen een fan van het wegpoetsen van de monsters met een oude tandenborstel. Op Facebook heeft de video inmiddels al 9,8 miljoen weergaven gehad.

Video

De video waarin Sergei het spel maakt en zijn zoon de monsters wegpoetst, kunt u hier bekijken.

Lees meer over: Kindertandheelkunde, Thema A-Z
check

Update: Checklist IGJ protocollen

De veelheid aan eisen waarop wordt geïnspecteerd door de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ; voorheen IGZ) maakt dat tandartsen vaak niet exact weten aan welke eisen dient te worden voldaan en hoe hieraan te voldoen. Men ziet door de bomen het bos niet meer. Daarnaast is het voor een tandarts vaak een hele inspanning om naast alle patiëntbehandelingen deze maatregelen te realiseren. Met dit artikel wordt een up-to-date handreiking gegeven om deze organisatorische maatregelen gestructureerd en volledig te regelen.

Noot: Vanwege de praktische insteek voor praktijken bevat onderstaande opsomming ook onderwerpen, die geen onderdeel uitmaken van de inspectie van IGJ. Deze zijn hier echter wel meegenomen, omdat praktijken ook deze zaken wel op orde moeten hebben.

Drie invalshoeken

Voldoen aan alle IGJ eisen houdt in dat vanuit diverse invalshoeken maatregelen genomen moeten worden:

  • Bewustzijn en kennis van de teamleden (= uitvoering)
    Denk aan het bewustzijn over het eigen handelen en kennis rondom hygiëne eisen uit de WIP-richtlijn.
  • Inrichting en voorzieningen (= faciliteiten)
    Bijvoorbeeld de indeling van de sterilisatieruimte en de aanwezigheid van handsfree kranen.
  • Waarborgen en aantoonbaar maken (= organisatie)
    Bijvoorbeeld het vastleggen van interne afspraken en instructies.

Praktijkdocumentatie

In dit artikel wordt ingegaan op de organisatorische maatregelen. Een praktijk heeft vaak al vele maatregelen genomen. Echter, het ontbreekt veelal aan een overzichtelijke structuur van alle documentatie en een tandarts kan vaak niet inschatten of hij of zij volledig is geweest. Het is dan ook aan te raden om alle protocollen, instructies, etc. goed te ordenen. Dit geeft rust en overzicht en daarmee kan gemakkelijk ingeschat worden of aan alle IGJ eisen wordt voldaan. Hieronder geef ik een overzicht en tevens checklist weer, wat een handig hulpmiddel is voor tandartsen die nog stoeien met het orde krijgen van zijn of haar papierwerk.

Daarbij wil ik wel opmerken, dat de uiteindelijke invulling gedeeltelijk afhankelijk is van de praktijksituatie. Zo vind ik dat een grote groepspraktijk uitgebreidere protocollen moet opstellen dan een solo praktijk. En zal een praktijk waar vele (voorbehouden) handelingen worden gedelegeerd verder moeten gaan in de vastlegging dan in situaties waar geen handelingen worden gedelegeerd.

Checklist IGJ protocollen

Ik adviseer toe te werken naar de volgende structuur.

  1. Protocollen

    1. Hygiëne protocollen

      Deze bevatten de vertaling van de WIP-richtlijn naar de specifieke afspraken in de praktijk. Hiervoor kunnen de hoofdstukken uit de WIP-richtlijn als leidraad dienen, bijvoorbeeld aangevuld met:

      • Aftekenlijst voor dagelijks opstarten en afsluiten
      • Werkinstructies voor bediening van de thermodesinfector, autoclaaf, etc.
      • Schoonmaak plan van de praktijk
    2. Behandelprotocollen

      Voor alle (risicovolle en gedelegeerde) behandelingen dient een protocol te worden uitgeschreven, waarin de stappen van de behandeling zijn beschreven. Eventueel aangevuld met foto’s van de behandeltray’s en wat allemaal klaar te leggen vooraf.

    3. Werkinstructies

      Zoals de verzameling handleidingen van alle apparaten in de praktijk met ook uitgewerkt de benodigde (interne) onderhoudswerkzaamheden.

    4. Organisatorische protocollen

      Indien de praktijkvoering hierom vraagt is het uiteraard goed de afspraken rondom interne, organisatorische processen vast te leggen. Dit is altijd erg toegespitst op de praktijk en op de gebruikte apparatuur. Denk bijvoorbeeld aan de volgende protocollen cq. werkinstructies:

      • Gebruik telefooncentrale en inspreken antwoord apparaat
      • Inkoop van kleingoed
      • Declareren en aanvragen van machtigingen
      • Ziekmelden van medewerkers
  1. Onderhoud en logging

    Binnen deze map worden alle uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden en metingen bewaard. Voor de volledigheid adviseer ik een onderhoudsagenda (/ jaarplanning) op te stellen, zodat wordt voorkomen dat onderhoudswerkzaamheden worden vergeten. Denk bijvoorbeeld aan het archiveren van de volgende onderhoudsverslagen, metingen en controles:

    1. Onderhoud autoclaaf, units, thermodesinfector, hand- en hoekstukkenreiniger, röntgen, etc.
    2. Uitgevoerde metingen van de waterkwaliteit, Helix testen en ultrasoon trilbad
    3. Afgetekende lijsten van de (maandelijkse) voorraadcontrole op de houdbaarheid en dagelijkse opstart- en afsluit aftekenlijsten

M.b.t. de uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden adviseer ik je het dental depot altijd om het onderhoudsverslag of -rapport te vragen. In vergelijking met de APK-keuring van uw auto wil je graag weten en naderhand kunnen aantonen waarnaar is gekeken, welke reparaties zijn uitgevoerd, etc. Daarnaast adviseer ik het dental depot te attenderen op het plakken van een nieuwe onderhoudssticker op het apparaat.

  1. Personeelsmap

    Per medewerker dient informatie te worden verzameld (indien van toepassing) en overzichtelijk gearchiveerd zoals:

    1. Vaccinatiestatus en titer bepaling Hepatitis B
    2. Diploma’s
    3. EHBO / BHV certificaat
    4. BIG registratie
    5. Stralingsdeskundigheid certificaat (zowel voor tandartsen als assistenten)
    6. Certificaat Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld
    7. Taakdelegatie voorbehouden en niet-voorbehouden handelingen
    8. Kopie identiteitsbewijs
    9. Arbeidsovereenkomst of Overeenkomst van opdracht
    10. Loonbelastingformulier
    11. Bewijs deelname aan klachtenregeling
    12. Informatie in het kader van de vergewisplicht (vanuit de WKKGZ)
  1. Veiligheid en kwaliteit

    In het kader van de veiligheid en kwaliteit in de praktijk zijn worden er aanvullende eisen gesteld aan praktijken. Onder andere ingegeven door de nieuwe Wet Kwaliteit, Klachten en Geschillen in de Zorg (WKKGZ). Iedere praktijk dient te beschikken over de volgende documentatie:

    1. Uitgevoerde (update) RI&E (vanuit de arbeidsomstandigheden wet)
    2. Veiligheidsinformatiebladen en een Register Gevaarlijke stoffen
    3. Klachten- en incidenten registratie
    4. Procedure voor het Veilig Incidenten Melden (VIM)
    5. Procedure rondom Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld
    6. Calamiteit- en ontruimingsplan
  2. AVG

    In mei 2018 gaat de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in, waarmee de regels rond de bescherming van persoonsgegevens worden aangescherpt. De verordening eist dat praktijken organisatorische en technische maatregelen moeten hebben genomen om aan deze regels te voldoen. Om aantoonbaar aan de AVG te voldoen dient de praktijk over de volgende documentatie te beschikken:

  1. Privacy statement (gericht op patiënten en medewerkers)
  2. Intern privacy beleid
  3. Ingevuld register van verwerkingsactiviteiten
  4. Ondertekende verwerkersovereenkomsten
  5. Protocol voor het melden van datalekken en een register van datalekken
  1. KEW-dossier

    Het KEW-dossier bevat alle documenten die betrekking hebben op de röntgenapparatuur en de uitvoering van de stralingshandelingen (het maken van de röntgenopnamen). Het KEW-dossier hoeft niet in een portal geplaatst te zijn; het mag ook op papier of digitaal in de praktijk aanwezig zijn.Per 6 februari 2018 is de regelgeving op het gebied van stralingsbescherming veranderd. Dit houdt de volgende veranderingen in voor praktijken:

    1. In het nieuwe besluit is een registratieplicht opgenomen voor röntgentoestellen. Deze vervangt de meldingsplicht uit het oude besluit. De registratie verloopt via de website van de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS). Alle toestellen, dus ook de reeds gemelde röntgentoestellen, dienen (opnieuw) te worden geregistreerd. Hierbij geldt een overgangstermijn van twee jaar: de nieuwe registratie moet voor 6 februari 2020 zijn aangevraagd.
    2. Alle Conebeam CT toestellen zijn vanaf 6 februari 2018 vergunningplichtig. Voorheen gold dat alleen voor toestellen met een hoogspanning boven 100 kiloVolt, maar per 6 februari 2018 moet dus voor Conebeam CT toestellen een vergunning worden aangevraagd. Dit geldt ook voor de toestellen die onder het oude besluit zijn gemeld.
    3. Bij de prestatietesten dient nu ook de lekstraling gemeten te worden en dat de organisatie die kwaliteitscontroles en onderhoud uitvoert daarvoor een vergunning moet hebben.
    4. Tandartsen en medewerkers die met röntgenapparatuur werken moeten minimaal eens in de vijf jaar aan bij- of nascholing doen. Bewijzen van de gevolgde nascholing moeten worden gedocumenteerd in het KEW-dossier.
    5. Gebruikers van een Conebeam CT toestel zijn verplicht de opleiding TMS voor tandheelkunde (Conebeam CT) te volgen (de vroegere 4A/m opleiding). Waarschijnlijk komt er een verplichte driejaarlijkse nascholing. Voor verwijzende tandartsen komt er een beperkt scholing.
    6. In het patiëntendossier van de patiënt (en/of in de verslagbrief) moet de reden (rechtvaardiging) van de opname opgenomen worden. Daarnaast moeten de diagnostische bevindingen, inclusief de relevante toevalsbevindingen, vermeld worden en wie de opname heeft gemaakt.

Het KEW dossier bevat:

  1. Certificaat dat de deskundigheid van de Toezichthoudend Medewerker Stralingsbescherming (TMS) aangeeft; deze deskundigheid heeft in de loop der jaren verschillende namen gehad, waarvan de stralingsdeskundigheid niveau 5A/m de bekendste is;
  2. In geval van gebruik van een Cone Beam CT toestel: het certificaat dat aangeeft dat de verantwoordelijk TMS specifiek op deze stralingstoepassing in de tandheelkunde geschoold is;
  3. De namen van de behandelend tandartsen die medische verantwoordelijkheid dragen voor radiologische verrichtingen (ANVS verordening artikel 4.1);
  4. Bewijzen van de gevolgde nascholing in de radiologie en stralingsbescherming van alle personen die zich met stralingshandelingen in de praktijk bezighouden (dus ook assistentes die röntgenfoto’s maken (BbS artikel 5.14 en toelichting));
  5. Registratie BIG-register;
  6. Naam rechtspersoon, verantwoordelijke stralingsbeschermingsdeskundige en TMS;
  7. De plaats waar de stralingshandelingen worden verricht (het praktijkadres);
  8. Aanwijzing tandarts(en) – TMS door ondernemer;
  9. Omschrijving taken en verantwoordelijkheden TMS;
  10. Overzicht van de in gebruik zijnde röntgentoestellen met hun karakteristieken;
  11. Kopie van de registratie van de röntgentoestel(len) of de vergunning;
  12. Stralingsrisicoanalyse (met daarin de aard en omvang van de stralingshandeling en de beoordeling van de risico’s);
  13. Uittreksel Kamer van Koophandel;
  14. Overzicht organisatorische maatregelen voor dosisreductie, indien van toepassing;
  15. Instructies en werkprotocollen;
  16. Verklaring van de leverancier van het röntgentoestel dat dit aan de wettelijke eisen voldoet bij oplevering; gegevens van de acceptatietest;
  17. Overzicht van de jaarlijkse controle op de doeltreffendheid en het juiste gebruik van beveiligingsmiddelen en technieken;
  18. Uitkomsten prestatietests (periodieke controle van het röntgentoestel (elektrisch, mechanisch en stralingshygiënisch)) inclusief de naam van degene die de meting heeft verricht, de datum en het gebruikte meetinstrument;
  19. Overzicht van eventueel gepleegd onderhoud aan de röntgentoestellen.

 

Bovenstaande informatie is afkomstig uit het artikel op dental INFO: Regelgeving stralingsbescherming tandartsen: wat er is veranderd.

Door: Sjoerd Kuiken – initiatiefnemer van de Dental Management Toolkit, samen met dental INFO. Deze toolkit biedt online protocollen, video’s en tips, zodat kennis én praktische oplossingen op een laagdrempelige manier beschikbaar worden gesteld voor praktijken.
Bekijk ook de video Documentatie eisen praktijkorganisatie en het document Documentatie eisen praktijkorganisatie.

 

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z
implantaten

Occlusie en articulatie bij implantaten

Er zijn twee occlusie en articulatie concepten bij implantaten: één voor dentate patiënten en één voor edendate patiënten. Verslag van de lezing van prof. dr. Henny Meijer.

Edentate patiënten

Bij edentate patiënten met een overkappingsprothese op implantaten is de occlusie gelijkmatig verdeeld over de zijdelingse delen. Bij bewegingen naar lateraal is de articulatie aan beide zijden gebalanceerd en is er geen frontcontact. Ditzelfde geldt voor proale bewegingen, alleen kan er dan frontcontact zijn. Bij retrale bewegingen is er tevens aan weerszijden contact.

Dentate patiënten

Bij dentate patiënten met kronen op implantaten is de occlusie gelijkmatig verdeeld over de aanwezig elementen, echter is in het front net geen contact. Bij laterale bewegingen is er cuspidaat- of groepsgeleiding aan de actieve zijde en disclusie aan de balanszijde. Bij proale bewegingen is er contact in het front en disclusie in de zijdelingse delen.

Bij implantaatgedragen tijdelijke kronen, waarbij er nog geen osseointegratie heeft plaats gevonden, willen we geen occlusie en articulatie over de kroon. De patiënt mag ook geen harde dingen afbijten en moet de voedingspatroon aanpassen. Indien de tijdelijke kroon wordt geplaats na osseointegratie, kan het normale dentate concept worden toegepast

Tip

Maak het contact op het implantaat net iets lichter dan op de natuurlijke buurelementen. Een implantaat is ankylotisch verankerd in het bot en heeft geen gering indrukbaar parodontaal ligament. Op deze manier onstaat geen prematuur contact bij gering dichtbijten. Daarnaast moet bij de laterale bewegingen disclusie zijn in de zijdelingse delen. Dit om de connecties in de kronen te beschermen. Het ontwerp van de kroon is ook zo dat de knobbels iets zijn afgevlakt ter voorkoming van porceleinchipping. Zo ontstaat wel een occlusaal contact, maar worden de knobbels niet belast bij articuleren.

Prof. dr. Henny Meijer, hoogleraar implantologie en prothetische tandheelkunde

Verslag door Paulien Buijs, voor dental INFO, van de lezing van prof. dr. Henny Meijer tijdens de NSOI-workshop Implantologie, de bovenbouw

 

Lees ook de andere verslagen van lezingen van prof. dr. Henny Meijer:
Abutments: het juiste materiaal
Implantologie: hoe communiceert u met het lab?

 

 

 

Lees meer over: Congresverslagen, Implantologie, Kennis, Thema A-Z
abutments

Abutments: het juiste materiaal

Welk materiaal kiest u voor abutments? Verslag van de lezing van prof. dr. Henny Meijer, hoogleraar implantologie en prothetische tandheelkunde.

Abutments voor tijdelijke kronen in het frontgebied

In het frontgebied worden doorgaans eerst tijdelijke kronen geplaatst om genezing van mucosa en groei van papillen te evalueren. Hiervoor bestaan tijdelijke abutments van titanium, vervaardigd in de fabriek. Hierop kan een tijdelijke kroon van composiet worden bevestigd. In deze regio wil je zo snel mogelijk de genezing van de mucosa in de natuurlijke vorm laten beginnen. Het is daarom belangrijk om zo snel mogelijk een tijdelijke kroon te vervaardigen na het vrij leggen van het implantaat. Deze kunt u zelf maken of er kan een afdruk gemaakt worden zodat de tijdelijke kroon door het lab  wordt gemaakt. In het lab kunnen ze deze kroontjes CAD/CAM maken en frezen uit composiet of PMMA. Ze worden met composiet op het tijdelijke abutment geplaatst.

In de zijdelingse delen worden nooit tijdelijke kronen gemaakt. Deze kosten toch al snel rond de €200,- en voegen in deze regio weinig toe.

Zirkonia voor definitieve kronen in het frontgebied

Bij de definitieve kroon in de esthetische zone wordt het liefst gekozen voor een abutment van  zirconia. Zirconia is een zeer lichaamsvriendelijk materiaal en heeft een goede kleur voor het esthetisch gebied. Met name bij een dunne mucosa is het belangrijk dat de kleur van een abutment overeenkomt met een natuurlijke  wortel. Definitieve abutments van zirconia dienen individueel voor iedere patiënt te worden ontworpen voor een optimale contour.

Definitieve kroon

Bij de definitieve kroon in de zijdelingse delen heeft een abutment van titanium de voorkeur in verband met de sterkte. Titanium is ook een lichaamsvriendelijk materiaal, maar heeft een grijze metaalkleur. In de zijdelingse delen komen meer krachten op de kroon en het implantaat. Vandaar dat in deze regio gekozen wordt voor meer sterkte en iets minder voor esthetiek. Definitieve abutments van titanium dienen ook individueel voor iedere patiënt te worden ontworpen voor een optimale contour.

Prof. dr. Henny Meijer, hoogleraar implantologie en prothetische tandheelkunde

Verslag door Paulien Buijs, voor dental INFO, van de lezing van prof. dr. Henny Meijer tijdens de NSOI-workshop Implantologie, de bovenbouw

Lees ook de andere verslagen van lezingen van prof. dr. Henny Meijer:
Occlusie en articulatie bij implantaten
Implantologie: hoe communiceert u met het lab?

 

 

Lees meer over: Congresverslagen, Implantologie, Kennis, Thema A-Z
Implantologie

Implantologie: Hoe communiceert u met het lab?

Soms is het goed om u te laten leiden door het tandtechnisch laboratorium: het lab heeft veel kennis over verschillende implantaatsystemen. Het belangrijkste is dat de tandarts wel de regisseur blijft in het hele behandeltraject. De vraag die hier centraal staat is: Hoe krijg ik van anderen gedaan, wat ik wil voor mijn patiënt?

In sommige gevallen is het goed om u te laten leiden door het tandtechnisch laboratorium, omdat het lab veel meer kennis heeft over verschillende implantaatsystemen. Echter moet het niet zo zijn dat het lab bepaalt wat de tandarts gaat plaatsen. Het belangrijkste is dat de tandarts de regisseur is van het gehele behandelplan en dat deze samenwerkt met zowel de implantoloog als het lab en eventueel de orthodontist of mondhygiënist.

Boorsjabloon

Dit begint al met de aanvraag van een boorsjabloon. De implantoloog vraagt hier vaak om, voornamelijk in het front. Er wordt een alginaat afdruk gemaakt en naar het lab gestuurd, met daarbij een duidelijk omschrijving van het boorsjabloon wat de tandarts terug wil krijgen. Dit boorsjabloon is daarnaast ook een diagnostisch hulpmiddel. Zo kan bijvoorbeeld al bij de set-up, als voorstadium van het sjabloon, ingeschat worden of het diasteem te groot of te klein is.

De boormal die dan ontvangen is, steunt occlusaal af op de overige dentitie. Deze dicteert de positie, asrichting en lengte van de toekomstige kroon. De implantoloog weet dat hij 3 mm onder de hals van de toekomstige  kroon moet implanteren in verband met de biologische breedte. Het is dus belangrijk om de buccale zijde van de toekomstige kroon in dit boorsjabloon te hebben staan.

Kroon

Bij de aanvraag voor de kroon is het wederom belangrijk om duidelijk met de tandtechnieker te communiceren wat voor voorziening u terug wilt ontvangen. Tijdelijke kroon of definitieve kroon, zirconia of titanium, verschroefd of gecementeerd, etc.

Prof. dr. Meijer adviseert bovendien om een protocol op te stellen, samen met het lab.  Als voorbeeld: indien het lab tijdelijke kronen vervaardigt die u dezelfde dag wilt plaatsen, maak hierin afspraken over het tijdstip waarop de afdruk ingeleverd moet zijn en hoeveel kronen maximaal op een dag gemaakt kunnen worden. Maar natuurlijk ook voor de te gebruiken materialen en de te verwachten kosten. Dit voorkomt verrassingen en overmaakwerk.

Prof. dr. Henny Meijer, hoogleraar implantologie en prothetische tandheelkunde

Verslag door Paulien Buijs, voor dental INFO, van de lezing van prof. dr. Henny Meijer tijdens de NSOI-workshop Implantologie, de bovenbouw

Lees ook de andere verslagen van lezingen van prof. dr. Henny Meijer:
Occlusie en articulatie bij implantaten
Abutments: het juiste materiaal

Lees meer over: Communicatie, Congresverslagen, Implantologie, Kennis, Ondernemen, Thema A-Z
Mondzorg voor kwetsbare ouderen

Mondzorg voor kwetsbare ouderen: De mond niet vergeten

dental INFO sprak met Elly Duijf van IDé (Innovatiekring Dementie) en Erik van der Heijden, tandarts-geriatrie in opleiding en mede-eigenaar van tandartspraktijk Poswick & Van der Heijden. Zij zijn betrokken bij het project ‘De Mond Niet Vergeten’, dat adequate mondzorg voor thuiswonende kwetsbare, zorgafhankelijke ouderen wil bevorderen. Krijgt binnenkort iedere oudere passende mondzorg?

De Mond niet Vergeten

Naarmate ouderen kwetsbaarder worden lukt het vaak niet meer om voldoende te poetsen en naar de tandarts te gaan. Met de aanpak van De Mond Niet Vergeten! (DMNV!) kan dit vroegtijdig worden gesignaleerd en kan er tijdig adequate zorg worden geboden. Het project gaat uit van een ketenaanpak, dat wil zeggen een samenwerking tussen partijen als huisarts, thuiszorg, tandarts, mondhygiënist en casemanagers. Het project wordt gesubsidieerd door het fonds SAG van Achmea / Zilveren Kruis en loopt juni dit jaar af, maar het maakt tegelijkertijd een doorstart onder het gelijknamige landelijke programma. De plannen hiervoor zijn in de maak, en zullen binnenkort worden gepubliceerd.

Ketenaanpak

Voor tandartsen en mondhygiënisten is het zaak om oudere patiënten niet uit het oog te verliezen, en om actief contact te zoeken als ze niet meer voor de periodieke controles komen. In de ketenaanpak staat het gezamenlijke screenings- en verwijsinstrument centraal. Hiermee kunnen wijkverpleegkundigen in hun periodieke zorgbehoefteanalyse bij kwetsbare oudere cliënten ook de mondgezondheid , het tandartsbezoek en de zelfzorg meenemen. Als blijkt dat iemand problemen in de mond heeft of al lang niet bij een mondzorgverlener is geweest, kan de wijkverpleegkundige hierop actie ondernemen door iemand te stimuleren weer naar de tandarts te gaan, en zo nodig te verwijzen naar een ouderenproof praktijk. En als blijkt dat iemand niet goed zelf meer kan poetsen, kan er thuiszorg voor de dagelijkse mondverzorging worden geïndiceerd. Ook praktijkondersteuners van de huisartsen (POH) kunnen de mondgezondheid, het tandartsbezoek en de zelfzorg in de gaten houden. Zij hebben geregeld contact met kwetsbare ouderen en met patiënten met diabetes of dementie.

Mondhygiënist

Als iemand al lang geen mondzorgverlener bezocht, wordt met de aanpak van DMNV! in principe eerst de tandarts ingeschakeld. Mondhygiënisten zijn dan heel belangrijk in het proces erna; bij het gezond houden van de mond en het blijven bezoeken van de tandarts. Als zelfzorg tekort schiet en met instructies niet voldoende verbetert, kan de mondhygiënist voor zorgafhankelijke patiënten eventueel ook met de thuiszorg overleggen of zij hulp kunnen bieden. Zo nodig kan de mondhygiënist de thuiszorgmedewerker met instructie of scholing leren om de mond van hun cliënt te verzorgen.

Mensen die om de patiënt heen staan

Elly: “Kwetsbare ouderen kunnen in de regel niet zelfstandig naar de praktijk komen. Het is belangrijk dat mondzorgverleners zich dat realiseren bij het maken van een afspraak. Dus: is er vervoer geregeld, wie komt er mee? Thuiszorg is hiervoor niet bedoeld, het zal dus altijd om een bekende of familielid zijn, of een vrijwilliger.

Erik vindt de zorg voor kwetsbare ouderen juist interessant door alle facetten (sociaal, fysiek, medisch) die erbij komen. “Je hebt veel contact met al die mensen die om een patiënt staan. Je wordt uitgedaagd om tot een goed mondzorgplan te komen en goede mondzorg te leveren. Het kost energie, maar het levert ook energie op.”

Huisbezoek

Bij patiënten die – ook met hulp – niet meer naar de praktijk kunnen komen, kunnen tandartsen en mondhygiënisten op huisbezoek gaan. “Maar dit is niet altíjd haalbaar”, zegt Erik, “Je hebt daar simpelweg veel minder mogelijkheden dan in de praktijk: dus een bezoek aan de praktijk heeft de voorkeur. Maar er zijn situaties waarin je toch besluit om een behandeling, bijvoorbeeld een eenvoudige extractie, aan huis te doen. Het moet dan wel goed afgewogen zijn. Binnen het project heb ik bijvoorbeeld een demente dame thuis bezocht. Tijdens dit bezoek kon ik een mondonderzoek doen, een plan opstellen en bespreken. Zij is uiteindelijk voor behandeling naar de praktijk gekomen maar door het thuisbezoek was de drempel voor haar en de mantelzorg wel verlaagd”.

Hulp bij mondzorg

Als tandarts of mondhygiënist loop je tegen obstakels aan als je wilt samenwerken. “Mondgezondheid is helaas nog een blinde vlek bij de meeste thuiszorgorganisaties. En hulp bij het poetsen ligt moeilijk”, vertelt Elly. “Thuiszorgmedewerkers ervaren het vaak als intiem en niet fris. En ze voelen dat de ouderen zelf het ook moeilijk vinden om bij het poetsen geholpen te worden. Van beide kanten is er dus handelingsverlegenheid”. Ze geeft advies over hoe hiermee om te gaan: “Als mondzorgverleners zien dat de dagelijkse mondverzorging niet goed gaat, zou het goed zijn als ze dan met de patiënt in gesprek gaan. En waar nodig ook met de thuiszorg: vraag of ze je advies nodig hebben, en bel later nog eens op om te horen of het lukt. De zorg zal regelmatig uitgevoerd worden door mensen die er niet in getraind zijn. Maar het grootste probleem is de handelingsverlegenheid.
Belangrijk is dat het als een proces te zien; stapje voor stapje vertrouwen en gewenning opbouwen. Eén keer weigeren wil niet zeggen dat er altijd geweigerd wordt. Het kan heel lang duren voordat het helemaal goed lukt, er is dus geduld nodig. Op de website van ‘De Mond Niet Vergeten’ zijn filmpjes te vinden over hoe je als thuiszorgmedewerker om kunt gaan met weerstand van je cliënt, en weerstand van jezelf. Als mondhygiënist kun je ook eens bij een thuiszorgteam aanwezig zijn om kennis te maken en elkaars taal af te tasten, zodat er uiteindelijk dezelfde taal kan worden gesproken.

Zelfstandig aan de slag

Het project ‘De Mond niet Vergeten’ richt zich op de thuiswonenden, want daar kan de grote winst behaald worden; voordat men bijvoorbeeld in het verpleeghuis komt. Zeker nu steeds meer mensen thuis (moeten) blijven wonen. Elly: “Iedereen kan er zelfstandig mee aan de slag. We hebben draaiboeken voor monodisciplinair en multidisciplinair werken, dus iedereen die wil, kan aan de gang gaan om de zorg te leveren die nodig is.”

Door: Lieneke Severink-Jorna, mondhygiënist

 

 

Lees meer over: Ouderentandheelkunde, Thema A-Z
fuseren - deal

Schaalvergroting mondzorg gaat steeds verder

De laatste jaren neemt het aantal ketens in de mondzorg sterk toe én de ketens krijgen steeds meer vestigingen. Daarbij wordt ook over de landsgrenzen heen gegaan. In België vestigde vorig jaar de Nederlandse keten DentConnect zich en binnenkort volgt het Zwitserse Colosseum Dental.

Ketenvorming

In Finland maakt al meer dan 30% van de tandartspraktijken deel uit van een keten. In België is dat nog maar 5%, maar dit percentage neemt snel toe. In Nederland waren in 2017 vijftien tandartsketens met meer dan vier vestigingen, waarvan DentConnect, Dental Clinics en Samenwerkende tandartsen de drie grootste waren. DentConnect heeft sinds vorig jaar ook twaalf praktijken in België. De bedoeling is dat dat er aan het eind van het jaar twintig zijn.

De grootste keten van Europa is nu het Zwitserse Colosseum Dental. Ook deze keten krijgt binnenkort vestigingen in België. Voorzitter van Colosseum Dental is de Belg Patrick De Maeseneire, CEO bij Jacobs Holding, dat ook aandeelhouder is in het chocoladebedrijf Barry Callebaut.

Internationale overnames en fusies

Overnames en fusies zijn bij de tandartsketens aan de orde van de dag. Afgelopen zomer kwam het bericht naar buiten dat Bencis Capital Partners de tandartsketen Tandvitaal met 100 vestigen in Nederland en 85 in Duitsland en België wilde gaan verkopen. Bencis investeerde eerder ook in DentConnect. Met behulp van de internationale investeerder EQT werd eind vorig jaar door DentConnect de stap gezet om verdere groei in Europa te realiseren. En nu is er het bericht van de fusie van het Nederlandse Dental Clinics met een Zwitserse en twee Duitse ketens.

Fusie Dental Clinics met Zwitserse en Duitse ketens

Dental Clinics begon in 2007 met twee groepspraktijken: een in Maastricht en een in Weesp. De keten heeft inmiddels samen met TopOrtho verspreid over Nederland 88 vestigingen en zo’n 500.000 patiënten. De Scandinavische investeerder Nordic Capital heeft Dental Clinics nu overgenomen en een fusie aangekondigd met de Zwitserse Adent Cliniques Dentaires Groupe en de Duitse ketens Dental Partner Holding en Zahnstation.

Adent Cliniques Dentaires Groupe heeft 22 grote klinieken in het Frans- en Duitstalige deel van Zwitserland. Dental Partner Holding heeft verspreid over Duitsland 35 tandtechnische laboratoria en Zahnstation is een keten met zes vestigingen in de regio Keulen.

Nordic Capital

De investeerder Nordic Capital richt zich voornamelijk op de gezondheidszorg. Het kapitaal is voor een groot deel afkomstig van institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen. Volgens Nordic Capital vormen de gefuseerde ketens samen de leidende partij in de Europese tandheelkunde.

De vorming van tandartsketens is interessant voor professionele investeerders, omdat grotere organisaties beter gespecialiseerde zorg zouden kunnen bieden en hogere kortingen kunnen bedingen bij de inkoop van materialen en instrumenten.

 

Bron:
FD.nl en eerdere berichten op dental INFO

https://nieuws.vtm.be/binnenland/steeds-meer-ketens-met-tandartsen

Lees meer over: Markttrends, Thema A-Z
concurrentie

Sterke concurrentie: Amazon betreedt tandheelkundige markt

De tandheelkundige vakhandel kent een nieuwe concurrent: Amazon. De internationale webshop is van plan wereldwijd de gezondheidsmarkt, en daarmee ook de tandheelkundige branche, te veroveren.

Betreden gezondheidsmarkt

Eind 2016 begon Amazon met het betreden van de B2B markt, waardoor zij inmiddels businesspartner zijn voor miljoenen bedrijven in verschillende industrieën. Er werd al langere tijd gespeculeerd dat Amazon ook van plan was voet te zetten in de gezondheidsmarkt. Nu bestaat daar geen enkele twijfel meer over. Dit zal niet zonder gevolgen blijven voor de overige spelers in de markt.

De eerste stappen van het betreden van de gezondheidsmarkt zijn door Amazon gezet met de verkoop van handschoenen, injectiespuiten en overige artikelen gericht op tandartsen, artsen en ziekenhuizen. Amazon was vorige maand met een stand aanwezig op de Chicago Midwinter Meeting, het belangrijkste dentale event in de Verenigde Staten.

Ambities

Amazon’s ambities reiken echter veel verder, met plannen om bijvoorbeeld ook voorgeschreven medicijnen te gaan verkopen, en eigen middelen te gaan ontwikkelen. Momenteel is het bedrijf veel in gesprek met ziekenhuizen om de industrie beter te leren kennen.

Bron:
Chicago Tribune
ZWP Online

Lees meer over: Markttrends, Thema A-Z
Aantal röntgenfoto’s afhankelijk van betaling bij Britse tandartsen

Vergoeding beïnvloedt hoeveel röntgenfoto’s tandartsen maken

Uit een groot onderzoek onder Britse tandartsen is een duidelijke toename in het aantal röntgenfoto’s aangetoond door tandartsen die hier een vergoeding voor ontvangen. Het onderzoek, vermeld in het Journal of Health Economics, onderzocht de gegevens van tandartsen en patiënten in relatie tot röntgenfoto’s over een periode van 10 jaar.

Toename

Er werd een significante toename gevonden indien de tandarts werd betaald per behandeld item. De onderzoekers ontdekten de grootste stijging bij de röntgenfoto’s indien de patiënten ook waren vrijgesteld van kosten.

Schadelijk

Hoewel röntgenstralen een nuttig diagnostisch hulpmiddel zijn om tandartsen in staat te stellen botten en tandweefsels te onderzoeken, stellen ze patiënten ook bloot aan potentieel schadelijke straling. De auteurs van het rapport vragen daarom om een herbeoordeling van de manier waarop tandartsen worden betaald. Ook willen ze weten of de huidige richtlijnen ver genoeg gaan om het publiek te beschermen.

Bezorgdheid

Mede-hoofd auteur Professor Martin Chalkley, van het Centrum voor Gezondheidseconomie aan de Universiteit van York, zei: “Ons onderzoek toont duidelijk aan dat een potentieel schadelijke behandeling wordt gegeven in verschillende hoeveelheden, op basis van hoe tandartsen ervoor worden betaald. Wij geloven dat dit een reden is tot bezorgdheid”.

Financiële prikkels

“Tandheelkundige röntgenstralen leveren een zeer kleine dosis straling, maar veilige niveaus zijn er eigenlijk niet. Elke tandarts moet de risico’s afwegen tegen de voordelen voordat zij de beslissing nemen om de foto’s te maken. Onze bevindingen wijzen er op dat deze berekening wordt verstoord door financiële prikkers”.

Schotland

De studie onderzocht een uniek gedetailleerde dataset verzameld tussen 1998 en 2007 door NHS Schotland op Schotse tandartsen en patiënten. Schotland maakt gebruik van een mix van ‘fee-for-service- en betaalde tandartsen. Door de aanwezigheid van deze twee betaalmethoden konden de onderzoekers hun effect op het gedrag van de tandartsen vergelijken.

Betaling is factor

Door tandartsen en patiënten gedurende een lange periode te volgen, konden de onderzoekers zowel dezelfde tandartsen observeren die wisselende tussen ‘fee-for-service’ en betaling in loondienst, als patiënten die van tandarts veranderden en van co-betaling naar vrijstelling van kosten overstapten. Dit stelde de onderzoekers in staat de betaling te isoleren als de beïnvloedende factor op het aantal röntgenfoto’s.

Vermijden

Mede-auteur Professor Stefan Listl zei: “Hoewel tandheelkundige röntgenstralen een belangrijk diagnostisch hulpmiddel zijn en belangrijk zijn voor sommige procedures, zoals de behandeling van wortelkanalen, stellen huidige voorschriften en richtlijnen dat onnodige blootstelling aan röntgenstraling vermeden moet worden. We kunnen niet zeggen of onze studie excessieve röntgenonderzoeken heeft waargenomen, maar we kunnen wel zeggen dat de hoeveelheid röntgenonderzoek verschilt volgens de financiële regeling”.

Hervormingen

De onderzoekers suggereren dat er een aantal uitvoerbare en goedkope hervormingen zijn die de problemen aanpakken die hun onderzoek opwerpt. Hiervoor zijn gecoördineerde acties van regelgevers, financiers en overheid nodig. Verbeteringen aan IT en administratieve systemen kunnen bijvoorbeeld het delen van gebitsgegevens tussen praktijk vergroten, wat leidt tot een vermindering van het aantal röntgenfoto’s op momenten.

Bron:
Univerity of York 

Lees meer over: Tarieven, Thema A-Z
Gewichtsverlies door het dragen van een beugel

Gewichtsverlies door het dragen van een speciale beugel

Wereldwijd kampen meer en meer mensen met obesitas. Om deze mensen helpen af te vallen zijn er tal van programma’s opgericht en zijn er bijvoorbeeld operaties en medicijnen ontwikkeld die zouden moeten leiden tot gewichtsverlies. Er bestaat nu ook een beugel die zou helpen bij afvallen.

Kleinere happen

Het tijdschrift Obesity Science & Practice presenteerde de beugel als een nieuwe tool voor gewichtsverlies. De beugel moet tijdens het eten worden gedragen, en zou bijdragen aan het nemen van kleinere happen. Hierdoor wordt het voedsel langzamer ingenomen en voelt men zich sneller vol, waardoor dus minder zal worden gegeten.

Beugel en video

De beugel werd getest in een onderzoek met 76 mensen met een BMI tussen de 27 en 35, en dus met overgewicht of obesitas. De deelnemers droegen de beugel gedurende 16 weken. Daarnaast kreeg iedereen een video met een gewichtsverliesprogramma om aan deel te nemen.

Gewichtsverlies

12 deelnemers verloren in deze tijd meer dan 5% van hun lichaamsgewicht, 16 deelnemers verloren 4% van hun lichaamsgewicht en nog eens 21 deelnemers waren aan het einde van de periode meer dan 3% van hun gewicht kwijt. Twee van de deelnemers gaven aan milde tot ernstige bijwerkingen te hebben ondervonden naar aanleiding van de beugel, maar gaven ook aan dat deze weer spontaan verdwenen.

Eenvoudige remedie kan helpen

Al met al droegen de beugels, in combinatie met de video, bij aan een aanzienlijk gewichtsverlies bij de deelnemers. Daarnaast was te zien dat de deelnemers die de beugel vaker droegen meer gewicht verloren. De resultaten van deze studie laten zien dat een eenvoudige remedie, zoals een beugel, daadwerkelijk kan helpen bij het verliezen van gewicht.

Bron:
Obesity, Science & Practice

Lees meer over: Kindertandheelkunde, Opinie, Thema A-Z
Verband tussen tandverlies moeder en het aantal kinderen

Verband tussen tandverlies moeder en het aantal kinderen

Vrouwen met meer kinderen verliezen vaak meer tanden. Dit blijkt uit een omvangrijk Europees onderzoek dat is gepubliceerd in het Journal of Epidemiology & Community Health.

‘Ieder kind kost je een tand’ is een bekende uitdrukking, waarmee een direct verband wordt gesuggereerd tussen het aantal kinderen en het tandverlies van de moeder. Het is veelgehoord bakerpraatje, maar toch ook met een licht serieuze ondertoon. Goed onderzocht is het eigenlijk nooit.

Vijftigplussers

Inmiddels ligt het iets anders, want vandaag publiceren onderzoekers – onder wie Stefan Listl, hoogleraar aan het Radboudumc – het eerste grootschalige onderzoek naar dit vaak gesuggereerde verband. Daarvoor gebruikten ze gegevens uit de databank SHARE (Survey of Health Ageing and Retirement in Europe). SHARE bevat gegevens van meer dan 120.000 vijftigplussers uit 27 Europese landen en Israël.

Gesneuvelde tanden

De onderzoekers maakten in SHARE gebruik van het deelonderzoek Wave 5, waarin onder ander de geboorten in het gezin en het aantal resterende eigen tanden werden geregistreerd van bijna 35.000 mensen in 14 Europese landen en Israel. Listl: “Met het stijgen van de leeftijd sneuvelen meer tanden. Ook het opleidingsniveau speelt mee.” Vrouwen tussen vijftig en zestig missen gemiddeld 7 tanden. Mannen boven de tachtig moeten het met gemiddeld 19 tanden minder doen. Hoger opgeleide vrouwen en mannen lopen minder kans om tanden te verliezen.

Derde kind

De onderzoekers namen specifieke groepen verder onder de loep: vrouwen die een twee- of drieling hadden en vrouwen van wie de eerste twee kinderen hetzelfde geslacht hadden. Listl: “Als de eerste twee kinderen hetzelfde geslacht hebben, neemt de kans toe dat je nog een derde kind wilt met de kans op een ander geslacht. We zien dat de vrouwen in die groep duidelijk meer tanden zijn kwijtgeraakt dan vrouwen die een meisje en een jongen als eerste twee kinderen hebben gekregen. Bij mannen zien we geen verschil.”

Tipje van de sluier

De conclusie is, dat in deze groep een derde kind duidelijk aan het aantal tanden van de moeder knaagt, terwijl ze dat niet doet bij de vader. “Die conclusie kunnen we voor deze groep duidelijk trekken”, zegt Listl, “maar dat betekent nog niet dat die voor iedereen geldt. Dit vraagt om verder onderzoek en dat geldt ook voor welke factor dit verschil veroorzaakt. Is het echt een gevolg van de zwangerschap zelf of is het misschien een effect dat door het ouderschap wordt veroorzaakt? Dat weten we nog niet. Met dit onderzoek hebben we een tipje van de sluier opgelicht, maar de sluier zelf nog niet weggenomen.”

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Align Technology & Elysee Dental kondigen levering Invisalign Go in Benelux aan

Align Technology & Elysee Dental kondigen levering Invisalign Go in Benelux aan

Beide partijen bereikten een overeenkomst om een esthetisch tandcorrectie product in de Benelux te leveren, specifiek ontworpen voor de algemeen tandarts. Invisalign Go is een nieuwe, vereenvoudigde benadering van het rechtzetten van tanden dat de algemeen tandarts helpt om bepaalde cases te identificeren, te plannen en op te volgen.

Tandartsen kunnen deze innovatieve, clear-aligner-technologie gebruiken om patiënten met zelfvertrouwen te behandelen en zo hun praktijkaanbod uit te breiden.

Invisalign®-systeem

Align Technology ontwerpt en vervaardigt het Invisalign®-systeem, het meest geavanceerde clear-aligner systeem ter wereld en de iTero®-intraorale scanners en bijbehorende diensten.

Elysee Dental levert op Europese basis duizenden tandheelkundige werkstukken per week. Door de samenwerking met Align Technology voor de levering van Invisalign Go, voegt Elysee Dental een uniek product toe aan het productportfolio.

Invisalign Go kan worden gebruikt als een op zichzelf staande behandeling voor het rechtzetten van tanden of in combinatie met andere esthetische of herstellende behandelingen, om effectievere resultaten mogelijk te maken die een minimaal invasieve benadering van de tandheelkunde ondersteunen. Invisalign Go kan lichte verdringing (crowding), spatiëring (spacing), orthodontische terugval en andere gevallen van uitlijnfouten behandelen. Het is geschikt voor verbetering van de glimlach in het front (eerste premolaar tot eerste premolaar). Invisalign Go is beschikbaar voor bovenkaak- en/of onderkaakbehandeling. Hiermee kunnen patiënten de Invisalign-glimlach in slechts 3 maanden bereiken.¹,²

Een eenvoudige benadering voor een clear-aligner behandeling

Invisalign Go is ontworpen zodat tandartsen een vereenvoudigde aanpak van een Invisalign-behandelingen kunnen aanbieden. Patiëntenselectie wordt vergemakkelijkt door de Case Assessment-software, die geschikte patiënten identificeert. Na slechts vijf intra- en extraorale foto’s van hun patiënt te hebben geüpload naar het eigen systeem van Align Technology, ontvangen ze een beoordeling van de moeilijkheidsgraad van de case – op basis van de parameters van Invisalign Go – om hen te helpen bepalen of ze de patiënt moeten behandelen of de patiënt naar een Invisalign Specialist moeten verwijzen. Deze casusbeoordeling kan worden uitgevoerd op de Invisalign Photo Uploader-app voor ipad en iphone, of via de computer op de Invisalign Doctor Site.

Indien de casus voor Invisalign Go als te complex wordt beschouwd, kan een tandarts met behulp van een digitaal verwijzingsproces patiëntendossiers overdragen aan een Invisalign-Specialist met slechts een paar klikken binnen het Invisalign-systeem. Zo krijgt de patiënt de juiste behandeling, en kan de tandarts een sterkere samenwerking met de specialisten opbouwen.Eens er is vastgesteld dat de patiënt geschikt is voor behandeling met Invisalign Go, vult de tandarts een eenvoudig opdrachtformulier in met de behandelingsdoelen en verzendt de case met PVS-afdrukken of een intra-orale scan. Het nieuwe systeem kan worden geïntegreerd in een bestaande digitale tandheelkundige workflow, omdat Invisalign Go zowel werkt met PVS-afdrukken als intra-orale scanners, zoals de iTero® Element-scanner van Align Technology.

Hieruit wordt een gepersonaliseerd behandelplan opgesteld met behulp van de ClinCheck®-software, de 3D-behandelingsplanningstool van Align. Dit biedt elke patiënt een duidelijk beeld van hun aankomende behandeling alsook heeft de tandarts klinische controle over zijn case. Zodra het behandelplan is goedgekeurd, wordt een reeks op maat gemaakte clear-aligners vervaardigd en direct naar de praktijk verzonden.

Patiënten worden in de praktijk met hun eerste aligners uitgerust en geadviseerd om ze ongeveer elke 7-14 dagen te wisselen. Check-up afspraken worden meestal elke maand georganiseerd om ervoor te zorgen dat de behandeling volgens plan gaat. Het voortgangsproces van de patiënt is essentieel. Als onderdeel van het nieuwe Invisalign Go-systeem krijgen tandartsen een afsprakenplan om begeleiding op taakniveau te bieden, met specifieke en gedetailleerde processen, die bij elke afspraak moeten worden uitgevoerd.

Vereenvoudigde prijsstelling en training

Net als de aligners is de prijsstructuur en training duidelijk en maakt Invisalign Go een realistische behandelingsoptie voor algemene tandartsen: een Invisalign Go enkele kaakbehandeling bedraagt 745 euro, een dubbele kaakbehandeling 975 euro. Met dit vaste laboratorium tarief zijn er geen verborgen verrassingen en eventuele extra aligners die nodig zijn om het oorspronkelijke behandelingsdoel te bereiken, zijn zonder extra kosten inbegrepen.

Het Invisalign Go-trainingsprogramma, dat gevolgd dient te worden door elke tandarts die zich aanmeldt om te werken met het Invisalign Go systeem, bestaat uit online modules, gevolgd door een persoonlijke trainingsdag met live hands-on sessies om een grondig inzicht te verschaffen over hoe Invisalign Go werkt. De sessies bieden praktische tips en technieken over Invisalign Go digitale fotografie, afdrukken, interproximale reductie (IPR) en attachments. Deze inhoud is uitsluitend gericht op het gebruik van Invisalign Go bij de behandeling van patiënten met kleine orthodontische of cosmetische problemen. Het Invisalign Go-trainingsprogramma staat open voor alle tandartsen voor een kostprijs van € 1.200, -.

Over Elysee Dental

Elysee Dental maakt deel uit van de Modern Dental Group, het grootste tandtechnische laboratorium ter wereld. Door wereldwijde kennis en samenwerking met diverse universiteiten in Europa is het brengen van nieuwe oplossingen en producten een belangrijke missie binnen de organisatie. Met de samenwerking met Align-technologie brengen we de krachten van ons netwerk en onze kennis naar de tandarts samen met een uniek product dat tandartsen de mogelijkheid biedt voor verdere groei binnen hun praktijk.

Voor meer informatie over de Invisalign Go, stuur een bericht naar marketing@elysee-dental.nl of bezoek de website van Elysee Dental  www.elysee-dental.nl

 

Lees meer over: Materialen, Orthodontie, Orthodontie | Aligners, Partnernieuws, Producten, Thema A-Z
Checklist

Werktevredenheidenquête: wat vindt u belangrijk in uw werk als mondzorgprofessional?

Wat vinden tandartsen, mondhygiënisten, assistenten en tandtechnici het leukst aan hun werk? En waar kijken zij juist met regelmaat tegenop? Met deze korte enquête zoeken we naar antwoorden op deze vragen om zo een goed beeld te krijgen wat mondzorgprofessionals belangrijk vinden aan hun werk.

Vragenlijst tandartsen:
Vragenlijst mondhygiënisten:
Vragenlijst (preventie)assistenten:
Vragenlijst tandtechnicus

De resultaten van de enquête plaatsen wij binnenkort op dental INFO.

Lees meer over: Carrière, Thema A-Z
Steeds minder tandartsen zijn praktijkeigenaar in VS

Steeds minder tandartsen zijn praktijkeigenaar in VS

Volgens een artikel in de Journal of the American Dental Association (JADA) waren in 2015 minder tandartsen praktijkeigenaar in de Verenigde Staten dan in 2005. Marko Vujicic, PhD, van ADA Health Policy Institute onderzocht hoe deze trend de mondzorg gaat veranderen.

Afname onder alle leeftijden

Het percentage tandartsen met een eigen praktijk nam af van 84% in 2005 naar 80% in 2015. De daling beperkt zich niet tot één leeftijdsgroep en kan niet alleen maar worden toegeschreven aan de toename van jongere en vrouwelijke tandartsen, volgens Vujicic, hoofdeconoom en vice-president van de Health Policy Institute. In de leeftijdsgroep onder de 34 jaar daalde het percentage praktijkeigenaars van 44% naar 38%, in de leeftijdsgroep 35-40 jaar van 83 naar 79%, in de leeftijdsgroep 49-54 jaar van 94 naar 91% en in de leeftijdsgroep 55-64 jaar tenslotte van 94 naar 92%.

Gestage daling

Volgens Vujicic zal de daling langzaam maar gestaag doorzetten. Hij suggereert dat deze afname een scheiding kan inluiden tussen de klinische functies en de managementfuncties, zodat mensen met zakelijke deskundigheid één kant van de mondzorg gaan uitoefenen, waardoor de tandartsen zich op de patiëntenzorg kunnen richten. “Praktijkmanagement is een van de gebieden waarop de pasafgestudeerden zich het minst op voorbereid voelen, en de mondzorgomgeving wordt steeds complexer,“ aldus Vujicic.

“Als de gezondheidszorg meer interprofessioneel wordt, zullen tandartsen een groter rol vervullen in het beheersen van chronische ziekten en met andere disciplines in de gezondheidszorg samenwerken.”

Bij artsen vergelijkbare trend

Overigens doet zich onder artsen een vergelijkbare trend voor. Volgens JADA was in 2005 61% van de artsen eigenaar van een praktijk tegen 47% in 2015. Hoewel artsen vaker werknemer dan eigenaar zijn, zijn volgens Vujicic artsen grotendeels tevreden met hun carrière en is het netto-inkomen van artsen hoger dan van tandartsen.

Bron:
Journal of the American Dental Association, September 2017, Vol.148:9, pp. 690-692

 

 

Lees meer over: Markttrends, Thema A-Z