Zzp-organisaties stellen alternatief VAR-systeem voor

De zzp-organisatie FNV Zelfstandigen, Stichting ZZP Nederland, Zelfstandigen Bouw en Platform Zelfstandige ondernemers (PZO)  stellen een alternatief VAR-systeem voor: het ‘Bewijs van Ondernemerschap (BVO), schrijft ZZP-Nederland.

Het alternatief is ontwikkeld uit onvrede met de huidige VAR-procedure en ook de door de minister voorgestelde nieuwe
VAR-Webmodule. De zzp-organisaties vinden dat de huidige VAR-regeling het ondernemerschap niet voldoende stimuleert en te weinig zorgt voor het voorkomen van schijnzelfstandigheid.

Het voorgestelde BVO omvat de volgende elementen:

  • Eén bewijs van ondernemerschap
  • Vooraf beoordeling en zekerheid over het ondernemerschap
  • Tegengaan van schijnzelfstandigheid
  • Goede voorlichting aan startende zzp-ers

Op donderdag 14 maart geven de zzp-organisatie een toelichting op het voorstel aan de Kamerleden.

Bron:
ZZP-Nederland

Lees meer over: Financieel, Ondernemen, ZZP-er

Btw- afdracht: negatief nieuws of positieve kans?

Een recente uitspraak bevestigt dat puur cosmetische tandheelkundige behandelingen btw-belast zijn. De ANT zocht dit uit en ziet niet alleen negatief nieuws maar ook kansen voor het behouden van het btw-bedrag. Bekijk de voorbeelden.

Recente uitspraak
Hoewel voor zuivere cosmetische tandheelkunde en ook keuringsrapporten al vanaf 2008 geen btw-vrijstelling geldt, is dit door een recente uitspraak onlangs in het nieuws gekomen. Deze uitspraak was een bevestiging dat tandheelkundige diensten niet altijd door de fiscus als btw-vrijgesteld worden gezien. De staatssecretaris heeft de vrijstellingsbepalingen per 1 januari 2013 in zijn Besluit van 14 december 2012 (BLKB/2012/1868M) verder toegelicht en uiteengezet.

Wél btw-vrijstelling bij therapeutische behandeling
Als een cosmetische ingreep uitsluitend het doel heeft om het uiterlijk te verfraaien, dan valt de verrichting niet onder de btw-vrijstelling. Het doel van de behandeling is dus van belang en alleen in evidente gevallen is btw verschuldigd. Indien de esthetische verfraaiing een bijkomend voordeel is van een therapeutische tandheelkundige behandeling dan geldt de btw-vrijstelling wél. Gegeven deze redenering is het onjuist om te stellen dat voor een facing vaak btw gerekend zou moeten worden. Bij het bleken zou te verwachten zijn dat een therapeutisch doel minder snel aannemelijk is, echter psychische klachten door een onaantrekkelijk gebit zijn een bekend fenomeen. In het geval dat er btw berekend wordt dan zal dit over de gehele behandeling moeten plaatsvinden, inclusief materiaal- en techniekkosten.

Cosmetische kliniek
Het is van belang op te merken dat het bedrijf dat onlangs de btw-aanslag heeft gehad geen gewone tandartspraktijk was maar een cosmetische kliniek met periodiek ingehuurde tandartsen. Hierdoor was het persoonlijk contact – één van de voorwaarden om in aanmerking te komen voor btw-vrijstelling – tussen de beroepsbeoefenaar en de patiënt niet altijd mogelijk. Ook de marketing van het bedrijf was duidelijk gericht op cosmetische behandelingen.

De gezondheidskundige dienstverlener beoordeelt zelf welke prestaties btw belast zijn. De belastingdienst controleert dit, maar is terughoudend bij het opvragen van medische dossiers (pag. 58).
Dit alles maakt het aannemelijk dat de gevolgen van de recente uitspraak voor de reguliere praktijk beperkt zullen zijn. Wat dat betreft zijn de negatieve scenario’s die door andere organisaties geschetst zijn, voorbarig te noemen.

Kansen
Daarnaast biedt een btw-opslag de tandarts in deze tijd waarin de verzekeraar alleen een max-max tarief mag bepalen, ook kansen. Het bedrag aan btw wat berekend wordt, kan door de tandarts geheel of gedeeltelijk ook worden behouden of in vooraftrek worden genomen. Hieronder worden enkele voorbeelden geschetst.

Kleine ondernemersregeling – een aantal (puur) cosmetische ingrepen
In uw praktijk komen cosmetische behandelingen zelden voor en slechts in uitzonderlijke situaties betreft het een puur cosmetische behandeling. In dat geval kunt u gebruik maken van de kleineondernemingsregeling. Als de totale btw jaarlijks minder dan € 1.345 bedraagt, dan hoeft u geen btw te betalen. Dit betekent dat u voor € 6.404 (exclusief btw) aan cosmetische behandelingen met 21% opslag kunt factureren, zonder dat u btw hoeft af te dragen. Doordat u ook enige btw-kosten in vooraftrek zou mogen nemen valt deze grens in de praktijk nog wat hoger uit. Deze regeling geldt niet voor een besloten vennootschap (B.V.)

Gemengd lichaam – een redelijk groot aantal (puur) cosmetische ingrepen
In uw praktijk speelt cosmetische tandheelkunde een belangrijke rol en u adverteert daar mogelijk ook mee. Hierdoor dient u in uw financiële administratie te verantwoorden welke prestaties u belast heeft en welke vrijgesteld zijn. Over de belaste prestaties dient u periodiek btw af te dragen. Echter u kunt naar verhouding ook btw in vooraftrek nemen. Hieronder volgt ter illustratie een rekenvoorbeeld:

Uw totale omzet bedraagt € 942.000, hiervan is € 700.000 btw onbelast en € 200.000 btw belast. De btw inkomsten bedragen dan € 42.000. Het bedrag dat betaald moet worden is dit bedrag minus de btw die in vooraftrek genomen kan worden.

De grote kostenposten van de praktijk zijn voornamelijk de huur, tandtechniek en de salarissen die niet btw belast zijn. In dit rekenvoorbeeld gaan we uit van € 50.000 betaalde btw aan producten en diensten. Doordat de verhouding hier belaste / onbelaste omzet 200.000/700.000 is, kan alleen 2/7*50.000 aan btw worden afgetrokken. In dit voorbeeld gaat het om € 14.285

Hierdoor zal alsnog een flink deel van de gerekende btw afgedragen moeten worden, namelijk € 42.000 – € 14.285 = € 27.715

Apart btw lichaam – veel (puur) cosmetische behandelingen
Indien in uw praktijk veel cosmetische behandelingen plaatsvinden dan is het verstandig dit te factureren vanuit een entiteit (V.O.F., B.V.) die volledig btw plichtig is. U factureert de cosmetische behandelingen dan vanuit de V.O.F. of B.V. en op deze entiteit zet u ook alle zaken die duidelijk btw belast zijn, zoals een auto, extern ingehuurd personeel of apparatuur die gebruikt wordt bij deze behandelingen.

De behandelingen zijn dan belast en deze BTW draagt u af. Aan de andere kant heeft u dan volledige btw-aftrek op uw kosten, daar u uitsluitend btw-belaste prestaties verricht in dit lichaam.

Tot slot
Alles overziend bent u wat betreft de btw belaste prestaties ook qua belasting echt een ondernemer geworden en dit is nogmaals een aanwijzing dat hier geen gereguleerde tarieven bij horen.

Bron:
ANT, in samenwerking met de ANT-accountant

 

 

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Pensioenfonds tandartsen levert fors in

Bijna 20% van het pensioen van SPT, het pensioenfonds voor tandartsen en tandarts-specialisten, gaat in 2014 in rook op. “We hebben nog evenveel geld, maar moeten daar langer mee doen”, zegt SPT-voorzitter Stan Hoovers in een interview met het Reformatorisch Dagblad.

In de afgelopen twee jaar ging er al 13,3% van hun pensioen af en voor 2013 en komend jaar staat een verlaging van 6,4% gepland voor de opgebouwde pensioenen.

De hogere levensverwachting is de belangrijkste oorzaak van de verlaging, zegt de voorzitter in het interview. De lage rentestand noemt het SPT als tweede oorzaak op haar website.

Lees het hele interview

Bron:
Reformatorisch Dagblad
SPT

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

NMT-Checklist voor inzichtelijk maken kosten op jaarrekening

De NMT heeft een checklist ontwikkeld waarmee mondzorgprofessionals samen met hun accountant kunnen controleren of op de jaarrekening alle relevante kosten inzichtelijk zijn gemaakt. Dit is van belang voor het kostenonderzoek dat de NZa in 2013 uitvoert onder tandartsen, orthodontisten, mondhygiënisten en tandprothetici.

Bekijk de NMT-checklist.

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek blijft gelijk in 2013

De kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) blijft in 2013 zowel in percentage als bedragen exact gelijk aan 2012. De maximum KIA bedraagt € 15.470,- bij een investeringsbedrag van € 306.931,-.

Grondslag KIA in 2013



KIA in euro’s in 2012 en 2013



Op de horizontale as is het totaalbedrag aan investeringen in een kalenderjaar weergegeven en op de verticale as het bijbehorende bedrag aan investeringsaftrek.

De KIA begint bij een investering van € 2.300,- en stijgt naar het maximum van € 15.470,- bij een investeringsbedrag van € 55.248,-.
Deze maximale aftrek van € 15.470,- loopt lineair door tot een investeringsbedrag van € 102.311,-. Daarna begint een geleidelijke afbouw van de KIA totdat het investeringsniveau van € 306.931,- is bereikt.

KIA in procenten in 2012 en 2013


Tot een investeringsbedrag van € 2.300,- is er geen KIA. Daarna stijgt de aftrek meteen tot 28% van het investeringsbedrag. Dit niveau van 28% blijft gehandhaafd tot een investeringsbedrag van € 55.248,-.

Tot een investeringsbedrag van € 102.311,- blijft de KIA gecontinueerd op (het maximum van) € 15.470,-, maar bij een toename van het investeringsbedrag daalt het percentage dus langzaam. Immers, € 15.470,- KIA bij een investering van € 60.000,- levert een hoger percentage aan KIA op (= 25,8%) dan een KIA van € 15.470,- bij een investering van € 90.000,- (= slechts 17,2%)!
Boven een investering van € 102.311,- gaat de KIA langzaam )in procenten én in Euro’s) dalen totdat bij een totaal aan investeringen van € 306.931,- de KIA uiteindelijk op 0% uitkomt. Het zal duidelijk zijn dat het zeer voordelig is om (zeker bij een groter totaal investeringsbedrag) de investering over meerdere kalenderjaren uit te smeren. Immers, bij een investering van € 200.000,- in één
jaar is het totaal aan KIA € 8.085,- terwijl bij een investering van 2 x € 100.000,- over twee kalenderjaren de KIA oploopt tot 2 x € 15.470,- = € 30.940,- En dat is een verschil aan KIA van maar liefst € 22.855,-.

Als er, behalve op investeringen aan apparatuur, ook nog andere investeringen worden gedaan (zoals een verbouwing of de aanschaf niet-dentale apparatuur), dan wordt het verschil steeds groter. Immers, stel dat er, buiten € 200.000,- aan dentale apparatuur, nog eens € 109.000,- aan een verbouwing besteed wordt, dan is de totaal KIA € 0,00, want de KIA stopt bij een totaalinvesteringsbedrag van € 306.931,-. De investeringen verdelen over 3 delen van ieder € 103.000,- levert 3 x € 15.420,- =
€ 46.260,- aan totaal KIA op. Deze verdeling noemen wij ‘strategisch investeren’ en is al aantrekkelijk vanaf een totaal aan investeringen vanaf ca. € 60.000,-. Met het rekenmodel van de VGT is het voordeel om over te gaan tot een strategische investering door middel van lease snel en eenvoudig vast te stellen.

Bepalingen KIA
De KIA komt in mindering op de belastbare winst uit de onderneming, tengevolge waarvan de belastingplichtige minder belasting betaald. De KIA is dus een (zeer aantrekkelijke) fiscale aftrekpost. Investeringsaftrek komt toe aan ondernemers of ondernemingen die zakelijke investeringen hebben gedaan. Investeren is het aangaan van verplichtingen voor de aanschaf of verbetering van bedrijfsmiddel(en) of het maken van voortbrengingskosten voor bedrijfsmiddel (o.a. verbouwingskosten). Voor de ondernemer (of onderneming) die geen aftrek van Omzetbelasting geniet, maakt de omzetbelasting deel uit van de verplichting of voortbrengingskosten.

Uitgesloten bedrijfsmiddelen
• bedragen kleiner dan € 450,-;
• grond;
• woonhuizen en woonschepen;
• personenauto’s;
• vaartuigen;
• effecten / goodwill;
• dieren.

Voorbeelden van investeringen
• verbouwing of bouw praktijkruimte (niet de aankoop van grond)
• aanschaf apparatuur voor de praktijk of het laboratorium;
• aanschaf computer(s) en software voor de bedrijfsuitoefening;
• aanschaf zonwering, airco, verlichting etc. voor de praktijk;
• aanleg tuin rondom de praktijkruimte / -gebouw;
• aanleg parkeerplaatsen bij de praktijkruimte / -gebouw;
• inrichting praktijkruimte, wachtkamer etc.

Uw accountant kan u nader informeren of de investeringen die u heeft gedaan of voornemens bent te gaan onder de KIA vallen.

Door:
Ed Kolsteeg, VGT

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Automatische verlenging verklaring arbeidsrelatie vervalt

Vanaf 2013 vervalt de mogelijkheid van automatisch verlengen van de verklaring arbeidsrelatie (VAR). Dit schrijft Ctrl.nl, de website van Deloitte voor het MKB. Dit betekent dat vanaf 2014 geen automatische verlenging meer wordt afgegeven.

Nu wordt de VAR automatisch verlengd indien de Belastingdienst in drie achtereenvolgende jaren dezelfde VAR heeft afgegeven voor gelijke werkzaamheden.

Webmodule
In de loop van 2013 wordt de afgifte van de VAR vervangen door een webmodule waarmee direct een oordeel kan worden verkregen van de Belastingdienst over de arbeidsrelatie.

Bron:
Ctrl.nl

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Meer belasting in Nederland voor Belgische orthodontist

De Hoge Raad deed onlangs een uitspraak over een geschil tussen een orthodontist en de inspecteur. Het geschil ging over het belasten van het inkomen van de orthodontist in Nederland en de toepassing van de afroommethode. Dit schrijft Accountancy Nieuws.

De orthodontist woont in België maar heeft een praktijk in Nederland. De inspecteur was van mening dat het inkomen van de orthodontist in Nederland belastbaar is en dat de orthodontist een inkomen van 137.000 euro had en geen 60.000 na toepassing van de afroommethode.

De Hoge Raad oordeelde dat Nederland inderdaad belasting mag heffen over het inkomen van de orthodontist waarbij de hoogte van het inkomen naar Nederlandse maatstaven wordt vastgesteld. De afroommethode kan niet worden toegepast omdat de orthodontist werknemers in dienst had. De uitspraak van het Hof is vernietigd door de Hoge Raad en verwezen naar Hof Amsterdam.

Bron:
Accountancy Nieuws

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Helft tandartsen heeft dit jaar minder omzet

De helft van de tandartsen verwacht dit jaar minder omzet dan in 2011. Zestien procent van de tandartspraktijken heeft zelfs een omzetdaling van meer dan tien procent. Dit meldt marketingbureau Van Es op basis van eigen marktonderzoek, schrijft Metro nieuws.

In 2011 gaf 23% van de tandartsen aan een omzetdaling te zien. Maar in dat jaar zag ook een zelfde percentage de omzet stijgen.
Dit jaar verwacht zeventien procent van de tandartsen een omzetstijging te kunnen boeken.

Bron:
Metronieuws.nl

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Wat mag u onbelast uitgeven aan een kerstfeest?

Als u het jaar wilt afsluiten met een kerstfeest let dan goed op de fiscale regelingen. HR Praktijk geeft op haar website de volgende tips.

  • Let erop dat u minimaal 75% van uw medewerkers (per vestiging) uitnodigt voor het feest en dat het alleen voor personeel toegankelijk is.
  • Per jaar mag u onbelast 454 euro (incl btw) per medewerker uitgeven aan personeelsuitjes voor de jaren waarin u nog gebruik maakt van de overgangsregeling kostenvergoedingen.
  • Als u de werkkostenregeling al toepast, dan valt een personeelsfeest in de vrije ruimte die 1,4% van de totale fiscale loonsom bedraagt (in 2013 wordt dit 1,5%). Bij overschrijding wordt het meerdere belast met 80%. Viert u het personeelsfeest op de werkplek? Dan geldt een nihilwaardering voor de consumpties tijdens het feest. Geschenken zijn wel belast loon. Bij een feest buiten de werkplek, wordt de volledige factuurwaarde belast loon.
  • Als u btw-plichtig bent: de kosten mogen voor de btw niet uikomen boven 227 euro per werknemer.

Bron:
HR Praktijk

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

BTW-vrijstelling mondhygiënist blijft bestaan

Naar aanleiding van de verplichting per 1 januari 2013 voor paramedici om BTW te berekenen over behandelingen heeft de NVM navraag gedaan bij het ministerie van Financiën. Uit het antwoord van het ministerie blijkt dat mondhygiënisten hun vrijstelling gewoon behouden omdat hun werk en opleiding via de wet BIG zijn geregeld. Dit schrijft de NVM op haar website.

Het gehele antwoord van het ministerie in de persoon van mw. mr. B.S.M. (Trix) van Putten-Mud (Strategisch Adviseur Omzetbelasting) luidt:
“De medische vrijstellingsbepaling in de btw wijzigt per 01012013. Met ingang van die datum is de vrijstelling beperkt tot diensten door beoefenaren van een medisch of paramedisch beroep die een op dit beroep gerichte opleiding hebben voltooid waarvoor regels zijn gesteld bij of krachtens de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg. Tot de vrijgestelde diensten behoren alleen diensten op het terrein van de gezondheidskundige verzorging van de mens die tot het deskundigheidsgebied van het aangewezen beroep behoren en onderdeel vormen van de hiervoor bedoelde opleiding.
Voor de in artikel 3 van de wet BIG geregelde beroepen zijn op grond van die wet registers ingesteld. De registers worden door VWS beheerd. Registratie is verplicht om een in de Wet BIG geregeld beroep vrijgesteld te mogen uitoefenen. Beroepsbeoefenaren, die zich niet kunnen of willen inschrijven in het voor hen bestemde register en die gezondheidskundige verzorging verrichten die tot het deskundigheidsterrein en opleiding van hun BIG-beroep behoren, kunnen geen aanspraak maken op de vrijstelling.

Voor beroepen die op grond van artikel 34 van de wet BIG zijn geregeld, bestaat geen verplichte registratie. Voor de beoefenaren van deze beroepen geldt het registratiecriterium dus niet. De omstandigheid dat voor verschillende van deze beroepen door de beroepsgroep zelf een register wordt gevoerd, doet hieraan niet af.”

Met andere woorden – mondhygiënisten en hun opleiding zijn geregeld in de wet BIG via art. 34 en daarom blijft de BTW vrijstelling bestaan.

Bron:
NVM

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Wijziging in btw-vrijstelling (para)medische beroepen

In de btw-wetgeving is een vrijstelling opgenomen voor medische diensten. Recent is een wetsvoorstel bekendgemaakt dat de toepassing van deze vrijstelling zal beperken. Dit heeft gevolgen voor diverse medische beroepsgroepen. Dit schrijft Deloitte

Aanpassing medische btw-vrijstelling per 1 januari 2013
De voorgestelde wetgeving beperkt met ingang van 1 januari 2013 de btw-vrijstelling tot de diensten op het vlak van de gezondheidskundige verzorging van de mens door beoefenaren van een medisch of paramedisch beroep die een op dit beroep gerichte opleiding hebben voltooid waarvoor regels zijn gesteld bij de Wet BIG, voor zover deze diensten tot het gebied van deskundigheid van dit beroep horen en onderdeel vormen van de bedoelde opleiding.

De overheid wil hiermee voorkomen dat, buiten de waarborgen van de Wet BIG, een tweede toetsingskader ontstaat voor wat betreft de kwaliteit van zorg. Een eerder aangekondigd register voor niet-BIG-geregistreerden die ook de vrijstelling kunnen toepassen, is hiermee van de baan.

Praktische gevolgen
Voor artsen betekent deze wijziging een fiscaal onderscheid tussen reguliere en alternatieve behandelingen. Voor reguliere behandelingen (die zij verrichten als BIG-er) kunnen zij de btw-vrijstelling (blijven) toepassen, mits deze zijn verricht met het oog op de gezondheidskundige verzorging van de mens. Alternatieve behandelingen zullen vanaf 1 januari 2013 btw-belast zijn.

Enkele momenteel btw-vrijgestelde diensten van beroepsbeoefenaren in de zin van de Wet BIG zijn vanaf 1 januari 2013 btw-belast, omdat de opleidingseisen niet vastliggen in het bepaalde bij of krachtens de Wet BIG. Het gaat hierbij om BIG-beroepsbeoefenaren zoals de zogenoemde CAM-artsen of fysiotherapeuten die complementaire diensten verrichten, bijvoorbeeld acupunctuur of osteopathie. Ook eindigt de toepassing van de vrijstelling voor pedagogen, osteopaten, acupuncturisten en chiropractoren.

De vrijstelling voor psychologische diensten wordt beperkt tot alleen door GZ-psychologen geleverde diensten. De kinder- en jeugdpsycholoog (inclusief specialist), de psycholoog arbeid en gezondheid en de orthopedagoog-generalist (en specialist) zijn weliswaar niet BIG-geregistreerd, maar volgens het akkoord wel gelijkwaardig aan de BIG-geregistreerde dienstverleners zodat zij de vrijstelling kunnen blijven toepassen.

Bron:
Deloitte
Wetsvoorstel Wet uitwerking fiscale maatregelen Begrotingsakkoord 2013

Lees meer over: Financieel, Ondernemen, Wet- en regelgeving

Nieuwe variant nepfacturen

Spookfacturen worden steeds geraffineerder. Eerder stond nog ergens op de nepfactuur vermeld dat het geen factuur maar een aanbod betreft, nu worden er ook spookfacturen verstuurd waar deze lettertjes niet op staan. Dit schrijft Business Compleet.

Voorbeelden van afzenders van spookfacturen

  • Holland Multimedia & Advies
  • Allround Promotions Media, Zoek Bedrijven 2012-2013
  • Proquest – nepfactuur over Nuon. Nuon waarschuwt op haar Facebookpagina:
    “Er is een nepfactuur over Nuon van Proquest in omloop: betaal deze niet.

Bekijk een lijst van afzenders van nepfacturen op de website van het Steunpunt Acquisitiefraude (SAF).

Opheldering vragen
Twijfelt u aan de echtheid van een factuur? Vraag dan schriftelijk om opheldering bij het betreffende bedrijf. Als het bedrijf aangeeft dat u een factuur moet betalen, dient het ook te bewijzen dat er een overeenkomst is

Bron:
Business Compleet

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Trends en inkomens in de tandheelkunde

De tandarts is steeds vaker een vrouw, werkzaam in deeltijd en als zzp’er. In 2012 wordt een omzetstijging verwacht in de tandheelkunde van 0-3%. De vraag naar mondzorg zal op lange termijn groot blijven door de vergrijzing, het langer behouden van het gebit en populaire ‘make over’-programma’s. Dit en nog meer trends meldt de Rabobank in haar rapport Cijfers & Trends.

De belangrijkste ontwikkelingen in de dentale branche uit het Rabobank-rapport zetten wij hieronder voor u op een rij.

Trends

  • Circa 70% van de huidige tandartsen is man maar het aantal vrouwelijke tandartsen neemt snel toe.
    In de leeftijdscategorie jonger dan 39 jaar is ongeveer 60% vrouw.
  • Tandartsen werken steeds vaker als zzp-er en in deeltijd.
  • Een kwart van de huidige tandartsen is jonger dan 40 jaar. Er worden veel praktijken van oudere tandartsen ter overname aangeboden maar de vraag van starters is beperkt.
  • Het aantal ketens in de mondzorg neemt toe.
  • Tandheelkundig toerisme naar het buitenland (o.a. Turkije en Hongarije) neemt toe.

Vooruitzichten

  • Verwacht wordt dat de nieuwe vaste tarieven vanaf 2013 de rust in de markt terug brengen. In 2012 hebben veel patiënten behandelingen als plaatsing van kronen en bruggen uitgesteld. De Rabobank verwacht dat de vraag in 2013 weer aantrekt.
  • Het aanbod van tandartsen blijft beperkt. Afstudeerders kiezen vaker voor parttime werken. Toestroom van buitenlandse tandartsen en tandheelkundig toerisme vangen dit tekort niet op.
  • Schaalvergroting door vorming van ketens en samenwerking tussen mondzorgaanbieders neemt toe.
    Dit vergroot ook de kracht bij onderhandeling met zorgverzekeraars.

Consumentenvraag

  • 86% van de mensen bezoekt de tandarts, dit was 62% in 1981.
  • Meer mensen behouden hun gebit: 12% van de bevolking boven de 16 jaar is tandloos tegenover 32% in 1981.
  • De vraag naar reguliere mondzorg blijft op peil door de vergrijzing, het langer behouden van het eigen gebit en de populariteit van ‘make-over’-programma’s.
  • Nederlanders gaven in 2011 gemiddeld 178 euro per jaar uit aan de tandarts, met een verdeling van € 94,- voor controles en € 84,- voor behandelingen.

Minder aanvullende verzekeringen

 

  • Door de hoge premies en maximale vergoedingen nemen steeds minder consumenten een aanvullende verzekering (nu 65%).

Tandheelkundig zorgverleners

  • Van alle tandartspraktijken is 64% een soloprakijk.
  • Steeds meer praktijken werken met het meerstoelenconcept waarbij de tandarts samenwerkt met assistenten en mondhygiënisten. Dit kan een omzetstijging van zo’n 50% geven waarbij de omzet per stoel 230.000 euro kan bedragen.
    De kosten nemen hierdoor ook toe waardoor de netto opbrengst per extra stoel 20.000 – 25.000 euro bedraagt.
  • Het aantal aanmeldingen voor de opleiding Tandheelkunde is bijna 4 keer zo groot als het aantal beschikbare plaatsen.
  • Er komen jaarlijks meer tandartsen uit het buitenland dan er studenten afstuderen aan Nederlandse tandheelkunde opleidingen.
  • Per jaar zijn er negen opleidingsplaatsen beschikbaar voor de opleiding tot orthodontist.
  • Er komen steeds meer mondhygiënisten en momenteel zijn er ongeveer 2.850 werkzaam. De  meeste mondhygiënisten zijn vrouw,  70% is onder de 40 jaar en 65% werkt parttime.

Omzet

Tandartsen

  • Een fulltime werkende tandarts heeft gemiddeld een omzet van 230.000 euro per stoel. Gemiddeld heeft een praktijk 2,4 stoelen. Een tweede en volgende stoel levert gemiddeld netto 20.000 – 25.000 euro op.
  • Een startende tandarts in loondienst heeft een inkomen van ongeveer 2.965 – 3.300 euro per maand.

Orthodontisten

  • Een fulltime werkende orthodontist heeft gemiddeld een omzet van ca 565.000 euro. Het kostenpercentage ligt tussen de 65% – 70%.

Mondhygiënisten

  • Een mondhygiënist heeft een gemiddeld uurtarief van 100 euro per uur. De kosten zijn zeer verschillend per praktijk. Veel mondhygiënisten huren een ruimte in een tandartspraktijk en werken op meerdere adressen.

Tandtechnici

  • Er is veel variatie in de omvang van tandtechnische bedrijven.
  • Een kleine tandtechnische praktijk heeft gemiddel een omzet van ca 450.000 euro.
    Tandtechnische laboratoria zien dit jaar hun omzet teruglopen door voorzichtigheid van patiënten bij de aanschaf van kronen en bruggen.

Benchmark
Wilt u bekijken hoe uw omzet en kosten zich verhouden tot de markt? Doe de benchmark via de website van de Rabobank.

Bron:
Rabobank

Lees meer over: Financieel, Ondernemen, ZZP-er

Declaratiesysteem zorgverzekeraars bevat nog steeds fouten

Het systeem waarmee zorgverzekeraars declaraties controleren van zorgverleners bevat nog steeds foutieve gegevens. Dat erkent Vektis, het centrum dat het declaratiesysteem onder haar hoede heeft.

Overleden artsen blijken nog steeds in het systeem te staan. Artsen die in feite niet meer mogen declareren omdat ze uit het BIG-register zijn geschrapt, kunnen met een actieve AGB-code nog steeds hun rekeningen vergoed krijgen. Ook kunnen ziekenhuizen declareren met actieve AGB-codes van artsen die al lang elders werken.

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Britse tandartsen verwachten hoger inkomen in 2013

Bijna tweederde van de Britse tandartsen verwacht in 2013 meer te verdienen dan in 2012. Dit blijkt uit onderzoek van het Britse BDTA Showcase onder 1.500 tandartsen, schrijft Dentistry.

Director of Frank Taylor & Associates Andy Acton, een Britse organisatie voor aan- en verkoop van dentale praktijken, zegt: ‘Deze onderzoeksuitkomst komt overeen met wat we in de markt zien’.

Bron:
Dentistry

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
var

VAR-verklaring wordt vervangen door webmodule

De VAR-verklaring moet worden vervangen, volgens staatssecretaris Frans Weekers van Financiën. Dit meldt HR-Praktijk.

Volgens Weekers voldoet de huidige VAR (Verklaring Arbeidsrelatie) niet meer, omdat de ‘vormgeving van ondernemingen zeer divers is’. De huidige methode zorgt tot een extreme groei van het aantal VAR-aanvragen waardoor de Belastingdienst meer meer inhoudelijk kan controleren op misbruik.

Webmodule
Via een webmodule kunnen ZZP’ers en bedrijven straks de arbeidsrelatie toetsen. Dit zal naar verwachting eind 2013 mogelijk zijn.

Bron:
HR-Prakijk

Lees meer over: Financieel, Ondernemen, ZZP-er

Welk btw-tarief geldt bij transacties of betalingen rond 1 oktober?

Op 1 oktober 2012 wordt het algemene btw-tarief verhoogd van 19% naar 21%. Het lage btw-tarief blijft 6%.

Welk tarief geldt bij transacties of betalingen rond deze datum?



Roerende zaken

  • Het moment van levering van roerende zaken (apparatuur of andere inrichting) bepaalt het btw-tarief dat van toepassing is.
  • Bij levering van een roerende zaak vóór 1 oktober 2012 die na die datum wordt gefactureerd, geldt het btw-tarief van 19%.
  • Als gedeeltelijk is vooruitbetaald voor een goed waarvan de levering na 30 september 2012 zal plaatsvinden, geldt uiteindelijk over de hele prijs het nieuwe btw-tarief van 21%.
  • Voor doorlopende prestaties die zijn aangevangen vóór 1 oktober 2012 en doorlopen na 30 september 2012, geldt alleen het nieuwe tarief van 21% voor het deel van de prestatie dat plaatsvindt na 30 september 2012. Hierbij kunt u denken aan het verlenen van licenties of leveranties in gedeelten.

Essentieel is dus de datum van levering, niet de datum van het aangaan van de verplichting of de datum van facturatie.

Onroerende zaken

  • Vanwege het maatschappelijke belang dat met de bouw van onroerende zaken gemoeid is, is net zoals in het verleden een overgangsrecht opgenomen voor de levering van onroerende zaken waarbij de vergoeding in termijnen vervalt. In het overgangsrecht is geregeld dat niet over de volledige prijs het nieuwe btw-tarief van 21% geldt, maar alleen over de termijnen die vervallen na 30 september 2012.
  • Een onderdeel van een bouwovereenkomst waarbij in termijnen wordt betaald, kan het inrichten van een tandartspraktijk zijn. In die situatie loopt de inrichting of verbouwing gewoon mee in de overeenkomst, waarbij de termijnen die zijn verschuldigd vóór 1 oktober 2012 nog onder het 19%-tarief vallen.
  • Daarnaast geldt de overgangsregeling ook voor apart overeengekomen verbouwingen waarbij de vergoeding vervalt in termijnen naarmate de verbouwing vordert. Dit geldt niet voor diensten bestaande in het verrichten van onderhouds- of herstelwerkzaamheden. Dit zijn werkzaamheden die (vrijwel) uitsluitend gericht zijn op de instandhouding van de zaak, zoals het vervangen van kozijnen of dakgoten en het vernieuwen van dakbedekking. Van verbouwing is slechts sprake, als de werkzaamheden gericht zijn op een verandering van de inrichting, de aard of de omvang van de zaak.

Bron:
VGT

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Belastingrente vervangt heffingsrente

Volgend jaar gaat de regeling belastingrente in. De Belastingdienst rekent dan niet meer met heffingsrente, maar met belastingrente. Belangrijker is echter dat er alleen nog rente wordt vergoed, als een aanslag te laat wordt opgelegd. Het welbekende ‘sparen bij de Belastingdienst’ heeft dus weinig zin meer.

Lees meer over: Financieel, Ondernemen

Tandartsen zijn niet schaars genoeg voor 30%-regeling

Bedrijven die tandartsen aantrekken uit het buitenland, kunnen op het loon van deze ingekomen werknemers in beginsel de 30%-regeling niet toepassen. Volgens de fiscus en Rechtbank Arnhem heeft Nederland inmiddels voldoende tandartsen uit het buitenland gehaald, zodat tandartsen niet meer schaars zijn. Lees het hele artikel bij Taxence

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
Nieuwe incassowet sinds 1 juli van kracht

Nieuwe incassowet sinds 1 juli van kracht

Per 1 juli is de nieuwe incassowet van start gegaan. Incassobureaus mogen niet meer zomaar hoge kosten in rekening brengen, als iemand zijn rekening niet op tijd betaalt. Er mogen nu pas incassokosten in rekening worden gebracht als twee weken eerder een aanmaning is verstuurd waarin met deze incassokosten wordt gedreigd. Als uw debiteur een bedrijf is, hoeft u geen aanmaning te sturen en kunt u meteen na het verstrijken van de betalingstermijn incassokosten in rekening brengen.

Als iemand binnen twee weken betaalt, mogen er geen incassokosten worden berekend. Daarnaast is de hoogte van de incassokosten gekoppeld aan het bedrag van de factuur. De volgende percentages zijn van toepassing:

– 15% over de eerste 2500 euro van de vordering, met een minimum van 40 euro;
– 10% over de volgende 2500 euro van de vordering;
– 5% over de volgende 5000 euro van de vordering;
– 1% over de volgende 190.000 euro van de vordering;
– 0,5% over het meerdere, met een maximum van 6775 euro.

Calculator Wet Normering Wettelijke Incassokosten
Credittools ontwikkelde een calculator waarmee u de incassokosten er vordering kunt berekenen.
Meer over deze tool.

Meer informatie
Websites met meer informatie over de nieuwe incassowet:
Zakelijk nieuws

Overheid

Lees meer over: Financieel, Ondernemen